'De ben een dilettant' 'Radio bedoeld voor breed publiek' Toch nog Boedapest TV-RUBRIEK NOS-hoofd Rob Eygenhuysen: Radio-interviewer Johan Anthierens ZATERDAG 8 NOVEMBER 1986 RADIO-TV-KUNST PAGINA 33 Twee weken geleden heb ik mij er in deze rubriek over verbaasd/ beklaagd, dat onze vele zendge- machtigden niets tot niets noe menswaardigs aan de herden king van Boedapest-1956 hadden gedaan. In een Oostblokland zou je denken dat deze 'terughou dendheid' te maken moet heb ben gehad met het wat onhandig geplande staatsbezoek dat ko ningin Beatrix aan de vooravond van de herdenking van 30 jaar 'Boedapest' aan het Hongarije van Kadar bracht, maar wij leven in een vrij en blij westblokland, en afgezien daarvan: het zou mij verbazen als ze in Hilversum bij de lange planning vooraf die nu eenmaal inherent is aan televisie programmering, ueberhaupt ge weten hebben dat de koningin kort tevoren naar Hongarije ging. Die verbazing heb ik donder dagavond in het EO-actualitei- tenprogramma 'Tijdsein' nog eens verwoord, waarbij ik er op gewezen heb dat ronde jaartallen expres zijn uitgevonden om de mensen de gelegenheid te geven naar iets terug te blikken waar zij eigenlijk elke dag of elk jaar aan zouden moeten terugdenken, maar waar zij door grote drukte, andere besognes en andere histo rische momenten nooit aan toe komen. Gelukkig zijn daar dan af en toe de 25- of 30- of 40- of 50- of 100-jarige herdenkingen die de kranten, de televisie, de radio de ongezochte gelegenheid bieden om toch weer even aan deze of gene historische gebeurtenis aandacht te schenken zonder dat men zich hoeft af te vragen: waarom nu opeens, waarom gis teren niet. of volgend jaar? Nou, gewoon, omdat Erasmus 450 jaar geleden overleed, omdat Gustav Mahler 75 jaar geleden overleed, omdat Johann Sebastian Bach 300 jaar geleden werd geboren, omdat Joost van den Vondel vol gend jaar 400 jaar geledeen werd geboren, enzovoort enzovoort. Beroemde personen hebben daarbij de handige eigenschap dat zij dubbel herdacht kunnen worden dank zij een geboorte- en een sterfdatum, maar dat gemak kende de kortstondige Hongaar se opstand ook: 23 oktober 1956 begon ze, en op 4 november 1956 was ze alweer voorbij. Onze zendgemachtigden hadden dus twee kansen, maar alleen de EO greep die donderdagavond, twee dagen te laat eigenlijk, aan. En dan ook nog maar mondjes maat! Op dit moment word ik ge beld door een Nederlander van Hongaarse origine, die mij vraagt of ik weet of de gehele BBC-re- portage (van vijf kwartier) waar van de EO een korte samenvat ting uitzond van 10 minuten, nog ergens te bekijken is. Hij had ge hoord dat deze BBC-reportage wel in haar geheel op de Belgi sche televisie was uitgezonden. Ik kon hem alleen maar verwij zen naar Peter Vedder van de EO die de samenvatting gemaakt heeft. Ik herkende daarin nog ve le filmbeelden van dertig jaar ge leden (mannen in burger, schie tend vanachter een boom op hui zen driehoog), maar wat ik mij niet herinnerde, en wat ik ook vergeten was en mij daarom de laatste vijfentwintig jaar nooit gerealiseerd heb, was de impone rende, massale protestdemon stratie die aan de opstand vooraf ging. Zo'n plein, afgestampt vol met honderdduizenden mensen, alleen maar vergelijkbaar met het Museumplein in Amsterdam tijdens de vredesdemonstratie op 21 november 1981. Ik heb ook iets gemist, iets waarop ik zat te wachten, want Peter Vedder had me verteld dat in de BBC-documentaire een paar mensen optraden die ook nog op de filmbeelden van 30 jaar geleden te zien waren. Dat leek me fascinerend, maar dat is er in de samenvatting uitgeval len. De EO mag geprezen wor den omdat deze omroep er nog iets aan deed (beter een/zevende ei dan een lege dop), maar echt imponerend was het natuurlijk niet. Donderdagavond werd ook de documentaire 'Flyer flies faster' uitgezonden, lengte 1 uur en 17 minuten, daarin had de BBC-do cumentaire over Boedapest-1956 dus precies gepast. Was die Whit- bread-zeiljachtrace actueler dan Boedapest? Die race begon op 29 augustus 1981, precies 5 jaar en 69 dagen voordat de EO de docu mentaire uitzond, ik vind dat ook wel een mooi rond getal (vooral soixante-neuf!), maar toch niet zo rond als 'dertig jaar geleden'. Trouwens, het had onze zendge- machtigden ook gepast een ei gen documentaire over Boeda pest te maken. Er moeten tussen de 2000 en 3000 Hongaren in Ne derland wonen die in 1956 ge vlucht zijn, het zou dus betrekke lijk eenvoudig zijn geweest, -ook voor de EO,- om een eigen her denkingsreportage te maken. Zoals Tijdsein ook in staat bleek een goede eigen reportage te maken over Ronnie Brunswijk en (o.a.) zijn drie Britse 'advi seurs'. Nee, ze waren geen huur lingen, ze vochten zelf niet mee, ze adviseerden alleen. Maar drie dagen geleden heeft u tegen me gezegdzei Albert de Lange. Stop de film!, riep de Engels man. Wij wisten weer genoeg... BRUSSEL (GPD) - Johan Anthierens. ooit de bikkelharde interviewer van het televisieprogramma 'Noord-Zuid', heeft zich na zijn avontuur met zijn blad 'De Zwijger' dankzij columns in Playboy en De Vdlkskrant weer uit het dal geschreven. Sinds de publikatie van zijn smaadschrift 'Het Belgische Domdenken' en het wekelijkse BRT-radioprogramma 'Vrijspraak voor Anthierens' gaat zijn naam weer geregeld over de tong. Zijn pen krast harder dan ooit en nog meer dan vroeger stelt hij zich als een journalistieke vrijbuiter op. Hij bestelt warme chocolademelk in het café, vlakbij bij de Brusselse Grote Markt, waar het gesprek plaats heeft. Hoe voelt hij zich als freelance-journalist nu? „Free-lance werken vergt in eer ste instantie een goede fysieke con ditie. Je moet bijna een sporter zijn om het vol te hoUden. Het impli ceert ook geregeld de grens met Nederland oversteken. Freelance- journalistiek is vast en zeker niet interessant. Wie het talloze jaren doet wordt op een of andere ma nier naar een vorm van schizofre nie gedreven. Uiteindelijk is het op lange termijn onhoudbaar, behalve als je zeer handig bent". door Carlos Alleene „Boekhoudkundig moet je een 'primus inter pares' zijn. In mijn geval zit ik zwaar tegen mijn werk situatie aan te hikken. Je verdient niet veel geld voor watje presteert. Bovendien is er het gevaar dat je doorgaans halfbakken produkten aflevert. Op den duur vreet dat je aan en word je alleen nog een brok ontevredenheid. Er zijn wel span nende kanten aan als je jong bent. maar ik leun inmiddels tegen de vijftig aan. Natuurlijk zou ik liever ergens onderdak zijn, hoewel ik niet jaloers ben op de collega's die vastzitten, want die hoor ik ook al leen maar klagen". - Je publiceert in De Volkskrant, maar je hebt evenzeer je vaste pa gina in Playboy. Er is een reusach tige afstand tussen beide bladen. Is dat een probleem? „Mijn kroniek in De Volkskrant is eind vorig jaar stopgezet. De af spraak was dat ik grote stukken voor 'Het Vervolg' zou leveren. Door mijn talloze activiteiten in België kom ik er evenwel niet meer toe. Playboy is voor mij een beetje lastig. Eigenlijk houd ik niet van zulke bladen. Pas op, ik heb daar niets op tegen. Nee, dat is het niet. Wel voel ik me er niet echt op mijn plaats. Aan de andere kant schrijf ik dan wel graag over erotiek. Waar kan ik die dingen elders kwijt dan in Playboy? Het contact met de redactie is uitermate vriendelijk. Daar niet van. Ik zou liever de luxe krijgen dat ik mag schrijven in bla den die me echt inspireren. Ik denk met name aan De Volks krant, maar daar zit ik weer met de afstand België-Nederland". - Niet zo heel lang geleden voerde je voor de VPRO-radio een mara- thongesprék met Hugo Claus. Het was geen ineressant intervieuw. Je had het uitsluitend over 'Het ver driet van België' en jullie praatten naast elkaar. „Het was géén groot gesprek. Naderhand werd me een vorm van onderdanigheid ten opzichte van Claus verweten. Een verwijt dat hout snijdt. Ter verdediging moet ik zeggen dat ik met de angst op het lijf ben begonnen aan dat mara- thongesprek. Ik had geen idee hoe lang vijf uur praten zonder muzi kaal intermezzo kan zijn. Ik vond het al een enorme prestatie dat ik na enige tijd niet stil ben gevallen. Er waren momenten die zeer on derhoudend waren, maar zo'n aanpak was totaal nieuw. Zowel voor Claus als voor mij. We wisten niet hoe de bochten lagen. Ik vind het vreemd dat Claus na al die lo vende kritieken over 'Het verdriet van België' nog altijd beweert dat de kritiek niets van zijn boek heeft begrepen. Hij zegt dat zeer nadruk kelijk. Als ik hem vraag uit te leg gen wat de kritiek niet begrepen heeft, weigert hij daarop in te gaan. Dat is toch jammer. Misschien had ik hardnekkiger moeten zijn en een antwoord geëist hebben. Mijn excuus is nu dat ik ontzettend bang was, omdat ik dergelijk pro gramma's nooit eerder gedaan had. Ik zou het graag nog een keer over doen". - Misschien had je Claus' talloze werken nog een keer -moeten doornemen. „Ik had heel wat van hem gele zen, ofschoon het programma geen revue van zijn literair werk mocht worden. Zo had ik zeer graag met hem over het onderwerp vrouwen gepraat, maar daar wilde hij niet van weten. Op die manier wordt het natuurlijk een beetje hachelijk om zo'n marathongesprek vol te houden. Uiteindelijk was ik door de VPRO gevraagd om een docu ment humain te maken en niet zo zeer een literair programma". -In een vroeger intervieuw ont hulde je dat je heel lang als een bange wezel hebt geleefd. Is dat een van de gevolgen van je strenge op voeding? „We hadden thuis allemaal een gebrek aan initiatief als gevolg van een strenge opvoeding. We waren bang voor de buitenwereld. Als kind hadden we meteen heimwee naar thuis als we een halve dag weg waren. Nogal wat zusters van me moesten als kind van hun vakantieplek teruggehaald worden omdat ze van verdriet piet meer handelbaar waren. In zo'n cocon ben ik dus opgegroeid. Toen ik achttien was drong het plotseling tot me door dat ik eigenlijk niets van de wereld afwist. Ik durfde toen nauwelijks iets ondernemen. Naderhand heb ik jarenlang tegen dat bange gevoel moeten vechten". „De jongste kinderen hadden minder met de roede te maken. De oudere kinderen hebben daarente gen de harde hand gevoeld, soms zelfs nog hardere voet. Vader was op een vervelende manier streng. Hij ontmoedigde je en brak je dro men zodra hij wist dat je voor iets belangstelling had. Vandaar dat hij je vaak tot iets verplichtte waar je helemaal niet met je hart bij was. Hij was een negatieve pedagoog". - Het is toch te gek dat je weke lijkse BRT-radioprogramma 'Vrij spraak voor Anthierens' elke zon dagochtend even na acht uur wordt uitgezonden. „Het is een barbaars uur. Op zon dagmorgen acht uur hoort ieder- Johan Anthierens: 'Respect voor mensen die een in zijn nest te liggen. Met dit in het achterhoofd houd ik er reke ning mee dat de gesprekken rustig worden gehouden. Uiteindelijk praat ik met mijn gasten zowat drie uren. De achterliggende gedachte van de BRT is uiteindelijk een ar chief van bekende gasten aan te leggen. Als een van mijn gasten zich bijvoorbeeld tegen een boom te pletter rijdt, kan er vrijwel on middellijk een prachtig in memo- riam worden gemaakt. Ik heb de indruk dat enkele mensen dat al door hebben". - Eerder gaf je al te kennen datje naar je gasten gaat als een geïnte resseerd dilettant. „Ik ben een dilettant. In heel weinig zaken ben ik echt onder legd. Ik heb altijd wel een natuur lijke interesse aan de dag gelegd voor diverse facetten van kunst, politiek en andere activiteiten. Ik ga zo open mogelijk naar mijn gas ten toe. Ik wil dat ze zo rustig mo gelijk over zichzelf en hun activi teiten spreken. Ik waak er tijdens zo'n gesprek wel over dat het pro gramma niet slaapverwekkend overkomt. Er moet dus hier en daar wel een vlammetje in zitten". - Het ligt in je bedoeling ook Ne derlandse gasten in je programma te halen. Aan wie denk je? „Het grote probleem blijft dat van de bekendheid. Als je enkel bekende namen voor de microfoon wil hebben is het grote nadeel dat de meeste mensen al honderden tien keer zijn geïntervieuwd. Ik vraag me nog altijd af of Ischa Meijer in België voldoende bekend Drs. Rob Eygenhuysen (57) is sinds een jaar hoofd van de dienst radioprogramma's van de NOS. Hij is de opvolger van Cees Cabout. Sinds enige weken heeft hij het extra druk, omdat hij de taken van Ben Janssen, die benoemd is tot interim directeur-hoofdredacteur van de Regionale Omroep Zuid, heeft overgenomen. Dat houdt in dat Eygenhuysen zich intensiever dan voorheen bezighoudt met gesproken woord, actualiteiten, bijzondere projecten en sport. Een gesprek met Eygenhuysen, waarin hij onder meer ingaat op deze „ongedachte kans" om zich directer met programma's te gaan bemoeien. Maar ook over de taak van de publieke en de commerciële omroep, de problemen rond Radio 5 en de bezuinigingen in omroepland. HILVERSUM (GPD) - „De mens op ware grootte" staat in grote let ters op het affiche met een wereld bol, dat Rob Eygenhuysen kreeg bij zijn afscheid, ruim een jaar gele den, als hoofd van de NOS-afde- ling schooltelevisie. Het hangt nu in zijn werkkamer in het omroep- kwartier. „Ze hebben bij de school televisie mijn les goed begrepen", zegt hij tevreden. „De mens is slechts een speldeknopje in het heelal". Rob Eygenhuysen legt sinds het vertrek van Ben Janssen zijn prio riteit bij de programma's. „Ik praat op dit moment gereld met pro grammamakers. Veel van de NOS- programma's zijn vooral journalis tiek van aard. Wat mij interesseert, is of altijd de juiste afweging ge maakt wordt tussen het program ma als totaliteit en de journalistie ke onderwerpen. Mijn indruk is dat mede door de bezuinigingen er zó hard gewerkt moet worden, dat de bezinningsmomenten van pro grammamakers veel te schaars zijn". „Als je die momenten van bezin ning echter onvoldoende aan brengt, kun je de wrange vruchten daarvan later beluisteren. Of er is later niets meer te beluisteren, om dat de mensen afgehaakt hebben. Nu de bezuinigingswolken steeds meer boven ons komen hangen, is de vraag hoe we de mogelijkheden kunnen creëren om het radiovak als zodanig boven tafel te houden". Concreet gaat het, met het oog op de toekomst, om de radio zijn ei gen plaats te laten behoudën; de radio niet slechts doorgeefluik te laten zijn. Diskotabel „Als je mooie muziek wilt horen, kun je thuis een compact disc op zetten. Wat moet de radio dan nog? Ik vind dat de radio een meerwaar de kan bieden door, zoals bijvoor beeld op zondagmiddag via Radio 4 in 'Diskotabel' gebeurt, een des kundig panel recent verschenen cd's, elpees te laten bespreken en die te vergelijken met vroegere versies. De NOS heeft in dit op zicht in het bijzonder een aanvul lende functie. Naast programma's die iedereen wil, zoals nieuws, sport, Met het Oog op Morgen, de Avondspits, is er een categorie pro gramma's die niemand wil, of waaraan nog niet gedacht is. In dit verband noem ik de compositie- opdrachten, die de NOS ver strekt". De meeste NOS-programma's zijn te vinden op Radio 5, dat nog in een experimenteel stadium ver keert en de steun heeft van minis ter Brinkman van WVC. Radio 5, de zender voor gesproken woord en informatie, wordt slecht beluis- Rob Eygenhuysen: 'Radio 5 biedt goede programma's die slecht wor den beluisterd. terd. Grote klacht van de luiste raars is dat het aanbod versnipperd en chaotisch is. De programma's die op Radio 5 het best beluisterd worden, zijn de nieuwsbulletins van het ANP en de Muzikale Fruit mand van de EO. Op Radio 5 zitten heel goede pro gramma's die heel slecht beluis terd worden. Het is in die omstan digheid voor programmamakers een verschrikkelijke zaak om de goede moed er nog in te houden. Maar dat betekent niet dat Radio 5 opgeheven moet worden; het is juist een zender met grote moge lijkheden als er aan bepaalde voor waarden wordt voldaan. Instruc tieve uitzendingen horen naar mijn mening niet thuis op het ópen net. Die tijd is voorbij. Op dit moment staat een aantal media ter beschik king dat het instructiedoel beter kan benaderen, met name de com putergestuurde beeldplaat. door Renate van Iperen Hoewel Radio 5 slecht wordt be luisterd, zijn Nederlanders in het algemeen echte luisteraars. Zeker in verhouding met de ons omrin gende landen. „Nederlanders luis teren gemiddeld drie uur per dag. Dat houdt uiteraard ook verband met het feit dat dagtelevisie in ons land niet zoveel voorstelt. Radio is bedoeld voor een breed publiek. Ik denk altijd aan de man in de straat. Als de melkboer, de stratenmaker het begrijpt, dan heb ik een groter gevoel van tevredenheid dan wan neer ik een brief van een hoogle raar krijgt die schrijft dat wij een goed programma hebben gemaakt. Als ik met het massamedium radio het grote publiek niet kan berei ken, dan denk ik dat ik voor een deel faal". In 1988 wordt de Nederlandse te levisie opgedeeld in drie zenders: een voor VARA, NCRV en KRO, één voor AVRO, Veronica en TROS en Nederland 3 voor de NOS en de kleine leden-gebonden zend gemachtigden. Zou de radio dit voorbeeld niet kunnen navolgen? „Dat sluit ik niet bij voorbaat uit. Ik denk dat de huidige zenderkleu ring op de radio een overgangstijd perk is. In de toekomst moet ruim te gemaakt worden voor omroepen om de zenders te vullen zoals zij dat willen. Een praatgroep met ra diodirecteuren van alle omroepen komt eind dit jaar met een voorstel tot herindeling van de radio vanaf 1990. Overigens verwacht ik geen aardverschuivingen". Commercieel Eygenhuysen voorziet die aard verschuivingen wèl op het mo ment dat de commerciële omroep in het Nederlandse bestel zijn in trede gaat doen. „Dan zal de taak van de publieke omroep veel dui delijker uit de verf komen. Com merciële omroep heeft sterk de neiging te zeggen: Aha, zó zit de mens in elkaar. Dat hoort hij wèl graag en dat niet. Een publieke omroep daarentegen zegt: zo zitten de mensen in elkaar en dat ont breekt aan zijn inzicht. Een wezen lijk verschil dus". Als je de tekenen van de tijd verstaat moet je erkennen dat er een moment komt dat er een duaal verschijnsel en hier ontstaat de drang om tot commerciële omroep te komen. Tegelijkertijd is er in de Verenigde Staten, waar je het schoolvoorbeeld van de commer ciële omroep hebt, met alle ontspo ringen vandien, de drang ontstaan om een publiek omroep te creë- „Binnen welke termijn ik een duaal systeem zien ontstaan? Die termijn wordt meer door de poli tiek bepaald dan door het gezonde verstand. Ik geef daar geen in schatting van. Wat mij betreft mag de commerciële omroep er van daag nog komen. Maar ik zal er nooit gaan werken. De discussie ligt in het parlement en ik weet niet wanneer een meerderheid in dat parlement politiek-psycholo- gisch gezien in staat zal zijn om commerciële omroep toe te laten". „Die wou ik heel graag hebben, maar hij heeft geweigerd. Ik vrees dat hij iets tegen mijn persoon heeft. Ik heb ooit eens een badine rende bespreking over een van zijn boeken geschreven. Misschien is hem dat wel in het verkeerde keel gat geschoten". - Tussen haakjes: hoe is het met 'Gaandeweg', je eenmanstijd schrift? „Er moet snel uitbreiding ko men. Momenteel heb ik ruim ach terhonderd abonnees. Een mooi cijfer, maar in het concept van 'Gaandeweg' moeten er vijfhon derd abonnees bijkomen, anders kom ik in de problemen. Er zullen binnenkort promotionele prikac- ties gevoerd worden met de bedoe ling het bestand op te trekken tot vijftienhonderd afnemers". - Je ziet de toekomst niet zo opti mistisch tegemoet. Je kunt je zelfs niet inbeelden dat je ooit je pen sioen haalt. Een zwaar pessimisti sche uitlating? „Ik vind het begrip pensioenge rechtigde leeftijd bepaaald niet vrolijk klinken. Echt, ik heb een enorm respect voor levenskunste naars. Ik bedoel: mensen die mooi oud kunnen worden. Hoe zal mijn manier van werken en leven evo lueren? Dat kan alleen maar in af nemende richting evolueren. Ho pelijk komt dat allemaal niet als een ziekelijke, bizarre koketterie Der Bettelstudent, operette van Carl Millócker. Regie: Alexander Pichler. Orkest onder leiding van Matin Mal- zer. Met o.a.: Albert Bonnema, Jan Handerson, Germaine Compier, Margot Stroink, Anita Heins, Antoni Wink en Jacco van Renesse. Gezien op 7 november in de Leidse schouw burg. Aldaar nog vanavond te zien. LEIDEN - Het programmaboek je heeft de vorm van een waaier. De echte operetteliefhebbers snappen het al. Immers, de mooie Laura heeft Oberst Ollen- dorf met haar waaier een klap in het gezicht gegeven. En waaróm nou eigenlijk: Ach, er hat sie ja nur auf die Schulter geküsst - al dus één van de bekendste melo dieën uit 'Der Bettelstudent', die op 'een soort van operette-top honderd hoog genoteerd zou staan. Der Bettelstudent Die blamage voor Ollendorf vraagt om wraak. Ollendorf roept daarbij de hulp van een ge vangengenomen Bettelstudent en diens kameraad in. De intrige vol list en persoonsverwisselin gen komt dan direct op gang. Uiteindelijk zegeviert de Bettel student; hij wordt in de adel stand verheven en huwt de scho ne Laura. De Hoofdstad Operette maakt er ook ditmaal weer een echt operettefeest van. Van deze groep mensen, het enige professionele operettege zelschap in Nederland, gaat al tijd weer iets sympathieks uit. Er wordt keihard gewerkt om het publiek, dat het gezelschap daar om terecht op handen draagt, te laten genieten van een spranke lende uitvoering. Het orkest on der de strakke leiding van Martin Malzer komt wederom opvallend pittig voor de dag. Van flauwe scène-toevoegingen is gelukkig geen sprake meer. Regisseur Pichler brengt de laatste jaren steeds meer vaart in de voorstel ling. Temidden van vele bekende gezichten is Albert Bonnema de nieuwe ster, die met een prachti ge stem de titelrol vertolkt. Naast hem staat Germaine Compier als Laura, die zich met haar charme en inmiddels genoegzaam be kende vocale prestaties tot één van de sterren bij het gezelschap heeft ontwikkeld. WIJNAND ZEILSTRA Piano-recital door Udo Falkner. Met werken van Mozart, Chopin, Proko- vieff, Rachmaninoff, Granados, Al- beniz en De Falla. Gehoord op 7 no vember in de Kapelzaal van K&O. LEIDEN - Een ingetogen ver schijning: zo kan men de Duitse pianist Udo Falkner wel karakte riseren. Beheerst in zijn optre den, wars van elke onnodige be weging en heel efficiënt in zijn pianospel. Maar ondertussen ge beurt er muzikaal wel heel wat onder ziin handen. De evenwichtige en heldere aanpak van Falkner bleek met een al in Mozarts sonate in Bes K.V. 570, die heel beheerst, soms zelfs bijna saai werd gespeeld. Meer was er te beleven in de vol gende stukken, zoals de barca rolle op. 60 van Chopin. De gol vende lijnen en de verrassende harmonieën werden zangerig vertolkt. Veel briljanter van ka rakter is de beroemde polonaise in As op. 53 van dezelfde compo nist die vervolgens op het pro gramma stond. De vertolking van dit indrukwekkende piano- werk kan gemakkelijk ontaarden Udo Kal knor evenwichtig in een technisch bravoure-stuk. Zo niet bij Udo Falkner. Met ogenschijnlijk stoïcijns geméik wist hij alle oktavenpassages exact tot klinken te brengen. In zijn vertolking bleef ook nog iets van het oorspronkelijk aristocra tische karakter van de polonaise (Poolse dans) bewaard. Het pe- daalgebruik was goed uitgeba lanceerd, wat trouwens ook gold voor de programmakeuze. Het leeuwendeel daarvan speelde zich na de pauze af met werken van Russische en Spaanse com ponisten. In deze werken bleek weer de evenwichtige aanpak van de pia nist. Alle stukken hebben een ei gen karakter en in de tien korte stukken uit "Visions fugitives" van Prokofieff wisselt het karak ter bijzonder vaak. Udo Falkner wist steeds snel over te schake len. Een enkele geheugenstoor nis werd onopvallend opgelost. Iets te concreet naar mijn smaak klonk de prelude in gis opus 32 van Rachmaninov. Het dromerige karakter blijkt vooral aan het eind van het stuk waar de pianoklank met steeds hogere noten in het niets behoort te ver dwijnen. Zeer overtuigend daarentegen klonk de Goyesca nr. 1 van Gra nados, met zijn afwisseling tus sen lyriek en gitaarachtige stac cato's. De twee dansen uit "El amor brujo" van De Falla waar mee het concert werd afgesloten maakten veel indruk. De obsede rende ritmes in deze stukken doen soms denken aan Pretroesj- ka van Strawinski, maar dan met hun eigen Spaanse karakter. De snelle repeterende noten, ook ty pisch voor het Spaanse idioom, werden briljant uitgevoerd even als de snelle glissandi (glijden) over de witte en zwarte toetsen van de vleugel. De uiterlijk onbe wogen maar vurig musicerende pianist Udo Falkner hield het pu bliek een hele avond in zijn ban. FRANK DEN HERDER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 33