Boymans opnieuw bekeken In Lier wemelt het nog van Pallieters VRIJDAG 4 JULI 1986 KUNST PAGINA 23 ROTTERDAM - Ongeveer anderhalve eeuw geleden - we hebben het over de jaren veertig - had het gemeente bestuur van Rotterdam te maken met een nogal inge wikkelde en slepende kwes tie. Die hing samen met de eventuele oprichting van een stedelijk museum. In Utrecht woonde de oude heer Boymans, een vriend van de toen malige burgemeester van Rotter dam, Bichon van IJsselmonde. Boymans wilde graag dat zijn ver zameling schilderijen, prenten en tekeningen nog vóór zijn dood een goed onderdak kreeg, en Bichon van IJsselmonde had hem voorge steld om maar eens met de ge meente Rotterdam in onderhande ling te gaan. Naar het schijnt heeft de Rotterdamse burgemeester zich aan bepaalde, met Boymans al op voorhand gemaakte afspraken ge bonden, geacht. Die hebben er uit eindelijk toe geleid dat Boymans' verzameling inderdaad in Rotter dam is terechtgekomen. Er ontstond als gevolg van die af spraken een moeilijke situatie, toen in 1845 een tweede collectie zich aandiende. De voormalige mi nister van buitenlandse zaken, ba ron Verstolk van Soelen, had bij testament bepaald dat de verzame ling schilderijen, tekeningen en prenten, die hij bijeengebracht had, in eerste instantie aan Rotter dam moesten worden aangeboden, als aanzet voor een museum. Bur gemeester Bichon deelde in de ge meenteraad mee dat het helaas niet mogelijk was het legaat te aanvaar den, zelfs niet op de door Verstolk van Soelen gestelde uiterst gunsti ge voorwaarden. De gemeentebe groting biedt voor een uitgave van zo'n honderdduizend gulden geen ruimte, zo zei Bichon. De gemeen teraad liet zich door deze pertinent onware mededeling overdonderen. Vast staat immers dat het matige saldo in 1844 250.000 gulden was geweest, en zowel in 1845 en 1846 kon men zelfs meer dan die ton voordeel noteren! Maar het legaat Verstolk van Soelen was van de baan. Driejaar tevoren, in 1842, was de gemeenteraad in verband met een kunstcollectie ook al eens door burgemeester Bichon gemanipu leerd - toen in verband met Boy mans' verzameling. Het bij die ge legenheid in een geheime zitting behandelde voorstel voorzag in een begrotingspost van 10.000 gul den per jaar voor de aankoop van eigentijdse schilderkunst. Onder wijl moesten de geheime (zeg maar; stiekeme) onderhandelingen met Boy mans voortgaan; zo ook de voorbereidingen voor het inrichten van een gemeentemuseum in het al in 1841 door de gemeente aange kochte Schielandshuis,waar (dat had bij de koop vooropgestaan) uiteindelijk Boy mans' collectie te recht zou moeten komen. De testamentaire beschikking van baron Verstolk dreigde de plannen en de afspraken, die bur gemeester Bichon en Boymans te zamen hadden, te doorkruisen. De daaruit voortvloeiende - men mag gerust zeggen - machinaties en in triges heeft Bichon van IJsselmon de niet kunnen afronden. Halver wege 1846 was hij burgemeester af. In 1847 overleed Boy mans, 81 jaar oud. In zijn testament - het zoveel ste, dat hij had opgesteld - toont hij zich een wat teleurgestelde oude collectionneur. Maar ook al had hij, en zeker niet ten onrechte, het ge voel gehad dat men in Rotterdam de zaak al jarenlang aan het rekken Hoe uit een slepende kwestie een mooi museum tot stand kwam Houtskooltekeningen van Wim Steijn worden op het ogenblik tentoonge steld in De Doelen aan het Rapen burg. Steijn overleed in 1980 op 66- jarige leeftijd; de tekeningen zijn af komstig uit het bezit van zijn nage slacht Bij zijn leven heeft hij in tal van musea geëxposeerd. Werk van hem is onder meer aangekocht door het Rijksprentenkabinet. De autodidact Steijn schilderde en tekende in een robuuste stijl. In De Doelen zijn vooral landschappen van zijn hand te zien. sobere tekeningen, waarin de omtrekken van het vereeu wigde nog juist te herkennen zijn. Zijn tweede vrouw was zijn meest ge liefde model. De tekeningen zijn te bezichtigen tot en met 29 augustus. Openingstij den: van maandag tot en met vrijdag van 9.00 - 14.00 uur. Leiden Rijksmuseum Boerhaave - Steen straat, 'Balans van een eeuw', Neder landse natuurwetenschappen en ge neeskunde in de 19e eeuw, t/m aug.; di. t/m za. van 10-17 uur, zo. van 13-17 Rijksmuseum voor Volkenkunde - Steenstraat, 'Griezelen in Japan - de verbeelding verbeeld', 10/7 tot 28/9; 'Borneo; Oerwoud in Ondergang, Culturen op Drift', t/m 5/10; di. t/m za 110-17 i 113-17 t De Lakenhal - Oude Singel; Over zichtstentoonstelling Floris Verster, t/ m 31/8; di. t/m za. van 10-17 uur, zo. van 13-17 uur. Rijksmuseum voor Geologie en Mi neralogie - Hooglandse Kerkgracht, 'Bodemschatten als grondstoffen', t Hortus Botanicus - Rapenburg, ten toonstelling over 75 jaar Imkersver eniging Leiden en omstreken, t/m 7/9; ma. t/m za. van 9-17 uur, zo. van 10-17 Hooglandse Kerk Leiden: mu- seumstad, t/m 14/7; ma. van 13-15.30 uur, di. t/m za. van 11-15.30 uur. Galerie AZL werk van Hans Ba- rends, Wim Koreman, Krikor Momd- jian en Aad van Houwelingen, 9/7 t/m 31/8; ma. t/m vr. 10-17 uur, za. en zo. 14-17 uur. Openbare Bibliotheek - Nieuw- straat, fototentoonstelling over Af ghaanse verzetstrijders, 8/7 t/m 9/8; ma. en woe. 10-17 en 19-21 uur, di. 10- 17 uur, do. 10-21 uur, vr. 10-17 uur, za. Houtskooltekening van Wim Steijn. (foto Peter Mookhoek) Piggelmee - Jan Vossensteeg 59, symbolische pentekeningen van J.D. Bakhuizen-v.d. Brink, tot eind juli. Leids Edukatief Sentrum - Hoog landse Kerkgracht, Bernie Autsema, schilderijen en tekeningen, tot eind augustus, ma. t/m vr. 9.30-16.30 uur. Leiderdorp Muzenhof - Gordijnsingel, Joh.C. van Leeuwen, vlak-glasgraveerwerk en houtinleg, Lau van Wouwen, houtsculpturen en leden tentoonstel- lingsgroep Muzenhof met diverse technieken, t/m 27/8; ma. t/m vr. van 14-18 uur, za. van 9.30-12,30 uur. Warmond Het Oude Raadhuis - Dorpsstraat, aquarellen Aad Mustert, t/m 24/7; woe., do, zo. van 14-16 uur, za. van 10- Galerie De Pomp - Dorpsstraat, Pe riode geel/oranje, t/m augustus; di. 19- 21 uur, woe., do., za. en zo. van 14-16 Noordwijkerhout Openbare Bibliotheek - tentoon stelling natuurfoto's en mineralen van Joke Molenaar en wandkleden van Ans Trago, t/m 18/8; ma., woe. en vr. 14-17 uur. vr. ook 19-21 uur, do. 10- toch vermaakte hij zijn bezit tingen aan die stad. Schielandshuis Het Schielandshuis, waarvan al even sprake was, is het halverwege de zeventiende eeuw opgerichte kantoor van het hoogheemraad schap Schieland. Het bestaat nog steeds, want het is wonder boven wonder bij het bombardement van Rotterdam gespaard gebleven. Er is nu en zorgvuldige restauratie aan de gang, omdat het Historisch Museum van Rotterdam er zal wor den gevestigd. Nadat in de loop van de jaren 1847-1849 de collectie van Boymans bij stukjes en beetjes in Rotterdam was gearriveerd kon men in de zomer van het jaar 1849 het Schielandshuis voor het pu bliek openstellen: zondags en woensdags voor 5 cent p.p., op dinsdag, donderdag, vrijdag en za terdag voor 25 cent p.p. (de maan dag was gereseveerd voor de weke lijkse schoonmaak). De Rotterdamse gemeentebestu ren zullen overigens, per slot van rekening, helemaal niet zo onge lukkig zijn geweest met de toch wel wat merkwaardige gang van zaken in de jaren veertig. Men had de kosten voor het aankopen van een weliswaar mooie, maar zeker niet goedkope collectie uitge spaard, en een andere collectie ca deau gekregen. En toen gebleken was dat er onder de 1200 schilderij en, die Boymans had ingebracht, er nog geen 400 museumwaardig waren voor de prenten en de teke ningen gold zoiets in mindere mate ook) toen kon men dat "uitschot"- zoals het officieel werd genoemd - nog te gelde maken óók; netto op brengst na een paar veilingen, ge houden in de jaren 1853-1855: 12.815.36. Een museum is een instelling, die naar haar aard almaar groter wordt. Museum Boymans vormt op deze regel geen uitzondering: het ene legaat na het andere kwam de verzameling versterken, vooral in de jaren tussen de wereldoorlo gen. De opeenvolgende directeu ren van het tot vei* in onze eeuw in het Schielandshuis ondergebrach te museum konden dus niet anders dan hun nood klagen en om uit breiding van de faciliteiten sme ken. Eindelijk, in 1935 kon dan de grote sprong voorwaarts worden gemaakt, bij het in gebruik nemen van een splinternieuw gebouw aan de Mathenesserlaan. Nieuwe vleugel Na de tweede wereldoorlog werd de roep om uitbreiding van de hui dige vestiging mèt het jaar luider. Dat resulteerde in 1972 in wat ge noemd wordt "de nieuwe vleugel", die ter linkerzijde aan het gebouw werd gehecht. Nü is er nog een mu- seumtuin, recht achter en rechts van het ,oude gebouw, zodat er, als de toestand opnieuw onhoudbaar zou worden, ruimte is om verder te gaan De beginfase van het inmiddels 'Boymans - Van Beuningen' heten de kunstmuseum van Rotterdam laat twee van de meest voorkomen de procedures zien bij het totstand komen en uitgroeien van een mu seale collectie - als we even afzien van een vanuit het museum zelf opgezet aankoopbeleid. Aan de ene kant is daar de plotseling en onverwacht binnenkomende me dedeling dat die - en - die op die - en - die voorwaarden (die, zoals we hebben gezien, ook wel eens onge legen komen) zijn bezittingen heeft gelegateerd; ter andere zijde tref fen we figuren als Boymans, die al» tijdens hun leven bij de onderhan-, delingen over hun nalatenschap betrokken willen zijn. Het is nu niet zo belangrijk om te weten hoe dat in de opeenvolgende gevallen is gegaan, maar wel is het interessant om te zien hoe 'Boy mans' opmerkelijk vaak grote of belangrijke legaten te verwerken kreeg: Van Rijckevorsel, Van der Schilden, Domela Nieuwenhuis, Montauban van Swijndregt, Van Beuningen, Goudriaan. Koenigs. Van der Vorm, Bastert Van Schaardenburg, Verster, Bierens de Haan (sommige van die namen zeggen mij ook niets). Het was na tuurlijk ondoenlijk al die begunsti gers te bedenken met een toevoe ging aan de oorspronkelijke bena ming, maar in 1968 heeft men toch een uitzondering willen maken: D.G. Van Beuningen, die decen nialang contacten met 'Boymans' had onderhouden en wiens schil derijencollectie in het jaar 1958 in het museum binnenkwam, was een vermelding meer dan waard. Sindsdien heeft het Rotterdamse kunstmuseum zijn dubbele naam: "Boymans - Van Beuningen". door L.D. Couprie Het veelkleurige vouwblad, dat de bezoeker van het museum te- genwoordig in handen krijgt, ver meldt laconiek, in één regeltje: "Het museum bezit ca. 250.000 kunstwerken". Dat is nog eens iets anders dan de 400 schilderijen en de paar duizend prenten en teke ningen, die oorspronkelijk de col lectie uitmaakten. 'Boymans - Van Beuningen' is in zijn huidige om vang een goede tweede of derde in ons land, met uiteraard het Rijks museum in Amsterdam vooraan in de rij. We komen hier op een inte ressant punt. De maanden juni, juli en augus tus zijn aangebroken, waarin het Amsterdamse Rijksmuseum nog meer dan normaal al het geval is door bezoekers wordt overlopen. Bussen, van heinde en ver geko men en geparkeerd op het Mu seumplein en in de aangrenzende straten, zijn overdag stille verwij zingen naar de heksenketel, die het daarbinnen is. In 'Boymans' is van dit alles niets te bespeuren - en zo is het eigenlijk gesteld met alle mu sea in ons land, op een paar na. Al leen die paar toppers, zo vlak bij elkaar daar in Amsterdam (het gro te rijksmuseum, het rijksmuseum Vincent van Gogh, het stedelijk museum) trekken de grote stro men van bezoekers op zich af. Dus: wat kan ik nu beter doen dan de lezer toe te roepen: als u nu toch van plan bent om deze zomer een keer naar een museum te gaan, kies dan eens voor Rotterdam, in plaats van voor Amsterdam (ook al moet iedere Nederlander minstens één keer in zijn leven het rijksmu seum van binnen hebben gezien). Opnieuw bekeken De staf van het museum heeft er alles aan gedaan om te bewerkstel ligen dat zo'n bezoek de moeite loont. Ze hebben, zoals ze het zelf uitdrukken op het affiche, 'Boy mans opnieuw bekeken'. Op dat af fiche moest in woorden zoveel ver meld en verteld worden dat het nu niet bepaald het meest aantrekke lijke lokmiddel is, dat men zich denken kan om de mensen binnen de poorten te krijgen: alleen maar keurig en overzichtelijk gerang schikte zwarte woorden op een witte achtergrond. De geregelde bezoeker heeft dat affiche niet zo nodig, maar anderen zullen een duwtje in de goede richting best kunnen gebruiken. Hier is dat dan. Dat opnieuw bekijken van de ei gen collectie heeft zich tijdens de voorbereidingsfase van de huidige presentatie op een aantal fronten voltrokken; een hele reeks van conservatoren - de hoofden van de afdelingen - is met zo'n "verse" blik door de zalen en door de ma gazijnen gegaan. De opmerkelijk ste resultaten zijn, wat mij betreft, in de twee schilderijenverzamelin gen te zien; de oude en de nieuwe. Bij de oude kunst bleek de zeven- tiende-eeuwse Nederlandse tradi tie zo ruim vertegenwoordigd te zijn dat er twee grote zalen met Rembrandts en met stukken van door Rembrandt beïnvloede schil ders konden worden volgehangen. Aanleiding om weer eens - alwéér zou men zich misschien afvragen, maar het fraaie resultaat logen straft die kritiek - de schijnwerper op die traditie te richten was het gereedkomen van de restauratie van Rembrandts prachtige Titu- sportretje, peinzend achter zijn schrijftafeltje. Het ziet er uit alsof het gisteren geschilderd is, zo hel der en fris. Een andere gereedgekomen res tauratie, van twee panelen van Je roen Bosch, was aanleiding tot een speciale, didactisch opgezette pre sentatie van het resultaat.'Boy- mans' is inmiddels niet het enige museum in ons land, waar men de spectaculaire technieken voor het voetlicht haalt, die gebezigd wor den bij het restaureren van schilde rijen, maar het wordt zo langza merhand een vast programma punt. Het is ook telkens weer boeiend. En dan is er de zaal, waar voor de gelegenheid 78 schilderijen man netje aan mannetje zijn opgehan gen, zodat de bezoeker nu eens snel kan overzien hoeveel moois men daar in Rotterdam eigenlijk in huis heeft, dat doorgaans achter de schermen blijft. Traverso De moderne schilderkunst is, in de nieuwe vleugel, op tweeërlei wijze 'opnieuw bekeken'. Traverso heeft men de opstelling genoemd. Die benaming duidt er opdat er een dwarsdoorsnede, een elemen taire weliswaar, van een aantal hoofdstromingen sinds het eind van de vorige eeuw is samenge steld: men ziet impressionisten, expressionisten, abstracten, sur realisten - elke groep heeft zo haar eigen zaaltje toebedeeld gekregen. Het loont misschien de moeite om over twee gevallen, die mij opvie len, wat concreter zijn. Ik houd wel van de bizarre fantasie van de Bel gische surrealist René Magritte - veel meer dan van die van de be roemdste onder de Surrealisten, Salvador Dali, van wie men in Rot terdam nogal veel heeft. Magritte heeft en wat monkelende humor, die hier onder meer getoond wordt in een levensgroot schilderij, dat twee, enigszins afgedragen hoge schoenen laat zien, waarvan de neuzen geleidelijk overgaan in blo te tenen. Zo staan op kolenslag. vóór een vurenhouten schutting: vier horizontale plkanken vullen van links naar rechts het beeld. Er liggen twee muntstukjes vóór de tenen op de grond en wat terzijde, rechts, is een gefrommeld stukje krant neergedwarreld. Er is op het hele schilderij geen glimpje rood te bekennen, en toch heeft het stuk - en dat is dan de surrealistische hu mor - de betiteling "Het rode mo del" meegekregen; deze ongebrei delde, maar keurig verzorgde fan tasie is van 50 jaar geleden, uit 1937. Het andere, dat wat mij betreft, aparte vermelding waard is, is een kabinetje met kleine, intieme im pressionistische en voor een deel enigszins symbolistische schilde rijtjes van zo'n 80 tot 100 jaar oud. Het moet voor een conservator een waar genoegen zijn als hij, gewoon maar uit eigen bezit, zo'n keus kan maken, die onmiskenbaar laat zien hoezeer, in het wijdere perspectief van een eeuw waarover wij thans 100 jaar na dato beschikken, die werkjes op elkaar gaan lijken. De allermodernste schilderijen vele aangekocht tijdens het be wind van de vorige directeur - han gen in de grote bovenzaal van de nieuwe vleugel. Het zijn grote stukken, doorgaans van 8 a 10 vier kante meter. Of de commentaarlo ze presentatie het bij het publiek zal doen? - Ik betwijfel dat. Er zil achter de rangschikking veel meei denkwerk en opzet dan je zou den ken, maar de argeloze bezoekei ziet alleen maar grote schilderijen, met grote vormen en meestal wat schreeuwerige kleuren. Maar het is allemaal wel zeer eigentijds. En menige trouwe klant van Toppop. Sky Channel of Music Box zal zich er weldra thuisvoelen - hoe dan ook heeft het een met het ander te maken. Bij de afdeling prenten en teke ningen treffen we twee kleine ma- nifestsaties aan. Ten eerste een ka binet met 18 grote prenten van de Antwerpenaar van geboorte,maar Rotterdammer van domicilie, Ni- colaas de Bruijn, uit het begin van de zeventiende eeuw. Die exposo- tie werd samengevat onder de titel "Vlaamse elegance in Rotterdam". In de tweede plaats worden er li tho's getoond van de Nabis, de reli gieus-getinte symbolisten uit Frankrijk rond de eeuwwisseling. Op het eerste gezicht is het het minst spectaculair, maar voor wie beseft hoe lang eraan gewerkt is, is de heropening van de vleugel, waarin de kunstnijverheid staat opgesteld, misschien wel de be langrijkste gebeurtenis van deze zomer in "Boymans". De binnen komst van de collectie gebruik- saardewerk uit de verzameling Van Beuningen-de Vriese maakte een totale herinrichting noodzake lijk. Die is nu voltooid. Beter dan in welk ander museum in Neder land kan men nu zien, hoe groot de contrasten zijn, in elke afzonderlij ke periode, tussen de voorwerpen van alledag en de door speciale en gespecialiseerde ontwerpers ver vaardigde stukken. Het geldt tot op de dag van vandaag, en dat toont men dan ook. Kiezen uit 250.000 inventaris nummers: het lijkt, van buitenaf, een eenvoudige zaak. Maar het is moeilijker dan je zou denken en daarom mag men in het museum best tevreden zijn met het resul taat. Goed gelukt Deze zomerpresentatie is de eer- uiting van de inbreng bewindvoerder van i, Wim Crouwel, die nu zo'n maand of zeven in functie is. Wie als directeur een museum bin nenkomt heeft een belangrijke eer ste taak: proberen aan de weet te komen wat het museum "in huis" heeft. Met 250.000 items is dat op voorhand al een onbegonnen opga ve. Alleen door de conservatoren in te schakelen krijg je in zo'n ge val vat op de zaak. Dat is Crouwel goed gelukt en wie hem hoort uit eenzetten, hoe dat, na deze eerst aanzet, verder zal gaan, kan zich niets anders dan goeds voorstellen. Er wordt voor de komende jaren natuurlijk aan een paar grote ten toonstellingen, met materiaal ook van elders, gedacht (want zonder dat functioneert een museum niet goed), maar de gigantische eigen collectie zal op veelzijdige manier, in steeds andere gedaantewisselin gen, naar het publiek toe "ge opend" worden. Het eerste resul taat van die intentie - overigens: mede ingegeven door de omstan digheid dat, financieel gezien, de bomen niet meer, zoals langzaam aan duidelijk werd, niet meer tot in de hemel groeien - ik zei: het eerst resultaat stelt niet teleur. Ik zwjjg dan maar liever, bij zo veel goeds over de sporadische zwakke plekken in het geheel. (Wie toch wil weten waaraan ik hier denk: het gaat mij vooral om het zaaltje met de installaties van ene Rudy J. Luijters. Zijn steriele me talen creaties worden op een zaal papier in omstandige en invoelen de bewoordingen verduidelijkt maar het lijkt me sterk dat er op basis daarvan veel bezoekers zul len zijn, die er iets van snappen. Felix Timmermans honderd jaar geleden geboren LIER (GPD) Het reisbureau heet Pallieter. Het cafe 't Pallieter- ke. De radiopiraat Radio Pallieter en het kinderdagverblijf weer 't Pallieterke. En dan is er ook nog het weekblad 't Rood Pallieterke. Je kunt niet zeggen dat Lier de her innering aan haar helden niet le vend houdt. Lier ligt op zo'n vijftien kilome ter ten zuidoosten van Antwerpen. Een fraaie, middeleeuwse stads kern, een mooi stadhuis, de Zim- mertoren en het riviertje de Nete. Bekende trekpleisters voor toeris ten die deze uitloper van de Ant werpse Kempen bezoeken. Maar dat deze stad ook ver daarbuiten bekend is, heeft het haar bekend ste zoon te danken. Op zaterdag 5 juli 1886 werd niet alleen dr. Wil lem Drees geboren, maar ook Felix Timmermans. En ook al is 'de Fé' nu al weer zevenendertig jaar dood, zijn honderdste verjaardag is en wordt in Lier uitbundig gevierd. Timmermans behoort tot de po- giè de laatste eeuw heeft voortge bracht. Zijn boeken over het Vlaamse plattelandsleven en de belevenissen van de 'kleine luiden' hebben met die van tijdgenoten als Ernest Claes en Stijn Streuvels de literatuurlijst van menig middelba re scholier gesierd. door Hans de Bruyn Hoewel" Timmermans enkele tientallen boeken heeft geschre ven, is 'Pallieter' het meest beken de geworden. Hij schreef het na een sombere periode in zijn leven, waarin hij op sterven na dood was. Toen hij beterde kwam ook een nieuwe levenslust over hem, die in Pallieter gestalte kreeg. Zoals Er- nest Claes in 'De Witte' de lotgeval len van een rebels boerenjoch in de Kempen beschreef, zo zocht Tim- rmans het in de avonturen van volwassen boeren-rekel. r dat het boek al gauw op de index van de katholieke kerk dreigde te komen. Waar 'De Witte' zich hooguit aan kwajongensstre ken bezondigde, vree Pallieter er op los dat het een lieve lust was en Timmermans beschreef het in geu ren en kleuren, ,al zou nu zelfs een tienjarig kind er geen blos meer van op de wangen krijgen. De vrolijke avonturen van Pallie ter werden een begrip. In de Ne derlandse taal deed zelfs het woord 'pallieteren' zijn intrede, dat zelfs de allerlaatste editie van de Grote Van Dale haalde. Daarin wordt het omschreven als 'levenslustig, zor geloos genieten in de natuur'. Een van zijn bekendste werken is de 'Boerenpsalm', een loflied op het boerenleven. „Ik ben maar een arme boer, en al heb ik veel miserie gehad, toch is het boerenleven het schoonste leven dat er bestaat. Ik wil nog met genen koning verwis selen. God, ik dank U dat Gij van mij een boer hebt gemaakt", Een ander bekend werk is 'De Familie Hernat'. Maar hij schreef niet alleen boerenverhalen. Ook biografieën, novellen, kinderver halen en toneelstukken rolden uit zijn pen. Zo schreef en illustreerde hij een prachtige biografie van Pie- ter Breugel, de schilder wiens werk hem zo inspireerde. Voor 'De zeer schone uren van juffrouw Symforosa, begijntjen' kreeg hij in 1922 de staatsprijs voor de letter kunde. Minder bekend maar zeker zo verdienstelijk was Timmermans als illustrator. Timmermans illustreerde ook het werk van andere schrijvers. De originele uitgave van Claes' Witte is verluchtigd met tekeningen van Timmermans. Hij was ook een goe de vriend van de Nederlandse illu strator Anton Pieck, van wie hij in de jaren '20 tekenles kreeg. In het Timmermans-Opsomerhuis in Lier is een expositie ingericht van teke ningen en teksten van de grote schrijver, waaronder heel wat r Felix Timmermans. (foto ANP) pen en penseel', van dinsdag tot zondag, Netelaan in Lier, toegang 50 frank). Lier viert deze zomer het eeuw feest van zijn bekendste inwoner. Een 'Pallieter'-standbeeld is al ont huld op een groots feest vorige maand, waarbij ook zijn vier nog levende kinderen aanwezig waren. Later dit jaar komt er een speciale Felix Timmermans-postzegel en op 19 oktober een groot volksfeest

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 23