'Sommige dingen van
die partij snap ik als
CNV er gewoon niet'
Voor skiërs blijft
conditie belangrijk
Hervormd kerkbestuur neemt maatregelen tegen tekort
Interview
Harm van der Meulen wil verhouding met CDA herstellen
Achtergrond
VRIJDAG 20 DECEMBER 1985
PAGINA 11
Het doet hem pijn aan het hart. In vier jaar tijds zag
Harm van der Meulen de relatie tussen zijn CNV en de
christendemocratische verwanten in de politiek dra
matisch verslechteren. Hoofdoorzaak van de verwijde
ring: de kortingen op de sociale uitkeringen die onder
het bewind van CDA-staatssecretaris en oud-CNV'er
Lou de Graaf werden doorgevoerd.
"Over 95 procent van de onderwerpen konden we rede
lijk met elkaar praten. Maar op het punt van de uitke
ringen zijn de verhoudingen stukgelopen. We wisten
dat Lou zo'n politiek voorstond, maar ik vind dat hij
wel erg ver is doorgeschoten. Té ver. Maar ik zeg ook:
laten we die politieke angel er nu eens uittrekken, zo
dat de verhoudingen zich kunnen normaliseren".
Nog één jaar blijft Harm van der
Meulen voorzitter van het
Christelijk Nationaal Vakver
bond; een functie die hij in 1978
aanvaardde. Oktober 1986 draagt
hij de voorzittershamer over aan
de tot nu toe nog vrij onbekende
tweede man van het CNV, Henk
Hofstede. Tijd voor een terugblik
op het leven van de man die der
tig jaar geleden zijn vakbonds
carrière begon?
door
Peter de Vries
Van der Meulen denkt daar an
ders over. "Geen sprake van. Ik
geef geen afscheidsinterviews
voor 1 september". De reden: "Ik
was laatst op een vergadering in
Zutphen. Daar kreeg ik als ge
schenk een ets van de kerk. Dat
vind ik aardig, fijn, maar wel te
vroegV.
"Ik ben in 1954 begonnen als
districtsbestuurder van de
Christelijke Metaalbedrijfsbond,
en de rest zoek je zelf maar uit.
Blijft het verre verleden letterlijk
een gesloten boek, over de laat
ste vier jaar wil Harm van der
Meulen wel wat kwijt. Zijn erger
nis, zo blijkt al snel. Het kabinet
waarin CDA-ers de meerderheid
vormen, kan zich niet verheugen
in enthousiaste bijval van CNV-
zijde. "Ondanks al het politieke
gekrakeel met het CDA, hebben
we best redelijk geboerd. Op ter
reinen als de milieubescher
ming, ontwikkelingssamenwer
king en de positie van buiten
landse werknemers konden we
redelijk met elkaar praten", be
gint de CNV-voorzitter voorzich
tig. "Alleen de uitkeringen, daar
op zijn de verhoudingen stukge
lopen. Het CDA wilde die per se
verlagen".
Geloof
Het moet een bittere pil voor
Van der Meulen zijn, dat het juist
zijn geestverwant Lou de Graaf
is geweest die de verantwoorde
lijkheid op zich nam voor de sa
nering van de sociale zekerheid.
"Lou is erg ver gegaan. Hij is niet
van z'n geloof afgevallen, dat
moet in zijn voordeel gezegd
worden. Hij heeft tijdens het ka
binet-Den Uyl, toen hij hier
tweede voorzitter was, al lichte
vormen van bezuinigingen ver
dedigd. Dat werd toen geen
CNV-beleid, dus die kar heeft hij
niet kunnen trekken. Maar in dit
kabinet is hij té ver doorgescho
ten".
Het begrip van Van der Meu
len voor de staatssecretaris is
niet eindeloos. "Sommige din
gen van- Lou snap ik gewoon
niet. Neem nu die discussie over
het verkorten van de duur van de
uitkeringen met een halfjaar. Wij
zijn daar overigens tegen. Dat be
tekent dat mensen eerder in de
bijstand komen. En dan krijgt de
staatssecretaris van sociale za
ken weer het probleem op zijn
bord dat de bijstandswet te duur
wordt. Moet Lou daar weer op
bezuinigen".
"Als het CDA kans ziet het
knelpunt van de sociale uitkerin
gen weg te nemen, kunnen de
verhoudingen zich weer normali
seren", zegt Van der Meulen. Het
CNV heeft wel een idee hoe dat
zou moeten. De sociale verzeke
ringen voor werknemers (werk
loosheidswet, arbeidsonge
schiktheidsuitkering en ziekte
wet) moeten niet langer onder de
hoede van de politiek vallen. De
verantwoordelijkheid ervoor zou
bij werkgevers en werknemers
moeten komen te liggen. Per be
drijfstak kan er dan onderhan
deld worden over hoogte en
lengte van de uitkeringen. Enige
voorwaarde van het CNV: de
overdracht zou moeten plaats
vinden vóór het parlement de so
ciale zekerheid helemaal herziet.
Optimisme
Van der Meulen is optimistisch
over de kans van slagen van het
opzelje. Maar de zaak moet dan
wel vóór de verkiezingen gere
geld worden. "Als er een kabinet
met de PvdA komt, wordt het
veel moeilijker. De socialisten
denken veel centralistischer dan
wij".
Zijn optimisme baseert de
CNV-voorzitter vooral op het
concept-verkiezingsprogramma
van het CDA. Ook daarin staat
dat de werknemersverzekerin
gen onder verantwoordelijkheid
van het bedrijfsleven moeten
Harm van der Meulen: het verre verleden blijft een gesloten boek.
werkenden en niet-werkenden is
nog niet ten einde, betoogt Harm
van der Meulen wanneer we wij
zen op het wapengekletter tij
dens de cao-besprekingen. Het
voorkomen van een loongolf
vindt hij een gezamenlijke ver
antwoordelijkheid; in dat ver
band meent Van der Meulen dat
de ondernemers wel eens wat
meer soepelheid van geest zou
den mogen betrachten op het ge
bied van de arbeidstijdverkor
ting.
Zorg
worden gebracht. "Dat is één van
de weinige pluspunten die wij in
het CDA- en kabinetsbeleid kun
nen herkennen: men erkent de
eigen verantwoordelijkheid van
de sociale partners. Daardoor
hebben de vakbonden nu hun
onderhandelingsvrijheid bij ca
o's herwonnen. Wij trekken die
lijn van eigen verantwoordelijk
heid door naar de sociale zeker
heid".
Onverbiddelijke logica, met
slechts één praktisch probleem.
Het CDA wil de overdracht van
de werknemersverzekeringen
naar het bedrijfsleven pas laten
plaatsvinden nadat het hele stel
sel op z'n kop is gezet en er fors
op bezuinigd is. De CDA-er De
Graaf heeft dat de afgelopen we
ken nog menigmaal benadrukt.
"Dat is toch vreemd?! Als we
nu erkennen dat we het princi
pieel eens zijn, waarom moeten
we dan de realisering van dat
principe van de tijd afhankelijk
maken? 't Wordt tijd dat deze po
litieke angel eens uit de slechte
verhoudingen getrokken wordt".
Het gaat natuurlijk niet alleen
om principes. In de sociale ze
kerheid gaat het ook om geld, er
kent Van der Meulen. "Maar dat
is dan de zorg van de werkne
mers". Als het plan doorgaat, en
het economisch tij tegen zit,
moeten werkgevers en werkne
mers ondeling uitmaken hoe ze
"hun" sociale zekerheid betaal
baar houden.
Laconiek
Over de te verwachten hou
ding van de ondernemers is de
CNV-voorzitter laconiek. Die
zullen proberen de uitkeringen
in zo'n systeem te verlagen, en
zullen willen voorkomen dat
goede afspraken in de éne be
drijfstak automatisch voor alle
ondernemingen gaan gelden.
"Kwestie van onderhandelen", is
het antwoord. Voor de vraag hoe
de werknemers zich op zullen
stellen tijdens dergelijke onder
handelingen, heeft hij meer
woorden nodig.
"Onze leden moeten dan kie
zen. Willen ze koopkracht, willen
ze de sociale zekerheid in stand
houden, zijn ze bereid meer pre
mie te betalen, of willen ze ar
beidstijdverkorting om zo de
werkloosheid te verminderen?
De keuze ligt dan veel zuiverder.
Nu lopen we de hele tijd storm
tegen kabinetsplannen, tuigen
onze protesten op, maar in de po
litiek gaan de alternatieven van
de vakbonden toch voor de bijl.
't Is te gemakkelijk geworden,
omdat de politiek de enige ver
antwoordelijke is voor een twee
deling van de samenleving. Als
we de keuze als bedrijfsleven zeil
moeten maken, zijn wij verant
woordelijk. En als er dan geko
zen wordt voor koopkracht in
plaats van het in stand houden
van de uitkeringen, zou ik dat be
treuren, maar 't is dan ons eigen
besluit".
Van der Meulen is vol vertrou
wen over het solidariteitsgevoel
dat de werknemers aan de dag
zullen leggen. "We zijn een vak
centrale van werknemers én
werklozen, 't Zou slecht zijn
wanneer dat niet zo was. Ik denk
ook niet dat de werklozen in het
gedrang zullen komen tijdens
het afwegingsproces. Ik ben er
zelfs van overtuigd dat wanneer
de sociale zekerheid vijfjaar ge
leden aan het bedrijfsleven was
overgedragen, de uitkeringen
minder gekort zouden zijn dan
nu is gebeurd".
De solidariteit tussen
"Je kunt de problemen rond
het korter werken natuurlijk ook
opkloppen. Ik proef bij te veel
ondernemers de houding dat nu
het weer wat beter gaat met hun
bedrijf, de werkloosheid als "om
gevingsverschijnsel" wordt afge
daan. Ik hoop maar dat ik me
vergis, want 't is ook hun zorg".
„Een loongolf zou een ramp
zijn.... Laat ik het zo zeggen: in
de jaren vijftig moest ik op een
gegeven moment onderhandelen
bij een ijzergieterij, waar mensen
vreselijk zwaar werk verrichtten
en veel rugklachten kregen. Die
mensen wilden hoger loon. Wij
hebben onderhandeld over ver
lichting van het werk, 't aanbren
gen van takels en dergelijke. Dat
resultaat zinde ze helemaal niet".
"Ik vind datje er bij voorbeeld
bij de brandweer naar moet stre
ven die mensen niet meer zestig
uur paraat te laten zijn. Dat is een
moeilijk proces. Maar dat laat ik
liever aan het CFO over, die zit
ten met het probleem dat Riet
kerk de deur naar arbeidstijdver
korting bij de overheid op slot
heeft gedaan".
"Wou je trouwens nog weten
hoe dat bij die ijzergieterij is af
gelopen? De mensen hebben het
onderhandelingsresultaat ge
slikt, en waren later blij dat het
werk lichter was geworden".
Nog een paar nachtjes slapen en
dan doen een paar honderddui
zend landgenoten de lange latten
weer onder. De bergen, de sneeuw;
de ontspanning van de wintersport
tijdens de kerstdagen. Ze vormen
de voorhoede van het grote legioen
van 900.000 wintersporters.
Hoeveel van de mensen komen
ongeschonden terug en hoeveel
zullen er gewond of gekneusd van
hun wintervakantie terugkeren?
Daarover zou sinds kort duidelijk
heid bestaan. Van de 900.000 ko
men er 855.000 volkomen gezond
terug. En 45.000 skiërs zouden een
kneuzing tot een botbreuk oplo
pen. Dat blijkt uit de cijfers die
twee Limburgse onderzoekers on
langs bekend maakten.
Het onderzoek van de heren drs.
Lex Bouter (wetenschappelijk me
dewerker) en Paul lOiipschild
(hoogleraar epidemiologie) aan de
Rijksuniversiteit van Maastricht
leverde opvallende uitkomsten op,
die, om de heren zelf te citeren
„verbazingwekkend" waren te
door
Wim Breedveld
Skiën en met een borrel op, na de
vorige nacht te zijn doorgezakt en
na een slechte lichamelijke voorbe
reiding zou minder ongevalsrisico
inhouden dan goed getraind, uitge
slapen en nuchter een afdaling ma
ken. Wintersporters, die aan ski-
gymnastiek doen lopen meer risico
dan de ongetrainden.
Er is hartelijk gelachen om de
uitkomsten van de twee heren on
derzoekers, maar die toch ook wel
enige deining veroorzaakten in de
kringen van skitrainers en condi
tietrainers. Zou nu echt hun voor
lichtingsmissie („skiërs, zorg voor
een goede lichamelijke voorberei
ding!") voor niets geweest zijn?
Waarschijnlijk niet. Er is nog wel
een en ander aan te merken op het
wetenschappelijk onderzoek van
beide heren, die overigens ook he
lemaal geen aanbeveling in de zin
van veel drinken en weinig slapen
hebben gedaan.
Neem het percentage ski-gewon
den, dat de onderzoekers hebben
vastgesteld. Zij zeggen zelf, dat ze
dit percentage uit vorige onderzoe
ken hebben berekend door het ge
middelde van eerdere onderzoe
kingen te nemen.
Nu blijkt uit hun rapport dat die
onderzoekingen dateren van het
begin van de jaren '70. De laatste
rapporten (1976-1980) geven de
laagste risicocijfers aan. De hoog
ste risicocijfers (8,2 en 9,1) hebben
betrekking op onderzoeken onder
leden van skiclubs en skiënde kin
deren. Als die cijfers worden weg-
geschrapt en ook het lage risicocij-
fer van een onderzoek naar onge
lukken bij wedstrijden (2,8), dan
zou er al een heel ander cijfer naar
voren komen.
Bovendien zijn de cijfers van be
gin '70 moeilijk te vergelijken met
de cijfers anno 1985, omdat er in de
laatste tien jaar een geweldige ont
wikkeling is geweest in de skima
terialen, piste-beveiliging en voor
bereiding van de skiërs, waardoor
het ongevalscijfer gedaald is met
de snelheid van een afdaler.
Dat ongevalscijfer van vijf moet
bovendien niet berekend worden
op de 900.000 wintersporters, want
daar zitten ook de wandelaars en
langlaufers onder. En daarnaar
hebben ze geen onderzoek gedaan.
Blijft dus over de 70 procent afda-
lingsskiërs en dan kom je aan een
aantal van hooguit 31.500 gewon
den.
Hoe is dit aantal nu te rijmen met
de 13.100 ski-ongevallen in heel
Oostenrijk, die naar voren komen
uit een onderzoek van de Tiroler
Handelskammer over drie seizoe
nen (van '80 tot en met '83)? Die
13.100 ongevallen hebben betrek
king op alle skiërs, dus Nederlan
ders, Duitsers en Oostenrijkers,
om de drie grootste groepen in de
Oostenrijkse sneeuw maar eens te
noemen.
Het onderzoek van de Tiroler
Handelskammer klopt wat ernsti
ge ongevallen betreft met de uit-
komsten van het onderzoek van de
repatriëringsorganisatie SOS In
ternational. SOS, die hulp verleen
de aan 800 slachtoffers in 1985, be
rekent op basis van haar gegevens,
dat het ongevalspercentage zou
kunnen schommelen tussen 0,2 en
0,25 procent. Dat zijn dan wel de
„zwaargewonden" en dit percenta
ge is niet al te wetenschappelijk
berekend.
Dan nu die lichamelijke conditie.
Want daar komen vreemde gege
vens naar boven. Allereerst moet
hierbij worden verteld, dat de con
clusies eigenlijk alleen betrekking
hebben op een vergelijking tussen
520 skislachtoffers en 568 gezond
teruggekeerde slachtoffers. Die
hebben een vragenlijst van de twee
onderzoekers ingevuld en de ver
schillen hebben dus uiteindelijk al
leen betrekking op die vergelij
king.
Van de patiënten gaf driekwart
op lichamelijk goed voorbereid op
wintersportvakantie te zijn gegaan.
Enkele tabellen verder geven die
personen echter op geen ski-
gymnastiek te doen (86 procent),
geen conditietraining te volgen (65
procent) en niet te doen aan inten
sieve sportbeoefening (65 procent).
Waar halen ze dan die goede licha
melijke voorbereiding vandaan?
Of zou er een verband liggen tus
sen de positieve antwoorden en het
feit, dat het vragenformulier is op
gestuurd door de ANWB en haar
verzekeringsorganisatie Uniga-
rant? Wie zou in een enquête, die
door zijn verzekeringsmaatschap
pij wordt gehouden, durven bewe
ren dat hij niet goed is voorbereid?
Je weet immers maar nooit wat er
in de kleine lettertjes staat en wat
voor gevolgen dat kan hebben voor
de uitkeringen? Ook al stond m de
begeleidende brief, dat de gege
vens van het onderzoek „geen en
kele invloed zou hebben op de be-
handeing van de ingediende scha
declaim".
Het grootste gebrek in de vraag
stelling en de „daaruit getrokken
conclusie is natuurlijk, dat er geen
relatie is gelegd tussen conditie en
de omstandigheden van die dag en
het skigedrag van het slachtoffer.
Welke risico's heeft de skiërs be
wust of onbewust genomen?
Wie de avond tevoren is doorge
zakt heeft doorgaans de andere dag
zo weinig conditie, dat hij nauwe
lijks aan intensief skiën toekomt.
Je kan een afdaling vijf keer
achtereen in een lekker tempo af
leggen of diezelfde afdaling heel
voozichtig één keer doen. In beide
gevallen ben je aan het skiën ge
weest en misschien nog wel even
lang. Het skigedrag en de intensi
teit van het skiën bepalen het risi
co en niet alleen een bijkomende
factor als het drinken van alchol.
Wie het komende seizoen naar de
wintersport gaat doet er goed aan:
de conditie ter plekke op peil te
houden door een goede nachtrust
en niet teveel te drinken en zeker
niet tijdens het skiën. Te weinig
nachtrust en te veel drinken ver
hoogt de moeheid en vermindert
het concentratievermogen en ver
hoogt daardoor de kans op onge
lukken, dat hebben al voldoende
onderzoeken aangetoond.
Niet wetenschappelijk, maar
vriendelijk bedoeld zou ik willen
zeggen: een gewaarschuwd mens
telt voor twee, behalve in de statis
tieken en onderzoeken.
Het brede bestuur ('modera-
men') van de Nederlandse Her
vormde Kerk heeft ingrijpende
maatregelen moeten nemen om
een te hoog tekort bij de kas 'al
gemeen kerkewerk' te voorko
men. Zo worden alle uitgaven
verlaagd tot het werkelijke be
drag van 1984 en komt er een va
caturestop voor alle afdelingen
waarvan de Generale Financiële
Raad de begroting moet goed
keuren.
Het kerkbestuur kwam bij de
behandeling van de begrotingen
al snel tot de conclusie dat er een
onaanvaardbaar hoog tekort zou
ontstaan bij de kas 'algemeen
kerkewerk' als alle deelbegrotin
gen zouden worden goedge
keurd. Tegenover uitgaven tot
ruim f 20,6 miljoen staat een to
taal aan inkomsten van ruim f 19
miljoen, zodat het tekort onge
veer f 1,6 miljoen zou worden.
De verlaging van alle uitgaven
tot het niveau van 1984 levert een
besparing van f 400.000 op. Alle
posten voor verlenging van uit
gaven per termijn, voor nieuww
taken en voor uitbreiding van
werk zijn geblokkeerd. Het kerk
bestuur zal van geval tot geval
bekijken, of nieuw werk echt no
dig is en of de Financiële midde
len daarvoor beschikbaar zijn,
eventueel door verschuivingen
binnen de begrotingen. Deze
maatregel bespaart ruim
f250.000.
Dan resteert nog een tekort
van bijna een miljoen. Vóór 1
mei volgend jaar wordt in over
leg met de adviescommissie 'Be
leid en bezuiniging' een over
zicht van prioriteiten opgesteld
met maatregelen om de begro
ting weer sluitend te krijgen. De
vacaturestop blijft in ieder geval
van kracht tot de besluitvorming
hierover is afgerond.
Met de herbezetting van ar
beidsplaatsen in verband met de
arbeidstijdverkorting zal de Her
vormde Kerk uiterst terughou
dend zijn. Voorlopig zullen tijde
lijke maatregelen de verminder
de werktijd moeten compense
ren. Er worden geen medewer
kers aangetrokken voor langer
dan een jaar. Gelden die door ar
beidstijdverkorting beschikbaar
komen kunnen ook worden ge
bruikt voor het behoud van ar
beidsplaatsen.
Voor het overgrote deel wordt
de kas 'algemeen kerkewerk' ge
vuld uit de heffingen die de
plaatselijke gemeenten moeten
opbrengen, de zogenaamde quo
ta. De Generale Financiële Raad,
de Algemene Kerkvoogdijraad
en de Generale Diakonale Raad
zullen de komende maanden het
beleid van de kerk ten aanzien
van de quota kritisch onder de
loep nemen.
De Hervormde Kerk kent ook
nog een 'generale kas'. Die wordt
gevuld met bijdragen van de
kerkleden, die daarvoor recht
streeks een girokaart ontvangen.
Per jaar brengt dat zo'n f 8,5 mil
joen op. Een deel van de op
brengst krijgen de gemeenten te
rug. Noodlijdende gemeenten
worden uit dit fonds geholpen en
ook een deel van het studenten
pastoraat wordt ermee gefinan
cierd. De Generale Financiële
Raad en het synodebestuur gaan
bekijken, of er in de verhouding
tussen de kas 'algemeen kerke
werk' en de 'generale kas' iets
zou moeten veranderen. Mis
schien kunnen sommige posten
van de begroting 'algemeen ker
kewerk' uit de generale kas wor
den betaald.
Uit de problemen. De finan
ciële problemen van de kerke-
raadscommissie 'Tenach en
Evangelie' van de Amsterdamse
hervormde gemeente zijn voorlo
pig opgelost. De commissie, die
aandacht vraagt voor de beteke
nis van het jodendom voor de
kerk, gaat samenwerken met de
hervormde wijkgemeente De
Ark - Pro Rege. Deze neemt de
helft van de kosten van de (hal
ve) predikantsplaats van 'Tenach
en Evangelie' voor haar reke
ning. ('Tenach' is de joodse aan
duiding voor het Oude Testa
ment).
Tot nu toe werd dat deel be
kostigd uit de centrale kas van
de hervormde gemeente, maar
dat was, gezien de grote tekorten
waarmee hervormd Amsterdam
zit, niet langer mogelijk. De lan
delijke hervormde Raad voor de
verhouding van Kerk en Israël fi
nanciert het andere deel van de
ze predikantsplaats.
De maandelijkse 'uitlegdien
sten' van de commissie 'Tenach
en Evangelie' verhuizen van de
Parkkerk-gemeente naar De
Ark. Predikant bij 'Tenach en
Evangelie' is ds. W. van der Spek
(37). Hij geeft cursussen en ver
zorgt pastorale contacten en is
ook lid van de genoemde raad
voor Kerk en Israël. Van der
Spek volgde in 1979 ds. K H
Kroon (overleden in 1983) op, die
in 1950 met de bijbelsociëteit 'Te
nach en Evangelie' was begon-
Bewustwording
De Rooms-Katholiekc Kerk
blijft naar alle waarschijnlijkheid
vertegenwoordigd in de Nationa
le Commissie Voorlichting en
Bewustwording Ontwikkelings
samenwerking. De secretaris van
'Justitia et Pax Nederland', drs.
V. Scheffers, deelde gisteren
voor de KRO-radio mee, dat zijn
organisatie de bisschoppen zal
aanbevelen, de plaats van hun
kerk in de commissie te handha-
Evenals de andere kerken had
de Rooms-Katholieke Kerk ern
stig bezwaar tegen de nieuwe op
zet van de commissie die minis
ter Schoo heeft voorgesteld. Het
werk van de commissie zou op
het gebied van bewustwording
en mensenrechten danig worden
beknot. Hoewel minister Schoo
haar plan niet heeft gewijzigd, is,
volgens 'Justitia et Pax', uit het
kamerdebat wel gebleken, dat zij
een ruime uitleg voorstaat, die
ook tegemoet komt aan de wen
sen van rooms-katholieke kant.
Hervormde Kerk: aangeno
men de benoeming tot bijstand
in het pastoraat te Oldebroek
(deeltijd) P. Vinke Spakenburg
(die ook bijstand in IJsselmui-
den blijft).
Gereformeerde Kerken: be
roepen te Molenaarsgraaf-Brand
wijk kandidaat L. P. J. van de
Peppel Zeist.
Boodschap uit Moskou. Pa
triarch Pimen van de Russisch-
Orthodoxe Kerk wijst in zijn
kerstboodschap de Amerikaanse
Star Wars-plannen af. "Het ge
bruik van de ruimte voor militai
re doeleinden moet worden te
gengehouden doordat de staten
samenwerken voor een vreedza
me ontwikkeling vari alle vol
ken", zegt Pimen in zijn bood
schap, die op 7 januari in alle
20.000 orthodoxe parochies zal
worden voorgelezen. De Russi
sche kerk, die ongeveer 50 mil
joen gelovigen telt, viert het
kerstfeest, volgens de Juliaanse
kalender, op die dag.
De patriarch pleit ervoor, dat
de 'gevaarlijke spiraal van de wa
penwedloop' door onderhande
lingen wordt omgebogen naar
ontwapening. "In deze tijd, waar
in de heilige gave van het leven
wordt bedreigd door de dood in
het helse vuur van een nucleaire
holocaust, doet de Russisch-Or-
thodoxe Kerk haar uiterste best
om een militaire catastrofe te
voorkomen. Het is de plicht van
priesters en gelovigen om de vre
de te prediken en voor de vrede
te bidden".
Pimen werpt in zijn boodschap
alvast een blik naar het 1000-ja-
rig bestaan van zijn kerk in 1988.
"Al eeuwen en eeuwen is het lot
van onze kerk onverbrekelijk ver
bonden met het lot van dit volk,
welks vreugde en verdriet de
vreugde en het verdriet van de
kerk werden. In de jaren van te
genslag en oorlog heeft onze kerk
al het mogelijke gedaan om het
lijden van het volk te verlichten
en de tijd van vrede en eendracht
dichterbij te brengen".