Draaiende bruidsparen en computerkunst
Jaar te laat, miljoenen te duur
De vormgeving van Muziektheater en Stadhuis in Amsterdam
THEATERKRANT '86/'87
BIJLAGE LEIDSCH/ALPHENS DAGBLAD
PAGINA 33
Over achttien dagen schalt de
victorie vanaf het Waterlooplein
in Amsterdam. Dan wordt het
Muziektheater officieel geopend.
Zeventig jaar duurde het, van het
eerste plan tot het huidige
complex in het hartje van de
voormalige jodenbuurt. Pas het
afgelopen half jaar is er in het
Muziektheater een koortsachtige
bouwhaast ontstaan terwijl de
bouw van het Stadhuis stil kwam
te liggen.
Achter en naast de nog graffiti-loze
facade van het Muziektheater aan
de Amstel schuilt dan ook een
rauwe bouwput, een betonbende,
een blubbergebied waar het
nieuwe en bij voorbaat al te klein
uitgevallen Amsterdamse
Stadhuis zal verrijzen. De Stopera
('schrijft u alstublieft het woord
Stopera nooit meer in de krant',
rilt een publiciteitsmedewerker),
biedt een aantal vormgevers wel
de unieke gelegenheid om er uit te
halen wat er in zit. Wat er in zit is
een slordige anderhalf miljoen, op
basis van de 1 procent-regeling op
de kale bouwkosten. Wat er door
de veertien kunstenaars
uitgehaald wordt is voor het
grootste deel nog onzichtbaar, nog
niet klaar of zelfs nog niet bedacht.
Zeker is wel, dat de vormgeving
van een van de trouwzalen in het
Stadhuis geschiedenis zal maken.
Wim T. Schippers bedacht een
ronddraaiend plateau voor het
bruidspaar, en andere
verrassingen. De vormgevers van
het Stadhuis-interieur hebben
echter nog de tijd. Pas over een
jaar zal het nieuwe centrum van
Amsterdamse onbestuurbaarheid
worden ontdaan van steigers,
kranen en machines. Eric Bos ging
kijken op de plek waar hij ooit als
kind tussen de marktkraampjes
hinkelde toen het plein nog
vriendelijk gedomineerd werd
door Zuiderkerkstoren en
Mozes-en-Aaronkerk.
Het komt door de niet aflatende pu
bliciteit, dat jé je niet vergist. Hier
op het Waterlooplein staat 'ie wel
degelijk, dat complex dat van de
Stopera geen Stopera meer mag he
ten. Anders zou je zweren, dat je te
gen de nieuwbouw van een techni
sche hogeschool aanloopt. De elek
tronisch bewaakte artiesteningang
lijkt nog het meest op de entree van
een gebouw van Sociale Zaken. En
ook wie dezer dagen het Muziek
theater betreedt moet wel over erg
veel fantasie beschikken om zich
voor te stellen dat hier straks ge
gierd en gesnikt wordt bij de muzi
kale komedies en gedanste trage
dies die zich op het enorme toneel
(20x20x10 m) zullen afspelen. De
1600 zitplaatsen in de knalrode thea
terzaal zijn nog bedekt met plastic
en verder in het gebouw struikel je
over de kabels, cementbakken en
planken. Vooraleerst heerst er de
terreur van Radio 3 en Black Dec
ker.
door
Eric Bos
Je moet het de architecten toegeven:
de entreehal met zijn bijzonder brede,
open trappenhuis ziet er inderdaad uit
als een rococo-paleis. Niet dat er iets van
versiering te bespeuren is in de strakke,
bijna onbarmhartige vormgeving ('dat
komt nog,' wordt ons verzekerd) maar
de opzet, de verdeling van de ruimte, is
inderdaad vorstelijk. Zo is er aan een
enorme samenscholing bij de kassa's ge
dacht. Dat is geen gang, geen hal maar
een zaal waar Frederik de Grote jaloers
op zou zijn geweest. Voeg daarbij het
unieke uitzicht vanaf de eerste balkon-
verdieping - een panoramabeeld van de
Amstel alsof je door een groothoeklens
kijkt - en het paleis-idee is compleet. Al
les zal straks rustgevend vibreren door
pasteltinten als rose en blauw waarbij
vooral het rose, in allerlei gradaties, het
gezicht zal bepalen.
Zo'n lege, moderne pompositeit (ar
chitecten waren Wilhelm Holzbauer en
Cees Dam) vraagt om een doorbreking,
een aanvulling, een contradictie liefst.
Die komen er ook, daarvoor werden uit
een voorronde ('competitie aldus de
kunstenaars) veertien vormgevers gese
lecteerd, die de anderhalf miljoen gul
den, die daarvoor beschikbaar werd ge
steld, moeten opmaken. Dan zal het niet
gaan om Weense krullen, Amsterdamse
Maagden of Italiaanse engeltjes. Dan
gaat het om moderne kunst, om heden
daagse vormgeving, een stand van zaken
dus in interieur-vormgeving.
Amsterdams peil
De vormgeving strekt zich ook buiten
het complex uit, voor een deel officieus,
dus buiten het 1 procent-budget om.
Daar wordt nogal'geheimzinnig over ge
daan. Dat zou allemaal nog niet rond
zijn, daar zal nog over geknokt moeten
worden. Zoals over het punt waar de
Amsterdammers voor het eerst het Am
sterdams Peil met eigen ogen kunnen
aanschouwen en zelfs aanraken. Kunste
naar-cineast Louis van Gasteren is de
bedenker van een concrete uitvoering
van een abstract meetbegrip. Vermoede
lijk komt dat er, zegt de afdeling Voor
lichting van Openbare Werken voorzich
tig. En zo wordt er ook omzichtig meege
De Zestienhonderd zitplaatsen zijn nog bedekt met plastic.
deeld, dat het aantal van veertien best
nog eens kan oplopen.
Veel is er nog niet te zien van de kunst
werken voor het Muziektheater. Op het
voorplein van de zuid-oostelijke ronding
van het gebouw is een granieten open
ring te zien, glad gepolijst in een steenro-
se kleur. André Volten uit Amsterdam
bedacht dit publieksobject, bedoeld als
'verpoos-eilandje', een 'autovrij' gebied
je, alleen taxi's mogen er omheen racen.
De grond krijgt dezelfde betegeling als
de binnenvloer.
In de binnenstad schijnt ook een
groepje Italiaanse handwerkslieden
rond te lopen. Tijdelijk toegevoegd aan
de grote schare buitenlandse werkne
mers in de hoofdstad houden ze, alsof ze
nog in de renaissance leven, hun procé
dé geheim. Dat procédé is een soort don-
kerrose kunstmarmer, aangebracht in
de foyer op de eerste etage op de wan
den van de muziekzaal.
Op de tweede foyer-etage wordt een
bar gehuisvest. Een wonder van vorm-
gevingsvernuft, zo leerde ons de foto
van een maquette, door het 'spel' van
trapsgewijze opbouw en licht-effecten.
Een ontwerp van Frans en Maija de
Boer-Lichtveld. De trappen in het cul-
tuurbestuurcomplex hebben de kunste
naars hevig geïnspireerd, zo zal nog blij
ken. Toch doet het ontwerp - indirecte
verlichting, spiegels, verzonken neon-
buizen - nog het meest denken aan zo'n
trendy fantasiegeval in de studio's van
een doorsnee video-clip of reclamespot
Het kan niet missen: ook hier
'eigentijdse kunstaspect.'
het
Computerkunst
Dat geldt ook voor het kunstwerk van
computer-kunstenaar Peter Struycken.
Wie in de theaterzaal, geagiteerd door
het opdringerige rood, zijn blik ten he
mel heft, ziet daar een wonderlijk
schouwspel aan het plafond. Een univer
sum aan kleine lichtjes, als punten op
een beeldscherm. Die lichtjes zetten
steeds wisselende patronen uit, structu
ren, verschuivingen, zoals we dat ken
nen uit het andere werk van Struycken.
De computer, het beeldscherm nage
bootst in een ruimte met levende kunst.
De infiltratie van het beeldscherm heeft,
net zoals in de hal van het Centraal Sta
tion, zelfs het Muziektheater niet met
rust gelaten, al gaat het hier niet om een
scherm maar om het principe.
Veel ontwerpers voor het Muziekthea
ter hebben wonderwel de relatie theater-
kunstwerk genegeerd, met uitzondering
van Marte Röling. Haar kunstwerk is
niets meer maar ook niets minder dan
een theatraal gebaar: een bundel feeste
lijke 'shawls' ('vlaggen', volgens een in
gewijde medewerker van de Stopera.
Draperieën, stelt de kunstenares na
drukkelijk), achteloos op de rand van
het balkon geworpen. Zij ontwierp haar
drie draperieën voor de ballustrade van
de trap in het kassagebied.
Het procédé, een vinding van haar
echtgenoot, de kunstenaar Henk Jur-
riaans, wordt geheimgehouden. Het is
een soort 'gewapend polyester',
hoogglanzend in de kleuren zwart, rose
en rood-wit gelakt.
Marte Röling koos voor de vorm van
draperieën omdat, zoals ze zegt: ik toe
vallig bezig ben met een vlaggenproject,
daar komt het uit voort. De kleuren cor
responderen met de rood-wit geblokte
vloer van de entreehal naar het kassage
bied.
Lichtportalen
De meeste kunstenaars zijn echter be
zig voor het Stadhuis, dat zal het gron
digst worden vormgegeven. Beide
bouwwerken zullen bovendien met el
kaar verbonden worden door 'straatjes'
waar ook nog iets voor moet worden be
dacht. Zo maakt Jan van Munster een
lichtobject in of op het trappenhuis van
parkeergarage naar Muziektheater.
Het Stadhuis, met zijn trapportalen en
trouwzalen, bood meer mogelijkheden
tot kunstopdrachten dan het Muziek
theater. Voor de vijf lichtportalen van de
trappenhuizen werden vijf kunstenaars
aan het werk gezet: Jacqueline de Jong,
A. Kovacs, Krijn Giezen, Hrein Fridfinn-
son en Ger Dekkers.
Jacqueline de Jong maakt een dertig
tal schilderijen van zeer wisselende
grootte: 2x3 meter tot ansichtkaartfor
maat. Jacqueline de Jong: Het is een
soort installatie. Het lastige voor ons
was, dat we aanvankelijk niet wisten
voor welke ruimte we iets moesten be
denken. Pas na het bepalen van de plek
ken waar iets moest komen, wat volsla
gen buiten ons om gebeurde, konden we
aan de gang. Voor my bleek het dus om
een trapportaal te gaan en van dat trap-
pen-idee ben ik uitgegaan. Als je uit de
lift stapt moet je straks het gevoel krij
gen dat je bergop, bergaf gaat. Ik hoop
op een soort verwarring. Aan de compe
titie van deelnemende kunstenaars in
dertijd deden er honderden mee. Ik was
dan ook verbaasd, dat ze mij hadden uit
gekozen.
Ook A. Kovacs is met schilderingen
bezig voor één van de portalen. Wat
Hrein Fridfinnson bedacht heeft is nog
niet bekend. Krijn Giezen is bezig met
een plastiek en van Ger Dekkers is al
leen zeker, dat hij iets met foto-collages
doet. Wat ook te verwachten was. Voor
de drie trouwzalen zijn Pieter Engels,
Wim T. Schippers en Jeroen Henneman
ingeschakeld.
Jeroen Henneman: „Ik ben eigenlijk
bly, dat niet alles op een democratische
wijze verlopen is. En voor mij was het
ook geen probleem dat het Stadhuis nog
niet af is. Het is wel prettig eigenlijk,
daardoor heb ik de tijd. Ik heb de ruimte
waar het om gaat in een maquette nage
bouwd, zo kan ik toch aan de slag. Het
wordt een zaal die ik helemaal zelf heb
bedacht, tot aan de wandkleden en de
vloerbedekking toe. Zo wordt er natuur
steen verwerkt in het tapijt en ik maak
twee grote schilderyen boven de plaats
waar de ambtenaar staat. Die worden
enigszins schuin in een knik tegen el
kaar gehangen. Het ene stélt dag en
nacht voor, het andere toont het profiel
van een man en een vrouw, naar elkaar
toegekeerd. By de vormgeving ben ik
uitgegaan van een tweedeling. Het
wordt heel spannend". Wordt het een
zaal waar Henneman zelf in zou willen
trouwen? Jeroen Henneman: „Ja, waar
om niet? Maar ik zou misschien nog wel
liever in de zaal van Wim T. Schippers
willen trouwen, dat lykt me erg leuk".
Bruidstaart
Dat wekt de nieuwsgierigheid. Want
trouwen mag dan voof steeds meer men
sen het leukste van hun leven lijken, het
verschijnen voor de ambtenaar van de
burgerlijke stand is meestal de afknap
per van de dag. Zo bedacht Wim T.
Schippers en hij ging aan de slag met
een in alle opzichten uniek trouwzaal
project in de wereld.
Wim T. Schippers: „Het is een heel
sjieke gebeurtenis, nietwaar? Dus wilde
ik van de trouwzaal ook echt iets heel
sjieks maken. Zo wordt de zaalvloer spe
ciaal verlaagd want daar komt een draai
plateau in. Het bruidspaar staat straks
op dat plateau voor de ambtenaar. Zodra
ze hun 'Ja-woord' hebben uitgesproken
draaien ze op dat plateau zodat getuigen
en wederzijdse ouders, en fotografen
niet te vergeten, eens hun gezicht kun
nen zien. Ik heb speciaal hiervoor een
paar trouwpartijen bezocht en steeds zie
je zo'n stel uitsluitend op de rug. Of de
bruidsparen het leuk zullen vinden op
een plateau in de rondte te draaien weet
ik niet. De ambtenaren twijfelden daar
indertijd vreselijk aan, of liever: ze wis
ten zeker van niet. Er zijn hevige discus
sies geweest en er werd heel erg dwars-
gelegen. Want over wat sjiek is of niet
kun je eindeloos discussiëren. Het gaat
gelukkig toch door en de bruidsparen
kunnen toch kiezen uit drie zalen?".
„Voor mijn zaal, die ik hagelwit houd,
ontwerp ik ook de meubels. De ambte-
narentafel staat in verbinding met het
plafond via een aantal zuilen. En ook el
ders in de ruimte worden zuilen ge
plaatst: een door midden geslagen zuil -
het is iedereen vrij hier al of niet iets
symbolisch in te zien - en een massief
rubberen zuil. Je weet wel, zo'n ding dat,
als je er tegenaan leunt, dóórbuigt. En
overal vliegt het huisraad door de lucht,
langs de wanden, zoals een linnenkast
half in het plafond. Het is moeilijk om
het allemaal goed uit te leggen. Een
plaatselijke krant hier in Amsterdam be
greep er tenminste niets van, die schreef
laatst dat het een compleet lunapark
werd. Dat is pertinente onzin. Het wordt
een bruidstaart, dat is het. Zo'n ding dat
je wel by de banketbakker in de etalage
ziet, met het bruidspaar op zo'n draaiend
plateau. Heel sjiek allemaal".
In Amsterdam moeten de
verantwoordelijke ambtenaren en het
gemeentebestuur na een geslaagde
23ste september wel opgelucht
ademhalen. Hoewel er dan nog volop
gewerkt wordt aan het volgend jaar
gereedkomende stadhuisgedeelte, kan
er dan toch weinig meer mis gaan. En
misgegaan is er heel wat rond die bouw
van Amsterdams meest prestigieuze
project van deze eeuw. Het is dan bijna
vijftig jaar geleden dat er een
prijsvraag uitgeschreven werd voor
een ontwerp van een nieuw stadhuis
aan het Waterlooplein en bijna twintig
jaar geleden dat architekt Holzbauer
een nieuw uitgeschreven prijsvraag
won. Het is dan ook vier jaar geleden
dat met de daadwerkelijke bouw
begonnen werd.
Vier jaar van veel gedonder in de
glazen, zowel bij de
aannemerscombinatie als bij de
architecten. Gedonder in de glazen dat
leidde tot een jaar vertraging in de
bouw en een kostenoverschrijding van
voorlopig bijna 17 miljoen gulden.
Voor ruim 322 miljoen gulden heeft de
hoofdstad aan het Waterlooplein dan
wel een spraakmakend stuk
architectuur.
Het begon allemaal in 1937 toen een
prijsvraag uitgeschreven werd voor de
bouw van een nieuw stadhuis dat op het
Waterlooplein zou moeten komen. De
architekten Berghoef en Vegter kregen
die opdracht in 1956. Althans, zij moch
ten hun winnend ontwerp nader uitwer
ken. In 1964 zag het gemeentebestuur af
van het ontwerp van Berghoef en Veg
ter. Vier jaar later won de Oostenrijkse
architect Holzbauer een nieuwe uitge
schreven prijsvraag. Zijn stadhuis zou
zonder problemen op het Waterlooplein
gebouwd kunnen worden, ware het niet
dat nu de financiering van het project
een struikelblok zou vormen.
Aan de Ferdinand Bolstraat zou op de
plaats van de Oude Rai een echt opera
gebouw moeten komen. Een pretentieus
muziektheater. De architecten Bijvoet
en Holt hebben die plannen klaar, na in
1959 al daarvoor een opdracht te hebben
gehad. Er is wat rumoer over de ligging
maar in 1977 komt er toch een krediet
voor de bouw van het muziektheater an
nex parkeergarage. Het Rijk, dat voor
een groot deel meebetaalt, heeft echter
geen zin om zowel een nieuw stadhuis
als een muziektheater te financieren.
Wie nu precies aanspraak mag maken op
de gouden voorzet blijft een punt van
discussie, maar een feit is dat die drei
gende weigering tot financiering van
twee aparte projecten ertoe leidde dat
men op het idee kwam stadhuis en mu
ziektheater samen te voegen en dan te
bouwen op het Waterlooplein.
Bundeling
Op 9 april 1979 zegt ook de minister
president in principe ja tegen de gecom
bineerde bouw. Dan komen de plannen
in een stroomversnelling. Nog voor het
jaar om is weten we dat de totale bouw
een bedrag van 306.030.000 gulden gaat
kosten. Holzbauer, Bijvoet en Holt bun
delen hun architectenbureaus en gaan
aan de slag om het definitieve plan uit te
werken. Op 5 juni 1980 krijgt de archi
tectenmaatschap, waarin architect Cees
Dam de plaats van de overleden Bijvoet
inneemt, de officiële opdracht tot de
bouw van het stadhuis muziektheater.
Gebruikelijk bij werkobjecten van een
dergelijke omvang is dat er een inschrij
ving voor aannemers komt op uitnodi
ging ('met voorafgaande kennis'). Ook
gebruikelijk is dat uit het oogpunt van
risicospreiding en materieelpotentieel,
aannemers een objectencombinatie ma
ken. Er was al ervaring opgedaan bij de
bouw van het Wereldhandelscentrum,
waar de HBM en de BAM een combina
tie vormden. In het geval van het stad
huis-muziektheater viel de keus op Bal
last Nedam. Hollandse Beton. Hillen
door Huub Klompenhouwer
Roosen en de gebroeders Terlingen. De
combinatie krijgt de fantasierijke naam
Stamuco.
Nadat op 25 augustus de eerste van de
meer dan 3000 palen de grond in gaat.
blijkt al snel dat met name in de eerste
fase de onderlinge samenwerking niet
erg optimaal is. De twee superkranen in
de bouwput overlappen elkaar met hun
draaicirkels en dus moet er een soort ta-
kelrooster worden opgezet. Een bouw
vakker: „Iedere dag werd er een rooster
gemaakt. De ene dag kreeg je dan te ho
ren dat er getakeld moest worden, maar
om de haverklap werden die roosters
dan weer veranderd en stond je soms
een ochtend lang uitje neus te eten. Of je
werd ineens ingeschakeld bij het beton-
vlechten. Je werd er gek van. Als je ma
teriaal wilde bestellen liep het over zo
veel schijven, dat het wel ambtenarij
leek'.
De bouwonderneming Gebroeders
Terlingen trekt uit de slechte organisatie
haar conclusie. Zij stapt uit de combina
tie. Een woordvoerder van het bedrijf:
"Op een van de vergaderingen hebben
we voorgesteld om de boel hier in te
pakken en met zijn allen op te stappen.
Maar de drie anderen bleven liever door
modderen. Nou ja, ze gaan hun gang dan
Eergevoelens
Nee, dan het gekoppelde architecten
bureau. Daar gaat het eigenlijk pas goed
mis. Architect Dam laat dan wel door
journalisten aantekenen dat vooral de
haast van de gemeente debet is aan het
feit dat bij de start van de bouw slechts
tien procent van de gigantische hoeveel
heid tekeningen die het project vraagt
gereed ligt, maar gemakshalve laat hij
daarbij weg dat de onderlinge ruzie tus
sen Holzbauer en Dam de zaken ook niet
bepaald bespoedigen. Die naijver heeft
het meest te maken met de botsende eer-
gevoelens van beide architecten.
Begin 1984 alarmeert de bouwcombi
natie Stamuco de gemeente dat er toch
wel ernstige vertragingen in het werk
worden voorzien, waardoor de opleve
ringsdatum van 30 augustus 1985 voor
het muziektheater niet meer gehaald
wordt. Ook de architecten worden dan
gehoord. Maar de vrees is gerezen dat
Holzbauer en Dam te weinig maatrege
len nemen om echt snel te reageren. Te
gelijk blijven de vertragingen oplopen.
Er komt in de zomer van '84 een onder
houd met de architecten. Die verweren
zich tegen de gedachte dat zij de be
heersbaarheid van het bouwproces niet
meer in de hand hebben. De gemeente
hoeft niet bang te zijn, zo luidde het, de
vertraging zal beperkt blijven tot zo'n
twee maanden.
Dan al begint het Pontius Pilatus-spel.
De bouwcombinatie laat weten niet ver
antwoordelijk te zijn voor de vertragin
gen en waarschuwt dat die vertragingen'
wel een navordering van meer dan 15
miljoen gulden zou kunnen opleveren.
De architecten roepen uit dat er veel te
veel wijzigingen in het originele plan
van eisen zijn gemaakt, die allemaal ge
leid hebben tot nieuwe tekeningen. Er
waren ook te weinig basisgegevens om
op tijd met de werktekeningen te kun
nen beginnen. Bovendien zou het over
leg met de gebruikers en de opdrachtge
ver (de gemeente Amsterdam) over de
vele wijzigingen tijdrovend zijn. En ja,
geven ook de architecten wel toe, het ge
hele proces is'toch van een buitengewo
ne complexiteit.
Er komt druk op de architecten. Hun
management staat niet langer erg hoog
in aanzien. Ze stellen voor een onafhan
kelijk adviesbureau een rapport te laten
maken Van de stand van zaken. De ver
traging is dan, najaar '84, inmiddels van
zestig tot tachtig dagen opgelopen. Als
het Haarlemse adviesburo Toornend
Partners IPO BV enkele maanden later
rapporteert, en de architecten inderdaad
niet geheel capabel acht in hun manege-
ment, is het bijna eind '84. B W beslui
ten dan in overleg met de architecten en
de bouwers om de heer Toornend aan te
stellen als projectmanager. Financieel
betekent de aanstelling een geschat be
drag van 1,7 miljoen extra op de begro
ting.
Toornend gaat met zijn bureau aan de
slag en komt in maart '85 met een nieuw
rapport waaruit blykt dat de openings
datum van het muziektheater naar 23
september '86 moet worden verschoven.
En er moet geld uit de budgetten vrijge
maakt worden om snelle afhandelings
procedures mogelijk te maken.
Met de komst van Toornend is op het
kantoor van de architecten alles echter
nog steeds niet koek en ei. De gegevens
verstrekking van het architectenbureau
blijft moeilijk verlopen. Opnieuw komt
er een curatele maatregel. Om de afstem
ming van het voorbereidingsproces op
het architectenbureau beter af te stem
men op de eisen van het bouwproces
moet een zaakwaarnemer geplaatst wor
den. Resident-engineer is de titel van die
functie. Vanaf november '85 functio
neert die man. Extra kosten: 100.000 gul
den exclusief BTW. De architecten krij
gen dan bovendien nog de ondersteu
ning van vijf interieurtekenaars en een
coordinator van de dienst Openbare
Werken.
De schadeclaim van de bouwcombina-
tie Stamuco over de vertraging blijkt
voor juristen ook nog een aardige brood
winning te zijn geweest. En is het nog
steeds. Want de claim van de bouwcom
binatie bedraagt 30 miljoen gulden ex
clusief BTW, terwijl het gemeentebe
stuur er in haar raming nog van uitgaat
dat alleen de toegekende claims tellen.
Dat is een bedrag van byna twee miljoen
gulden. Voor de gemeente wordt dat nog
verhoogd met bijna 100.000 gulden arbi-
tragekosten. De extra kosten om de
bouw van het muziektheater te kunnen
versnellen en de datum van 23 septem
ber te halen, bedragen ook nog eens 1.8
miljoen gulden. Een verhoogd architec
tenhonorarium (er moesten veel meer
aanvullènde tekeningen en ontwerpen
gemaakt worden dan voorzien) kost 2.5
miljoen extra. De extra tekenkosten vijf
miljoen gulden. Kortom, de BTW mee
gerekend komt de bouw van het mu
ziektheater-stadhuis de gemeente voor
lopig al op een extra bedrag van
16.740.000 gulden.
zuchten moet onder de lasten^
prestigeproject dat meer dan 320 mil
joen gulden kost, vergist zich. Een kort
kijkje in de financiële keuken van de ge
meente Amsterdam leert dat de rijksbij
drage alleen al 230 miljoen bedraagt.
Aan verrekenbare BTW krijgen ze nog
eens bijna 32 miljoen terug (aanvanke
lijk was dat begroot op 19 miljoen gul
den) en het saldo plus rente van het stad
huisfonds bedraagt 57,1 miljoen gulden.
Rekening houdend met nog wat loon en
prijsstijgingen gaat het de gemeente niet
meer dan 10,4 miljoen gulden kosten.
Nee, het overgrote deel komt uit 's Rijks
schatkist.
Dus eigenlijk is die Stopera een beetje
van ons allemaal, nietwaar?