Voorbeeldige, maar soms saaie
Raymonda van Bolsjoi Ballet
Musical Publiek meer liedjesrevue
Toneelgroepen met
opheffing bedreigd
Elgar en Strauss: een
wereld van verschil
r, i DONDERDAG 30 OKTOBER 1986
El 1986
PAGINA 25
Het Bolsjoi Ballet met 'Raymonda'.
Choreografie: Marius Petipa, her
zien door Joeri Grigorowitsj; mu
ziek: Aleksander Glazoenov; vorm
geving: Simon Wirsaladze. Gezien
op 29 oktober in het Muziektheater.
Amsterdam. Aldaar ook op 30 en 31
oktober en 1 november.
AMSTERDAM - Nooit eerder
was het Bolsjoi Ballet op volledi
ge sterkte in ons land te zien. So
listen en kleine groepen traden
wel eerder hier op, maar pas met
het Muziektheater is er een ac
commodatie waarin de 150 dan
sers en 75 musici tot hun recht
kunnen komen. Dfe verwachtin
gen waren hoog gespannen. De
acht voorstellingen waren bin
nen de kortste keren uitver
kocht. Het eerste applaus klater
de gisteravond al door de zaal
toen het doek nog gesloten was.
De 'Raymonda', dat het Bolsjoi
gisteren danste, stamt uit 1898 en
is een van de avondvullende
klassieke balletten van de grote
Russische choreograaf Marius
Petipa. In het westen is het een
van diens minst populaire
werken. Een enkele keer neemt
een gezelschap het derde bedrijf
op het repertoire en solisten
brengen soms de grote pas de
deux. Maar in zijn geheel wordt
dit ballet hier zelden uitgevoerd.
Ook het Bolsjoi heeft er lang mee
gewacht. Artistiek leider Joeir
Grigorowitsj bewerkte eerst drie
andere klassieke balletten voor
hij zich in 1984 aan 'Raymonda'
Het is dan ook een klassieke
draak bij uitstek. Het verhaal
mag nauwelijks een naam heb
ben, het hele derde bedrijf be
staat in wezen uit een lange reeks
toegiften en de muziek van Gla
zoenov is zwaar romantisch en
zou zonder de dans vermoedelijk
geen lang leven meer beschoren
zün.
Scène uit 'Ray
monda' door het
Bolsjoi Ballet.
Toch, als het Bolsjoi 'Raymon
da' danst is dat een belevenis.
Grigorowitsj heeft het stuk van
heel wat stof ontdaan en een gro
te mate van helderheid weten te
scheppen. Opvallend is dat de
nadruk niet zozeer ligt op indivi
duele virtuositeit van de dansers.
zoals je zou verwachten, maar
eerder op de collectieve prestatie
en de soepele enscenering. 'Ray
monda' wordt gebracht voor wat
het is: een kijkspel om je bij te
verbazen zonder erbij na te den
ken.
De klasse van het Bolsjoi is in
deze uitvoering beter af te lezen
aan het corps de ballet dan aan
de solisten. Primaballerina Nata
lia Bessmertnowa vertolkt de th
telrol zeer beheerst en stijlvol,
maar zij heeft niet meer de leef
tijd om de explosiviteit op te
brengen die haar rol soms vraagt.
Haar tegenspeler Joeri Wasjoets-
jenko straalde ook in de snelle
passages veel klasse uit, maar in
de bijrollen dansten jongeren die
niet voor hem onder deden. And-
rej Sjachin als de Saraceense rid
der Abderachman, de snoodaard
in het stuk, zette een sterke ka
rakterrol neer.
Maar vooral in de belangrijke
bijrollen werden soms verbluf
fende prestaties geleverd. Met
name het begin van het tweede
en het hele derde bedrijf van
'Raymonda' bieden aankomende
sterren alle ruimte om hun kun
nen te etaleren. Fabuleus voeten
werk was te zien en spectaculair
hoge sprongen. Een corps de bal
let als dat van het Bolsjoi zie je
hoogst zelden. De dansers voer
den de vaak ingewikkelde
groepschoreografieën uit als wa
ren zij één lichaam. Tot in de
kleinste details was alles op el
kaar afgestemd, zowel in de uit
gesproken klassieke als in de
meer folkloristische delen. Voor
al de Arabische dansen in het
tweede bedrijf hadden daardoor
een grote dynamiek.
Toch kan ook een uitvoering
op een dergelijk niveau niet ver
hullen dat 'Raymonda' een ballet
is met vele zwakke schakels. Alle
bedrijven komen traag op gang,
scènes als die in de tovertuin en
de feestscène zijn zeer statisch in
hun bijna-symmetrie, het ge
vecht tussen de beide rivalen is
saai geensceneerd en vooral naar
het einde toe wordt de muziek
nogal plat. Aan de uitvoering
daarvan lag dat overigens niet.
Het orkest van het Bolsjoi Ballet
speelde oerdegelijk en in harmo
nie met de dans. Het gaf de zoeti
ge muziek een bedwelmende uit
werking.
De aankleding is royaal en
stijlvol en maakt in het geval van
'Raymonda' een belangrijk deel
van het genoegen uit. Weinig
glitter in de talloze kostuums,
maar mooie stoffen en stemmige
kleuren, helemaal afgestemd op
de statige enscenering.
Bij het Bolsjoi Ballet lijkt het
alsof niets aan het toeval is over
gelaten. Toch hoordeje soms een
paar radertjes piepen. Een van
de vriendinnen van Raymonda
viel bij haar opkomst plat op
haar achterste, de gravin raakte
met haar jurk verstrikt en de de
corwisselingen gingen gepaard
met hinderlijk geknars en stem
men uit portofoons, die tot ach
ter in de zaal te horen waren.
Misschien maar goed ook,
want bij een zo naadloze voor
stelling zou je anders aan de
menselijkheid van de uitvoeren
den kunnen gaan twijfelen.
ARIEJAN KORTEWEG
'Publiek', musical van Seth Gaaike-
ma en Bob Zimmerman. Regie: Wil
lem Nijholt. Choreografie: Lindsay
Dolan. Met: Allard v.d. Scheer, Hein
van Beem, Marjolein Sligte, Simon^*
Kleinsma, Erna Sassen, Jan Elbert-
se, Annette Nijder, Serge Henri Valc-
ke, Marloes v.d. Heuvel en Victor
van Swaay. Orkest o.l.v. Alan Evans.
Gezien op 29 oktober in de Stads
schouwburg.
AMSTERDAM - Of de Nieuwe
Nederlandse Musical van Seth
Gaaikema en Bob Zimmerman
het bij het publiek echt zal gaan
doen. moetje altijd maar afwach
ten. Aan de groots opgezette pu
bliciteitscampagne zal het zeker
niet liggen. In alle media is aan
deze als 'swingende pop-musi
cal' aangekondigde produktie
ruimschoots aandacht besteed.
Vrij ongebruikelijk is zelfs de
tekst i in boekvorm verschenen
en nu reeds is de muziek op LP
en cassette uitgebracht: een uit
gebreid promotieteam is ingezet
om deze waar aan de man te
brengen.
'Publiek' gaat vanzelfsprekend
over het publiek. Op toneel ver
schijnt een acteur en kondigt ons
aan: "niets". Het is het eerste
lied, waarna een aantal 'toe
schouwers' zich laten verleiden
om de vierde wand te doorbre
ken en op het podium in de
schijnwerpers te gaan staan. Pu
re fictie natuurlijk, allemaal afge
sproken werk - maar het kan een
leuk uitgangspunt bieden.
Het duurt wat lang, voordat ie
dereen de sprong heeft gewaagd.
Maar dan kan het feest beginnen
en storten de criticus. Hans-Eric.
Norma. Tet, Winnie. Bob. Miep,
Henri, Myrjam en Kees in lied-
jesvorm hun hart uit. Geen echte
verhaallijn derhalve, maar een
hele reeks miniportretjes. Het is
het zwakke punt van de produk
tie: 'Publiek' is geen echte musi
cal maar meer een liedjesrevue
met de publieksfictie als flinter
dunne rode lijn. Gelukkig zijn er
voldoende geslaagde liedjes, die
als smakelijke krentjes in de grij
ze pap van het basisgegeven toch
nog voor een genoeglijke avond
kunnen zorgen.
Miep en de rest van de groep
bijvoorbeeld ontdekken onge
kende dimensies in 'Hé. zit dat
ook in mij'. Norma zingt het uit
in 'Jaloers op Jezus', omdat haar
verjaardag op 25 december
meestal onopgemerkt blijft. He
laas is haar intieme ontboeze
ming over 'het ding' van haar
man welerg goedkoop. Bood
schapperig zijn de liedjes over
het homo-zijn en 'Wie voor de an
der eenmaal kiest'.
Leuker is daarentegen de
'ding-gerichte' vraag: 'Gaat het
dan nooit over', die de heren zich
stellen. Allard van der Scheer
schittert in dit nummer: hij
speelt de knorrige recensent, die
eenmaal op toneel (tot opluch
ting van zijn collega's) helemaal
opbloeit. Zijn openingslied na de
pauze 'Publikum, audience, pu
blic' is minder en doet trouwens
heel sterk denken aan het 'Will-
kommen' uit de musical 'Caba
ret'.
invalide moeder in een mooi
liedje tot uitdrukking. Ook An
nette Nijder heeft met haar
'Neem je vrijheid' een prachtige
troef in handen, die ze sterk uit
speelt.
Wat decor en kostuums be
treft, wordt het publiek niet op
musicalachtige wijze verwend.
Slechts zes zetstukken, een klein
driehoekig podium en een door
zichtige kunststofwand vullen af
en toe het toneel. Pas in de laat
ste minuten komt er in de kle
ding en overige vormgeving iets
meer glitter en glamour aan te
pas.
Choreografie en arrangemen
ten voldoen wel aan de musical
verwachtingen van hen, die
hoofdpersoon van de avond he
ten te zijn: namelijk het publiek.
WIJNAND ZEILSTRA
Doorzichtig
trio-spel
Trio Mauve, bestaande uit Marten
Root, fluit; Viola de Hoog, cello en
Tine Proper, piano; met werken van
Haydn, Hummel en Beethoven. Ge
hoord op 29 oktober in de Taffehzaal
van het Rijksmuseum voor Oudhe
den.
LEIDEN - Joseph Haydn com
poneerde behalve 39 trio's voor
piano, viool en cello nog drie
trio's waar de fluit de plaats van
de viool inneemt. Gespeeld op
moderne instrumenten klinken
ze vaak alsof het viool- respectie
velijk fluitsonates zijn. De cello
die immers vaak de linkerhand
van de pianist meespeelt lijkt
dan bijna overbodig. Het was
daarom interessant om twee van
deze trio's nu eens op kopieën
van oude instrumenten te horen.
Het hammerklavier, een repro-
duktie naar Louis Dulcken uit
ca. 1815 klonk veel dunner en
doorzichtiger dan zijn moderne
re broer de piano. Het gevolg was
dat de cellopartij in deze fijnzin
nige trio's nu wel degelijk tot zijn
recht kwam.
Het meeste werk had pianiste
Tine Proper te doen. Zij speelde
in alle combinaties mee en liet
horen wat met de oude uitvoe
ringspraktijk mogelijk is: een
uitstekende timing, een duidelij
ke articulatie en dynamische
fijngevoeligheden. In de sonate,
van Haydn voor fluit en piano
(die oorspronkelijk als strijk
kwartet is gecomponeerd) liet ze
de pianoklank goed mengen met
de klank van de fluit. Fluitist
Marten Root sloot met zijn trans
parante speelwijze mooi aan. De
achtkleppige traverso die hij
heeft laten bouwen verenigt de
mogelijkheden van verschillen
de typen fluiten van rond 1800.
Dat je hierop tonen heel zacht
kunt laten wegsterven demon
streerde hij fraai in Haydns fluit-
sonate aan het eind van het lang
zame deel.
In de muziekgeschiedenis
kreeg de cello in kamermuziek-
combinaties een steeds belang
rijker rol toebedeeld. In Hum
mels trio was dit reeds te merken
en vooral in Beethovens variaties
op 'Ein Madchen oder Weibchen'
voor cello en piano kon celliste
Viola de Hoog haar mogelijkhe
den tonen. Met haar kopie van
een achttiende eeuwse strijkstok
en de hierbij vereiste andere wij
ze van strijken waren 'haar aan
zetten weker dan met een moder
ne stok het geval zou zijn. Omdat
ook de vleugel zachter klonk dan
bijvoorbeeld een moderne Stein-
way kreeg het geheèl een aparte
sfeer, mede door het spaarzame
vibrato in de cellopartij.
Het trio Mauve dat in 1979 door
tóen conservatoriumstudenten is
opgericht gaf blijk van een op
merkelijke eensgezindheid in in
terpretatie. Het concert was bij
zonder overtuigend en het talrij
ke publiek toonde zich dank
baar.
FRANK DEN HERDER
LEIDEN - Het Residentie-Or
kest o.l.v. Ferdinand Leitner
geeft maandagavond een concert
in de Meesterserie van K&O. Be
halve Beethovens Ouverture
Leonore II staan twee weinig be
kende werken op het program
ma: Sea Pictures van Edward El
gar uit te voeren door de alt Jard
van Nes. en de Sinfonia Domesli-
ca van Richard Strauss. Elgar en
Strauss, tijdgenoten, beiden wor
telend in de romantishe traditie
van het eind van de 19de eeuw.
maar een wereld van verschil: de
een was een Engelsman, de an
der een Duitser.
Naar hun jaartallen te oordelen
zouden Elgar (1857-1943) en
Strauss (1864-1949) met evenveel
recht tot de 20ste als tot de 19de
eeuwse componisten gerekend
kunnen worden, naar hun werk
echter allerminst. Beiden waren
romantici in hart en nieren en
zijn de Danse macabre van Saint-
Saens en l'Apprenti sorcier (de
Tovenaarsleerling) van Dukas.
De bekendste orkestwerken van
Richard Strauss: Don Juan, Till
Eulenspiegel. Don Quichote en
'Tod und Verldarung behoren tol
dit genre. Maar naast het symfo
nisch gedicht, en voor de hand
liggende genres als lied en opera,
gaat het woord ook een rol spe
len in genres die van huis uit al
tijd instrumentaal zijn geweest"
Mahler voegt aan sommige van
zijn symfonieën teksten toe om
zijn bedoelingen toch vooral
maar duidelijk te maken, zodat
koor en zangsolisten hun intree
doen in dit bij uitstek instrumen
taal genre. Ook een modernere
componist als Sjostakowitsj
schrijft symfonieën met zang
stem en koor.
Maar ook het lied zelf. dat in
Jard van Nes met R-0 voor K&O
bleven dat ook in de tijd waarin
de muziek als reactie of de vaak
zeer ver doorgevoerde egotrippe
rij nieuwe wegen was ingesla
gen. Een man als Stravinsky
ging met die tijd mee en bleef re
volutionair, Elgar en Strauss
werden naarmate de muzikale
ontwikkelingen voortschreden
reactionair. In die laat-roman-
tisch traditie, waarin Duitsland
een bepalende rol speelde was de
muziek uitgegroeid tot een ui
terst subjectieve gevoelsuiting in
vaak zeer monumentale vormen.
Naarmate de 20sle eeuw naderbij
kwam werden de middelen om
die hoogst persoonlijke belijde
nis in klanken om te zetten
steeds ingewikkelder, zowel
voor wat de middelen als de om
vang betreft. Bovendien had in
de muziek een ander element
zijn intrede gedaan: veel muziek
in de romantiek is geladen met
een buiten-muzikale, meest lite
raire inhoud.
De programma-muziek ont
staat, met als voornaamste vorm
het symfonisch gedicht, een
term die door Liszt Was verzon
nen voor een muziekstuk waarin
een verhaal op de voet wordt ge
volgd. Heel bekende voorbeel
den van zo'n verhaal-in-muziek
het begin van de 19de eeuw bij
een componist als Schubert nog
een huiskamer-, of eerder nog
een salon-aangelegenheid was.
ontwikkelt zich; de piano is niet
altijd meer toereikend om de
tekst te steunen en te kleuren, en
zo ontstaat het lied met orkestbe
geleiding. Alweer Strauss
schreef 15 liederen met orkest
waaronder de aangrijpende Letz-
te Lieder. maar vooral Mahler
met een omvangrijk oeuvre en
later Ravel lieten op dit gebied
prachtige werken na.
De Sea Pictures van Elgar. een
cyclus van vijf liederen, zijn
eveneens oorspronkelijk voor
zang met orkest geschreven. El
gar. die nauwelijks muziekon-
derricht had genoten, is een van
de grootste Engelse componis
ten. In ons land werd hij vooral
bekend door,twee werken: zijn
Mars Pomp and circumstance
"Land of Hope and Glorv". die
nooit mag ontbreken op de af
sluitingsavond van de Londense
Promenade-concerten, de be
roemde 'Last night of the
Proms'. en zijn Enigma-variaties
voor orkest. Dit laatste werk be
zorgde Elgar de bijnaam 'de En
gelse Brahms', omdat de aanslui-
Richard Strauss
ting bij de variatiekunst van
Brahms, bijvoorbeeld in de
Haydn-variaties voor orkest, zeer
duidelijk is. Elgars muziek
draagt het stempel van de laat
romantiek in zijn subjectiviteit
en voorkeur voor het grootse,
maar blijft zeer Engels: beheerst
en welluidend. Dat Engelse ka
rakter wordt nog onderstreept
doordat veel melodisch en ritmi
sche'elementen uit de Engelse
volksmuziek verwerkt worden.
De teksten van de Sea Pictures
zijn van verschillende dichters,
onder wie zijn vrouw; zij schreef
het gedicht In Haven voor het
tweede lied. In eigen land vond
Elgar tijdens zijn leven veel er
kenning: eredoctoraten, een
adellijke titel en de benoeming
tot 'Master of the King's Music'
zijn daar het bewijs van. Buiten
Engeland is die erkenning pas la
ter gekomen, maar nog steeds
wordt zijn muziek ten onrechte
weinig gespeeld.
Ook Strauss ondervond bij zijn
leven veel erkenning: medailles
en orden, het ereburgerschap
van diverse steden en eredocto
raten werden hem verleend. Het
grote voorbeeld in zijn jeugd was
Brahms, later werd dat Wagner.
Zijn grote kracht lag dan ook
niet in instrumentale genres als
symfonie en concert, maar in die
vormen waarin zijn geweldige
orkestratie-kunst zich kon ont
plooien: het al genoemde symfo
nische gedicht, programmati
sche muziek in het algemeen en
vanzelfsprekend opera en lied.
De titel Sinfonia Domestica is
dan ook misleidend; met een
symfonie heeft het alleen de
méér-deligheid gemeen, maar
naar de inhoud is het een symfo-
nich gedicht. Het werk, dat opge
dragen is aan zijn vrouw en zoon.
wil een schildering geven van
zijn familiegeluk. De man. de
vrouw en het kind worden door
muzikale thema's in de inleiding
van het-werk gekarakteriseerd.
Met deze basisgegevens worden
huiselijke taferelen geschilderd
als ooms en tantes die het kind
met de ouders vergelijken, het
kind dat speelt en met een wiege-
lied naar bed wordt gebracht, of
een discussie tussen vader en
moeder in de vorm van een dub-
belfuga waarin de vader tenslot
te het laatste woord heeft. Als
weinig andere componisten had
Strauss het vermogen om perso
nen en zaken muzikaal te schil
deren. Beroemd is zijn uitspraak
dal hij in staat was om zelfs een
bierglas muzikaal weer te geven.
Ook in de Sinfonia Domestica
worden allerlei realistische schil
deringen gegeven zoals het krij
sen van de bubv voordat deze
door een wiegelied lot rust wordt
gebracht.
In hoeverre deze bijzonderhe
den nodig zijn om de muziek op
zichzelf te genieten en te waarde
ren is de vraag. Wat staat voorop,
het verhaal of de muziek?
Strauss zelf onderkende dit ook:
in de uiteindelijke partituur liet
hij veel van de gedetailleerde
verklaringen weg, zodat de mu
ziek voor zichzelf kon spreken.
Het is in de mateloosheid en
grootsheid waarmee Strauss iets
alledaags als zijn gezinsleven
soms weergaf dat hij zich een ty
pische vertegenwoordiger toont
van de Duitse laat romantiek.
MIES ALBERDA
Globe en Theater reageren furieus
EINDHOVEN (GPD) - De theater
groep Globe wordt na afloop van
het seizoen '87-'88 met opheffing
bedreigd. Ook de groepen Theater
uit Arnhem en De Voorziening uit
Groningen lopen dat risico. Dat
zegt G. Lawson, hoofd afdeling to
neel van het ministerie van WVC.
Met verwijzing naar de sterk da
lende bezoekcijfers (in vijf jaar 35
procent) van het gesubsidieerde
grote zalen-toneel meent het minis
terie yan WVC dat ingrijpende ver
anderingen niet kunnen uitblijven.
„Je zult je de vraag moeten stel
len in hoeverre het nog zinvol is
om de gezelschappen buiten de
Randstad in de huidige vormen in
stand te houden", aldus Lawson.
WVC wil daar een concentratie
van de repertoiregezelschappen in
de Randstad tegenover stellen. De
steden Amsterdam, Rotterdam én
Den Haag krijgen grotere gezel
schappen dan nu het geval is. De
verwachting is dat deze betere pro-
duktievoorwaarden zullen leiden
tot een hogere kwaliteit. „Je zult
als repertoiregezelschap werkelijk
iets bijzonders moeten doen. wil je
de mensen nog in het theater, krij
gen", aldus Lawson.
Volgens hem is in de regio geen
voedingsbodem voor een dergelijk
groot repertoiregezelschap te vin
den. „Je moet constateren dat in de
Randstad het grootste potentieel
aan talent en publiek voorhanden
is", zo stelt hij.
De nieuwe randstedelijke gezel
schappen krijgen de opdracht om
te gaan reizen. Op die manier zou
volgens Lawson de cultuursprei
ding verzekerd blijven. Wel zullen
er minder plaatsen worden aange
daan dan tot nu toe het geval is.
Lawson: „De praktijk leert dat het
weinig zin heeft om alle plaatsen
met een schouwburg of een cultu
reel centrum aan te doen. Je kunt
je beter toeleggen op de bespeling
van de grote provinciale steden".
Gek
Zakelijk leider van Globe, Kom
mer 't Mannetje reageert geschokt
op deze uitlatingen. „Lawson is
gek geworden. Dat klinkt bot,
maar zijn redeneringen kloppen
dan ook helemaal niet. Die raken
kant noch wal".
„Juist in de provincie is er spra
ke van een gunstige ontwikkeling.
Wat Gerardjan Rijnders (voormalig
leider Globe, red.) destijds gedaan
heeft in Noord-Brabant, dat is toch
niet niks? Procentueel gezien lo
pen de bezoekersaantallen juist in
de Randstad af. en niet in* de pro
vincie. Ik begrijp daarom ook ab
soluut niet waar Lawson zijn infor
matie vandaan haalt. Hoe dan ook,
die klopt helemaal niet".
„Alle schouwburgen die er zijn
gebouwd in de provincies, dat is
toch niet voor niets gebeurd. Er be
stond en bestaat een honger naar
cultuur. Daarom zijn die theaters
er gekomen", aldus 't Mannetje.
Jacques Luyer. zakelijk direc
teur van Toneelgroep Theater, sluit
zich bij de reacties van zijn collega
aan, „Ik ben het eens met Lawson
dat het niet goed gaat met het re
pertoiretoneel. Ook bij Theater
gaat het nog niet goed genoeg.
Maar het gaat wel beter. Wij heb
ben de afgelopen seizoenen 18 pro
cent meer publiek getrokken. Dan
kun je niet hard maken dat er in de
regio geen voedingsbodem voor re
pertoiretoneel is.. Mijn stelling is
dat juist de gezelschappen in de
Randstad met de allergrootste pro
blemen kampen. Het volledige re-
pertóireloneel daar concentreren.
zal die problemen zeker niet oplos-
sen", aldus Luyer.
Hohe Messe
LEIDEN - Het Bachkoor Holland
geeft zaterdagmiddag een uitvoe
ring van de Hohe Messe van Jo-
hann Sebastian Bach. Aan deze
uitvoering, die wordt geleid door
Charles de Wolff, werken mee de
sopraan Ellen Bollongino. de alt
Hilke Helling de tenor Peter Bar-
tels en de bas Hermann Christian
Polster. Het orgel wordt bespeeld
door Hans Broekman. Het Amster
dams Kamerorkest zorgt voor de
begeleiding. De uitvoering, die in
de Pieterskerk wordt gegeven, be
gint om 15.00 uur.