Beheer blijft probleem:
geen viswater identiek
Dammen
Bridge
VISSPORT
Solti verrast
met 'Tosca'
KLASSIEK
Mendelssohn
in zomerzon
Behrens bezielt
Brünnhilde
Saint-Saëns
op een koopje
ZATERDAG 13 SEPTEMBER 1986
EXTRA
PAGINA 33
Iedere sportvisser heeft wel een
of meer favoriete visplekken.
Stekkies waartoe hij zich extra
voelt aangetrokken. Meestal om
dat hij daar zijn beste vangsten
heeft gedaan, vaak ook omdat de
omstandigheden waaronder daar
kan worden gevist hem het best
bevallen.
Als hengelaars in deze omge
ving zijn we een bevoorrecht
volkje. Ik durf dat zonder over
drijving te schrijven omdat we
kunnen kiezen uit een vrijwel
onuitputtelijk reservoir van vis-
mogelijkheden.
En dat heeft zo z'n voordelen.
Zeker voor diegenen, die niet he
lemaal zijn vastgebakken aan
één bepaalde plek. Zo is het al
tijd mogelijk een plekje te kiezen
waar je de wind min of meer in
de rug hebt. Of recht op het
handje, net zoals u wilt.
Elders in ons land ligt dat soms
heel anders. Daar zijn hengelaars
vaak aangewezen op één afgeslo
ten plasje, terwijl exact bekend
is welke vis er rondzwemt. Om
de dóódsimpele reden dat ieder
visje erin moest worden uitgezet.
Wat mij - als ik het regionale
viswater de revue laat passeren -
het meest opvalt is de grote ver
scheidenheid. We hebben uitge
strekte poldergebieden met vaar
ten van enkele meters breed tot
slootjes die nauwelijk de meter
halen. We kunnen vissen in plas
sen, meren en poelen, met een
grote variëteit in omvang, plan
tengroei en visbestand.
Verder zijn er talloze vaarten,
kanalen en weteringen. En ten
slotte zijn er dicht bij huis nog de
sier- en stadswateren. In parken,
speelterreinen maar ook langs
grachten en singels.
In al die wateren huist meestal
een onderling sterk afwijkende
visstand. Ik ken bijvoorbeeld
een kanaal waar de vangst
meestal bestaat uit. kleine tot
handgrote bleien en brasems.
Een ander kanaal dat qua aan
blik, stroming en diepte nauwe
lijks lijkt af te wijken, is weer een
viswater waar de vangst door
gaans bestaat uit flinke maatse
voorns. Ondermaatse vis vang je
er zelden of nooit.
Die verschillen bestaan er ook
bij plassen en meren. En soms
zelfs voor bepaalde gedeelten.
Op de ene plek is altijd wel een
snoekbaarsje te vinden (of je
hem ook vangt is een tweede),
de andere plek is juist weer een
favoriete verblijfplaats voor
snoek of karper.
Wat nu precies de oorzaken
van die specifieke kwaliteiten
van een bepaald viswater zijn,
valt heel moeilijk na te gaan. Is
het de kwaliteit van het water, de
plantengroei in en aan het water,
de samenstelling van de bodem?
Is het de stroming, de drukke of
afwezige scheepvaart, de uitzet
ting van vis, de aanwezigheid
van een beroepsvisser? Ik zou
nog een tijdje kunnen doorgaan
want er zijn werkelijk tientallen
factoren op te sommen die uit-
DOOR BRAM VAN LEEUWEN
De keuze van het viswater in
deze omgeving is vrijwel onbe
perkt. Dit zomerse plaatje werd
gemaakt door fotograaf VJim
Dijkman langs de Drecht. Een
water dat in de zomer nogal wat
recreatievaart kent.
eindelijk bepalen welke vissen er
rondzwemmen en welke forma
ten ze kunnen bereiken.
Dat er soms hele specifieke
verschijnselen kunnen optreden
bewijst bijvoorbeeld het veelbe
sproken Franse meer Lac de St.
Cassien waar af en toe karpers
worden gevangen die tussen de
40 en 70 pond zwaar zijn. Kenne
lijk zijn de omstandigheden in
dit water optimaal voor het zoet
watervarken. Want in de meeste
andere wateren wordt dergelijke
supergewichten nooit bereikt.
Om de visstand in een bepaald
water goed te beheren is een in
zicht nodig in al die factoren. In
het verleden werd daaraan wei
nig of geen aandacht besteed.
Dat hoefde meestal ook niet.
Enerzijds omdat het water nog
niet zo verontreinigd was als nu,
anderzijds omdat de hengelaars-
druk zo gering was. In de meeste
wateren vond er eèn natuurlijke
regulatie plaats.
Ontwikkelde zich door bepaal
de oorzaken een groot witvis-
stand, dan vormde dat een
pracht van een 'voedingsbodem'
voor de roofvis. Die nam daarop
toe en zorgde automatisch weer
voor een afname van de witvis.
Waarop de hoeveelheid beschik
baar voedsel weer slonk en bijge
volg het aantal roofvissen weer
daalde. Die natuurlijke golfbe
weging - hier heel simplistisch
voorgesteld - is helaas vandaag
de dag nog slechts in een zeer be
perkt aantal wateren aanwezig.
De meeste viswateren hebben te
lijden van verontreiniging, een
overmaat aan voedingsstoffen,
drukke scheepvaart en degene
ratie of oververtegenwoordiging
van bepaalde vissoorten. In zo'n
gecompliceerde 'samenleving'
beslissen wat de juiste maatrege
len zijn is een moeilijke, zo niet
onmogelijke zaak.
Om enig inzicht te krijgen wor
den tegenwoordig wel proefvis-
serijen gedaan met netten. Aan
de hand van de gevangen vissen,
die worden geteld, gewogen en
waarvan de leeftijd wordt be
paald, ontstaat een globaal beeld
van wat zich onder water af
speelt. Aan de hand van bodem
monsters wordt bekeken welk
voedsel en in welke hoeveelhe
den voor de vis beschikbaar is.
En een wateranalyse levert ook
nog cijfermateriaal op. Maar het
blijft slechts een momentopna
me. En bovendien een met tal
van onzekerheden.
Op basis van die vaak summie
re gegevens worden uiteindelijk
beheersmaatregelen genomen.
In kleinere afgesloten wateren
zijn die effecten nog wel te vol
gen. Moeilijker wordt het al als
het water wat uitgestrekter is en
helemaal onmogelijk lijkt het als
het om uitgestrekte watergebie
den gaat die met elkaar in ver
binding staan. Zoals de plassen
en meren in deze provincie.
Een simpel voorbeeld: jaren
achtereen zijn er door de Henge-
laarsbond voor Leiden en om
streken op diverse plaatsen
snoekjes en glasaaltjes uitgezet.
Wat er van al die visuitzettingen
uiteindelijk is terechtgekomen
valt onmogelijk na te gaan. Je
kunt alleen maar hopen dat het
iets heeft geholpen, maar
werkelijke bewijzen daarvoor
krijg je nooit in handen.
De Organisatie ter Verbetering
van de Binnenvisserij organi
seert al jarenlang cursussen voor
bestuurders van hengelsportver
enigingen. Ze moeten daar een
inzicht krijgen in de processen
die zich in viswateren afspelen.
Een en ander wordt in de prak
tijk getoetst aan experimenten in
een aantal proefvijvers. Ongetij-
feld een nuttige zaak, maar aan
de andere kant een zo complexe
materie dat ik me afvraag of het
werkelijk veel zal uithalen.
Dezer dagen maakte de OVB
bekend dat men in samenwer
king met Rijkswaterstaat bezig is
met een nieuw onderzoek. Beke
ken wordt welke invloed de aan
wezige visstand heeft op de wa
terkwaliteit. Daarbij gaat het
vooral om de brasem. Omdat de
ze vissoort in de meeste wateren
massaal voorkomt, bestaat het
vermoeden dat de helderheid
van het water daardoor nadelig
wordt beinvloed.
En aangezien minder helder
water ook ongunstig is de voor
de roofvis, de snoek, zou daaraan
ook de terugggang van de snoek-
stand in veel wateren te wijten
zijn. Ik ben eerlijk gezegd wat
pessimistisch over de resultaten
die het onderzoek zal opleveren.
Het lijkt me bijvoorbeeld in
een drukbevaren water heel
moeilijk na te gaan of de troebel
heid van het water nu wordt ver
oorzaakt doordat de brasem met
z'n stofzuigerbek de bodem om
wroet of dat het een gevolg is van
een enorme waterverplaatsing
van diepliggende vrachtschepen.
In een eerste opwelling zou ik
zeggen dat de invloed van die
enorme schroeven aanmerkelijk
groter is dan die van een beschei
den brasembek. Ook al zwem
men ze dan ook in grote aantal
len rond. En dan beperk ik me
gemakshalve nog maar tot twee
factoren. In werkelijkheid zijn
het er tientallen.
Ik ben zeer benieuwd wat we
in de toekomst te horen krijgen.
Maar wat nog belangrijker is: of
er ook werkelijk iets uitkomt
waarmee we iets kunnen doen.
Helaas is er de afgelopen jaren te
vaak onderzoek op visserijge-
bied verricht waarvan prachtige
rapporten zijn opgesteld. Ze zijn
inmiddels bijgezet in stoffige ar
chieven zonder dat er in de prak
tijk iets me
Puccini: "Tosca". Kiri Te Kanawa,
Giacomo Aragall, Leo Nucci, Spiro
Malas, Malcolm King, Piero de Pal-
ma e.a., Welsh National Opera Cho
rus, National Philharmonic Orche
stra o.l.v. Sir Georg Solti. (Decca 414
597-1 (2 Ip's), 414 597-2 (2 cd's)).
Tosca, vroeger het paradepaard
je van dramatische sopranen en
dito baritons, lijkt steeds meer
een dirigentenopera te worden
en na zijn opnamen van opera's
van Mozart, Wagner, Verdi en
Strauss heeft ook Solti zich nu
aan dit realistische drama ge
waagd. Het resultaat is een abso
lute verrassing, zeker voor de
operaliefhebber die gevoelig is
voor een goede orkestklank.
Hoewel het National Philhar
monic Orchestra niet een van 's
werelds top-ensembles is, weet
de Hongaars-Britse dirigent het
onderste uit de kan te halen en
komt Puccini's opera tot klinken
op een manier die voorgoed loo-
chenstraft, dat Italiaanse opera's
louter een aangelegenheid voor
zangers zijn. Dat neemt niet weg,
dat hier ook alleszins respectabe
le vocale prestaties worden gele
verd. Niet in het minst door Da
me Kiri Te Kanawa, die hier tot
een opmerkelijke, overwegend
lyrische karakterisering komt en
zich wel degelijk naast fameuze
voorgangsters kan handhaven.
De bariton Leo Nucci mist iets
van het sadistische dat toch bij
een echte Scarpia hoort, maar
weet wel hoorbaar te maken dat
deze politiechef een man van in
vloed en oude adel is, en de tenor
Giacomo Aragall demonstreert
ondanks een lichte vergroving in
zijn voordracht, dat hij een van
de meest onderschatte tenoren
van de afgelopen twintig jaar is.
Bijzondere aandacht verdie
nen de bijrollen met daarin o.a.
de veteraan Piero de Palma, een
van de grootste karaktertenoren
van de afgelopen decennia en
een man met meer complete ope-
Bijdragen: Paul Korenhof
Claudio Abbado.
ra-opnamen op zijn naam dan
wie ook. De platen bieden een ju
weel van digitale opnametech
niek.
Mendelssohn: Symfonieën nr. 4 in A
op. 90 ("Italiaanse") en nr. 5 in D op.
107 (Reformatie-symfonie). London
Symphony Orchestra o.l.v. Claudio
Abbado. (DG 415 974-1 (lp), 415 974-2
(cd)).
Enkele maanden geleden bracht
DG een set met alle symfonieën
van Mendelssohn, enkele ouver
tures en het Scherzo in g op de
markt en uit deze alom geprezen
uitgave werden nu de twee popu
lairste symfonieën gezamenlijk
op één enkele plaat uitgebracht.
De onbetwiste winnaar is daarbij
de vierde, Italiaanse symfonie,
die onder de handen van Abbado
een ontspannen vertolking krijgt
met een constant overheersende
zangerigheid die - het klinkt als
een cliché - de Italiaanse zomer
zon tot een constant in de mu
ziek aanwezig element maakt.
De zogenaamde Reformatie-
symfonie wordt door Abbado ta
melijk bedachtzaam benaderd,
waardoor het slotdeel (met het
koraal Ein feste Burg ist unser
Gott) al in het allegro con fuoco
en het allegro vivace van de eer
ste twee delen zijn schaduw heel
licht vooruit lijkt te werpen.
Daar staat echter eenzelfde ho
mogeniteit van opbouw als in de
Italiaanse tegenover, terwijl het
London Symphony Orchestra
bovendien in beide symfonieën
een instrumentale élégance aan
de dag legt, zoals die alleen maar
onder de grootste dirigenten tot
stand kan komen. Bijzondere
vermelding verdient de uiterst
heldere (digitale) opname.
Wagner: aria's en fragmenten uit
Tannhauser, Der fliegende Hollan
der, Lohengrin, Die Walküre, Götter-
dammerung, Tristan und Isolde. Hil-
degard Behrens (sopraan), Münch-
ner Rundfunkorchester o.l.v. Peter
Schneider. (EMI 067-2704221 (lp).
2704224 (mc), CDC 7474362 (cd)).
Toen Georg Solti en regisseur
Peter Hall in '83 in Bayreuth hun
mislukte Ring-avontuur lanceer
den, was iedereen het over één
ding eens: alle rampspoed op het
toneel kon niet aan het oog ont
trekken, dat zich bij de solisten
tenminste één debutante van bij
zondere klasse bevond. Eigenlijk
bezat Hildegard Behrens niet de
volumineuze en kernachtige so-
praanstem die voor een echte
Brünnhilde nodig was, maar wat
zij op dat punt tekortkwam, wist
zy op overweldigende wijze te
compenseren met haar muzikali
teit en de warmte van haar voor
dracht. Haar eerste Wagner-reci-
tal, opgenomen met dezelfde di
rigent met wie zij de afgelopen
drie jaren in Bayreuth samen
werkte, bevestigt de tot nu toe
opgedane indrukken. Eigenlijk
is haar stemvak dat van Elsa (Lo
hengrin), Elisabeth (Tannhau
ser), Senta (Hollander) en mis
schien ook Sieglinde (Walküre),
maar ook Brünnhilde (Götter-
dammerung) en Isolde weet zij te
bezielen op een wijze waar de
echte dramatische sopraan dik
wijls niet aan toekomt, en die
volledig doet vergeten dat haar
techniek en haar toonvorming af
en toe toch een klein vraagteken-
tje oproepen.
Saint-Saëns: Le Carnaval des Ani-
maux, Phaéton, Le Rouet d'Ompha-
le, Danse macabre. Cristina Ortiz en
Pascal Rogé (piano), London Sinfo-
nietta en Philharmonia Orchestra
o.l.v. Charles Dutoit. (Decca 414 460-
1 (lp), 414 460-2 (cd)).
Als meevaller van de maand pre
senteert Phonogram een aan
trekkelijke combinatie van
werken van Camille Saint-Saëns
in deels analoge, deels digitale
opnamen. Op de eerste plaatkant
vinden we het bekende Carnaval
des Animaux in een recente op
name met o.a. Cristina Ortiz en
Pascal Rogé aan de piano en met
dirigent Charles Dutoit aan het
hoofd van een alert reagerend
London Sinfonietta. De heldere
opname laat de vele solistische
passages uitstekend tot hun
recht komen, maar daar staat te
genover dat de strijkers van de
London Sinfonietta soms iets te
veel naar de achtergrond worden
gedrongen.
De overige drie werken horen
we in opnamen van Dutoit met
het Philharmonia Orchestra uit
1981. Het vereist echter onwaar
schijnlijk goede oren om te kun
nen vaststellen dat het hierbij
niet om digitale opnamen gaat,
temeer daar hier sprake is van
een evenwichtiger balans die alle
instrumentengroepen keurig
naast elkaar plaatst en daarbij
ook zorgt voor een klankper
spectief waarin het niet ont
breekt aan diepte. Een aantrek
kelijk aanbod.
In het onlangs in Baku ge
speelde toernooi werd een mode
variant van de Slavische opening
zeer overtuigend weerlegd.
Na de zetten 1. d4 d5 2. c4 c6 3.
pf3 pf6 4. cxd5 cxdö 5. pc3 pc6 6.
If4 lg4 7.pe5 Db6 8. pxg4 pxg4
(diagram). Het zwarte speelplan
O
tijen speelden de witspelers
9.pxd5 Da5 10. pc3 e5!: 11. d5
Db6 12. Ig3 Db2 13 tel pd4 14.
Dd2 la3 15 tbl Dxbl lö.pxbl lb4
17 h3? (hiermee capituleert wit
in feite, Torre geeft zelf zeer inte
ressante varianten die kunnen
ontstaan na 17 pc3 tc8 14 Kdl
txc3 15 lb5 Ke7 waarbij zwart
overigens in het voordeel blijft)
17...1d2 18. Kxd2 pf6 19 le5 pf5 20
pc3 0-0-0 en zwart won het eind
spel in Partos- Torre Biel 1985.
Een andere partij ging verder
met 11 e4 lb4 12 ld2 ed4 13 pbl
(dat kan natuurlijk ook niet de
weerlegging van de zwarte opzet
zijn.) pf6 14.1d3 0-0 15.0-0 pe5 16
werd door Torre in de praktijk
gebracht.In enkele van zijn par-
Op het moment dat u dit leest is
de interland Nederland-Sowjet-
Unie alweer afgelopen. Bij deze
interland zijn voor het eerst ook
de dames van de partij geweest
en wel de Nederlandse kampioe
ne Karen van Lith tegen de Rus
sische wereldkampioene Elena
Altsjoel.
Leuk was dat Elena Altsjoel al
een week eerder in Nederland
was om aan een toernooi in Gro
ningen mee te doen.
De Groningse damclub De
Vriendenkring had ter gelegen-
héid van het 5-jarige bestaan een
damtoernooi georganiseerd.
Altsjoel eindigde daarbij op een
negende plaats met 10 punten uit
8 wedstrijden (eerste Hans Jan
sen met 12 uit 8), zonder 1 partij
te verliezen, voor o.a. w.k. deel
nemer Van der Borst. Helaas heb
ik van dat toernooi nog geen par
tijen, wel kan ik u een fraaie
overwinning van Altsjoel laten
zien uit het pas gehouden Rus
sisch kampioenschap.
De2 tfe8 17 a3 ld2 18 pxd~2 tad8
.In deze stelling uit de partij
Schroer -Torre is er weinig aan
de hand al is de zwarte stelling
iets prettiger.
In de partij Gusenov - Sideif -
Zade vervolgde de witspeler in
de diagramstelling echter met 9
e4ü. Achteraf zegt iedereen dan
dat het natuurlijk een logische
zet is. De pointe blijkt na 9..Dxb2
10. Id2 pxd4 11. tel Wit heeft tij
delijk wat materiaal verloren
,maar het is niet te zien hoe zwart
de vele dreigingen kan pareren.
In de partij volgde 9...e5!? 10
lb5ü lb4 11. Ic6 Dxc6 12. 0-0 (wit
voltooit gewoon zijn ontwikke
ling alsof er niets aan de hand is)
lxc3 13 Dxg4 lxb2 14 Dxg7 0-0-0
15 Dxe5 lxal 16 exd5 txd5 (na
16..Dc3 17 Db8 Kd7 18 Dxb7 Ke8
19 d6 td7 20 Db8 td8 21 Db5 td7
22 De5 is het mat) 17 Dxh8 td818
Dxh7 lxd4 19 tel lc3 20 Dh3 en
zwart gaf op, hij verliest een
stuk.
door
Hans Vermin
Altsjoel-Sadowskaja. 1.32-28
17-22 28x17 11x22 37-32 6-11 41-
37 12-17 46-41 8-12 32-28 16-21
7.31-26 3-8 37-32 11-16 41-37 7-11
34-29 1-6 40-34 19-23 28x19 14x23
13.35-30 20-25 30-24 21-27 32x21
16x27 37-31. Een belangrijke be
slissing. Veiliger is schijf 37 laten
hangen al heeft zwart dan de
vluchtmogelijkheid 27-31. 23-28
45-40 10-14 24-20 15x24 19.29x20
18-23 40-35 13-18 44-40 5-10 20-15
9-13 50-45 14-19 35-30 19-24? een
aanmerkelijk beter idee is hier
17-21 26x17 12x21 met op 31-26
gewoon 2-7-12. De witte omsin
geling stelt dan niet zo veel meer
voor. 25.30x19 23x14 42-37 11-16
37-32 28x37 31x42 13-19 33-29 19-
23 29-2414-19 31.24x13 8x19 38-33
10-14 40-35 2-8 33-29 8-13 35-30!
De omsingeling begint plotse
ling dreigende vormen aan te ne
men. 6-11 43-38 16-21 42-37 11-16
37-31 27-32 38x27 21x32 48-43 22-
28 47-42 17-22 42-38 32-37 31x42
12-17 38-3316-2143-38 21-27 49-43
28-32 45-40 4-9 40-35 32-37 42x31
49.42x31 23-28 30-24 19x30 35x24
28-32 24-19 14x23 15-10 13-19 10-5
en zwart gaf eindelijk op.
In Veenendaal houden ze niet
van halve maatregelen. Voor het
eerste grote bridge-toernooi had
den ze meteen maar een aantal
Europese topsterren ingehuurd.
Het toernooi werd gewonnen
door de Europese jeugdkam
pioenen: Wubbo de Boer, Marcel
Nooyen, Jan Jansma en Rob van
Wel. Hun maatjes Leufkens-We-
stra waren in een ander team in
gelijfd. Een aardig spel:
B 10
O AH V B 86
O 7 6 3
5 2
A96 N ♦VS?
7 5 3 2 wnO10 94
w u O 10 2
Z B9743
O
door
Ton Schipperheyn
O H 8 54
H 8
H 5 4 3 2
-
O A V B 9
AV106
Sch, noord 2 Ha, zuid 3 KI, noord
3 Ha, zuid 3 SA, waarop noord
paste. West kwam uit met Ru 4,
via de 10 voor de boer en zuid
kon genoeg slagen tellen. Het
probleem was alleen hoe bij de
mooie harten te komen. NZ wa
ren Leufkens-Westra en zuid los
te dat als volgt op. Hij begon met
een kleine schoppen voor 10 en
vrouw. Ruiten na was voor 9 en
heer en weer ruiten voor het aas.
West nam de tweede schoppen
met het aas en bracht zuid op
nieuw aan slag met de laatste rui
ten. We zijn beland bij:
*AHVB8 t,
O" <2
*52 o
9 N *8
<27532 wo<?10
H 8 Z B 9 7 4 3
Zuid incasseerde drie schop
penslagen en vervolgde met KI A
en een kleine klaveren na. West
kon de bui zien hangen, maar het
ondergooien van KI H helpt niet.
Met open kaart makkelijk, maar
met dichte kaart is de keus voor
zuid heel moeilijk.
Nog een grappig spel uit de
training:
V
9AH543
O H V 9
HB83
54 N B 10 9 7 6 3 2
<?982
1087 63 2 'V O4
97 54
W 0
Z +62
STOCKHOLMIA 86, de grote in
ternationale postzegeltentoon
stelling, is alweer verleden tijd.
De poorten gingen in Stockholm
op 29 augustus open en afgelo
pen zondag, 7 september, was de
expositie voorbij. Op de dag dat
de expositie in de Zweedse
hoofdstad werd geopend ver
scheen ook de vijfde emissie in
de reeks STOCKHOLMIA 86,
een postzegelboeKje met vier ze
gels dat in verband met het 350-
jarig bestaan van de Zweedse
posterijen als thema heeft "vier
eeuwen in dienst van de post". In
het boekje zitten twee zegels van
2,90 en twee van 2,10 kroon en de
zegels tonen van links naar
rechts: een zogenaamde post
knecht (bij een postverordening
uit 1636 werd bepaald dat post-
boeren, bijgestaan door twee
postknechten in een bepaald ge
bied verantwoordelijk waren
voor de postbezorging), een post
kantoor in de 18e eeuw, het inte
rieur van een posttreinwagen (zie
ook de nieuwe Zwitserse perma
nente zegel van 90 rappen, die we
in het hoofdstuk Zwitserland
noemen) en een postterminal in
Tomteboda even buiten Stock
holm.
In het boekje zit voor 10,00 kroon
aan zegels, maar het kost 40,00
kroon, omdat er ook een toe
gangsbewijs voor de tentoonstel
ling aan is verbonden. Dat is één
minpunt. Het tweede is dat het
boekje alleen tijdens de exposi
tie te koop is geweest.
ZWITSERLAND - Zoals we in
de vorige rubriek al hebben op
gemerkt is Zwitserland op 9 sep
tember een nieuwe serie perma
nente zegels gestart, die als the
ma heeft "postbestelling door de
tijden heen". Deze zegels zullen
A H 8
9VB76
O AB5
AV10
Zuid als gever opende 2 SA en
aan 8 van de 9 tafels werd direct 7
SA geboden. Dat gaf geen pro
blemen, wel voor de ene NZ die
in 7 Ha eindigden en daarvoor
een dikke 0 mochten incasseren.
door
Hero Wit
de serie "volksgebruiken" ver
vangen. De eerste set bestaat uit
zes zegels in waarden van 5, 10,
25, 35, 80 en 90 rappen.
De zegel van 5 rappen staat in
het teken van de motorisering
van de postdienst van Zürich:
een "Franz"-vrachtwagen (1911).
De 10 rp-zegel vraagt aandacht
voor de pakketpost. De zegel van
25 rappen toont een terminal die
brieven op de juiste wijze plaatst
en ze stempelt. Op de 35 rp.-zegel
wordt een pakket aan een loket
afgegeven. De zegel van 80 rap
pen verbeeldt een postbesteller
uit het jaar 1900 en op de 90 rp.-
zegel zien we het interieur van
een posttreinwagen (zie ook een
van de twee 2,10 kr.-Stockhol-
miazegels).
Deze "post"-serie vervangt, zo
als opgemerkt, dus de serie
"volksgebruiken", waarvan de
eerste zegels op 25 augustus 1977
verschenen. De serie, die twee
aanvullingen kent, telt 13 zegels:
5 rappen (ook twee- en driezijdig
getand), 10 rp. (idem), 20 rp.
(idem), 25 rp., 30 rp., 35 rp. (ook
twee- en driezijdig getand), 40 rp.
(idem), 45 rp., 50 rp. (ook twee- en
HELVETIA 25:
driezijdig getand), 60 rp., 70 rp.,
80 rp. en 90 rappen.
Dan is afgelopen dinsdag, 9
september, de tweede bijzondere
serie van dit jaar verschenen. De
serie bestaat uit vier zegels, in
waarden van 35, 50, 80 en 90 rap
pen. De zégel van 35 rappen, met
vredesduiven, is gewijd aan het
door de VN uitgeroepen "inter
nationalejaar van de vrede". Met
de 50 rp.-zegel wordt het 50-jarig
bestaan van de "Zwitserse Win
terhulp" herdacht. Ook de 80 rp.-
zegel is een jubileumzegel. Met
deze zegel wordt het 100-jarig be
staan (9 september 1886) her
dacht van de "Convention de
Berne pour la protection des
oeuvres littéraires et artistique".
De laatste zegel uit de serie (90
rp.) vraagt aandacht voor de
XXVe conferentie van het Inter
nationale Rode Kruis, die van 23
tot en met 31 oktober in Genève
zal worden gehouden.
STEMPELNIEUWS - Op 19.
september heeft ter herinnering
aan de postbootverbinding Urk-
Kampen een herdenkingsvaart
plaats. Er zal dan ook een bijzon
der stempel worden gebruikt.
Poststukken dienen voor 17 sep
tember op het volgende adres te
zijn: Directeur postkantoor,
Postbus 99320, 8300 NA Em-
meloord. Op het omslag: Stem
peling postboot Urk-Kampen.
Van 12 tot en met 19 september
wordt in Amsterdam, Arnhem,
Den Bosch, Den Haag, Gronin
gen, Haarlem, Leeuwarden, Rot
terdam, Roosendaal, Sittard,
Utrecht en Zwolle een stempel-
vlag gebruikt met de tekst Prin
ses Beatrix Fonds Doe mee met
de landelijke actie.