Iron Maiden: de beuk er nog steeds in Horowitz bezadigd en volmaakt ontspannen Muziekduo mist inspiratie In 'Mijn Mekka' wordt Fugard alle recht gedaan Bella Bravo!: te weinig samenhang Zuidroom ■kwint Cameretten MAANDAG 24 NOVEMBER 1986 ste pianist van deze eeuw mag worden genoemd. Zijn felgekleurde Scarlatti-so- nates zijn wellicht stilistisch wat overtrokken, ze vormden de per fecte opmaat voor een volmaakt halfuurtje Mozart, met als abso luut hoogtepunt de kwetsbare, maar om die reden juist zo bril jant vertolkte sonate in C majeur. Wat Horowitz van ieder ander onderscheidt is vooral zijn su blieme overzicht op wat hij alle maal doet. In zijn jaren van twij fel is hem menigmaal - al of niet terecht - enigszins neurotisch spel toegedicht. Maar daarvan kan in deze levensfase geen spra ke meer zijn. De kunst van het volmaakt ontspannen zijn, zo is zijn spel op dit moment het best te omschrijven. Meer dan ooit ook toont hy trots dat evenwicht. De dende rende fortissimo's in een etude van Scriabin, waarmee hij het publiek vóór de pauze al volledig inpakte, verwisselt hij met graag te voor bijna omfloerste en door ongekend subtiele klankschake ringen gekenmerkte uitvoerin gen van Schumanns Arabesque en twee stukken van Liszt (so- netto 104 del Petrarca en de z.g. Soirées de Vienne). Ook in de pianissimo's toont hij als geen ander de perfecte samenhang tussen bas- en melodielijnen; zijn linkerhand is bijna een on dersteunend orkest op zichzelf. Twee veel van hem gehoorde mazurka's van Chopin er achter aan, om vervolgens een bijna tien minuten lange ovatie los te weken met het onmogelijke scherzo no.l in b mineur van de zelfde componist, dat hij bijna met technische minachting tot een kolossale uitvoering maakte. Een wat kucherige en daarom met name in het tweede gedeelte niet erg ontspannen zaal zal er stellig de reden van zijn geweest dat Horowitz het in Amsterdam by twee toegiften liet: Schu manns Traumerei (uit 'Kinders- zenen') en het aan alle kanten flitsende en toch zo ingetogen 'Étincelles' van de in het interna tionale pianorepertoire zo zelden vertolkte Poolse componist Mo- ritz Moszkowski. Een ondoenlij ke interpretatie die schijnbaar al leen Horowitz is toevertrouwd. "Dit kèn niet", zei een niet onge talenteerd pianist naast mij. Het kan wel, maar na Horowitz wel licht lange tijd niet meer. WILLEM SCHRAMA. Sfeervol concert in Leidse Groenoordhallen Gehoord op 23 november in de Groenoordhallen te Leiden Iron Maiden. Bruce Dickinson:zang Nic- ko McBrain:drums Steve Harris- :bas Adrian Smith:gitaar /Dave Murray:gitaar. In het voorprogram ma: W.A.S.P. LEIDEN Wanneer de Latijnse uitdrukking 'Nomen est omen' ('de naam is een voorteken') van toepassing zou zijn op namen van heavy-metal bands, dan zou er afgelopen zondag in de Groenoordhal, waar Iron Maiden optrad met W.A.S.P. in het voor programma, sprake zijn geweest van een seksorgie met martel praktijken. W.A.S.P. is een gangbare Ame rikaanse afkorting van 'White Anglo Saxon Protestants', waar in de kenmerken vervat zijn die de meeste kans bieden op maat schappelijk succes. Het is echter ook de afkorting van 'We Are Se xual Perverts', waarachter een Californische heavy-metal band schuilgaat. De 'iron maiden', of tewel de 'ijzeren maagd', was in de middeleeuwen een veelge bruikt martelwerktuig. Een ton met scherpe ijzeren punten aan de binnenkant waarin ongeluk kige slachtoffers werden voort gerold. Maar weest gerust, lezers: het bovengenoemde gezegde bleek niet van toepassing, al betrof het hier natuurlijk ook geen strijkor kestjes met louter kamille-thee drinkende en baby-sittende bra ve huisvaders. Overdrijven hoort nu eenmaal bij heavy metal. Rui ge teksten, macho kledij en een fors aantal decibels zijn de ingre diënten. En dat kan heel leuk zijn. W.A.S.P. is nog niet toe aan het grote succes. Deze luid aan de weg timmerende band presteert weliswaar aardig, maar mist uil straling, hetgeen het publiek ook niet ontgaan zal zijn, gezien de hamburger die met een welge mikte worp in het gezicht van de gitarist werd gesmeten. Bedankt Mc Donalds!I want to be some body' zongen de heren, maar of het ooty nog zover komt, valt nog te bezien. Iron Maiden heeft dit succes inmiddels al wel bereikt. De groep heeft sinds haar oprichting in 1977 al meer dan zestig gou den en platina LP's mogen be groeten en trekt de laatste jaren allen nog maar volle zalen. Zo ook in Leiden, waar 9000 toe schouwers, gezeten op de pijn banken of springend op de vloer, getuige waren van een wervelen de show, die inclusief de drie toe giften, bijna twee uur duurde. Het zijn dan wel geen virtuozen, hun vak verstaan ze wel. Zonder enige moeite weten ze het pu bliek gedurende het gehele op treden enthousiast te houden, daarbij geholpen door het schit terende en steeds veranderende decor, waarbij laserstralen een grote rol spelen. Geopend werd met 'Somewhe re in time', de titelsong van Iron Maidens laatste LP. Hierna pas seerden o.m. andere 'Children of the death' en het schitterende 'Two minutes to midnight' de re vue. Halverwege het concert werd even gas terug genomen met 'Rime of the ancient mari ner' en klassiek aandoend inter mezzo van de twee gitaristen. Daarna ging de beuk er weer flink in. De mascotte, die alle platen hoezen ontsiert, was dat spreekt vanzelf ook aanwezig. Zo leverde hij een heus vuurge vecht met zanger Bruce Dickin son en even later doemde zijn wanstaltige hoofd op onder het drumstel van Nicko McBrain, terwijl zijn reusachtige handen aan weerszijde van het podium de band als het ware in zijn greep hielden! Het publiek ging com pleet uit zijn dak en verplichtte de heren tot het geven van maar liefst drie toegiften, waarin on der meer 'Running free','Run to the hills' en 'The number of the beast' De sfeer tijdens het concert was uitstekend, de toeschouwers gedroegen zich bijzonder gedis ciplineerd, en logenstraften hier mee wederom het totaal verkeer de beeld van de hard-rock lief hebber als wild beest: mak als lammeren waren zij. Dit ontlokte aan zanger Bruce Dickinson dan ook de welgemeende uitspraak: "You're the best audience I've ever had. Here there is no shit and violence". Het geweld bleef inderdaad achterwege en de shit komt volgende week wel wan neer onze loeiende viervoeters de vloer van een kwalijk riekend laagje komen voorzien. HERMAN JOUSTRA Bruce Dickinson van Iron Mai den gaat uit z'n dak Concert door Sara Strumphler, harp en Henk Vos, fluit, met werken C.Ph.E. Bach, L. Spohr, H. Badings, P. de Breville, C. Saint-Saèns OEGSTGEEST - Het koor het Groene Kerkje vormt sfeervol decor voor kamermu ziekconcerten. Met zijn kroon luchters roept het associaties op met muziekuitvoeringen i achttiende eeuwse vorstenho ven, zoals dat van Berlijn, w koning Frederik de Grote fluit concerten gaf voor zijn onderda nen. Gistermiddag gaf Henk Vos een fluituitvoering begeleid door de harp van zijn echtgenote Sara Strumphler. De fluitist lichtte de verschillende werken toe. Het verhaal over het ontstaan en de werking van de harp vond ik nogal storend voor het verloop van het concert. In zekere zin heb ik veel moei te gehad met de hele uitvoering. Bij tijdens klonken er mooie fragmenten muziek, maar over het algemeen was het een voor dracht zonder inspiratie. De Greensleeves-variaties leken nog beloftèn in te houden, maar de daaropvolgende solo-sonate C.Ph.E. Bach en de sonate ii kl.t. van Louis Spohr misten gaandeweg steeds meer innerlij ke samenhang. Bij ieder nieu frase werd er een poging gedaan om de stukken nieuw leven in te blazen, waarna deze pogingen schipbreuk leden. In het begin had ik de indruk, dat de spelers een zeer intieme, introverte sijl van spelen hadden gecultiveerd, maar uiteindelijk kwam het er toch op neer, dat ze veel te wei nig overtuigingskracht hadden om de muziek over het voetlicht heen te krijgen. Tot overmaat van ramp leverde de zuiverheid van stemming grote problemen op met name bij de fluitist. Het kan goed zijn, at deze moeilijkhe den zijn vingertechniek en ook zijn toonvorming negatief beïn vloed hebben. De Ballade van Henk Badings en 'Une flüte dans les vergers' van Pierre de Brévil- le, beide voor fluit en harp ken den gelukkig toch ook nog mooie momenten. Na een fanta sie voor harpsolo van Saint- Saëns en een voor beide instru menten van Joseph Molnar (geb. 1917) op thema's uit de Japanse volksmuziek werd er zonder aan dringen van het publiek als toe gift nog Orfeo van Gluck ge speeld. De toehoorders, die de kerk slechts voor een ruime helft hadden gevuld, konden door de sombere regenmiddag met een al even somber gemoed weer huis waarts keren. MONICA SCHIKS LEIDEN - 'Composities en tek sten schuiven op een eigen wijze door elkaar, binnen een gesti leerd theaterbeeld', zo stond te lezen in het programma van de Burcht. Als de nieuwsgierige cultuurliefhebber hierop afkomt met de verwachting een vorm van muziektheater te beleven, dan kan dat een kleine teleurstel ling tot gevolg hebben. Wat de vijfmansformatie afgelopen za terdag liet zien, had meer weg van een pop-jazz concert met ex tra entourage dan een integreerd programma van theater en mu ziek. De galerie van de Burcht was voor de avond aan één kant in tweeën gedeeld, links was de spaarzaam uitgeruste ruimte waarin zich voornamelijk zanger/ voordrager Sjabbe van Selfhout ophield, rechts stond de rest van het orkestje opgesteld. Er was maar heel weinig interactie tus sen beide delen van speelruimte. Alleen altsaxofonist en klari nettist Hans Rikken, die ook ver antwoordelijk is voor de vormge ving, wilde zich wel eens in het decor begeven. Zo kwam het dramatische deel van het optre den bijna geheel op schouders van Van Slethout te rusten. Jam mer genoeg was er moeilijk een samenhang te bekennen tussen tekst en muziek enerzijds en de handelingen van de zanger an derzijds. Mij ontging in elk geval het verband tussen bijvoorbeeld een baadpartij en een Weillachti- ge ballade in het Duits, aan het begin van de voorstelling of la ter, een ontbijt en een rumba achtige deuntje. De muziek was zeker afwisselend en technisch over het algemeen verzorgd. Naast wat jazz werd hier en daar een marsje tussen de merendeels latijns klinkende stukken ge speeld. De musici hadden geen moeite met het repertoire en Van Selfhout heeft een aardig bereik, alleen een tikkeltje rauw in het midden- en hoge register. De an dere instrumentalisten kweten zich goed van hun taak, vooral de blazers, naast Rikken tubaist, trombonist en basgitarist Kees Meylink. Willem-Jan Droog, die op elektrische piano en synthesi zers speelde, viel solistisch wat tegen, terwijl drummer Gert van Sters onopvallend doch solide zijn plicht waarnam. Hoewel bewust is gestreefd naar een gevarieerd programma, overweegt de geest van de Ita liaanse filmmuziek uit de jaren zestig, zoals die van Nino Rota en Giorgio Gaslini met hun specifie ke mengeling van jazz en kitsch. Ik waande me tijdens het optre den soms in een bioscoop. Een dieptepunt in het programma was voor mij het stuk 'Klaaglie- deren', waarin op het toneel niets gebeurde. Van Selfhout droeg zijn teksten in een rolstoel voor op een wijze die zelfs een gelovi ge in een kerk in slaap zou doen vallen, terwijl de muziek zich ui terst traag ontwikkelde en voor namelijk gebaseerd leek op her halingen. Een aardige synthese van thea ter, tekst en muziek werd uitein delijk bereikt in 'Santo Domin go', met zeer eenvoudige midde len. Het lied, uit de opera 'Ik, Pierre Rivière' van Bob Dries- sen, handelt over slavernij. De microfoon was zodanig opgehan gen, dat de zanger zich telkens met enige moeite moest uitrek ken om op dramatische momen ten dichter bij het apparaat te ko- Een leuk concept met hier en daar aardige vondsten. Een vol gend programma zal wat meer samenhang moeten hebben. Een verklarende gedrukte tekst voor het publiek zou dan ook geen kwaad kunnen. KEN VOS. Mijn Mekka van Athol Fugard. Re gie Ton Lutz, vertaling Josephine van Gasteren, decor Herman van Al- teren. Met Josephine van Gasteren, Henriëtte Tol en Ton Lutz. Gezien op LEIDEN - Athol Fugard is een groot en knap toneelschrijver. Hij is geen groot vernieuwend to neelschrijver, maar wel een vak man van top tot teen. Ik weet ze ker dat Henrik Ibsen in het hier namaals Fugard liefdevol in de armen zal sluiten. Fugard stoeit niet met zijn medium, hij pro beert op generlei wijze zijn pu bliek op een meta-niveau iets bij te brengen; hij heeft iets te ver tellen en hanteert daarvoor een 'klassieke' dramaformule. Als je iets wil leren over begrippen als 'expositie', 'spanningsopbouw' en zelfs 'loutering', zit je bij Fu gard goed. Hij introduceert je in een direct al bij aanvang span nende situatie; terwijl de span ning oploopt, voedt hij je ter loops met informatie; halverwe ge raakt de zaak schijnbaar on oplosbaar gecompliceerd; en hij eindigt met een half uur, waarin de ene loutering na het andere emotionele hoogtepunt je naar het einde sleurt. Waarna je slechts omhoog kunt veren en je handen op elkaar kunt slaan. Neem nou "Mijn Mekka", dat afgelopen zaterdagavond in de Leidse Schouwburg speelde. Het stuk heeft verschillende lagen: op één niveau gaat het over de strijd van een oude beeldhouw ster - Helen Martins tegen een haar bedreigende omgeving. He len heeft gekozen voor een leven van vreugde, licht en fonkeling - hetgeen zij in haar interieur en haar fantastische beelden tot uit drukking brengt - maar haar op lijden en overleven ingestelde omgeving weet daar geen raad mee en probeert haar in een be jaardentehuis weg te stoppen. Op een ander niveau gaat het stuk over liefde en vertrouwen - hetgeen tot uitdrukking komt in de relatie tussen Helen en jonge onderwijzeres Elsa Barlow. Op weer een ander niveau gat het stuk over individualiteit en de strijd die je daar voor moet leve ren. En over het verstikken van verlangens en vreugde om te beantwoorden aan sociale eisen. En over godsdienst. En over apartheid (terloops, maar onmis kenbaar). En over nog veel meer. En dat alles zonder dat je ook maar even denkt dat het stuk wel erg vol met betekenissen zit, want dit alles zit verpakt in een goed doortimmerd en pakkend verhaal. In de regie van Ton Lutz is aan Fugard recht gedaan. De uitvoe ring biedt alles waar het stuk om vraagt en het voornaamste daar van zijn een duidelijk decor en - vooral - goed spel. Het decor van Herman van Elteren heeft in zijn opstelling en smaak een zekere mate van truttigheid, maar laat door zijn grote aantal spiegels, glas en kaarsen Helens fascinatie met licht en fonkeling (het dra gende symbool van het stuk) vol doende naar voren komen. Dat ondanks een regelmatig hape rende belichting. Het stuk biedt drie acteurs de kans alles te geven wat ze heb ben. En dat gebeurde, Josephin van Gasteren, Henriëtte Tol e__ Ton Lutz spelen alle drie dat de stukken er vanaf vliegen. Vooral als het stuk in een hogere emo tionele versnelling schiet moetje wel uit steen gehouwen zijn om niet geraakt te worden. Spel dus dat dit stuk en Fugard betaamt. De schouwburg hield het dan ook niet droog. PAUL DEVILEE Vladimir Horowitz dankt voor het langdurige applaus in het stampvolle Concertge bouw in Amsterdam. (foto ANP) Concert Sara Strumphler en Henk Vos in het Groene Kerkje Vladimir Horowitz, Concertgebouw Amsterdam, 23 november. Werken i Scarlatti, Mozart, Scriabin, Schumann, Liszt, Chopin en Mosz- AMSTERDAM - Er is een perio de geweest waarin het publiek hem massaal verafgoodde als de koning van het spektakel. Een volleerde maestro die over zulk een ongehoorde techniek be schikte dat hij met zijn vleugel kon doen wat hij wilde. De nu 82- jarige Vladimir Horowitz is op dat imago meer malen afge knapt, hoewel hij het in feite zelf zorgvuldig had gecreëerd. Met zijn legendarische transcriptie van 'Stars and stripes forever', zijn wonderlijke aaneenrijging van Carmen-melodieën, kortom: de vermaarde toegiften waarmee hij zijn schaarse maar spraakma kende concerten in de loop der jaren placht af te ronden, heeft hij in niet geringe mate een stem pel gedrukt op zijn bijkans on feilbare pianistieke kunnen. Hij is daarmee ook de meest excen trieke en best betaalde pianoso list van zijn tijd geworden. Zoals gezegd, dit dilemma heeft hem meerdere malen par ten gespeeld. En het heeft er stel lig toe bijgedragen dat hij in zijn ruim 60-jarige solistencarrière driemaal lange tijd van de con certpodia is weggebleven. Dege nen die hem al die jaren hebben gevolgd, kennen in feite drie ver schillende Horowitzen. De eerste (van het moment van zijn ver schijning tot zijn grote inzinking in 1953) is er een uit de 19de eeuwse Russische pianotradi ties, met een onwaarschijnlijke stilistische precisie. Na zijn te rugkeer in 1965 vertoonde zijn spel, hoewel nog altijd bij vlagen glorieus, minder vastberaden heid; niet zelden werd hij een ka rikatuur van zichzelf in vroeger jaren. Pas na zijn derde periode van absentie, halverwege de ja ren zeventig, stond een nieuwe, nu veel bezadigder Horowitz op. Nog steeds een solist met een volstrekt eigen benadering van vorm en inhoud, maar met een bijna niet te evenaren inzicht en nog maar zelden de weg van het effect zoekend. Het is deze Horowitz die zich de laatste jaren weer bijna met kinderlijk enthousiasme aan het publiek is gaan vertonen. Met nieuwe plaatopnamen, met een tv-documentaire, en natuurlijk ook met concerten. Het heeft er alle schijn van dat hy voor zich zelf heeft besloten om vóór zijn dood nog eens alle Europese po dia te bezoeken die hem in de ja ren twintig, dertig en veertig we reldberoemd maakten. Al was het dan tegen pittige prijzen, een volgepakt Amsterdams Concert gebouw kon daar gisteren intens van meegenieten. Met een pro gramma, dat alleen al in opbouw geniale trekjes vertoont, liet hij nog eens nadrukkelijk weten dat hij en niemand anders de groot- tfej ;M DELFT (ANP) - Het duo Zin- droom uit Den Helder is zater- otïJ dagavond uitgeroepen tot win- ojj naar van het 21ste Cameretten- lm festival voor amateurcabare- nA tiers in Delft. Het ontving '"^tweeduizend gulden van de ï?'j Stichting Conamus. Tweede rïjy werd het duo Harst en Hesse- 00Ilink uit Groningen. De per- lei soonlijkheidsprijs van de jury hij voor de meest opvallende thea- «euerpersoonlijkheid en de pu- be blieksprijs werden toegekend aan Ton Wester uit Amster- Herman Boon (28) en Bert Schui- enlüng (25) van Zindroom brachten 'o.g hun programma 'Bekijk het maar' oej op eigen muziek en tekst met bij en] dragen van R. Hamstra. In 1983 des drongen zij door tot de finale van de het Cameretten-festival. Zij ro-1 werken sinds 1982 samen en heb- egj ben geen speciale kleinkunstoplei- trd ding gevolgd. CH Het festival had dit jaar een ge- c- wijzigde opzet. In plaats van drie voorronden in een klein theater en ge een finale in de grote TH-aula met ;(J uit elke voorronde één winnaar, ,esJ werd nu drie avonden gespeeld in bJ een zaal voor zes- tot negenhon- jJ derd toeschouwers en werd de eJ winnaar gekozen uit alle deelne- ,itJ mers. ip- ees\ Volgens de organisatie komt zo ro- de festivalgedachte meer tot ui- Die ting, krijgen alle kandidaten gely- ;£?j ke aandacht en valt het accent niet ou meer vooral op de finale zoals de te- laatste jaren het geval was. Opval- 7i? lend was dit jaar overigens dat de jr-\ overgrote meerderheid van de kan- re? didaten uit mannen bestond: vier lr. solisten, twee duo's en één trio van (te de in totaal negen optredens, de (Slechts het Leidsch Studenten Cabaré telde drie dames). SRj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 21