Oogkleppen op,
mondje dicht,
en hielen likken
In Japan is het leven één grote competitie
ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1986
EXTRA
PAGINA 29
Wat is het toch dat buitenlanders zo fascineert in Japan, ook al slagen zij
er nooit in er echt te worden geaccepteerd? Of is dat juist de reden;
geheimzinnige betovering door die ondoordringbaarheid voor
buitenstaanders? Ruud Kreutzer, die drie jaar onze correspondent is
geweest in Japan, heeft aan den lijve ondervonden hoe formidabel de
barrières zijn. Alleen al de taal is genoeg om horendol van te worden.
Nog belangrijker is de wij-zijn-uniek-dus-je-begrijpt-ons-toch-niet
mentaliteit die er bij de Japanners van hoog tot laag ingebakken zit.
Het is moeilijk om van een Japanner hoogte te krijgen (veel moeilijker
dan bijvoorbeeld van een Chinees of een Indonesiër), maar dat is het
voor een mede-Japanner net zo goed. Die weet vaak ook niet of 'hai
inderdaad 'ja' betekent, en of zijn gastheer inderdaad wil dat hij nog
wat langer blijft als hij dat zegt. Kreutzers laatste reportage uit een land
waar het uiten van gevoelens van jongs af aan wordt afgeleerd.
Een toelatingsexamen tot de universiteit. Tm schoolloopbaan is een helse
competitie om de beste van de klas te zijn. (foto's gpd)
beleid van de ministeries en de grote be
drijven, die alleen maar letten op de
naam van een universiteit. Voor de afge
studeerden van een handjevol topuni
versiteiten is er een apart supersnel car
rièrepad. Voordat ze dertig zijn weten ze
al dat ze zijn voorbestemd om topfunc
ties te vervullen in de maatschappij.
Door dik en dun
De mensen die nu de dienst uitmaken
komen uit hetzelfde nest. Samen met an
dere alumni van dezelfde universiteit
hebben zij een eigen netwerk van 'old
boys', die elkaar door dik en dun helpen
bij promoties en dergelijke. Zonder die
steun kom je nergens. Vandaar dat Ja
panners die hebben gestudeerd aan een
buitenlandse topuniversiteit, zoals Ox
ford en Harvard, grote moeite hebben in
eigen land een goede, baan te vinden.
Personeelschefs zijn huiverig om derge
lijke kandidaten aan te nemen, omdat zij
mogelijk een klap van de individualisti
sche molenwiek hebben gekregen en
daardoor de harmonie binnen het be
drijf zouden verstoren. Die Japanners
„stinken naar boter", zoals het in de
volksmond heet, een uitdrukking die
stamt uit de tijd dat contact met die
vreemde boter etende barbaren nog zeer
beperkt was.
De eerste driejaar in het leven van een
Japanner zijn als een hemel op aarde. De
moeder laat haar kind nooit alleen, ook
's nachts niet. Japanse baby's en kleu
ters slapen meestal in het ouderlijk bed.
Deze korte periode, waarin het kind in
alles maar dan ook alles zijn zin krijgt,
heeft een grote invloed op de rest van
het leven.
Veel Japanners blijven in hun onder
bewustzijn terugverlangen naar de war
me beschutting van die jaren. Tal van
liefdesrelaties lopen stuk op de ver
wachting van de man dat zijn echtgeno
te hem met dezelfde overgave in de wat
ten legt.
Voorkauwen
Dit paradijselijke bestaan komt
abrupt tot een einde als de leeftijd voor
de kleuterschool is aangebroken. De eer
ste indruk die ik kreeg van de kleuterop-
vang in Machida, die door mijn dochter
tje Paulien werd bezocht, was dat het er
allemaal hetzelfde toegaat als in Neder
land. Veel sport en spel, plakken, zin
gen, het bekende werk. Na verloop van
tijd werd echter duidelijk dat er ook een
belangrijk verschil is. Zelfs de jongste
groep van drie- en vieijarigen mag maar
een halve middag in de maand zelf bepa
len wat zij graag wil doen. De rest van de
tijd bepalen de leidsters het programma,
waarbij alle kinderen steeds tegelijk met
hetzelfde bezig zijn. Ter bevordering van
het groepsgevoel.
Dat verschil strekt zich uit tot de hele
opvoeding. Terwijl ouders in West-Euro
pa hun kinderen willen leren zo snel mo
gelijk zelfstandig te zijn, door vallen en
opstaan, zal een Japanse moeder (de va
der is zo weinig thuis dat hij geen in
vloed heeft op de opvoeding) haar klein
tjes zo veel mogelijk behoeden en af
schermen.
Uit een vergelijkend onderzoek in Ja
pan en de Verenigde Staten blijkt dat
een Japanse moeder haar kind het ant
woord op een vraag zal blijven geven tot
dat hij of zij het niet meer vergeet, ter
wijl haar Amerikaanse zuster de neiging
heeft om het kind zelf erop te laten ko
men, en de vraag liever nog eens anders
zal stellen of een hint geven in plaats van
het antwoord steeds voorkauwen. Zoals
een Nederlandse moeder dat ook zou
doen.
Thuis blijven
Japanse kinderen hebben de grootste
moeite zich emotioneel los te maken van
de ouders, en andersom hebben de ou
ders de grootste moeite volwassen kin
deren hun eigen beslissingen te laten ne
men, bijvoorbeeld over de vraag met wie
zij gaan trouwen. Dat wordt nog eens
versterkt door het feit dat de meesten tot
hun trouwdag thuis blijven wonen. Veel
grote bedrijven wijzen meisjes die op ka
mers hebben gewoond automatisch af
bij sollicitaties, ook ?1 is de reden ervan
dat de ouders te ver weg wonen van de
universiteit.
Je vraagt je vaak af waarover je het
meest verbaasd moet zijn: over de ou
derlijke bemoeizucht of het feit dat vol
wassen kinderen zich zo gemakkelijk de
wet laten voorschrijven. Dat kan leiden
tot beschamende taferelen. Zoals het re
laas van een meisje dat haar beide ou
ders had verloren bij een auto-ongeluk
en was opgevoed door haar tante. De ou
ders van haar vaste vriend verzetten zich
om die reden heftig tegen hun huwe
lijksplannen. Hoewel beiden reeds lang
en breed volwassen waren hadden zij
niet de moed hun relatie tegen de wil
van zijn ouders in voort te zetten.
De scholieren reageren hun onvermij
delijke frustraties steeds meer op elkaar
af. Een groeiend aantal leerkrachten en
ouders is bezorgd over de problemen in
het onderwijs, zoals het geweld en het'
systematisch treiteren van medeleerlin
gen. Dat kan bijzonder ernstige vormen
aannemen, zoals het uitkleden en in el
kaar slaan van medeleerlingen, het uit--
drukken van brandende peuken op de',
armen, en onlangs het opvoeren van een
schijnbegrafenis van een „saaie" klasge
noot. Het slachtoffer van die laatste
'grap', waaraan ook zijn klasseleraar
meedeed, hing zichzelf later op. Deze en
een aantal andere wanhopige zelfmoor
den hebben gezorgd voor grote aan
dacht in de media voor het onderwerp.
Geen uitweg
Naoki Ogi, leraar Japans op de mid
delbare school Shakujii in Tokio, vindt
dat er te veel aandacht wordt besteed
aan het voorkomen van pesterijen, en te
weinig om kinderen te helpen er over
heen te komen. „Pesten zul je altijd wel
houden, zeker op die leeftijd. Het ver
schil met vroeger is dat er nu geen uit
weg meer is voor het slachtoffer". Voor
naamste oorzaak: „De kinderen hebben
het zo druk met leren en nog eens leren,
dat ze geen tijd meer Hebben om met el
kaar te spelen".
In zekere zin zijn de leraren de natuur
lijke bondgenoten van degenen die een
bepaald afwijkend kind treiteren. Ogi:
„Te veel leraren eisen perfectie, waar
door een leerling die niet helemaal kan
meekomen het stempel 'slecht' of 'fout'
krijgt, en die leerling wordt dan later ge
pest. Ik ken een onderwijzeres op een
lagere school, die tot haar verbazing ont
dekte dat de kinderen die een klasge
noot treiterden dezelfde woorden ge
bruikten waarmee zij zelf dat kind feer-
der op haar nummer had gezet".
Terwijl veel Japanse leerkrachten een
uitgebluste en stijve indruk maken,
bruist Ogi (39) daarentegen van energie,
en heeft hij iets jongensachtigs over
zich. Hij benadrukt dat veel van het
wangedrag van scholieren 'rechtstreeks
is gekopieerd van de volwassen maat
schappij. Het idee van de schijnbegrafe
nis kwam van een televisieprogramma.
„Als je het moeilijk vindt de jeugd te
begrijpen, moet je maar eens goed naar
de wereld van de volwassenen kijken",
concludeert Ogi.
Niet alleen voelen de leerlingen de
druk om hard te werken, maar zij besef
fen maar al te goed dat een enkele mis
stap fataal kan zijn. Als je eenmaal
achterop bent geraakt is er nauwelijks
nog een herkansing. Het recruteringsbe-
leid van de bedrijven is op dat punt mee
dogenloos.
Kansloos
Het is als een reuzenslalom op een
overvolle piste. Wie eenmaal een paaltje
heeft gemist wordt onmiddellijk gedis
kwalificeerd. Dat geldt niet alleen voor
slechte cijfers op het toelatingsexamen,
maar ook voor het gedrag van leerlingen
zoals dat door de school wordt bijgehou
den'. Zonder een goede aanbeveling van
de leraar of professor is een carrière bij
voorbaat kansloos.
De gedachte dat iedereen een gelijke
kans moet hebben om hogerop te ko
men als hij of zij maar ijverig genoeg is,
zorgt ervoor dat iedereen alleen maar
daaraan kan denken en alles slikt dat op
zijn of haar weg komt.
Eenmaal aangenomen in het uitverko
ren bedrijf begint het trouwens weer van
voren af aan. Helemaal onderaan de lad
der, als dienstplichtig soldaat in een
werkleger. Oogkleppen op, mondje
dicht, en hielen likken.
Het krioelt van de pietluttige regeltjes
en voorschriften, die het personeel zon
der morren moet volgen. Een werkne
mer van een grote handelsonderneming,
die werd overgeplaatst naar het buiten
land, mocht zijn vrouw het eerste half
jaar niet meenemen. Waarom? Dat is nu
eenmaal voorschrift. Tegen de tijd dat
een Japanner met zoiets geconfronteerd
wordt weet hij al lang niet beter dan dat
zoiets de gewoonste zaak van de wereld
is.
door Ruud Kreutzer
Yutaka Hirose: idealen een nutte
loze bezigheid.
zen hebben, maar gewoon omdat er geen
andere weg is, tenzij ze een volledige
breuk met de maatschappij willen riske
ren. En dat is iets waarvoor maar heel
weinig Japanners het zelfvertrouwen
hebben.
Garantie
Rangnummers zijn een vloek die de
Japanner z'n hele leven blijft achtervol
gen, maar nergens is de hiërarchie zo be
langrijk als bij de 460 universiteiten die
het land rijk is. Er zijn een paar topuni
versiteiten die een plaatsje in de elite ga
randeren. Tokio Universiteit - in de
volksmond Todai - is onbetwist num-
mer eén, gevolgd door Kyoto Universi
teit, Waseda enzovoort. De concurrentie
om te slagen voor het toelatingsexamen
van zo'n befaamde instelling is onbe
schrijflijk. De populaire benaming is
niet voor niets „examenhei", en je kunt
je afvragen of dat niet al te vriendelijk
klinkt.
Professor Michio Okamoto, de voor
malige rector magnificus van Kyoto
Universiteit (u weet wel, nummer twee),
zit nu een nationale commissie voor die
in opdracht van de overheid voorstellen
ontwikkelt ter oplossing van wat eufe
mistisch de „staat van verwarring in het
onderwijs" wordt genoemd. Hij noemt
de examenhei de „bron van alle kwaad".
Op dit moment, zo omschrijft hij de ge
volgen van dit systeem, is het „bepalend
voor de rest van je leven" op welke uni
versiteit je hebt gezeten.
Okamoto komt al pratend tot de on
vermijdelijke conclusie dat het pro
bleem zijn bron vindt in het personeels
Yutaka Hirose voelt zich beslist niet
ongelukkig. Hij maakt lange dagen
voor zijn baas, een scheepvaartbe
drijf, dat hem ook heeft onderge
bracht in een kamertje van drie bij
vier meter. Het bedrijfspension
waar hü met 26 collega's woont
staat geen vrouwenbezoek toe.
Maar voor de 28-jarige Yutaka is dat
geen reden om zich over zijn lot te
beklagen.
Yutaka is niet echt van plan zijn hele
leven bij hetzelfde bedrijf te blijven
werken, maar hij ziet wel in dat het erg
moeilijk is om van baan te véranderen
zodra hij wat hogerop is geklommen. En
hij een gezin heeft te onderhouden.
Voorlopig heeft Yutaka gog geen
vriendin, en trouwens ook maar heel
weinig gelegenheid om vrouwen van
zijn leeftijd te ontmoeten. Omdat hij al
aardig tegen de dertig loopt, begint ie
dereen langzamerhand te zeuren waar
om hij nog niet getrouwd is. Hij maakt
een hele vriendelijke en serieuze indruk,
dus daar zal het zeker niet aan liggen.
„Het zal wel omiai worden", verzucht
Yutaka. Dat is de nog altijd wijd verbrei
de praktijk waarbij potentiële huwe
lijkskandidaten worden gekoppeld door
mensen op het werk of een familielid.
Zonder die hulp zouden veel jonge Ja
panners nooit aan de bak komen.
Oude man
Van het huwelijk dat Yutaka waar
schijnlijk volgend jaar of het jaar daarop
zal sluiten met een nog onbekende
vrouw heeft hij ook al geen al te hoogge
stemde verwachtingen. In elk geval zal
hij er niet vroeger voor thuiskomen:
„Als er nog werk ligt zal dat eerst afmoe
ten. Met je privé-situatie heeft dat niets
te maken". Dus zal zijn aanstaande hem
zelden vóór acht uur 's avonds terugzien,
vaak pas na elven.
Yutaka Hirose spreekt met de berus
ting van een oude man die heeft afge
leerd zich nog ergens druk over te ma
ken. Hij verbaast zich er eigenlijk over
dat ik mij afvraag of hij wel helemaal ge
lukkig is met het leven dat hij nog voor
zich heeft, een leven waar een grauw
sluier van voorspelbare eentonigheid en
oppervlakkigheid overheen hangt. Met
een wegwerpgebaar laat hij merken dat
hij het maar een nutteloze bezigheid
vindt om er idealen op na te houden over
de "toekomst. Hij neemt het leven zoals
het komt.
Je krijgt soms de indruk dat het niet
hebben van idealen voor Japanners het
hoogste ideaal is. In de Zen-variant van
het boeddhisme gaat het erom door me
ditatie je hoofd te ledigen van verlan
gens en hoop. De echte helden in Japan
se televisiedrama's zijn degenen die de
grootste ellende en vernederingen on
dergaan zonder zich maar een moment
te beklagen.
In het klein zie je dat terug als iemand
in een lange rij voordringt. Meestal laten
de anderen dat zo onopvallend mogelijk
passeren. Geen gekanker op de voor-
dringer of zelfs maar blikken van veront
waardigde verstandhouding. Japanners
springen heel zuinig om met hun emo
ties.
Boeken en tijdschriften die de Japan
se ziel trachten te ontleden vullen met
gemak een complete biliotheek. De le
zers van dit speciale genre zijn hoofdza
kelijk Japanners, die een grote belang
stelling aan de dag leggen voor dit soort
zelfbespiegelingen. Zo groot, dat de be
kende psycholoog Hiroshi Minami het
een nationale eigenschap noemt, een ei
genschap die hij verklaart uit een diep
geworteld gebrek aan zelfvertrouwen.
Angst
Professor Minami (74) is een van de
weinigen die het onderwerp serieus
heeft bestudeerd, dat wil zeggen zonder
de vooropgezette bedoeling voor de zo
veelste keer te bewijzen dat de Japan
ners een uniek ras zijn. In zijn meest re
cente werk (De Japanse Ego) schrijft hy
een aantal welbekende karaktertrekken
toe aan dat gebrek aan zelfvertrouwen
van de individuele Japanner.
Diens verlegenheid en terughoudend
heid, zijn nadruk op harmonie in relaties
met anderen, en ook zijn toewijding en
ijver zijn terug te voeren op die ene ei
genschap, meent Minami. En wellicht is
er ook een verband met zijn hang naar
ceremonieel, en de behoefte aan een dui
delijke hiërarchie en voorschriften op
het gebied van de etiquette.
Inderdaad hebben Japanners een pa
nische angst om uit de groep te worden
gestoten, een angst die zich ook vertaalt
in een hartgrondige afkeer van mensen
die zich niet conformeren met de regels
van de groep. Zoals een spreekwoord
zegt: „De spijker die uitsteekt wordt in
geslagen". En dat spreekwoord slaat de
spijker op zijn kop.
Al die uitstekende spijkers worden in
geslagen in het onderwijs. De scholen,
van de kleuterklas tot en met de univer
siteit, werpen zich met overtuiging op de
taak om nieuwe generaties in te passen
in het strakke keurslijf van de maat
schappij.
Het Japanse onderwijs is uitgespro
ken autoritair. Leerlingen en ouders
hebben niets in te brengen, en de na
druk ligt op passief leren en discipline.
De schoolloopbaan is een hindernisloop
met duizend-en-één regeltjes, pesterijen,
lijfstraffen (meestal aangeduid met „lief
devol contact") en een helse competitie
om de beste van de klas te zijn.
Stevig aanpakken
Elke school is vrij haar eigen voor
schriften op te stellen, zoals het uniform
(de jongens meestal een zwart pak met
een hoge kraag en de meisjes een matro
zenpakje), de lengte van het haar, wat ze
wel en vooral wat ze niet mogen meene
men naar school en in wat voor school
tas dat moet zitten.
Ook het gedrag buiten schooltijd valt
onder de bevoegdheid van het schoolbe
stuur, dat vrij is om bijvoorbeeld vast te
stellen welke route de leerlingen naar
huis moeten nemen, of dat zij niet met
leerlingen van andere scholen mogen
omgaan zonder toestemming.
De speelsheid die jonge Japanners ge
meen hebben met kinderen elders ter
wereld heeft op den duur geen schijn
van kans, ook al niet omdat de meeste
ouders geneigd zijn om de schoolleiding
aan te moedigen hun kroost stevig aan te
pakken.
Het belangrijkste mechanisme dat Ja
panse scholieren in het gareel dwingt, is
ironisch genoeg de nadruk op gelijke
kansen in het onderwijs. Iedereen, of hij
nu geboren is als dochter van de minis
ter-president of als zoon van de groente
boer, heeft de kans om door te dringen
tot de elite, als hij maar goed presteert
op school.
Dat klinkt ideaal, maar het heeft een
bijzondere schaduwzijde. De nadruk ligt
op klassikaal lesgeven en het uit het
hoofd leren van grote hoeveelheden fei
tenkennis die regelmatig wordt getest.
De resultaten van de onophoudelijke
stroom multiple-choice proefwerken
worden afgemeten aan de hand van het
gemiddelde van de klas.
Beter zijn
De enige maatstaf is dus dat je beter
moet zijn dan je klasgenoten. Om dat
precies bij te houden wordt van week tot
week een scorelijst bijgehouden, die
aangeeft welke plaats elke leerling in-
Naoki Ogi, leraar: geen tijd meer
om te spelen.
neemt in vergelijking met de anderen.
Voor individuele aandacht is geen ruim
te, in klassen die meestal 45 50 leerlin
gen tellen.
De onderlinge concurrentie om tot de
besten van de klas te horen heeft de
schooltijd veranderd in een twaalf jaar
durende afvalrace, die pas eindigt na het
toelatingsexamen tot de universiteit. Tel
daarbij op dat zo'n beetje iedereen ervan
overtuigd is 'dat vlijt en ijver de enige
voorwaarden zijn voot goede school
prestaties (over verschillen in aanleg
wordt niet gerept), en het is gemakkelijk
voor te stellen hoe Japanse scholieren
worden opgejut door hun oudèrs.
De druk om te presteren valt even weg
in de periode tussen het toelatingsexa
men voor de universiteit en het moment
waarop hij of zij voor het eerst gaat
werken of in het huwelijksbootje stapt.
Kortom, tot het moment waarop zij vol
waardige burgers zijn geworden.
Het afwijkende gedrag van deze groep
jongeren van pakweg 18 tot 24 jaar geeft
buitenlandse bezoekers wel eens de ver
keerde indruk dat er van alles aan het
veranderen is in Japan, en dat de jonge
re generatie een tótaal andere kijk heeft
op de maatschappij. Wie hier wat langer
woont zal echter zien dat het gros van
deze „opstandige" jongeren binnen de
kortste keren terugkeert in de plooi, en
zich rond z'n dertigste al in niets meer
onderscheidt van de grijze eenheids
worst. Ze verschijnen in hetzelfde kleur
loze kostuum op het werk, en grijpen in
cafés naar de microfoon om smartlap
pen te kwelen die zij een paar jaar daar
voor niet door hun strot konden krijgen.
Ze doen dat niet omdat ze dat zo geko-
Welkomstceremonie voor eerste klassers van een openbare school.