'De ben een dilettant'
'Radio
bedoeld
voor
breed
publiek'
Toch nog Boedapest
TV-RUBRIEK
NOS-hoofd Rob Eygenhuysen:
Radio-interviewer Johan Anthierens
ZATERDAG 8 NOVEMBER 1986
RADIO-TV-KUNST
PAGINA 33
Twee weken geleden heb ik mij
er in deze rubriek over verbaasd/
beklaagd, dat onze vele zendge-
machtigden niets tot niets noe
menswaardigs aan de herden
king van Boedapest-1956 hadden
gedaan. In een Oostblokland zou
je denken dat deze 'terughou
dendheid' te maken moet heb
ben gehad met het wat onhandig
geplande staatsbezoek dat ko
ningin Beatrix aan de vooravond
van de herdenking van 30 jaar
'Boedapest' aan het Hongarije
van Kadar bracht, maar wij leven
in een vrij en blij westblokland,
en afgezien daarvan: het zou mij
verbazen als ze in Hilversum bij
de lange planning vooraf die nu
eenmaal inherent is aan televisie
programmering, ueberhaupt ge
weten hebben dat de koningin
kort tevoren naar Hongarije
ging.
Die verbazing heb ik donder
dagavond in het EO-actualitei-
tenprogramma 'Tijdsein' nog
eens verwoord, waarbij ik er op
gewezen heb dat ronde jaartallen
expres zijn uitgevonden om de
mensen de gelegenheid te geven
naar iets terug te blikken waar zij
eigenlijk elke dag of elk jaar aan
zouden moeten terugdenken,
maar waar zij door grote drukte,
andere besognes en andere histo
rische momenten nooit aan toe
komen. Gelukkig zijn daar dan af
en toe de 25- of 30- of 40- of 50- of
100-jarige herdenkingen die de
kranten, de televisie, de radio de
ongezochte gelegenheid bieden
om toch weer even aan deze of
gene historische gebeurtenis
aandacht te schenken zonder dat
men zich hoeft af te vragen:
waarom nu opeens, waarom gis
teren niet. of volgend jaar? Nou,
gewoon, omdat Erasmus 450 jaar
geleden overleed, omdat Gustav
Mahler 75 jaar geleden overleed,
omdat Johann Sebastian Bach
300 jaar geleden werd geboren,
omdat Joost van den Vondel vol
gend jaar 400 jaar geledeen werd
geboren, enzovoort enzovoort.
Beroemde personen hebben
daarbij de handige eigenschap
dat zij dubbel herdacht kunnen
worden dank zij een geboorte- en
een sterfdatum, maar dat gemak
kende de kortstondige Hongaar
se opstand ook: 23 oktober 1956
begon ze, en op 4 november 1956
was ze alweer voorbij. Onze
zendgemachtigden hadden dus
twee kansen, maar alleen de EO
greep die donderdagavond, twee
dagen te laat eigenlijk, aan.
En dan ook nog maar mondjes
maat! Op dit moment word ik ge
beld door een Nederlander van
Hongaarse origine, die mij vraagt
of ik weet of de gehele BBC-re-
portage (van vijf kwartier) waar
van de EO een korte samenvat
ting uitzond van 10 minuten, nog
ergens te bekijken is. Hij had ge
hoord dat deze BBC-reportage
wel in haar geheel op de Belgi
sche televisie was uitgezonden.
Ik kon hem alleen maar verwij
zen naar Peter Vedder van de EO
die de samenvatting gemaakt
heeft. Ik herkende daarin nog ve
le filmbeelden van dertig jaar ge
leden (mannen in burger, schie
tend vanachter een boom op hui
zen driehoog), maar wat ik mij
niet herinnerde, en wat ik ook
vergeten was en mij daarom de
laatste vijfentwintig jaar nooit
gerealiseerd heb, was de impone
rende, massale protestdemon
stratie die aan de opstand vooraf
ging. Zo'n plein, afgestampt vol
met honderdduizenden mensen,
alleen maar vergelijkbaar met
het Museumplein in Amsterdam
tijdens de vredesdemonstratie
op 21 november 1981.
Ik heb ook iets gemist, iets
waarop ik zat te wachten, want
Peter Vedder had me verteld dat
in de BBC-documentaire een
paar mensen optraden die ook
nog op de filmbeelden van 30
jaar geleden te zien waren. Dat
leek me fascinerend, maar dat is
er in de samenvatting uitgeval
len. De EO mag geprezen wor
den omdat deze omroep er nog
iets aan deed (beter een/zevende
ei dan een lege dop), maar echt
imponerend was het natuurlijk
niet.
Donderdagavond werd ook de
documentaire 'Flyer flies faster'
uitgezonden, lengte 1 uur en 17
minuten, daarin had de BBC-do
cumentaire over Boedapest-1956
dus precies gepast. Was die Whit-
bread-zeiljachtrace actueler dan
Boedapest? Die race begon op 29
augustus 1981, precies 5 jaar en
69 dagen voordat de EO de docu
mentaire uitzond, ik vind dat ook
wel een mooi rond getal (vooral
soixante-neuf!), maar toch niet
zo rond als 'dertig jaar geleden'.
Trouwens, het had onze zendge-
machtigden ook gepast een ei
gen documentaire over Boeda
pest te maken. Er moeten tussen
de 2000 en 3000 Hongaren in Ne
derland wonen die in 1956 ge
vlucht zijn, het zou dus betrekke
lijk eenvoudig zijn geweest, -ook
voor de EO,- om een eigen her
denkingsreportage te maken.
Zoals Tijdsein ook in staat
bleek een goede eigen reportage
te maken over Ronnie Brunswijk
en (o.a.) zijn drie Britse 'advi
seurs'. Nee, ze waren geen huur
lingen, ze vochten zelf niet mee,
ze adviseerden alleen. Maar drie
dagen geleden heeft u tegen me
gezegdzei Albert de Lange.
Stop de film!, riep de Engels
man. Wij wisten weer genoeg...
BRUSSEL (GPD) - Johan Anthierens. ooit de
bikkelharde interviewer van het televisieprogramma
'Noord-Zuid', heeft zich na zijn avontuur met zijn blad
'De Zwijger' dankzij columns in Playboy en De
Vdlkskrant weer uit het dal geschreven. Sinds de
publikatie van zijn smaadschrift 'Het Belgische
Domdenken' en het wekelijkse BRT-radioprogramma
'Vrijspraak voor Anthierens' gaat zijn naam weer
geregeld over de tong. Zijn pen krast harder dan ooit en
nog meer dan vroeger stelt hij zich als een journalistieke
vrijbuiter op.
Hij bestelt warme chocolademelk
in het café, vlakbij bij de Brusselse
Grote Markt, waar het gesprek
plaats heeft. Hoe voelt hij zich als
freelance-journalist nu?
„Free-lance werken vergt in eer
ste instantie een goede fysieke con
ditie. Je moet bijna een sporter zijn
om het vol te hoUden. Het impli
ceert ook geregeld de grens met
Nederland oversteken. Freelance-
journalistiek is vast en zeker niet
interessant. Wie het talloze jaren
doet wordt op een of andere ma
nier naar een vorm van schizofre
nie gedreven. Uiteindelijk is het op
lange termijn onhoudbaar, behalve
als je zeer handig bent".
door
Carlos Alleene
„Boekhoudkundig moet je een
'primus inter pares' zijn. In mijn
geval zit ik zwaar tegen mijn werk
situatie aan te hikken. Je verdient
niet veel geld voor watje presteert.
Bovendien is er het gevaar dat je
doorgaans halfbakken produkten
aflevert. Op den duur vreet dat je
aan en word je alleen nog een brok
ontevredenheid. Er zijn wel span
nende kanten aan als je jong bent.
maar ik leun inmiddels tegen de
vijftig aan. Natuurlijk zou ik liever
ergens onderdak zijn, hoewel ik
niet jaloers ben op de collega's die
vastzitten, want die hoor ik ook al
leen maar klagen".
- Je publiceert in De Volkskrant,
maar je hebt evenzeer je vaste pa
gina in Playboy. Er is een reusach
tige afstand tussen beide bladen. Is
dat een probleem?
„Mijn kroniek in De Volkskrant
is eind vorig jaar stopgezet. De af
spraak was dat ik grote stukken
voor 'Het Vervolg' zou leveren.
Door mijn talloze activiteiten in
België kom ik er evenwel niet meer
toe. Playboy is voor mij een beetje
lastig. Eigenlijk houd ik niet van
zulke bladen. Pas op, ik heb daar
niets op tegen. Nee, dat is het niet.
Wel voel ik me er niet echt op mijn
plaats. Aan de andere kant schrijf
ik dan wel graag over erotiek. Waar
kan ik die dingen elders kwijt dan
in Playboy? Het contact met de
redactie is uitermate vriendelijk.
Daar niet van. Ik zou liever de luxe
krijgen dat ik mag schrijven in bla
den die me echt inspireren. Ik
denk met name aan De Volks
krant, maar daar zit ik weer met de
afstand België-Nederland".
- Niet zo heel lang geleden voerde
je voor de VPRO-radio een mara-
thongesprék met Hugo Claus. Het
was geen ineressant intervieuw. Je
had het uitsluitend over 'Het ver
driet van België' en jullie praatten
naast elkaar.
„Het was géén groot gesprek.
Naderhand werd me een vorm van
onderdanigheid ten opzichte van
Claus verweten. Een verwijt dat
hout snijdt. Ter verdediging moet
ik zeggen dat ik met de angst op
het lijf ben begonnen aan dat mara-
thongesprek. Ik had geen idee hoe
lang vijf uur praten zonder muzi
kaal intermezzo kan zijn. Ik vond
het al een enorme prestatie dat ik
na enige tijd niet stil ben gevallen.
Er waren momenten die zeer on
derhoudend waren, maar zo'n
aanpak was totaal nieuw. Zowel
voor Claus als voor mij. We wisten
niet hoe de bochten lagen. Ik vind
het vreemd dat Claus na al die lo
vende kritieken over 'Het verdriet
van België' nog altijd beweert dat
de kritiek niets van zijn boek heeft
begrepen. Hij zegt dat zeer nadruk
kelijk. Als ik hem vraag uit te leg
gen wat de kritiek niet begrepen
heeft, weigert hij daarop in te gaan.
Dat is toch jammer. Misschien had
ik hardnekkiger moeten zijn en
een antwoord geëist hebben. Mijn
excuus is nu dat ik ontzettend
bang was, omdat ik dergelijk pro
gramma's nooit eerder gedaan had.
Ik zou het graag nog een keer over
doen".
- Misschien had je Claus' talloze
werken nog een keer -moeten
doornemen.
„Ik had heel wat van hem gele
zen, ofschoon het programma geen
revue van zijn literair werk mocht
worden. Zo had ik zeer graag met
hem over het onderwerp vrouwen
gepraat, maar daar wilde hij niet
van weten. Op die manier wordt
het natuurlijk een beetje hachelijk
om zo'n marathongesprek vol te
houden. Uiteindelijk was ik door
de VPRO gevraagd om een docu
ment humain te maken en niet zo
zeer een literair programma".
-In een vroeger intervieuw ont
hulde je dat je heel lang als een
bange wezel hebt geleefd. Is dat een
van de gevolgen van je strenge op
voeding?
„We hadden thuis allemaal een
gebrek aan initiatief als gevolg van
een strenge opvoeding. We waren
bang voor de buitenwereld. Als
kind hadden we meteen heimwee
naar thuis als we een halve dag
weg waren. Nogal wat zusters van
me moesten als kind van hun
vakantieplek teruggehaald worden
omdat ze van verdriet piet meer
handelbaar waren. In zo'n cocon
ben ik dus opgegroeid. Toen ik
achttien was drong het plotseling
tot me door dat ik eigenlijk niets
van de wereld afwist. Ik durfde
toen nauwelijks iets ondernemen.
Naderhand heb ik jarenlang tegen
dat bange gevoel moeten vechten".
„De jongste kinderen hadden
minder met de roede te maken. De
oudere kinderen hebben daarente
gen de harde hand gevoeld, soms
zelfs nog hardere voet. Vader was
op een vervelende manier streng.
Hij ontmoedigde je en brak je dro
men zodra hij wist dat je voor iets
belangstelling had. Vandaar dat hij
je vaak tot iets verplichtte waar je
helemaal niet met je hart bij was.
Hij was een negatieve pedagoog".
- Het is toch te gek dat je weke
lijkse BRT-radioprogramma 'Vrij
spraak voor Anthierens' elke zon
dagochtend even na acht uur
wordt uitgezonden.
„Het is een barbaars uur. Op zon
dagmorgen acht uur hoort ieder-
Johan Anthierens: 'Respect voor mensen die
een in zijn nest te liggen. Met dit in
het achterhoofd houd ik er reke
ning mee dat de gesprekken rustig
worden gehouden. Uiteindelijk
praat ik met mijn gasten zowat drie
uren. De achterliggende gedachte
van de BRT is uiteindelijk een ar
chief van bekende gasten aan te
leggen. Als een van mijn gasten
zich bijvoorbeeld tegen een boom
te pletter rijdt, kan er vrijwel on
middellijk een prachtig in memo-
riam worden gemaakt. Ik heb de
indruk dat enkele mensen dat al
door hebben".
- Eerder gaf je al te kennen datje
naar je gasten gaat als een geïnte
resseerd dilettant.
„Ik ben een dilettant. In heel
weinig zaken ben ik echt onder
legd. Ik heb altijd wel een natuur
lijke interesse aan de dag gelegd
voor diverse facetten van kunst,
politiek en andere activiteiten. Ik
ga zo open mogelijk naar mijn gas
ten toe. Ik wil dat ze zo rustig mo
gelijk over zichzelf en hun activi
teiten spreken. Ik waak er tijdens
zo'n gesprek wel over dat het pro
gramma niet slaapverwekkend
overkomt. Er moet dus hier en
daar wel een vlammetje in zitten".
- Het ligt in je bedoeling ook Ne
derlandse gasten in je programma
te halen. Aan wie denk je?
„Het grote probleem blijft dat
van de bekendheid. Als je enkel
bekende namen voor de microfoon
wil hebben is het grote nadeel dat
de meeste mensen al honderden
tien keer zijn geïntervieuwd. Ik
vraag me nog altijd af of Ischa
Meijer in België voldoende bekend
Drs. Rob Eygenhuysen (57) is
sinds een jaar hoofd van de
dienst radioprogramma's van
de NOS. Hij is de opvolger van
Cees Cabout. Sinds enige
weken heeft hij het extra
druk, omdat hij de taken van
Ben Janssen, die benoemd is
tot interim
directeur-hoofdredacteur van
de Regionale Omroep Zuid,
heeft overgenomen. Dat houdt
in dat Eygenhuysen zich
intensiever dan voorheen
bezighoudt met gesproken
woord, actualiteiten,
bijzondere projecten en sport.
Een gesprek met
Eygenhuysen, waarin hij
onder meer ingaat op deze
„ongedachte kans" om zich
directer met programma's te
gaan bemoeien. Maar ook
over de taak van de publieke
en de commerciële omroep, de
problemen rond Radio 5 en de
bezuinigingen in omroepland.
HILVERSUM (GPD) - „De mens
op ware grootte" staat in grote let
ters op het affiche met een wereld
bol, dat Rob Eygenhuysen kreeg
bij zijn afscheid, ruim een jaar gele
den, als hoofd van de NOS-afde-
ling schooltelevisie. Het hangt nu
in zijn werkkamer in het omroep-
kwartier. „Ze hebben bij de school
televisie mijn les goed begrepen",
zegt hij tevreden. „De mens is
slechts een speldeknopje in het
heelal".
Rob Eygenhuysen legt sinds het
vertrek van Ben Janssen zijn prio
riteit bij de programma's. „Ik praat
op dit moment gereld met pro
grammamakers. Veel van de NOS-
programma's zijn vooral journalis
tiek van aard. Wat mij interesseert,
is of altijd de juiste afweging ge
maakt wordt tussen het program
ma als totaliteit en de journalistie
ke onderwerpen. Mijn indruk is
dat mede door de bezuinigingen er
zó hard gewerkt moet worden, dat
de bezinningsmomenten van pro
grammamakers veel te schaars
zijn".
„Als je die momenten van bezin
ning echter onvoldoende aan
brengt, kun je de wrange vruchten
daarvan later beluisteren. Of er is
later niets meer te beluisteren, om
dat de mensen afgehaakt hebben.
Nu de bezuinigingswolken steeds
meer boven ons komen hangen, is
de vraag hoe we de mogelijkheden
kunnen creëren om het radiovak
als zodanig boven tafel te houden".
Concreet gaat het, met het oog op
de toekomst, om de radio zijn ei
gen plaats te laten behoudën; de
radio niet slechts doorgeefluik te
laten zijn.
Diskotabel
„Als je mooie muziek wilt horen,
kun je thuis een compact disc op
zetten. Wat moet de radio dan nog?
Ik vind dat de radio een meerwaar
de kan bieden door, zoals bijvoor
beeld op zondagmiddag via Radio
4 in 'Diskotabel' gebeurt, een des
kundig panel recent verschenen
cd's, elpees te laten bespreken en
die te vergelijken met vroegere
versies. De NOS heeft in dit op
zicht in het bijzonder een aanvul
lende functie. Naast programma's
die iedereen wil, zoals nieuws,
sport, Met het Oog op Morgen, de
Avondspits, is er een categorie pro
gramma's die niemand wil, of
waaraan nog niet gedacht is. In dit
verband noem ik de compositie-
opdrachten, die de NOS ver
strekt".
De meeste NOS-programma's
zijn te vinden op Radio 5, dat nog
in een experimenteel stadium ver
keert en de steun heeft van minis
ter Brinkman van WVC. Radio 5,
de zender voor gesproken woord
en informatie, wordt slecht beluis-
Rob Eygenhuysen: 'Radio 5 biedt
goede programma's die slecht wor
den beluisterd.
terd. Grote klacht van de luiste
raars is dat het aanbod versnipperd
en chaotisch is. De programma's
die op Radio 5 het best beluisterd
worden, zijn de nieuwsbulletins
van het ANP en de Muzikale Fruit
mand van de EO.
Op Radio 5 zitten heel goede pro
gramma's die heel slecht beluis
terd worden. Het is in die omstan
digheid voor programmamakers
een verschrikkelijke zaak om de
goede moed er nog in te houden.
Maar dat betekent niet dat Radio 5
opgeheven moet worden; het is
juist een zender met grote moge
lijkheden als er aan bepaalde voor
waarden wordt voldaan. Instruc
tieve uitzendingen horen naar mijn
mening niet thuis op het ópen net.
Die tijd is voorbij. Op dit moment
staat een aantal media ter beschik
king dat het instructiedoel beter
kan benaderen, met name de com
putergestuurde beeldplaat.
door
Renate van Iperen
Hoewel Radio 5 slecht wordt be
luisterd, zijn Nederlanders in het
algemeen echte luisteraars. Zeker
in verhouding met de ons omrin
gende landen. „Nederlanders luis
teren gemiddeld drie uur per dag.
Dat houdt uiteraard ook verband
met het feit dat dagtelevisie in ons
land niet zoveel voorstelt. Radio is
bedoeld voor een breed publiek. Ik
denk altijd aan de man in de straat.
Als de melkboer, de stratenmaker
het begrijpt, dan heb ik een groter
gevoel van tevredenheid dan wan
neer ik een brief van een hoogle
raar krijgt die schrijft dat wij een
goed programma hebben gemaakt.
Als ik met het massamedium radio
het grote publiek niet kan berei
ken, dan denk ik dat ik voor een
deel faal".
In 1988 wordt de Nederlandse te
levisie opgedeeld in drie zenders:
een voor VARA, NCRV en KRO,
één voor AVRO, Veronica en
TROS en Nederland 3 voor de NOS
en de kleine leden-gebonden zend
gemachtigden. Zou de radio dit
voorbeeld niet kunnen navolgen?
„Dat sluit ik niet bij voorbaat uit.
Ik denk dat de huidige zenderkleu
ring op de radio een overgangstijd
perk is. In de toekomst moet ruim
te gemaakt worden voor omroepen
om de zenders te vullen zoals zij
dat willen. Een praatgroep met ra
diodirecteuren van alle omroepen
komt eind dit jaar met een voorstel
tot herindeling van de radio vanaf
1990. Overigens verwacht ik geen
aardverschuivingen".
Commercieel
Eygenhuysen voorziet die aard
verschuivingen wèl op het mo
ment dat de commerciële omroep
in het Nederlandse bestel zijn in
trede gaat doen. „Dan zal de taak
van de publieke omroep veel dui
delijker uit de verf komen. Com
merciële omroep heeft sterk de
neiging te zeggen: Aha, zó zit de
mens in elkaar. Dat hoort hij wèl
graag en dat niet. Een publieke
omroep daarentegen zegt: zo zitten
de mensen in elkaar en dat ont
breekt aan zijn inzicht. Een wezen
lijk verschil dus".
Als je de tekenen van de tijd
verstaat moet je erkennen dat er
een moment komt dat er een duaal
verschijnsel en hier ontstaat de
drang om tot commerciële omroep
te komen. Tegelijkertijd is er in de
Verenigde Staten, waar je het
schoolvoorbeeld van de commer
ciële omroep hebt, met alle ontspo
ringen vandien, de drang ontstaan
om een publiek omroep te creë-
„Binnen welke termijn ik een
duaal systeem zien ontstaan? Die
termijn wordt meer door de poli
tiek bepaald dan door het gezonde
verstand. Ik geef daar geen in
schatting van. Wat mij betreft mag
de commerciële omroep er van
daag nog komen. Maar ik zal er
nooit gaan werken. De discussie
ligt in het parlement en ik weet
niet wanneer een meerderheid in
dat parlement politiek-psycholo-
gisch gezien in staat zal zijn om
commerciële omroep toe te laten".
„Die wou ik heel graag hebben,
maar hij heeft geweigerd. Ik vrees
dat hij iets tegen mijn persoon
heeft. Ik heb ooit eens een badine
rende bespreking over een van zijn
boeken geschreven. Misschien is
hem dat wel in het verkeerde keel
gat geschoten".
- Tussen haakjes: hoe is het met
'Gaandeweg', je eenmanstijd
schrift?
„Er moet snel uitbreiding ko
men. Momenteel heb ik ruim ach
terhonderd abonnees. Een mooi
cijfer, maar in het concept van
'Gaandeweg' moeten er vijfhon
derd abonnees bijkomen, anders
kom ik in de problemen. Er zullen
binnenkort promotionele prikac-
ties gevoerd worden met de bedoe
ling het bestand op te trekken tot
vijftienhonderd afnemers".
- Je ziet de toekomst niet zo opti
mistisch tegemoet. Je kunt je zelfs
niet inbeelden dat je ooit je pen
sioen haalt. Een zwaar pessimisti
sche uitlating?
„Ik vind het begrip pensioenge
rechtigde leeftijd bepaaald niet
vrolijk klinken. Echt, ik heb een
enorm respect voor levenskunste
naars. Ik bedoel: mensen die mooi
oud kunnen worden. Hoe zal mijn
manier van werken en leven evo
lueren? Dat kan alleen maar in af
nemende richting evolueren. Ho
pelijk komt dat allemaal niet als
een ziekelijke, bizarre koketterie
Der Bettelstudent, operette van Carl
Millócker. Regie: Alexander Pichler.
Orkest onder leiding van Matin Mal-
zer. Met o.a.: Albert Bonnema, Jan
Handerson, Germaine Compier,
Margot Stroink, Anita Heins, Antoni
Wink en Jacco van Renesse. Gezien
op 7 november in de Leidse schouw
burg. Aldaar nog vanavond te zien.
LEIDEN - Het programmaboek
je heeft de vorm van een waaier.
De echte operetteliefhebbers
snappen het al. Immers, de
mooie Laura heeft Oberst Ollen-
dorf met haar waaier een klap in
het gezicht gegeven. En waaróm
nou eigenlijk: Ach, er hat sie ja
nur auf die Schulter geküsst - al
dus één van de bekendste melo
dieën uit 'Der Bettelstudent', die
op 'een soort van operette-top
honderd hoog genoteerd zou
staan.
Der Bettelstudent
Die blamage voor Ollendorf
vraagt om wraak. Ollendorf
roept daarbij de hulp van een ge
vangengenomen Bettelstudent
en diens kameraad in. De intrige
vol list en persoonsverwisselin
gen komt dan direct op gang.
Uiteindelijk zegeviert de Bettel
student; hij wordt in de adel
stand verheven en huwt de scho
ne Laura.
De Hoofdstad Operette maakt
er ook ditmaal weer een echt
operettefeest van.
Van deze groep mensen, het
enige professionele operettege
zelschap in Nederland, gaat al
tijd weer iets sympathieks uit. Er
wordt keihard gewerkt om het
publiek, dat het gezelschap daar
om terecht op handen draagt, te
laten genieten van een spranke
lende uitvoering. Het orkest on
der de strakke leiding van Martin
Malzer komt wederom opvallend
pittig voor de dag. Van flauwe
scène-toevoegingen is gelukkig
geen sprake meer. Regisseur
Pichler brengt de laatste jaren
steeds meer vaart in de voorstel
ling.
Temidden van vele bekende
gezichten is Albert Bonnema de
nieuwe ster, die met een prachti
ge stem de titelrol vertolkt. Naast
hem staat Germaine Compier als
Laura, die zich met haar charme
en inmiddels genoegzaam be
kende vocale prestaties tot één
van de sterren bij het gezelschap
heeft ontwikkeld.
WIJNAND ZEILSTRA
Piano-recital door Udo Falkner. Met
werken van Mozart, Chopin, Proko-
vieff, Rachmaninoff, Granados, Al-
beniz en De Falla. Gehoord op 7 no
vember in de Kapelzaal van K&O.
LEIDEN - Een ingetogen ver
schijning: zo kan men de Duitse
pianist Udo Falkner wel karakte
riseren. Beheerst in zijn optre
den, wars van elke onnodige be
weging en heel efficiënt in zijn
pianospel. Maar ondertussen ge
beurt er muzikaal wel heel wat
onder ziin handen.
De evenwichtige en heldere
aanpak van Falkner bleek met
een al in Mozarts sonate in Bes
K.V. 570, die heel beheerst, soms
zelfs bijna saai werd gespeeld.
Meer was er te beleven in de vol
gende stukken, zoals de barca
rolle op. 60 van Chopin. De gol
vende lijnen en de verrassende
harmonieën werden zangerig
vertolkt. Veel briljanter van ka
rakter is de beroemde polonaise
in As op. 53 van dezelfde compo
nist die vervolgens op het pro
gramma stond. De vertolking
van dit indrukwekkende piano-
werk kan gemakkelijk ontaarden
Udo Kal knor
evenwichtig
in een technisch bravoure-stuk.
Zo niet bij Udo Falkner. Met
ogenschijnlijk stoïcijns geméik
wist hij alle oktavenpassages
exact tot klinken te brengen. In
zijn vertolking bleef ook nog iets
van het oorspronkelijk aristocra
tische karakter van de polonaise
(Poolse dans) bewaard. Het pe-
daalgebruik was goed uitgeba
lanceerd, wat trouwens ook gold
voor de programmakeuze. Het
leeuwendeel daarvan speelde
zich na de pauze af met werken
van Russische en Spaanse com
ponisten.
In deze werken bleek weer de
evenwichtige aanpak van de pia
nist. Alle stukken hebben een ei
gen karakter en in de tien korte
stukken uit "Visions fugitives"
van Prokofieff wisselt het karak
ter bijzonder vaak. Udo Falkner
wist steeds snel over te schake
len. Een enkele geheugenstoor
nis werd onopvallend opgelost.
Iets te concreet naar mijn
smaak klonk de prelude in gis
opus 32 van Rachmaninov. Het
dromerige karakter blijkt vooral
aan het eind van het stuk waar de
pianoklank met steeds hogere
noten in het niets behoort te ver
dwijnen.
Zeer overtuigend daarentegen
klonk de Goyesca nr. 1 van Gra
nados, met zijn afwisseling tus
sen lyriek en gitaarachtige stac
cato's. De twee dansen uit "El
amor brujo" van De Falla waar
mee het concert werd afgesloten
maakten veel indruk. De obsede
rende ritmes in deze stukken
doen soms denken aan Pretroesj-
ka van Strawinski, maar dan met
hun eigen Spaanse karakter. De
snelle repeterende noten, ook ty
pisch voor het Spaanse idioom,
werden briljant uitgevoerd even
als de snelle glissandi (glijden)
over de witte en zwarte toetsen
van de vleugel. De uiterlijk onbe
wogen maar vurig musicerende
pianist Udo Falkner hield het pu
bliek een hele avond in zijn ban.
FRANK DEN HERDER