Boymans
opnieuw
bekeken
In Lier wemelt het nog van Pallieters
VRIJDAG 4 JULI 1986
KUNST
PAGINA 23
ROTTERDAM - Ongeveer
anderhalve eeuw geleden -
we hebben het over de jaren
veertig - had het gemeente
bestuur van Rotterdam te
maken met een nogal inge
wikkelde en slepende kwes
tie. Die hing samen met de
eventuele oprichting van
een stedelijk museum.
In Utrecht woonde de oude heer
Boymans, een vriend van de toen
malige burgemeester van Rotter
dam, Bichon van IJsselmonde.
Boymans wilde graag dat zijn ver
zameling schilderijen, prenten en
tekeningen nog vóór zijn dood een
goed onderdak kreeg, en Bichon
van IJsselmonde had hem voorge
steld om maar eens met de ge
meente Rotterdam in onderhande
ling te gaan. Naar het schijnt heeft
de Rotterdamse burgemeester zich
aan bepaalde, met Boymans al op
voorhand gemaakte afspraken ge
bonden, geacht. Die hebben er uit
eindelijk toe geleid dat Boymans'
verzameling inderdaad in Rotter
dam is terechtgekomen.
Er ontstond als gevolg van die af
spraken een moeilijke situatie,
toen in 1845 een tweede collectie
zich aandiende. De voormalige mi
nister van buitenlandse zaken, ba
ron Verstolk van Soelen, had bij
testament bepaald dat de verzame
ling schilderijen, tekeningen en
prenten, die hij bijeengebracht
had, in eerste instantie aan Rotter
dam moesten worden aangeboden,
als aanzet voor een museum. Bur
gemeester Bichon deelde in de ge
meenteraad mee dat het helaas niet
mogelijk was het legaat te aanvaar
den, zelfs niet op de door Verstolk
van Soelen gestelde uiterst gunsti
ge voorwaarden. De gemeentebe
groting biedt voor een uitgave van
zo'n honderdduizend gulden geen
ruimte, zo zei Bichon. De gemeen
teraad liet zich door deze pertinent
onware mededeling overdonderen.
Vast staat immers dat het matige
saldo in 1844 250.000 gulden was
geweest, en zowel in 1845 en 1846
kon men zelfs meer dan die ton
voordeel noteren! Maar het legaat
Verstolk van Soelen was van de
baan.
Driejaar tevoren, in 1842, was de
gemeenteraad in verband met een
kunstcollectie ook al eens door
burgemeester Bichon gemanipu
leerd - toen in verband met Boy
mans' verzameling. Het bij die ge
legenheid in een geheime zitting
behandelde voorstel voorzag in
een begrotingspost van 10.000 gul
den per jaar voor de aankoop van
eigentijdse schilderkunst. Onder
wijl moesten de geheime (zeg
maar; stiekeme) onderhandelingen
met Boy mans voortgaan; zo ook de
voorbereidingen voor het inrichten
van een gemeentemuseum in het al
in 1841 door de gemeente aange
kochte Schielandshuis,waar (dat
had bij de koop vooropgestaan)
uiteindelijk Boy mans' collectie te
recht zou moeten komen.
De testamentaire beschikking
van baron Verstolk dreigde de
plannen en de afspraken, die bur
gemeester Bichon en Boymans te
zamen hadden, te doorkruisen. De
daaruit voortvloeiende - men mag
gerust zeggen - machinaties en in
triges heeft Bichon van IJsselmon
de niet kunnen afronden. Halver
wege 1846 was hij burgemeester af.
In 1847 overleed Boy mans, 81 jaar
oud. In zijn testament - het zoveel
ste, dat hij had opgesteld - toont hij
zich een wat teleurgestelde oude
collectionneur. Maar ook al had hij,
en zeker niet ten onrechte, het ge
voel gehad dat men in Rotterdam
de zaak al jarenlang aan het rekken
Hoe uit een slepende kwestie een mooi museum tot stand kwam
Houtskooltekeningen van Wim Steijn
worden op het ogenblik tentoonge
steld in De Doelen aan het Rapen
burg. Steijn overleed in 1980 op 66-
jarige leeftijd; de tekeningen zijn af
komstig uit het bezit van zijn nage
slacht Bij zijn leven heeft hij in tal
van musea geëxposeerd. Werk van
hem is onder meer aangekocht door
het Rijksprentenkabinet.
De autodidact Steijn schilderde en
tekende in een robuuste stijl. In De
Doelen zijn vooral landschappen van
zijn hand te zien. sobere tekeningen,
waarin de omtrekken van het vereeu
wigde nog juist te herkennen zijn.
Zijn tweede vrouw was zijn meest ge
liefde model.
De tekeningen zijn te bezichtigen
tot en met 29 augustus. Openingstij
den: van maandag tot en met vrijdag
van 9.00 - 14.00 uur.
Leiden
Rijksmuseum Boerhaave - Steen
straat, 'Balans van een eeuw', Neder
landse natuurwetenschappen en ge
neeskunde in de 19e eeuw, t/m aug.;
di. t/m za. van 10-17 uur, zo. van 13-17
Rijksmuseum voor Volkenkunde -
Steenstraat, 'Griezelen in Japan - de
verbeelding verbeeld', 10/7 tot 28/9;
'Borneo; Oerwoud in Ondergang,
Culturen op Drift', t/m 5/10; di. t/m za
110-17 i
113-17 t
De Lakenhal - Oude Singel; Over
zichtstentoonstelling Floris Verster, t/
m 31/8; di. t/m za. van 10-17 uur, zo.
van 13-17 uur.
Rijksmuseum voor Geologie en Mi
neralogie - Hooglandse Kerkgracht,
'Bodemschatten als grondstoffen', t
Hortus Botanicus - Rapenburg, ten
toonstelling over 75 jaar Imkersver
eniging Leiden en omstreken, t/m 7/9;
ma. t/m za. van 9-17 uur, zo. van 10-17
Hooglandse Kerk Leiden: mu-
seumstad, t/m 14/7; ma. van 13-15.30
uur, di. t/m za. van 11-15.30 uur.
Galerie AZL werk van Hans Ba-
rends, Wim Koreman, Krikor Momd-
jian en Aad van Houwelingen, 9/7 t/m
31/8; ma. t/m vr. 10-17 uur, za. en zo.
14-17 uur.
Openbare Bibliotheek - Nieuw-
straat, fototentoonstelling over Af
ghaanse verzetstrijders, 8/7 t/m 9/8;
ma. en woe. 10-17 en 19-21 uur, di. 10-
17 uur, do. 10-21 uur, vr. 10-17 uur, za.
Houtskooltekening van Wim
Steijn. (foto Peter Mookhoek)
Piggelmee - Jan Vossensteeg 59,
symbolische pentekeningen van J.D.
Bakhuizen-v.d. Brink, tot eind juli.
Leids Edukatief Sentrum - Hoog
landse Kerkgracht, Bernie Autsema,
schilderijen en tekeningen, tot eind
augustus, ma. t/m vr. 9.30-16.30 uur.
Leiderdorp
Muzenhof - Gordijnsingel, Joh.C.
van Leeuwen, vlak-glasgraveerwerk
en houtinleg, Lau van Wouwen,
houtsculpturen en leden tentoonstel-
lingsgroep Muzenhof met diverse
technieken, t/m 27/8; ma. t/m vr. van
14-18 uur, za. van 9.30-12,30 uur.
Warmond
Het Oude Raadhuis - Dorpsstraat,
aquarellen Aad Mustert, t/m 24/7;
woe., do, zo. van 14-16 uur, za. van 10-
Galerie De Pomp - Dorpsstraat, Pe
riode geel/oranje, t/m augustus; di. 19-
21 uur, woe., do., za. en zo. van 14-16
Noordwijkerhout
Openbare Bibliotheek - tentoon
stelling natuurfoto's en mineralen
van Joke Molenaar en wandkleden
van Ans Trago, t/m 18/8; ma., woe. en
vr. 14-17 uur. vr. ook 19-21 uur, do. 10-
toch vermaakte hij zijn bezit
tingen aan die stad.
Schielandshuis
Het Schielandshuis, waarvan al
even sprake was, is het halverwege
de zeventiende eeuw opgerichte
kantoor van het hoogheemraad
schap Schieland. Het bestaat nog
steeds, want het is wonder boven
wonder bij het bombardement van
Rotterdam gespaard gebleven. Er
is nu en zorgvuldige restauratie
aan de gang, omdat het Historisch
Museum van Rotterdam er zal wor
den gevestigd. Nadat in de loop
van de jaren 1847-1849 de collectie
van Boymans bij stukjes en beetjes
in Rotterdam was gearriveerd kon
men in de zomer van het jaar 1849
het Schielandshuis voor het pu
bliek openstellen: zondags en
woensdags voor 5 cent p.p., op
dinsdag, donderdag, vrijdag en za
terdag voor 25 cent p.p. (de maan
dag was gereseveerd voor de weke
lijkse schoonmaak).
De Rotterdamse gemeentebestu
ren zullen overigens, per slot van
rekening, helemaal niet zo onge
lukkig zijn geweest met de toch
wel wat merkwaardige gang van
zaken in de jaren veertig. Men had
de kosten voor het aankopen van
een weliswaar mooie, maar zeker
niet goedkope collectie uitge
spaard, en een andere collectie ca
deau gekregen. En toen gebleken
was dat er onder de 1200 schilderij
en, die Boymans had ingebracht,
er nog geen 400 museumwaardig
waren voor de prenten en de teke
ningen gold zoiets in mindere mate
ook) toen kon men dat "uitschot"-
zoals het officieel werd genoemd -
nog te gelde maken óók; netto op
brengst na een paar veilingen, ge
houden in de jaren 1853-1855:
12.815.36.
Een museum is een instelling,
die naar haar aard almaar groter
wordt. Museum Boymans vormt
op deze regel geen uitzondering:
het ene legaat na het andere kwam
de verzameling versterken, vooral
in de jaren tussen de wereldoorlo
gen. De opeenvolgende directeu
ren van het tot vei* in onze eeuw in
het Schielandshuis ondergebrach
te museum konden dus niet anders
dan hun nood klagen en om uit
breiding van de faciliteiten sme
ken. Eindelijk, in 1935 kon dan de
grote sprong voorwaarts worden
gemaakt, bij het in gebruik nemen
van een splinternieuw gebouw aan
de Mathenesserlaan.
Nieuwe vleugel
Na de tweede wereldoorlog werd
de roep om uitbreiding van de hui
dige vestiging mèt het jaar luider.
Dat resulteerde in 1972 in wat ge
noemd wordt "de nieuwe vleugel",
die ter linkerzijde aan het gebouw
werd gehecht. Nü is er nog een mu-
seumtuin, recht achter en rechts
van het ,oude gebouw, zodat er, als
de toestand opnieuw onhoudbaar
zou worden, ruimte is om verder te
gaan
De beginfase van het inmiddels
'Boymans - Van Beuningen' heten
de kunstmuseum van Rotterdam
laat twee van de meest voorkomen
de procedures zien bij het totstand
komen en uitgroeien van een mu
seale collectie - als we even afzien
van een vanuit het museum zelf
opgezet aankoopbeleid. Aan de
ene kant is daar de plotseling en
onverwacht binnenkomende me
dedeling dat die - en - die op die -
en - die voorwaarden (die, zoals we
hebben gezien, ook wel eens onge
legen komen) zijn bezittingen heeft
gelegateerd; ter andere zijde tref
fen we figuren als Boymans, die al»
tijdens hun leven bij de onderhan-,
delingen over hun nalatenschap
betrokken willen zijn.
Het is nu niet zo belangrijk om te
weten hoe dat in de opeenvolgende
gevallen is gegaan, maar wel is het
interessant om te zien hoe 'Boy
mans' opmerkelijk vaak grote of
belangrijke legaten te verwerken
kreeg: Van Rijckevorsel, Van der
Schilden, Domela Nieuwenhuis,
Montauban van Swijndregt, Van
Beuningen, Goudriaan. Koenigs.
Van der Vorm, Bastert Van
Schaardenburg, Verster, Bierens
de Haan (sommige van die namen
zeggen mij ook niets). Het was na
tuurlijk ondoenlijk al die begunsti
gers te bedenken met een toevoe
ging aan de oorspronkelijke bena
ming, maar in 1968 heeft men toch
een uitzondering willen maken:
D.G. Van Beuningen, die decen
nialang contacten met 'Boymans'
had onderhouden en wiens schil
derijencollectie in het jaar 1958 in
het museum binnenkwam, was
een vermelding meer dan waard.
Sindsdien heeft het Rotterdamse
kunstmuseum zijn dubbele naam:
"Boymans - Van Beuningen".
door
L.D. Couprie
Het veelkleurige vouwblad, dat
de bezoeker van het museum te-
genwoordig in handen krijgt, ver
meldt laconiek, in één regeltje:
"Het museum bezit ca. 250.000
kunstwerken". Dat is nog eens iets
anders dan de 400 schilderijen en
de paar duizend prenten en teke
ningen, die oorspronkelijk de col
lectie uitmaakten. 'Boymans - Van
Beuningen' is in zijn huidige om
vang een goede tweede of derde in
ons land, met uiteraard het Rijks
museum in Amsterdam vooraan in
de rij. We komen hier op een inte
ressant punt.
De maanden juni, juli en augus
tus zijn aangebroken, waarin het
Amsterdamse Rijksmuseum nog
meer dan normaal al het geval is
door bezoekers wordt overlopen.
Bussen, van heinde en ver geko
men en geparkeerd op het Mu
seumplein en in de aangrenzende
straten, zijn overdag stille verwij
zingen naar de heksenketel, die het
daarbinnen is. In 'Boymans' is van
dit alles niets te bespeuren - en zo
is het eigenlijk gesteld met alle mu
sea in ons land, op een paar na. Al
leen die paar toppers, zo vlak bij
elkaar daar in Amsterdam (het gro
te rijksmuseum, het rijksmuseum
Vincent van Gogh, het stedelijk
museum) trekken de grote stro
men van bezoekers op zich af. Dus:
wat kan ik nu beter doen dan de
lezer toe te roepen: als u nu toch
van plan bent om deze zomer een
keer naar een museum te gaan,
kies dan eens voor Rotterdam, in
plaats van voor Amsterdam (ook al
moet iedere Nederlander minstens
één keer in zijn leven het rijksmu
seum van binnen hebben gezien).
Opnieuw bekeken
De staf van het museum heeft er
alles aan gedaan om te bewerkstel
ligen dat zo'n bezoek de moeite
loont. Ze hebben, zoals ze het zelf
uitdrukken op het affiche, 'Boy
mans opnieuw bekeken'. Op dat af
fiche moest in woorden zoveel ver
meld en verteld worden dat het nu
niet bepaald het meest aantrekke
lijke lokmiddel is, dat men zich
denken kan om de mensen binnen
de poorten te krijgen: alleen maar
keurig en overzichtelijk gerang
schikte zwarte woorden op een
witte achtergrond. De geregelde
bezoeker heeft dat affiche niet zo
nodig, maar anderen zullen een
duwtje in de goede richting best
kunnen gebruiken. Hier is dat dan.
Dat opnieuw bekijken van de ei
gen collectie heeft zich tijdens de
voorbereidingsfase van de huidige
presentatie op een aantal fronten
voltrokken; een hele reeks van
conservatoren - de hoofden van de
afdelingen - is met zo'n "verse"
blik door de zalen en door de ma
gazijnen gegaan. De opmerkelijk
ste resultaten zijn, wat mij betreft,
in de twee schilderijenverzamelin
gen te zien; de oude en de nieuwe.
Bij de oude kunst bleek de zeven-
tiende-eeuwse Nederlandse tradi
tie zo ruim vertegenwoordigd te
zijn dat er twee grote zalen met
Rembrandts en met stukken van
door Rembrandt beïnvloede schil
ders konden worden volgehangen.
Aanleiding om weer eens - alwéér
zou men zich misschien afvragen,
maar het fraaie resultaat logen
straft die kritiek - de schijnwerper
op die traditie te richten was het
gereedkomen van de restauratie
van Rembrandts prachtige Titu-
sportretje, peinzend achter zijn
schrijftafeltje. Het ziet er uit alsof
het gisteren geschilderd is, zo hel
der en fris.
Een andere gereedgekomen res
tauratie, van twee panelen van Je
roen Bosch, was aanleiding tot een
speciale, didactisch opgezette pre
sentatie van het resultaat.'Boy-
mans' is inmiddels niet het enige
museum in ons land, waar men de
spectaculaire technieken voor het
voetlicht haalt, die gebezigd wor
den bij het restaureren van schilde
rijen, maar het wordt zo langza
merhand een vast programma
punt. Het is ook telkens weer
boeiend.
En dan is er de zaal, waar voor de
gelegenheid 78 schilderijen man
netje aan mannetje zijn opgehan
gen, zodat de bezoeker nu eens
snel kan overzien hoeveel moois
men daar in Rotterdam eigenlijk in
huis heeft, dat doorgaans achter de
schermen blijft.
Traverso
De moderne schilderkunst is, in
de nieuwe vleugel, op tweeërlei
wijze 'opnieuw bekeken'. Traverso
heeft men de opstelling genoemd.
Die benaming duidt er opdat er
een dwarsdoorsnede, een elemen
taire weliswaar, van een aantal
hoofdstromingen sinds het eind
van de vorige eeuw is samenge
steld: men ziet impressionisten,
expressionisten, abstracten, sur
realisten - elke groep heeft zo haar
eigen zaaltje toebedeeld gekregen.
Het loont misschien de moeite om
over twee gevallen, die mij opvie
len, wat concreter zijn. Ik houd wel
van de bizarre fantasie van de Bel
gische surrealist René Magritte -
veel meer dan van die van de be
roemdste onder de Surrealisten,
Salvador Dali, van wie men in Rot
terdam nogal veel heeft. Magritte
heeft en wat monkelende humor,
die hier onder meer getoond wordt
in een levensgroot schilderij, dat
twee, enigszins afgedragen hoge
schoenen laat zien, waarvan de
neuzen geleidelijk overgaan in blo
te tenen. Zo staan op kolenslag.
vóór een vurenhouten schutting:
vier horizontale plkanken vullen
van links naar rechts het beeld. Er
liggen twee muntstukjes vóór de
tenen op de grond en wat terzijde,
rechts, is een gefrommeld stukje
krant neergedwarreld. Er is op het
hele schilderij geen glimpje rood te
bekennen, en toch heeft het stuk -
en dat is dan de surrealistische hu
mor - de betiteling "Het rode mo
del" meegekregen; deze ongebrei
delde, maar keurig verzorgde fan
tasie is van 50 jaar geleden, uit
1937.
Het andere, dat wat mij betreft,
aparte vermelding waard is, is een
kabinetje met kleine, intieme im
pressionistische en voor een deel
enigszins symbolistische schilde
rijtjes van zo'n 80 tot 100 jaar oud.
Het moet voor een conservator een
waar genoegen zijn als hij, gewoon
maar uit eigen bezit, zo'n keus kan
maken, die onmiskenbaar laat zien
hoezeer, in het wijdere perspectief
van een eeuw waarover wij thans
100 jaar na dato beschikken, die
werkjes op elkaar gaan lijken.
De allermodernste schilderijen
vele aangekocht tijdens het be
wind van de vorige directeur - han
gen in de grote bovenzaal van de
nieuwe vleugel. Het zijn grote
stukken, doorgaans van 8 a 10 vier
kante meter. Of de commentaarlo
ze presentatie het bij het publiek
zal doen? - Ik betwijfel dat. Er zil
achter de rangschikking veel meei
denkwerk en opzet dan je zou den
ken, maar de argeloze bezoekei
ziet alleen maar grote schilderijen,
met grote vormen en meestal wat
schreeuwerige kleuren. Maar het is
allemaal wel zeer eigentijds. En
menige trouwe klant van Toppop.
Sky Channel of Music Box zal zich
er weldra thuisvoelen - hoe dan
ook heeft het een met het ander te
maken.
Bij de afdeling prenten en teke
ningen treffen we twee kleine ma-
nifestsaties aan. Ten eerste een ka
binet met 18 grote prenten van de
Antwerpenaar van geboorte,maar
Rotterdammer van domicilie, Ni-
colaas de Bruijn, uit het begin van
de zeventiende eeuw. Die exposo-
tie werd samengevat onder de titel
"Vlaamse elegance in Rotterdam".
In de tweede plaats worden er li
tho's getoond van de Nabis, de reli
gieus-getinte symbolisten uit
Frankrijk rond de eeuwwisseling.
Op het eerste gezicht is het het
minst spectaculair, maar voor wie
beseft hoe lang eraan gewerkt is, is
de heropening van de vleugel,
waarin de kunstnijverheid staat
opgesteld, misschien wel de be
langrijkste gebeurtenis van deze
zomer in "Boymans". De binnen
komst van de collectie gebruik-
saardewerk uit de verzameling
Van Beuningen-de Vriese maakte
een totale herinrichting noodzake
lijk. Die is nu voltooid. Beter dan
in welk ander museum in Neder
land kan men nu zien, hoe groot de
contrasten zijn, in elke afzonderlij
ke periode, tussen de voorwerpen
van alledag en de door speciale en
gespecialiseerde ontwerpers ver
vaardigde stukken. Het geldt tot
op de dag van vandaag, en dat
toont men dan ook.
Kiezen uit 250.000 inventaris
nummers: het lijkt, van buitenaf,
een eenvoudige zaak. Maar het is
moeilijker dan je zou denken en
daarom mag men in het museum
best tevreden zijn met het resul
taat.
Goed gelukt
Deze zomerpresentatie is de eer-
uiting van de inbreng
bewindvoerder van
i, Wim Crouwel, die nu
zo'n maand of zeven in functie is.
Wie als directeur een museum bin
nenkomt heeft een belangrijke eer
ste taak: proberen aan de weet te
komen wat het museum "in huis"
heeft. Met 250.000 items is dat op
voorhand al een onbegonnen opga
ve. Alleen door de conservatoren
in te schakelen krijg je in zo'n ge
val vat op de zaak. Dat is Crouwel
goed gelukt en wie hem hoort uit
eenzetten, hoe dat, na deze eerst
aanzet, verder zal gaan, kan zich
niets anders dan goeds voorstellen.
Er wordt voor de komende jaren
natuurlijk aan een paar grote ten
toonstellingen, met materiaal ook
van elders, gedacht (want zonder
dat functioneert een museum niet
goed), maar de gigantische eigen
collectie zal op veelzijdige manier,
in steeds andere gedaantewisselin
gen, naar het publiek toe "ge
opend" worden. Het eerste resul
taat van die intentie - overigens:
mede ingegeven door de omstan
digheid dat, financieel gezien, de
bomen niet meer, zoals langzaam
aan duidelijk werd, niet meer tot in
de hemel groeien - ik zei: het eerst
resultaat stelt niet teleur.
Ik zwjjg dan maar liever, bij zo
veel goeds over de sporadische
zwakke plekken in het geheel. (Wie
toch wil weten waaraan ik hier
denk: het gaat mij vooral om het
zaaltje met de installaties van ene
Rudy J. Luijters. Zijn steriele me
talen creaties worden op een zaal
papier in omstandige en invoelen
de bewoordingen verduidelijkt
maar het lijkt me sterk dat er op
basis daarvan veel bezoekers zul
len zijn, die er iets van snappen.
Felix Timmermans honderd jaar geleden geboren
LIER (GPD) Het reisbureau
heet Pallieter. Het cafe 't Pallieter-
ke. De radiopiraat Radio Pallieter
en het kinderdagverblijf weer 't
Pallieterke. En dan is er ook nog
het weekblad 't Rood Pallieterke.
Je kunt niet zeggen dat Lier de her
innering aan haar helden niet le
vend houdt.
Lier ligt op zo'n vijftien kilome
ter ten zuidoosten van Antwerpen.
Een fraaie, middeleeuwse stads
kern, een mooi stadhuis, de Zim-
mertoren en het riviertje de Nete.
Bekende trekpleisters voor toeris
ten die deze uitloper van de Ant
werpse Kempen bezoeken. Maar
dat deze stad ook ver daarbuiten
bekend is, heeft het haar bekend
ste zoon te danken. Op zaterdag 5
juli 1886 werd niet alleen dr. Wil
lem Drees geboren, maar ook Felix
Timmermans. En ook al is 'de Fé'
nu al weer zevenendertig jaar
dood, zijn honderdste verjaardag is
en wordt in Lier uitbundig gevierd.
Timmermans behoort tot de po-
giè de laatste eeuw heeft voortge
bracht. Zijn boeken over het
Vlaamse plattelandsleven en de
belevenissen van de 'kleine luiden'
hebben met die van tijdgenoten als
Ernest Claes en Stijn Streuvels de
literatuurlijst van menig middelba
re scholier gesierd.
door
Hans de Bruyn
Hoewel" Timmermans enkele
tientallen boeken heeft geschre
ven, is 'Pallieter' het meest beken
de geworden. Hij schreef het na
een sombere periode in zijn leven,
waarin hij op sterven na dood was.
Toen hij beterde kwam ook een
nieuwe levenslust over hem, die in
Pallieter gestalte kreeg. Zoals Er-
nest Claes in 'De Witte' de lotgeval
len van een rebels boerenjoch in de
Kempen beschreef, zo zocht Tim-
rmans het in de avonturen van
volwassen boeren-rekel.
r dat het boek al gauw op de
index van de katholieke kerk
dreigde te komen. Waar 'De Witte'
zich hooguit aan kwajongensstre
ken bezondigde, vree Pallieter er
op los dat het een lieve lust was en
Timmermans beschreef het in geu
ren en kleuren, ,al zou nu zelfs een
tienjarig kind er geen blos meer
van op de wangen krijgen.
De vrolijke avonturen van Pallie
ter werden een begrip. In de Ne
derlandse taal deed zelfs het woord
'pallieteren' zijn intrede, dat zelfs
de allerlaatste editie van de Grote
Van Dale haalde. Daarin wordt het
omschreven als 'levenslustig, zor
geloos genieten in de natuur'.
Een van zijn bekendste werken
is de 'Boerenpsalm', een loflied op
het boerenleven. „Ik ben maar een
arme boer, en al heb ik veel miserie
gehad, toch is het boerenleven het
schoonste leven dat er bestaat. Ik
wil nog met genen koning verwis
selen. God, ik dank U dat Gij van
mij een boer hebt gemaakt",
Een ander bekend werk is 'De
Familie Hernat'. Maar hij schreef
niet alleen boerenverhalen. Ook
biografieën, novellen, kinderver
halen en toneelstukken rolden uit
zijn pen. Zo schreef en illustreerde
hij een prachtige biografie van Pie-
ter Breugel, de schilder wiens
werk hem zo inspireerde. Voor 'De
zeer schone uren van juffrouw
Symforosa, begijntjen' kreeg hij in
1922 de staatsprijs voor de letter
kunde.
Minder bekend maar zeker zo
verdienstelijk was Timmermans
als illustrator.
Timmermans illustreerde ook
het werk van andere schrijvers. De
originele uitgave van Claes' Witte
is verluchtigd met tekeningen van
Timmermans. Hij was ook een goe
de vriend van de Nederlandse illu
strator Anton Pieck, van wie hij in
de jaren '20 tekenles kreeg. In het
Timmermans-Opsomerhuis in Lier
is een expositie ingericht van teke
ningen en teksten van de grote
schrijver, waaronder heel wat
r Felix Timmermans. (foto ANP)
pen en penseel', van dinsdag tot
zondag, Netelaan in Lier, toegang
50 frank).
Lier viert deze zomer het eeuw
feest van zijn bekendste inwoner.
Een 'Pallieter'-standbeeld is al ont
huld op een groots feest vorige
maand, waarbij ook zijn vier nog
levende kinderen aanwezig waren.
Later dit jaar komt er een speciale
Felix Timmermans-postzegel en
op 19 oktober een groot volksfeest