Het broeit in Tunesië Achter 'westerse' fagade gaat veel onvrede schuil ZATERDAG 26 JULI 1986 EXTRA PAQ1NA 25 Het straatbeeld lijkt op dat van Amsterdam uit de jaren dertig. Elke dag weer hangen duizenden jonge mannen doelloos in het centrum van de hoofdstad rond. Op afgetrapte schoenen, in uitgezakte broeken of tot op de draad versleten en verbleekte spijkerkleding. Per jaar dijt het leger werklozen van Tunesië zich met 90.000 (vaak goed opgeleide) jongeren uit. En wint de buurman, de Libische leider kolonel Khadaffl, onder deze groep aan sympatie. Sociaal en politiek broeit het land. Taco Slagter in het Tunesië dat niet in de reisfolder staat vermeld. door Taco Slagter De anders zo chique ogende Boulevard Habib Bourgiba in de hoofdstad Tunis tijdens het 'broodoproer' van januari 1984. Het geweld dat Tunesië toen plaagde, is thans onder de bevolking nog volop latent aanwezig. «foto ap> j Bij de Arabische broederlanden staat Tunesië bekend als een poli- tiek redelijk stabiel land. In de ogen van de vrije wereld voert het een ge- j matigde, pro-westerse politiek. In die visie ziet het regime van de stok oude president Habib Bourgiba (83) comfortabel en zorgeloos op het pluche. Tunesië ziet er voor velen uit zoals het in de reisgidsen wordt voorgespiegeld: vredig, welvarend en pittoresk. Voor de toeristen een stukje Europa op het Afrikaanse continent met een Arabisch-oriën- taalse allure. - Maar de wereldwijde economische re cessie is ook aan Tunesië niet voorbijge gaan. Bovendien groeit met de dag de oppositie tegen het niet van corruptie gespeende staatsapparaat. De Tunesiër realiseert zich dat de schijndemocratie van Bourgiba met steeds meer politieke en persoonlijke onvrijheden gepaard gaat. Zelfs op de stoep voor het zwaar bewaakte ministerie van binnenlandse zaken, tevens het kantoor van de pre mier, is het verboden te lopen. Uitgekeken Het volk is op de eens als algemeen aanvaarde nationale leider uitgekeken en wacht op diens dood. Maar wat dan? Volgens de grondwet wordt de huidige premier Mzili automatisch de nieuwe president. Maar deze kleurloze politicus I mist ten enenmale het met de revolutie verbonden charisma van Bourgiba, dat van hem tientallen jaren de onbetwiste leider maakte. Krijgt het nimmer uit bundig beleefde Arabisch nationalisme dan vat op de Tunesiërs of kiezen ze voor het islamitisch fundamentalisme, al dan niet aangevuld met de grillige re volutionaire ideeen van Khadaffi? Dat is de grote vraag. Duidelijk is dpt de economische, so ciale en politieke structuren nu al met elkaar botsen. Het is een rijpingsproces waarbij, zoals dat in feite in alle ontwik- kelings- en derde wereldlanden het ge val is, de toestand van de economie in eerste instantie de rek van het politieke systeem bepaalt. Lange tijd kon de rege ring de economische crisis met geflat teerde cijfers onder het tapijt vegen. Voor de buitenstaander leek het er op alsof het bewind de staatshuishouding onder controle had. En als de recente statistieken in het door de staat gecon troleerde Franstalige maandblad Infor mation Economique Africaine van april op waarheid berusten - wat mag worden betwijfeld - dan nog is de situatie zeer somber. Vorig jaar was het handelstekort ruim 2,5 miljard gulden. Die wanverhouding tussen import en export werd hoofdza kelijk veroorzaakt door de grootschalige invoer van industriële produkten, luxe j goederen en levensmiddelen. Daalde on der meer de import van aardappelen en j vlees, daarentegen steeg rigoureus de behoefte aan de uit het buitenland af komstige melkprodukten, koffie en thee. Tunesië heeft altijd kunnen drijven I op een redelijke voor de export bestem de mijnindustrie, zoals de winning van koper, lood, zink en fosfaten. Maar door de toenemende buitenlandse concurren- j tie - met name op het terrein van de kunstmest - is daarin de klad gekomen. Uitgeput Bovendien raakt de beperkte olievoor raad in de bodem van het land uitgeput. Experts voorspellen dat Tunesië in 1989 I al een netto-importeur van energie zal zijn. Tot die tijd kunnen de deviezen met j de export van olie nog wel wat worden aangevuld, maar door de huidige scherp j gedaalde prijzen op de wereldmarkt zal dat voor de economie niet veel soelaas meer bieden. Evenals de steeds groter wordende buitenlandse en binnenland- i se schuld, op dit moment in totaal 18,5 miljard gulden. Daling van de reserves aan vreemde i valuta heeft ook nog een andere oorzaak. Toen tienduizenden Tunesiërs in Euro pa werkten, stuurden zij regelmatig de guldens, marken en franks op naar de achtergebleven familie. Maar sinds ge zinshereniging in de gastlanden werd toegestaan droogde deze bron op. Zo I ging dat recent op een andere manier, j De eveneens tienduizenden die emplooi in de rijke Arabische landen hadden ge vonden - met name de Golfstaten, Saoe- di-Arabië en Libië - verloren hun banen vanwege de sterk gedaalde inkomsten uit olie die genoemde landen tot bezuini gen dwong, als gevolg waarvan ze als eerste de arbeiders uit de broederlanden over de grens zetten. Tunesië oogt in vele opzichten wes ters. Dat geldt ook voor het maatschap pelijke leven. Er is bijvoorbeeld een op Europa gelijkende familiewetgeving en vrouwen hebben in dit van oorsprong is lamitische land veel rechten. De sjieke Avenue Habib Bourgiba met haar naar Zuideuropese normen rijen getrimde bomen in het centrum van Tunis doet sterk denken aan de Ramblas van Barce lona of de fraaie steden langs de Cote d'Azur. Voor de majestueuze villa waarin de Franse ambassade is gevestigd, prijkt in deze stad van moslims de rooms-katho- lieke kathedraal met op de voorgevel het in mozaïek uitgelegde gelaat van Chris tus. Ook culinair kunnen de gerenom meerde restaurants en de dure hotels zich meten met hun voormalige over heersers in Parijs. Maar achter die post koloniale facade gaat veel sociale ellen de schuil. Om aan de weet te komen wat er werkelijk gaande is, hoef je in Tunis maar even weg te wandelen van de grote boulevards en avenues. Het eerste deel van de Medina, het oude centrum met de nauwe karakteristieke straatjes, is van wege de souvenirwinkeltjes nog een toonbeeld van welvaart. Maar dat maakt al gauw plaats voor verfloze entrees die de grauwheid van het ware bestaan weerspiegelen. Van het platteland - de exodus naar de stad houdt aan - komen de talrijke schoenpoetsers, veelal nog zeer jeugdig, die met een zelf in elkaar getimmerd bankje de terrassen van het 'rijke' Tunis afstropen om voor hun vaak kinderrijke families het dagelijks (dro ge) brood te verdienen. Veel arbeid leveren die plaatsen ech ter niet op. Ze zijn weliswaar druk be volkt, maar op de tafeltjes staat vaak niets. Het zyn de werklozen die hier een deel van de dag doorbrengen en ver spreid over al die uren slechts één of twee koppen koffie of thee te verteren hebben. De obers laten ze begaan. Want anders zouden die terrassen leeg zijn. En dat maakt het stadsbeeld er ook niet vro lijker op, zo is de redenering voor dit to lerante gedrag. De avenue, waarvan de naam de eer van de eerste en nog enige president van Tunesië in herinnering moet houden, is echter hoofdzakelijk het dopiein van de jeugd, die voor een deel de toeristen naar de souvernirwinkels lokt of zich ge dwongen voelt tijdens de avonduren met sex voor mannen aan de kost te ko men. Maar vrouwelijke prostitutie komt ook voor in het sjieke vijfsterren hotel Africa Meridien langs deze brede laan. Onder de dekmantel van een sauna met massage. Voor een Arabisch-islamitisch land is dat zeer uitzonderlijk. Niet zozeer omdat er in Egypte bijvoorbeeld geen hoeren zouden werken, maar vanwege het feit dat een gerenommeerd hotel zich hiervoor in feite openlijk leent. Hoe wel de hoteldirectie er geen reclame voor maakt, is de aard van de massage voor de inwoners van Tunis een publiek geheim. Waterlooplein In de wijk Bab Jedid, achter de Medi na en eveens vol treurig kijkende bezoe kers van koffiehuizen, wordt je duidelijk waarom zoveel jonge Tunesiërs sjofel gekleed zijn. Op de Souk des Armes - souk betekent markt en daarvan wemelt het in de hoofdstad - is een levendige straathandel in tweedehands kleding en allerlei andere oude rommel. Het Wa terlooplein van Tunis, waarbij het hier niet gaat om klanten die op zoek zijn naar curiosa, kitsch of vodden, omdat de mode van dat moment is ingegeven door uit grootmoederstijd daterende nostal gie. Voor die vlekkerige afgedragen broeken, truien en kostuums moet naar verhouding nog veel worden betaald. Want de artikelen zijn slechts beperkt in voorraad en ook hier wordt de prijs be paald door het marktmechanisme van vraag en aanbod. De autoritaire politiek van Bourgiba spreekt bij al die sociaal-economische en culturele problemen nauwelijks tot de verbeelding van de nieuwe generatie. De afgelopen 29 jaar heeft de president zichzelf steeds meer macht toebedeeld. Het parlement bestaat alleen maar uit de tot de party van Bourgiba, de Parti So- cialiste Destourien (PSD), behorende ja knikkers. Revolutionaire medestrijders die zich op den duur tegen het almachti ge staatshoofd keerden, werden in het gevang gezet of kozen voor balling schap, terwijl de drie offcieel toegelaten oppositiepartijen van nu nauwelijks eni ge inbreng of invloed hebben. Met de eens zo machtige vakbond UGTT is het al idem dito. Toen kolonel Khadaffi zijn uit Tunesië afkomstige gastarbeiders er in juli vorig jaar na een conflict met het regime in Tunis uitgooi de en de vakbeweging een massale sta king organiseerde omdat Bourgiba daar schuld aan had, was het voor de presi dent een unieke aanleiding het arbei- dersverbond te knevelen. Onder het mom dat de UGTT met Libië zou heb ben samengespannen. Dit als 'hoogver raad' aangemerkte verzet deed de vak bondsleider in de gevangenis belanden, waar hij nu nog zit. Opgepakt Onlangs kreeg de UGTT-voorman ge zelschap van een ander lid der oppositie. Het was Ahmed Mestiri van de geregi streerde oppositiepartij Movement des Democrates Socialistes (MDS). HU was opgepakt na een demonstratie tegen de Amerikaanse bombardementen op Li bië. Aanleiding voor de drie officiële en drie illegale partijen de krachten te bun delen om Mestiri weer vrij te krijgen en de weerstand tegen het regime beter te coördineren. Op het hoofdkwartier van de MDS in de Rue Gamel abdal Nasser in Tunis wil het lid van het politbureau, Ladjeni Ab- dessatran. zijn gal wel spugen over de langzamerhand wurgende politiek van Bourgiba. „We zyn een officiële partij en proberen langs legale weg oppositie te voeren", zegt hij. „Maar dat wordt ons in feite onmogelyk gemaakt. Als we in de steden en dorpen vergaderingen willen beleggen, staan door de partij van Bour giba betaalde en door de politie gesteun de rellenschoppers klaar om dat met een regen van stenen te voorkomen. Maar dat neemt niet weg dat de mensen steeds meer ontevreden worden en dat de onrust toeneemt". De MDS deed aan de laatste verkiezin gen mee, maar grootschalige fraude met de stembiljetten - later door de regering toegegeven - verhinderde de party de toegang tot het parlement. Volgens Lad jeni is Bourgiba fie „moeder van het ge weld", Hij doelt daarbij op recente de monstraties van studenten, waarbij er één door een politiekogel om het leven kwam. Maar hy heeft nog meer kritiek. „De pers is niet vrij. De kranten produ ceren dagelijks pulp met alleen maar nietszeggende berichten over de wande lingen van de bejaarde president in de tuin van diens presidentiële paleis met ministers die in goed overleg de staats zaken hebben doorgenomen. Ik kan u de inhoud van de krant van morgen al voor spellen. Met dezelfde foto's van Bourgi ba achter zyn bureau in de riante werk kamer met om zich heen de bekende ge zichten van ministers. Ook op de tv en de radio is het elke dag hetzelfde". Werkloosheid Ladjeni zegt dat de sociaal-economi sche problemen het land het meest kwellen. „De werkloosheid is groot en op het platteland deels verborgen. De ware cijfers zyn niet bekend en die van de staat onbetrouwbaar. De' armoede neemt toe, terwijl Bourgiba het prestige in diens laatste dagen zo nodig in de ste den Sousse en Sfax met geldverslinden de objecten als een modern spoorwegen net en toeristische attracties wil opkrik ken. Er zyn wel andere projecten voor het welzijn van de Tunesiërs die een ho gere prioriteit verdienen", zegt hy kwaad. In de visie van deze politicus zyn de Tunesiërs van nature niet een extreem volk, maar hij geeft toe dat er weinig voor nodig is om de bom te laten bar sten. Is de wens de vader van de gedach te of stoelt die toekomstverwachting op feiten? Ladjeni heeft gelijk als hy bedoelt dat islamitisch en politiek extremisme on der de huidige omstandigheden een voe dingsbodem zullen vinden. De algeme ne anti-Amerikaanse tendensen in de Arabische wereld - door de militaire ac ties in Libië alleen maar versterkt - zijn ook aan Tunesië niet voorbijgegaan. Hoewel na de massale uitzetting van de Tunesische gastarbeiders uit Libië de animositeit tussen beide volkeren sterk is gegroeid, heeft de sociale regel in dit deel van de wereld het gewonnen van de haat: de vijand van mijn vijand is myn vriend. Voor de oppositie een kans voor open doel om de gevoelens tegen Bour giba en het met hem verwante regime te kanaliseren. Bovendien sluit dat oplevende Ara bisch nationalisme uit de school van de eerste Egyptische president en revolu tionair Gamal abdal Nasser aan bij de steeds sterker wordende neiging op uni versiteiten en in het overige onderwijs, naar de oude waarden terug te keren. Geloofden de jongeren nog niet zo lang geleden dat Tunesië zou worden meege zogen in de vaart der volkeren, het besef is nu doorgedrongen dat het land feite lijk tot de Derde Wereld zal blijven beho ren. Propaganda In Tunesië wordt die op gang gebrach te verandering in de sociale structuur 'intergrisme' genoemd. Een combinatie van Arabische en islamitische aspiraties. Stelt de (verboden) orthodox-islamiti sche party van sjeik Muru zich nog zeer gematigd op, Khadaffi doet met sterke op Tunesië gerichte zenders zyn best diens weliswaar in de ogen van de tradi tionele islam ketterse, maar niettemin revolutionair-fundamentalistische pro paganda er bij de buren in het westen in te stampen. Niet voor niets voelt het re gime in Tunis zich erg ongemakkelijk bij die niet ongevaarlijke Libische in menging in 's lands interne aangelegen heden. Tunesië heeft in het verleden bloedige rellen gekend die echter allemaal te ver wijzen waren naar binnenlandse probe- men. De te voorziene volgende massale burgelyke ongehoorzaamheid zal zeer waarschijnlijk van een heel ander karak ter zyn. Daarby zal het gaan om het de finitieve afscheid van het vastgeroeste en niet meer te reanimeren politieke sys teem van Bourgiba en het zoeken naar een nieuwe orde in het land. Welke dat zal zijn is in de Arabische wereld koffie dik kijken. De op alle strategische punten van de hoofdstad Tunis geposteerde rellenpoli- tie die het centrum met de regeringsge bouwen in een oogwenk hermetisch kan afsluiten, voorspelt weinig goeds. Voor de oudere generatie is de 83-jarige president Bourgiba nog de onbetwiste leider. Voor de jongeren echter geenszins. «root wui Dijkman) De werkloosheid op het platteland is groot. (foto wui Dijkman)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 25