De dunne draad van PEC Zwolle Den Haag: wennen aan 'n nederlaag Het Veendam van Nienhuis Zwaar jaar voor debutanten voetbalcompetitie 'Nou, dan ga ik op m'n bek' WOENSDAG 13 AUGUSTUS 1986 SPORT PAGINA 13 DEN HAAG (GPD) - Heini Otto is het toonbeeld van de ideale voetbalprof. Tabak en alcohol zijn taboe voor hem, de avond voor de wedstrijd is hij thuis voor de buis te vinden, clubtrouw staat hoog in zijn vaandel geschreven én hij speelt altijd in dienst van het elftal. „De naam Otto is niet belangrijk", zegt de spelbepalende middenvelder van FC Den Haag, „ik ben gewoon een van de elf spelers die is ingehuurd om het maximale rendement uit een wedstrijd te halen. Ik zal ook nooit met een trainer in discussie gaan over een taktische opdracht. Als hij vindt dat er zo ge speeld moet worden, dan heeft de man daar zijn redenen voor. En ik respecteer die redenen. Daar ben ik prof voor". Was het gisteren de beurt aan de 'vaste' top-drie van het vaderlandse voetbal, PSV, Ajax en Feye- noord, ditmaal bij de vooruitblik op het seizoen '86-'87 aandacht voor de drie nieuwkomers in de eredivisie. Debutanten hebben het, nog los van de sane ringsplannen die het komend jaar deels gereali seerd moeten worden, traditioneel moeilijk om zich meteen tussen 'de elite' te handhaven. Voor FC Den Haag, PEC Zwolle en Veendam zal dat vermoedelijk niet anders zijn. De twee eerstgenoemde clubs hebben in het verleden de nodige ervarine opgedaan in de ere divisie, Veendam maakt voor het eerst zijn op wachting op het hoogste niveau. Net als FC Den Haag rekenen de Groningers erop de punten die nodig zijn om lijfsbehoud te garanderen vooral op eigen veld te veroveren. Voor beide clubs geldt verder dat er sprake is van een Leids tintje. Op De Lange Leegte is dit seizoen de van de FC Haarlem gekomen John Ver schoor te bewonderen en, dichterbij, in het Zuiderpark opteren Alfons Groenendijk, Ron de Roode, Joop Lankhaar en Marco van Alphen voor een basisplaatsje. Die onbaatzuchtige instelling („Ja, misschien kun je me inderdaad het beste vergelijken met het type Wim Jansen") heeft zo zijn voorde len. Otto, volgende maand wordt hij 32, is bijvoorbeeld nog nooit ne gatief in het nieuws geweest, uit de hand gelopen conflicten zyn voor hem hetzelfde als een avondje doorzakken de dag voor een wed strijd. Bovendien voorkomt het frustraties. Rob Baan, de trainer die bij FC Den Haag het veld moest ruimen voor het duo Pim van der Meent/Leo Steegman, vroeg Otto aan het eind van het vorig seizoen om hem te vergezellen naar Roda JC. „De condities waaronder wa ren volledig aangepast aan mijn persoonlijke omstandigheden", al dus Heini Otto. „Afgezien van een gunstige financiële regeling, kon ik enkele trainingen laten schieten omdat de afstand Hoofddorp- Kerkrade zich niet bepaald leende om dagelijks af te leggen. Boven dien zou ik na het aflopen van mijn contract opgenomen worden in de technische staf. Alles zag er gun stig uit, maar het bestuur van FC Den Haag stak er een stokje voor". Waardevol Met 'het bestuur' bedoelt Otto voorzitter Dé Stoop die de in de Jordaan geboren Amsterdammer aan zijn nog twee jaar doorlopende contract hield. 'Te waardevol voor het team om te laten gaan' oordeel de Stoop. Heini Otto kon alle begrip op brengen voor het standpunt van de voorzitter/geldschieter van Den Haag. „Proberen kun je het altijd, maar een contract blijft een con tract. Bovendien", zo geeft hij weer blijk van zijn opvattingen over het hedendaagse voetbal, „zag ik het eerlijk gezegd ook niet zitten om een paar trainingen in de week te missen. Als ik bij een club speel, dan wil ik alles meemaken, er elke training zijn, de uren tussen de trainingen met de jongens door brengen. Op die manier haal je je ook geen moeilijkheden op de hals. Zolang de prestaties goed zijn zul je er niks over horen datje niet al tijd aanwezig bent, maar moet je eens opletten als er een paar wed strijden op rij worden verloren, dan begint het gemekker pas goed. En ik zou de critici dan niet eens ongelijk kunnen geven". Otto belandde na vier seizoenen FC Amsterdam, drie seizoenen FC Twente, en vier tropenjaren in En geland bij Middlesbrough vorig seizoen bij FC Den Haag. „Ik heb hemel en aarde moeten bewegen om mijn vrouw er van te overtui gen dat een terugkeer naar Neder land goed zou zijn voor ons. Ze had het verschrikkelijk naar haar zin in Engeland. Maar ik was het zat ge worden. Het leven daar beviel ons uitstekend, daar ging het niet om. We hadden een schitterend huis en een auto van de club, financieel zat alles snor en over de ambiance in Engeland hoef ik niet eens uit te weiden. Maar ik had geen trek meer in degradatievoetbal. Vier jaar lang heb ik dat bij Middles brough meegemaakt, met FC Am sterdam erbij komt dat neer op acht jaar vechtvoetbal in mijn car rière. Ik wilde eindelijk eens wat anders". „Het telefoontje van Stoop, de dag nadat FC Den Haag het na- competitieduel tegen De Graaf schap had gewonnen, kwam dan ook als geroepen. Hij was op zoek naar een middenvelder en vroeg of ik er wat voor voelde. Nu is Stoop een man die precies weet hoe hij een speler 'warm' kan maken voor zijn club, dus de zakelijke kant was snel in kannen en kruiken. Alleen mijn vrouw ja, daar heb ik avonden mee moeten praten. Maar goed, we zijn het uiteindelijk toch eens ge worden". Leed Al het 'leed' dat hij de jaren daar voor had meegemaakt werd in een seizoen weggevaagd. FC Den Haag was de revelatie van het seizoen 1985-1986 en brak records alsof het de gewoonste zaak van de wereld was. De promotie naar de eredivi sie was slechts een logisch vervolg. „Ik wist niet wat ik meemaakte", zegt Otto, die nog steeds met smaak over zijn ervaringen in die periode kan verhalen. „Ik was twee keer gedegradeerd met FC Amster dam en Middlesbrough, had zes jaar op het randje van degradatie gebungeld en dan ineens zo'n sei zoen, een walhalla kan ik je verze keren. Alles lukte. Zelfs wanneer we met nog twee of drie minuten te spelen met 1-0 achterstonden raak ten we niet in paniek. We hadden zoveel zelfvertrouwen dat we er ge woon van uit gingen dat die gelijk maker toch wel zou vallen. En die viel ook. Ik geloof dat we op die manier in zes, zeven wedstrijden in de laatste minuten of zelfs in bles suretijd gelijk zijn gekomen of nog hebben gewonnen, de tegenstan ders werden er gek van". Na vier seizoenen keert de club met de beruchtste supportersaan- hang dus weer terug op het hoog ste niveau. Het zal even wennen zijn, een nederlaag. Otto: „Dat zal het zeker worden, vorig seizoen geen enkele wedstrijd verloren, het is eigenlijk te gek voor woorden. Dat zal in de eredivisie wel even wat anders worden, het wordt weer knokken voor de punten. En daar zijn we de afgelopen weken ook druk mee bezig geweest. Pim van der Meent (technisch-directeur) en Leo Steegman (coach) werken naar een andere speelstijl toe. We zullen de bal meer dan ooit in de ploeg moeten houden, niet meer zoals af gelopen seizoen het geval was de bal heel opportunistisch die pot in jagen. Natuurlijk, thuis zullen we aanvallend spelen, maar zeker in de uitwedstrijden zal FC Den Haag afstand doen van het no-nonsense- voetbal van vorig jaar. Er zal met meer overleg gespeeld worden, volwassen. Want na een seizoen weer degraderen, Jezus, dat zou een verschrikking zijn". Heini Otto: toonbeeld van een ideale profvoet baller. (foto GPD) VEENDAM (GPD) - Ze houden zich kranig. Niemand bij eredivisiedebutant Veendam heeft enige vrees om direct weer uit de top van het betaalde voetbal te tuimelen. Zo zegt voorzitter Everards: „Met ons materiaal draaien we mee rond de twaalfde plaats". En de pittig gebekte oefen- meester Henk Nienhuis: „Ik vermoed dat we ongeveer 25 punten pakken, waarvan de meeste thuis. Echt optimis tisch is dat niet, maar we gaan er keihard voor los om ons te handhaven. Misschien gaat Nienhuis straks wel op z'n bek, ha, maar daar ben ik niet bang voor. Veendam speelt tenminste eredivisie. En wie had dat ooit verwacht?" De spreekwoordelijke Groninger nuchter- en bescheidenheid druipt van Nienhuis' woorden af, al mag het genoegzaam bekend zijn dat de LTS-leraar bepaald geen blad voor de mond neemt. Hij is een in het Oostgroninger land geboren en ge togen boerenzoon, die zich niet al leen vanwege zijn onderwijsbaan gevrijwaard weet van maatschap pelijke status-beslommeringen, maar tevens in het bezit is van een riante villa in het Spaanse Rosas en een bankrekening, die slechts met majestueuze uitgaven in het rood „Ik hoef me nergens wat van aan te trekken, want financieel ben ik niet afhankelijk van de voetballe rij. Daarom zal ik ook niet kapot gaan aan dit vak", zo laat Nienhuis zich vaak ontvallen. Niettemin is de oefenmeester een brandlap van jewelste en een ware plaag voor de scheidsrechters. „Ja, ik ben emo tioneel, vooral als het Veendam be treft. Maar wat wil je ook? Ik ben in deze streek opgegroeid en heb zejf ook jarenlang voor Veendam ge speeld". Nienhuis is de animator van de Veendammer wederopstanding, nadat de club twee jaar geleden op sterven na dood was. Een schuld van 2,7 miljoen werd grotendeels met kwijtscheldingen wegge werkt. Pas in de voorbereiding op het seizoen '84-'85 was Veendam weer schuldenvrij en kon het tech nische plaatje worden ingevuld. John Verschoor Daarin slaagde Veendam met de hulp van FC Groningen, dat niet al leen hulptrainer Nienhuis afstond, maar ook enkele spelers. In veer tien dagen tijd scharrelde de oefen- meester een elftal bij elkaar en in de competitie werd Veendam een weinig spectaculaire middenmo ter. Schoonmaak De grote metamorfose onderging Veendam afgelopen seizoen. Weer dankzij FC Groningen, waar trai ner Han Berger grote schoonmaak hield en opnieuw een reeks spelers zijn heil zocht in Veendam. En nu bij het eredivisiedebuut kwamen daar nog eens Van der Meer, Hui- zingh en Huistra uit de provincie hoofdstad bij. Gall keerde daaren tegen terug naar FC Groningen. Wellicht een van de laatste transac ties tussen beide clubs, want hun samenwerkingsverband is beëin digd en alleen Steenge is nog ei gendom van FC Groningen, terwijl de talentrijke maar na een enkel operatie teruggevallen Huistra voor een milde prijs kan worden teruggekocht. Wat Veendam bij het eredivisie debuut binnen de lijnen brengt voetbalde dus grotendeels voor heen in het Groninger Oosterpark- stadion. Alleen John Verschoor (ex-Haarlem), de opvolger van de naar De Graafschap teruggekeerde Karei Hiddink, doelman Sape Hoekstra en de boomlange spits- speler Jan Redmeyer zijn de uit zonderingen. Laatstgenoemde kwam in de voorbije winter over van derdeklasser BATO uit Win schoten en ontpopte zich als een revelatie, maar deze omschakeling in combinatie met zijn dagelijkse werkzaamheden aan de lopende band in een kartonfabriek zorgde voor ernstige vermoeidheidsver schijnselen in de nacompetitie. „Ik was nog niet eens aan het tempo in de eerste divisie gewend en nu moet ik in een nog hoger tempo spelen, hetgeen dus wel heel moeilijk wordt", aldus de bij na twee meter lange spits, wiens progressie echter even onbereken baar is als zijn gang over het voet balveld. Alom wordt Veendam als de meest uitgesproken degradatie kandidaat gezien, maar de ploeg herbergt nogal wat eredivisie-erva ring. Nienhuis: „Wat zegt dat nou? Hoe belangrijk was de inbreng van onze spelers indertijd voor Gronin gen? Je moet reëel blijven en dan moetje constateren dat het niet de toppers zijn, die van Groningen naar ons zijn toegekomen. Er wordt ook wel eens gezegd dat er bij ons toch sommigen rondlopen met Europa-Cupervaring. Die jon gens hebben een paar wedstrijden voor Groningen meegedaan in de UEFA Cup. Dat is toch geen erva ring?" Nienhuis zegt dan dat het moei lijk voor hem te bepalen is waar Veendam straks gaat eindigen. „Ik ken de sterkte van de onderste helft van de eredivisie niet", stelt hij, „en daarin gaan we toch voet ballen. Dat is een doodgewone zaak voor een club als Veendam. Excelsior, VW, PEC, dat zijn de cjubs waar wij de punten van moe ten pakken. Ik ben er wel van over tuigd dat wij als ploeg de eredivisie iets te bieden hebben, want liefde voor voetbal en karakter is bij ons ruimschoots voorhanden". De start van de competitie is voor Veendam allesbehalve rooskleurig, want de Oostgronin gers beginnen met liefst drie uit wedstrijden, aangezien de eerste thuiswedtryd tegen FC Den Haag door de gemeente Veendam werd verboden, omdat het stadion De' Langeleegte pas half oktober aan de veiligheidseisen zal voldoen. Een gegeven dat ruimschoots op tijd aan de KNVB is Zeist was ge meld, niettemin gaf competitielei der Huijbregts aan Veendam voor half oktober liefst drie thuiswed- trijden met verhoogd risico: FC Den Haag, Ajax en FC Utrecht. Wedstrijden die nu stuk voor stuk moetenworden opgeschoven. Nienhuis: „In Zeist voelen ze hele maal niet aan wat hier leeft. De der by's tussen Groningen en Veen dam spreken bijvoorbeeld enorm tot de verbeelding, maar nu staan die wedstrijden vlak voor de win terstop en op de een na laatste dag van de competitie gepland. Voel je het dan aan?" ZWOLLE (GPD) - Een knus avondje zal het op woensdag 20 augustus niet worden, wanneer PEC Zwolle zijn eerste thuisbeurt tegen FC Utrecht afwerkt. Die voorspelling lijkt weinig gewaagd, omdat de entourage in het stadionnetje aan de Ceintuurbaan wordt verstoord door een 'kale' lange zijde. Een halfjaar terug brandde de hoofdtribune tot de grond toe af en nog altijd is er geen begin gemaakt met de bouw van een nieuwe tribune. De filosofie achter dat getalm is even simpel als symbolisch voor de club, die zelfs na een topjaar in de eerste divisie en de daaruit voortvloeiende promotie een strop van anderhalf miljoen leed. „Op die ene lange en die twee korte zij den kunnen we een kleine 9.000 man kwijt. Zo lang het elftal toch niet meer toeschouwers trekt, heeft het geen zin om te investeren in een nieuwe tribune", is de cyni sche mening van Marten Eibrink, de Oom Dagobert van PEC Zwolle. Sinds zijn entree in 1982 moet Ei- brink naar verluidt al een miljoen of acht van zijn aanzienlijke ver mogen in de club hebben gesto ken, maar zo zoetjesaan houdt zelfs hij de hand op de knip. Serieus Co Adriaanse kan de opmerking van zijn werkgever nauwelijk se rieus nemen, al valt er objectief ge zien geen speld tussen te krijgen. De trainer: „Het is waar, Zwolle loopt niet warm voor voetbal. Maar in deze entourage spelen lijkt me ook niet alles en dat zal Eibrink eerdaags best begrijpen. Trou wens, in november krijgen we Ajax pas op bezoek, de eerste trek pleister, en als Eibrink het in z'n hoofd haalt staat die nieuwe tribu ne er binnen vier weken. De twee staantribunes achter de doelen heeft-ie ook in veertien dagen laten bouwen. Geen mens krijgt dat voor elkaar, behalve Eibrink". Suikeroom Eibrink is de man, die PEC Zwolle kan maken en bre ken. Zijn BV heeft alle spelers op de loonlijst en als de projectont wikkelaar morgen mocht besluiten het byltje er bij neer te gooien, is het gedaan met het profvoetbal in Zwolle. „En die kans is reëel als we onverhoopt opnieuw mochten de graderen", huivert Adriaanse, die als debutant meteen al werd ge confronteerd met zo'n tegenvaller. Maar de voormalige gymnastiekle raar is niet zo bang om opnieuw te gen de lamp te lopen, nu hij twee seizoenen de tijd heeft gehad om zijn stempel te drukken op de se lectie. „Ik heb al eens gezegd, dat we toen een zeer onevenwichtig team hadden, de selectie die ik tegen kwam deugde niet. Als je dat elftal met nu vergelijkt blijkt dat alleen Alex Booy en Jan Weggelaar nog van de partij zijn. De gemiddelde leeftijd is enorm gekelderd en de salarissen zijn naar elkaar toege groeid. Als je destijds het loon- strookje van bij voorbeeld Johnny Rep naast dat van Alex Booy leg de, dat stond in geen verhouding tot de prestaties van die twee". Beleid De roerige tijd van de vette aan kopen (Rep, Van Kooten, Schrij vers) behoort inderdaad tot het verleden. Niet alleen Eibrink had z'n buik vol van 'die volgevreten vedetten', ook Adriaanse zag het nut er niet van in. „Ik werk volgens een bepaald concept en selecteer dienovereenkomstig. Nu we gepro moveerd zijn zal dat beleid zich niet wijzigen. Het heeft geen zin om alles weer overhoop te halen en met een of twee grote jongens voor de dag te komen. Het kost de club handenvol geld en of het rendeert is maar de vraag. Ik sta op een an der standpunt, ga liever door met een jonge, gretige groep. In dat ka der past ook de aankoop van Mus tafa Yucedag van Ajax, 20 jaar pas en met de mogelij Wieden om een topper te worden als verdedigende middenvelder of verdediger. Ver der hebben we drie jongens uit de eigen jeugd (Van Ankeren, Leu- sink en Volkerink) gecontracteerd en Henri Pelleboer teruggehaald van Emmen. Ik mik nu nog op Hennie Verschoor van Excelsior, een snelle jongen voor de linker kant. We hopen dat Excelsior Was- lander overneemt, kunnen we een deal maken". Adriaanse zegt niet de pretentie te hebben om mee te doen met de bovenste negen van de eredivisie, maar sluit daarentegen een dikke middenmootplaats niet bij voor baat uit. „Natuurlijk is de kloof tussen ere- en eerste divisie enorm, kijk alleen maar naar de resultaten van NEC, Heracles en VW het af gelopen seizoen. Maar ik denk toch dat ons spelletje in de eredivisie beter tot zijn recht komt dan in de eerste divisie, waar vrijwel iedere ploeg zich tegen ons ingroef. Wij hebben veel snelheid in het elftal en moeten het dus vooral van ruimte hebben. Nou, ik denk dat we nu wat meer lucht krijgen. Voor de beker wonnen we vorig seizoen trouwens uit bij VW, met 0-5. Een indicatie toch". Getrouw aan de opvatting van het gros van zijn collega's, zal ook Adriaanse weer kiezen voor twee spitsen (Foeke Booy en Peter van der Hengst). „Binnen afzienbare tijd verwacht ik zelfs dat we met z'n allen één spits genoeg vinden, 't Wordt er voor het publiek mis schien niet aantrekkelijker op, maar om resultaat te boeken moet je als trainer nu eenmaal. Jaren ge leden, toen ik nog docent op de trainerscursus was, voorspelde ik het al: de meeste punten verdien je als je speelt zoals de handballers of de basketballers dat doen. Bij bal verlies, met z'n allen terug tot de zestien meter. Ivic destijds bij Ajax was z'n tijd echt ver vooruit en heb je topspelers dan kan het ook best het aanzien waard zijn. PSV speelt het spel goed met twee man voor in, een ploeg als Dinamo Kiew zelfs perfect met één spits. Maar ja, de taktiek valt of staat wel met de uitvoering. Je hebt superatleten nodig: supersnel, met persoonlijk inzicht en beheersing van ploe- gentaktiek, met een zuivere pass in de benen en met het vermogen om het karwei voor de goal ook nog af te maken". Risico Een taak om het Zwolse publiek te vermaken met zogenaamd 'spektakelvoetbal' ziet Adriaanse niet zo zitten. „Als we risico's ne men, dan gaan we het schip in en komt er ook geen hond meer. Trou wens: het verschijnsel van alsmaar leger wordende tribunes is, vrees ik, toch niet meer te stoppen. Het is een maatschappelijk fenomeen. In krimping van ere- en eerste divi sie? PEC heeft vóór gestemd, maar ik persoonlijk zie het niet zitten. Het verleden heeft wel uitgewezen dat minder clubs niet automatisch betekent dat er ook aantrekkelij ker wordt gevoetbald en dat de in teresse van de toeschouwers weer wordt gewekt. Vroeger had je een ere- een eerste- en twee tweede di visies. Er is gesaneerd van heb-ik- jouw-daar, maar de problemen zijn de wereld nog niet uit. In mijn ac tieve periode had je vier profclubs in Amsterdam, nu nog maar één. Maar zelfs bij Ajax is het stadion doorgaans nog niet voor de helft bezet".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 13