Amerikaans
voetbal is
èeht oorlog
kaanse samenleving. Alleen de sterk
ste, de stelste, de meest harde spelers
overleven in een sport waarbij alleen het
resultaat telt. Vincent Lombardi, de le
gendarische coach van de succesvolle
Greenbay Packers, zei het zo: „Winnen
is niet alles. Het is het enige, een Ameri
kaans geloofsartikel. Verliezen is een
ziekte, besmettelijk en onamerikaans".
De druk die een dergelijke houding op
de spelers legt, blijkt onder meer uit het
hoge percentage gebruikers van de
meest modieuze drug in de Amerikaan
se sportwereld (en daar niet alleen): co
caine. Volgens schattingen van goed in
gewijden bedraagt het percentage van
de spelers dat uit de dagelijkse stress
vlucht in het witte poeder ongeveer
veertig procent.
Winst en verlies kunnen in geen enke
le andere sport zo direct worden uitge
meten. Per yard wordt duidelijk wie de
meeste vorderingen maakt in de richting
van het gestelde doel. In geen andere
sport worden de cijfers dan ook zo
nauwgezet bijgehouden. Een voorbeeld:
de door veel Amerikanen voor één van
de grootste footballspelers aller tijden
gehouden Jim Brown, een 'running
back' die van 1956 tot 1965 voor de Cle
veland Browns speelde, veroverde met
de bal in de hand in die negen seizoenen
in totaal 12.312 yards. Brown droeg de
bal 2359 keer.
Van alle 'running backs' die ooit in de
profleague hebben gespeeld bestaan de
ze cijfers. Zoals van alle quarterbacks de
relevante cijfers bekend zijn. De carrière
van iedere profspeler, maar ook van die
ene collegespeler, is te reconstrueren aan
de hand van cijfers.
Computers zorgen er tijdens de tv-uit-
zendingen voor, dat van iedere speler
die even in beeld is, ogenblikkelijk de
belangrijke cijfers in beeld kunnen wor
den geprojecteerd. De Amerikaanse tv-
kijker wil dat, hij kan zo zelf uitmaken of
hij kijkt naar een 'winner' of een 'looser'.
Specialisten
Een footballteam bestaat uit specialis
ten. Hoewel het team maar uit elf spelers
bestaat, beschikt de gemiddelde prof-
het alleenrecht om met de desbetreffen
de speler te onderhandelen. Het systeem
is bedoeld om de krachtsverschillen in
de competitie, via een spreiding van ta
lent, klein te houden en daarmee de
spanning groot. Wat weer positief uit
werkt op de toeschouwersaantallen in
de stadions en voor de tv. Overigens zou
Amerika Amerika niet zijn wanneer ook
het recht om als eerste een bepaalde
keuze te doen, niet te koop zou zijn...
Stardom
In het football herkent men Amerika
en de Amerikanen. De hang naar het
creëren van stardom en het maken van
instant-geschiedenis weerspiegelt zich
in de Football Hall of Fame. Daar, in
Canton Ohio, komen jaarlijks ongeveer
tweehonderdduizend football-liefheb-
bers om de bronzen koppen en de reli
kwieën van football's allergrootsten te
bewonderen. Elk jaar, op de dag vóór
Super Sunday, komen 29 afgevaardig
den bijeen, één uit elke stad met een
profclub, om te overleggen wie er voor
opname in het museum en de voetbal
eeuwigheid in aanmerking komt. Voor
geïnteresseerden: het museum is van
verre te herkennen aan de gigantische
halve football, die als een torenspits op
het dak van het gebouw is geplaatst.
Hoewel in de Verenigde Staten de ras-
sengelijkheid grondwettelijk is vastge
legd, is die in het dagelijkse leven vaak
ver te zoeken. Sport in de Verenigde Sta
ten richt zich als consumptiemiddel in
de eerste plaats op de man uit de blanke
"Het is Amerika, goed en slecht, hard en
sentimenteel, dynamisch en protserig, brute
kracht en eindeloze vernuftigheid". Sinds Sky
Channel ook in de Leidse regio te ontvangen is,
kunnen we er bijna dagelijks van meegenieten.
Amerikaans voetbal, een sport waarbij letterlijk
maar één ding telt: winnen. Bert Wagendorp legt
uit waar het allemaal om draait.
door Bert Wagendorp
De Verenigde Staten op 'Super
Sunday', de dag van de grote finale
in het American Football. Waar
schijnlijk is de massale gekte nog
het best te vergelijken met E-day,
Elfstedendag in Nederland. Zondag
26 januari zagen zeventigduizend
toeschouwers in het Louisiana Su-
perdome in New Orleans hoe de
Chicago Bears de New England Pa
triots kraakten, en zo winnaar wer
den van Amerika's hoogst aangesla
gen sportwedstrijd: de Superbowl.
NBC, een van de drie grote Amerikaanse
tv-stations, was aanwezig met 31 came
ra's, veertien replay-machines en 225
mensen. Adverteerders betaalden onge
veer anderhalf miljoen gulden voor een
reclamespot van dertig seconden. Niet
voor niets natuurlijk: thuis voor de buis
keken 120 miljoen Amerikanen toe.
Wat is 'Amerikaans voetbal'? Ferdi
nand Foch, vermaard Frans maarschalk
uit de Eerste Wereldoorlog, was in 1919,
vers van de Europese slagvelden, in Phi
ladelphia aanwezig bij de jaarlijkse foot-
ballwedstrijd tussen de landmacht en
marine. Voor het eind van het eerste
quarter keerde hij zich tot de hem bege
leidende Amerikaanse generaal. „Mon
Dieu", zei Foch. „Ce jeu, c'est la guerre".
(„Mijn God, dit spel is oorlog").
American Football: in veel opzichten
een afspiegeling van de Amerikaanse
maatschappij binnen de grenzen van
een simpel spelletje 'landje-veroveren'.
Veelvraten
Rockford, Michigan, begin september.
Het American Footballteam van de
Northview Highschool speelt zijn eerste
competitiewedstrijd. Jóngens van zes
tien, zeventien, gekleed en beschermd in
pakken die maken dat ze er uitzien als
veel te frequente bezoekers van fitness
en bodybuildcentra. De bevolking van
het in de buurt van Grand Rapids gele
gen plaatsje is uitgelopen om de 'Wolve
renes' de naam waaronder de school
speelt, een wolverene ('veelvraat') is een
agressief roofdier te zien spelen. De
lokale tv is met twee camera's aanwezig.
De leerlingen van de school die niet in
het team spelen, geen deel uitmaken van
de muziekband, niet optreden bij de ma
jorettes of de cheerleaders, zitten op de
tribune. Totaal aantal bezoekers: zo'n
zesduizend. Rockford heeft vijfduizend
Vóór de wedstrijd en in de pauze ge
ven het muziekkorps en de majorettes
een show. Je moet ervan houden, maar
perfect is het in elk geval. Geen wonder
ook, de tieners oefenen bijna even vaak
als het footballteam zelf, zo'n anderhalf a
twee uur per dag. Ondertussen vuren de
'mooiste meiden van de school', de
cheerleaders, in kittige pakjes gehuld
het publiek aan. "Wolverenes, go-go-go".
Wat de leerlingen van Northview betreft
is dat geen probleem. Die hebben in de
weken voorafgaand aan de competitie
op verplichte samenkomsten in de
sporthal van de school (waarvoor een
middelgrote Nederlandse provincie
plaats zich trouwens niet zou hoeven
schamen), de verschillende yells al tot in
den treure geoefend.
De full-time coach van de Wolverenes
staat met een walkie-talkie langs de lijn.
Zijn eveneens full-time assistent zit op
het dak van de tribune, vanwaar hij de
patronen die de tegenstander in zijn spel
hanteert beter kan overzien. Hij seint ze
door naar zijn baas, die dan tactische te
genmaatregelen kan treffen. Want ook
op dit niveau, een wedstrijd tussen twee
middelbare scholen, telt maar één ding:
winnen.
Voor de coach, omdat hij daarvoor
door het bestuur van de school is aange
steld (een winnend footballteam is ten
slotte zeer goed voor de naam van de
school), voor de spelers, omdat winnen
hun kansen op vervulling van hun lief
ste droom vergroot: eerst naar een op
football-gebied zo gerenommeerd moge
lijke universiteit (in Michigan bijvoor
beeld de University of Michigan in De
troit) en dan: de pro's; een contract bij
een van de professionele clubs in de
NFL, de National Football League. Een
All American Dream, die vóór weinigen
realiteit wordt, maar waar velen bijna al
les voor over hebben.
Cocaïne
Football weerspiegelt waarschijnlijk
meer dan enige andere sport de Ameri-
Een score. Binnen de eindzone vangt een 'wide receiver' de door de quar
terback verzonden pass. Zes punten.
American football is soms bij het levensgevaarlijke af. Verliezen is een ziekte, besmettelijk en onamerikaans, zo
wordt de spelers voorgehouden.
tien doden te betreuren. Oorzaak daar
van was voornamelijk de gehanteerde
tactiek, de zogenaamde 'Flying Wedge',
de 'Vliegende Wig'. Kernpunt van die
spelopvatting was, dat de speler die in
balbezit was, in theorie werd beschermd
door een V-vormige haag van spelers
voor hem. Aldus een wig drijvend in de
vijandelijke verdediging, werd gepro
beerd de bal naar de vijandelijke eindzo
ne te krijgen.
In theorie dus. Waar het in de praktijk
op neerkwam was dat de man die de bal
droeg, werd gebruikt als een menselijke
stormram, waarmee op de tegenstander
werd ingebeukt tot het verzet brak,
waarna bal en man, al dan niet in geha
vende staat, in de eindzone konden wor
den gedeponeerd. Zes punten. Om gedu
rende die hevige duw- en trekstrijd de
ongelukkige beter vast te kunnen hou
den, werden op diens kleding koffer
handgrepen genaaid. In 1906 greep pre
sident Theodore Roosevelt persoonlijk
in, en verbood de Wedge-tactiek.
De hardheid was daarmee in het foot
ball natuurlijk niet verdwenen, ze maakt
er ook nu nog een zeer wezenlijk onder
deel van uit. Een in de Verenigde Staten
geruchtmakend boek was in 1979 They
call me assassin (Ze noemen me moor
denaar), de autobiografie van Jack Ta-
tum, speler bij de Oakland Raiders. In
1978 schakelde Tatum Darryl Stingley
van de New England Patriots uit. Vrij
definitief wel te verstaan: Stingley's nek
brak op twee plaatsen en dat had tot ge
volg dat hij de rest van zijn leven in een
rolstoel moest doorbrengen. Tatum is
wat in het football een warhead wordt
genoemd. In zijn boek verklaart hij dat
hij door de eigenaars van de Raiders uit
sluitend werd gecontracteerd om tegen
standers te intimideren, en wel op een
manier waarover geen misverstand kon
bestaan.
Het geval van Stingley staat, en dat is
gezien het bovenstaande ook logisch,
niet alleen. Elk seizoen vallen er, ook in
het college- en highschool-football, do
delijke slachtoffers.
Big Business
Football is in de Verenigde Staten 'big
business'. Een centrale rol is daarbij
weggelegd voor de televisie. De bedra
gen die daarbij over tafel gaan zijn on
voorstelbaar hoog. De NFL sloot bij
voorbeeld enkele jaren geleden een
meerjarig televisiecontract met de NBC
ten bedrage van vijf miljard dollar. In
1983 werd de United States Football
League opgericht, uitsluitend en alleen
met het doel via televisie (in dit geval
ABC) wedstrijden uit te zenden en de
daarbij behorende lucratieve reclame
contracten binnen te halen.
Geschat wordt dat gokkers wekelijks
een miljard dollar (momenteel zo'n 2,5
miljoen gulden) inzetten op de wedstrij
den in de NFL- en de collegecompetitie.
Daar houdt de tv overigens keurig reke
ning mee. Voor elke uitzending van
een wedstrijd is een shot van de lucht
boven het stadion te zien. Wie dure dol
lars op de uitslag wil zetten, kan zo reke
ning houden met de weersomstandighe
den. Moet een ploeg het vooral van de
lange pass hebben en dreigt het te gaan
regenen, dan kan de bal wel eens glad
worden, met alle negatieve gevolgen
vandien voor het team en de slecht op
lettende gokker.
Het systeem dat wordt gehanteerd bij
het selecteren van talent, de draft, lijkt
op het eerste gezicht niet geheel te
beantwoorden aan de Amerikaanse
'recht-van-de-sterkste-moraal'. Aan het
begin van het seizoen circuleert een lijst
van beschikbare collegespelers onder
profclubs. Die mogen om beurten een
keuze, een 'piek' doen. De club die in het
voorgaande seizoen als laatste is geëin
digd (degradatie bestaat niet), heeft de
eerste keuze.
Heeft een club gekozen, dan heeft die
middenklasse. Die consument ziet in
veel gevallen vooral zwarte sporters op
zijn kleurenbuis aan het werk. In het
basketbal, het honkbal, de atletiek en
ook het football is de zwarte sporter
oververtegenwoordigd.
De Amerikaanse samenleving bestaat
voor ongeveer 12 procent uit zwarten.
Van de spelers in de NFL is 55 procent
zwart. Vaak zijn dat de beteren: van de
eerste door de profclubs gecontrac
teerde spelers, is gemiddeld 80 procent
zwart. De laatste tien Heismantrofeeën
voor de beste collegespelers van het sei
zoen waren voor zwarten. Van de NFL
top-30 van de beste running-backs van
elk seizoen, zyn er zeker minimaal 25
zwart. Niets aan de hand, lijkt het.
Quarterback
De positie van de zwarte in de Ameri
kaanse samenleving komt echter ook in
het football haarfijn naar voren. Om dat
duidelijk te maken moet eerst even iets
over de aard van het spel (en vooral de
plaats van de quarterback daarin) wor
den uitgelegd.
De quarterback is, wanneer een team
balbezit heeft, de spil waar alles om
draait. Hij ontvangt direct de bal en be
paalt daarna wat er gebeurt. De mannen
om hem heen doen niets anders dan
hem, zolang hij in balbezit is, bescher
men tegen de aanvallen van de linebac
kers van de tegenstander. De quarter
back kortom, deelt de lakens uit. Op de
highschools is de quarterback de primus
inter pares, de absolute leider, ook bui
ten het football veld. Dat geldt voor de
professionele quarterback evenzeer.
Zijn status binnen de Amerikaanse sa
menleving stijgt ver uit boven de enge
grenzen van de sport.
Terug naar de rassenproblematiek.
Terwijl de zwarte footballer op alle ande
re posities in de meerderheid is ten op
zichte van zijn blanke collega's, zijn die
laatsten dat op de plaats van de quarter
back. Sterker nog: zwarte quarterbacks
ontbrekemvolledig in de NFL. Clublei
ders verklaren die situatie uit het feit dat
hun publiek een zwarte speler op die
cruciale positie niet zou accepteren.
Heeft de quarterback een voor Euro
peanen moeilijk te begrijpen status in
Amerika, dat geldt ook voor zijn baas, de
footballcoach. Enkele minuten nadat de
wedstrijd om de Superbowl is afgelo
pen, rinkelt in de kleedkamer van de
winnende ploeg de telefoon. Een vast ri
tueel speelt zich af: de president van de
Verenigde Staten belt de 'winning
coach' om hem, op een wijze waaruit
diep respect blijkt, te complimenteren
met zijn overwinning. Die houding is te
kenend voor het ontzag waarmee een
coach wordt benaderd. Zelfs coaches
van collegeteams kunnen een status be
reiken die het relativerende Nederland
se sportbegrip ver te boven gaat.
Goed en slecht
De meest legendarische collegecoach
was de in 1982 overleden Paul 'Bear'
Bryant, vele jaren hoofdcoach van het
footballteam van de University van Ala
bama. In die staat twijfelde niemand er
aan, dat wanneer Bryant zich verkies
baar zou stellen voor het gouverneur
schap. hij met grote overmacht zou win
nen. Toen hij overleed, hingen in de hele
staat de vlaggen halfstok, en kondigde
de gouverneur een dag van rouw af.
Wat is American Football? Een spel
waarnaar wordt gekeken en dat wordt
beoefend door mensen die elke vorm
van relativiteit uit het oog hebben verlo
ren? James Lawton, schrijver van het
boek The all American wargame zegt
het zo: „Het is meer dan een spel. Het is
Amerika, goed en slecht, hard en senti
menteel, dynamisch en protserig. Het is
brute kracht en eindeloze vernuftigheid.
Het is pijn, glorie, arrogantie en de inten
se behoefte jezelf te bewijzen".
club over zo'n vijftig spelers. Ieder met
aanvallende dan wel defensieve speciali
teiten. Het aanvallende team is een to
taal ander dan het verdedigende. Een
goed voorbeeld van wat onder specialis
ten moet worden verstaan zijn de wide
receivers: ze moeten vooral heel erg hard
kunnen lopen, om na een pass zo veel
mogelijk terreinwinst te boeken. Onder
de wide receivers in het prof-football
zijn dan ook de namen te vinden van
Willy Gault, ex-topsprinter, en Renaldo
Nehemiah, nog steeds wereldrecordhou
der op de 110 meter horden.
Specialisten heeft een club niet alleen
in het veld, maar ook daarbuiten. Een
beetje profclub heeft naast een hoofd
trainer ongeveer tien assistent-trainers
in dienst. "Voor het aanvallende spel, de
defensieve concepten, voor het hardlo
pen, het vangen en het gooien; de sport
is geanalyseerd en onderverdeeld in een
aantal specifieke handelingen. Voor een
zo perfect mogelijke uitvoering van die
handelingen op het veld worden specia
listen aangetrokken.
American football is een slopende
sport. De gemiddelde carrière van
speler duurt in de NFL 4,2
jaar. In vroeger tijden was dat waar
schijnlijk nog wat korter. De sport was,
zeker in het begin van deze eeuw nog
een graadje harder. Of zeg maar gerust
bij het levensgevaarlijke af.
Intimideren
Tijdens het seizoen 1905-1906 vielen er
in de hoogste divisie van het collegefoot-
ball (profclubs bestonden nog niet) acht-
Een quarterback, de man om wie alles draait, wordt getackeld voordat hij
de pass heeft kunnen verzenden.