Ronald Hoeben verrast De eerlijkheid van de Zeeuwse dichter 'Ik heb wel eens een bui'.... O B N Japanse poëzie DE KEER zandvliet Vogelgids Reis door Sowjet-Unie Nederlandse thrillers WOENSDAG 4 DECEMBER 1985 PAGINA 13 „Deze gids maakt de vogels zichtbaar, zonder risico's en tot verborgen hoeken". De ken schets is van Siegfried Wold- hek, directeur van de Neder landse Vereniging tot Bescher ming van Vogels, en ze staat aan het begin van het onlangs verschenen boek 'Vogeltoch- ten in de Lage Landen' met 160 trektochten. Het is een vogelboek waarin voor het eerst niet de vogel zelf, maar het gebied waarin hij leeft centraal staat. Met gebruik van stafkaarten wordt men per flets, auto of gewoon op de wandelschoenen naar en door de natuurgebieden gestuurd waar het voor de vogelliefheb ber spannend of aangenaam kijken is naar de grasmus of ap- pelvink. Met alleen al in de broedtijd zo'n 30 miljoen broedvogels aan of onder de Nederlands/ Vlaamse hemel zijn er natuur lijk bossen, velden, weilanden of pleinen genoeg om het ge drag van geelgors of groenling te bespieden. De vogelroutegids beperkt zich tot de fraaie landschappen, waarvan het ook weer niet toe vallig is dat krakeend of krams vogel er gaarne toeven. Het ge heel levert mooie uitstapjes op naar de natuur, waarin men nu meekijkt met de scherpe ogen van de vogelaar. Het bos wordt ineens veel meer een klein, maar fascinerend vogelrijk. Vanwege zijn grote aanbod aan mooie natuurterreinen komt Gelderland er goed af in deze gids. Er zijn onder meer tochten uitgestippeld door de Ooypolder bij Nijmegen, de Hoge Veluwe, de Slangenburg bij Doetinchem, het Goor bij Aalten, de Winterswijkse buurtschappen en het nationa le park de Veluwezoom bij Rheden. Het boek is samengesteld door de Belg Guido Burggrae- ve, conservator van het natuur reservaat Het Zwin bij Brugge, en Pieter-Paul van Laake, een in Berg en Dal bij Nijmegen wonende vogelman. Van Laake zorgde ook voor de tekeningen van de gevederde vriendjes langs de 160 paden in dit boek. ARIE J ASSIES Vogeltochten in de. Lage Landen, uitg. Dwarsstap Nij megen, f 28,50. 'Dat is eens maar nooit weer', sprak acteur/schrijver Dolf de Vries na zijn eerste reis naar de Sowjet-Unie in 1975. De tocht met zijn gezin in een kampeer- busje door het westelijk deel van de Sowjet-Unie was De Vries slecht bekomen. Zijn er varingen vormden een flinke bevestiging van al zijn vooroor delen: vijandige en schuwe mensen, voortdurende contro le, allesoverheersende, logge bureaucratie. Toch ging De Vries vorig jaar nog een keer terug, dit keer voor een reis met de Trans-Si- beriè express, dwars door de Sowjet-Unie. Dit keer liet hij ook een hoop vooroordelen thuis en stelde zich meer open voor manier van denken en ge drag van de Rus. Wie de Russen wil leren ken nen moet zich allereerst realise ren dat zij zich onvrij voelen in hun eigen land en gewend zijn alles en iedereen te wantrou wen. Toch weet De Vries ge sprekken met hen aan te kno pen. Daarbij geholpen door het feit dat hij niet in een groep reist maar alleen met zijn gezin. Zo kunnen contacten gemak kelijker worden gelegd. En dan vinden er prachtige ontmoetin gen plaats, die De Vries be schrijft in zijn boek 'Trans Si berië'. Onverwacht hartelijke ontmoetingen, ook al kunnen Nederlander en Rus elkaar soms nauwelijks verstaan. In zijn boek laat De Vries dui delijk doorklinken dat wie moeite doet om door de arg waan van de Rus heen te bre ken mooie dingen kan beleven. Maar de ingewortelde vooroor delen moet de reiziger wel thuis laten. 'Trans Siberië' is een onder houdend en boeiend reisver slag, dat door de verrassende ervaringen van De Vries een extra charme krijgt. De Vries schroomt niet uit te komen voor zijn aanvankelijke voor oordelen jegens de Sowjet- Unie. Vooringenomen ideëen waarmee vele lezers het roe rend eens zullen zijn. Gelukkig dat De Vries nog een keer is te ruggegaan en tot zijn verbazing en vreugde sommige al te nega tief gekleurde beelden wist door te prikken. MARGOT KLOMPMAKER Trans Siberië. Dolf de Vries, uitg. Nijgh en Van Ditmar, f 22,50. Het wemelt van het werk, zo rond Sinterklaas en kerst, van tal van bekende en vooral onbeken de auteurs. Een forse roman of een dubbeldikke verhalenbun del zit er zelden tussen, integen deel: het moet gezien het geringe aantal bladzijden overduidelijk van de kwaliteit komen. En dat valt nu juist niet mee. Gretig koos ik voor een nieuw boekje - als eerste van de schare dunne prachtboekjes - van Lévi Weemoedt die dankzij Vlaardin- ger schrijverschap en een keur van versjes die - a la Paaltjens - gruwelijk leed mengen met een verrukt lachje, al bekendheid ge noot. Maar dat viel tegen. Als prozaïst is Weemoedt veel min der leuk, zeker in "Daar Komt De Bruid (Over Trouwen En Andere Sprookjes). Het bundel tje bevat behalve een proloog en een epiloog welgeteld drie "sprookjes" (Assepoester, De Stukgedanste Schoentjes en Doornroosje) gevat in 86 genum merde pagina's (welgeteld 65 pa gina's tekst!). Weemoedt's sprookjes zijn ui teraard bewerkingen die zich voornamelijk in de woonplaats van de wrokkige auteur afspelen, Vlaardingen. Het begin is aardig en bezorgt de lezer afwachtende pretogen: "Ik ben bij menig hu welijk hier de ongevraagde ge tuige want ik kijk uit mijn raam zó op de trappen van het stad huis. Bij een beetje wind klettert de rijst, bedoeld voor bruid en bruidegom, tegen mijn ruit en valt aldus in een dorre, uitzicht loze akker. Als ik een trouwerij niet zfe, hóór ik haar wel, het be gin van sommige echtverenigin gen lijkt qua herrie en stampei veel op Chinees Oudjaar. Sner pende claxons, toeterende toe- ringkarren, het nasaal jankende gehoep van nostalgische T- Fords, hoefgekletter van koets jes of Jan Plezier, ik kan op vrij dagmiddag sterk verlangen naar een huisje aan de rand van het kerkhof'. Daarmee hebben we het wel gehad, en u kunt het in 'no-time' lezen in de boekhandel. De te neur van de sprookjes is, geloof ik, dat een heer niet dient te hu wen, vanwege de boze schoon moeder. Een lief gebonden boek je met een lokkende stofomslag: als u daar een paar tientjes voor over hebt, akkoord. Lezen hoeft niet. Je kunt daarentegen met de aankoop van een mager, vrij on aanzienlijk boekje ook boffen. Alleen al om het fletse uiterlijk van "Kleine Ongemakken" van de mij volstrekt onbekende Ro nald Hoeben liet ik dit bundeltje een aantal weken ongelezen. Fijn achteraf dat ik u erop attent mag maken, want met de kleine (wat heet!) ongemakken die Hoeben op schrift stelt, valt wel degelijk te lachen. Het is een en al getob op Hol lands, huishoudelijk niveau: nostalgische narigheid met bril letjes, klungelen met electrisch keukengerei, moeite met het juiste woonerfadres, familieleed ("Zo waren daar Tuinenburg en zijn vrouw, die vaak op vrijdag avond onverwacht aanbelden waarna het al snel een dolle boel werd. Tuinenburg was een gebo ren feestvarken die niet kon na laten bij het passeren van de kap stok een dameshoedje op te zet ten. Hoewel dat nummer al on eindig vaak vertoond was, kon zijn vrouw er zo luid en aanhou dend de slappe lach van krijgen dat de buren er de volgende dag schande van spraken.") en nog veel meer. Tot de mooiste anecdotische verhaaltjes behoort ook "Groot vader" dat - maar dan geestiger - wat wegheeft van de versie van Wim de Bie: "Hij was niet de op gewekte 65-plusser die met zijn voordeelkaart stad en land af reist en van een gezellig oud baasje dat in de kantine van het oudemannenhuis zit te klaverjas sen had hij ook niets weg. Het leek er meer op dat hij het be jaard zijn zag als een van de rot streken die hem waren geleverd door de rest van de wereld". Hoeben's stiil^is uitstekend, beheerst en ongedwongen gees tig. Dagelijkse, literaire humor die het midden houdt tussen Kees van Kooten en Maarten Biesheuvel, uitermate verzorgd geschreven en niveaurijk volge houden. Een volgend boek koop ik zonder aarzelen. Van Marijke Höweler zijn we ook een eenvoudig soort humor gewend. Vooral "Van geluk ge sproken" baarde vrolijk opzien, omdat de schrijfster gevarieerd menselijk leed, zij het oppervlak kig, wist te kruiden met allerhan de geestige optredens van nogal tweedimensionale personages. In "Tobias", haar nieuwste no velle, lijkt ze van de oorspronke lijke weg afgedwaald. Het "is een moderne versie van de streekro man" zegt de flaptekst, en "het is ook een schrijnende novelle uit de donkere oorlogsjaren". Nu ja. Het verhaal van Tobias, een boerentype uit de regio Tiel, zijn platte makkers, familie en omge ving, en van Judith en haar fami lie, joden die uit Duitsland weg vluchten voor de dreigende holo caust. Men raakt verliefd, dan verwijderd, de Duitsers komen, Judith keert - alleen - terug naar de bezette Betuwe en dan Een leesbare novelle, vooral door het talent van de schrijfster mensen in dialogen scherp neer te zetten (het merkwaardige Ne derland-Duits van Judiths ou ders vooral is bijzonder getrof fen). Tegelijk gelooft de lezer nauwelijks in de tragiek van het verhaal: al dan niet bewust maakt de auteur gebruik van té veel humor en té oppervlakkige typering om het drama oprecht te doen overkomen. Of 'Tobias' iets pretendeert? Ik hoop het niet, daarvoor zijn ge voel en tragiek te ondiep. Maar een glimlach kan er af en toe wel af. ROB VOOREN Lévi Weemoedt, Daar Komt De Bruid. Over Trouwen En An dere Sprookjes. Uitg. Contact, Amsterdam 1985. 19,90. Ronald Hoeben, Kleine Onge makken. Uitg. Contact, Amster dam 1985. 18,90. Marijke Höweler, Tobias. Uitg. De Arbeiderspers, Amster dam 1985. 24,50. Op pagina 168 van zijn 'Geheim Dagboek' schrijft Hans Warren: "Ik houd een dagboek bij, no teer dat ik een slecht gebit heb, verliefd ben, van mijn kind houd. Waarom? Voor wie?" En dan meldt hij dat hij niet van plan is iets ervan te publi ceren zo lang hij leeft, gesteld dat iemand het uit zou willen geven. Maar even verderop no teert hij: "Voor wie heb ik dit geschreven, zal ik wat volgt schrijven? Toch niet alleen voor mezelf, anders zou ik me op dit moment niet een beetje wonderlijk voelen en zelfs de behoefte hebben die latere le zer te groeten. Ik groet u". Hoewel Warren in het vijfde deel van zijn dagboek (1954- 1955) aanvankelijk wil doen voorkomen dat hij het dagboek schrijft voor zichzelf en een paar intimi blijkt later dat er wel degelijk meer lezers in zijn achterhoofd 'rondspookten'. Impliceert dat gegeven dat Warren minder eerlijk heeft ge schreven, hield hij rekening met die latere lezers die op het moment dat hij zijn dagboek schreef af en toe over zijn schouder hingen? Ik denk het niet: het dagboek van Warren - en dan heb ik het over alle de len die tot nu toe verschenen - overrompelt door de eerlijk heid waarmee Warren schrijft over zichzelf en de zijnen. En Godzijdank noteert de Zeeuwse dichter niet alleen dat hij een slecht gebit heeft, dat het maar niet wil zomeren en dat hij zich niet lekker voelt. Het huishoudelijke leven van Warren passeert weliswaar re gelmatig de revue - "We eten enkel nog tot kokhalzen toe de licatessen". - maar hij blijft niet op dat niveau steken: Warren schrijft bijvoorbeeld ook over zijn onmogelijke liefdes. En zo onstaat wat we noemen een persoonlijk tijdsbeeld. Van een jonge dichter die samen met vrouw en kind in Frankrijk woont en regelmatig verhou dingen heeft met Noordafri- kaanse schandknapen, verhou dingen die er de oorzaak van zijn dat zijn huwelijk vaak op de klippen dreigt te lopen. (Vrouw loopt weg, dichter dronken - dat lied.) Ik schreef al dat ik de indruk heb dat Warren een eerlijk dag boekschrijver is. Je zou het ook zo kunnen zeggen: tijdens het lezen van zijn dagboek heb je af en toe het gevoel dat je achter een gordijn in de kamer staat en alles kunt afluisteren wat er door de aanwezigen wordt ge zegd. De lezer als afluistervink. Maar wat is daar op tegen? Het verhaal speelt in het verleden en de hoofdpersonen zijn inte ressante r Blonde Dood In het universitaire weekblad Mare schreef Boudewijn Büch ooit een serie verhalen waarin zijn jong overleden zoon Mick figureerde. Die verhalen zijn in dertijd uitgegeven door een marginale uitgever. Büch heeft ze daarna bewerkt en kijk eens aan: nu ligt 'De kleine blonde dood' - indertijd 'Een kleine blonde dood' - voor de tweede keer in de boekhandel. Waarmee ik overigens niet wil doen voorkomen dat de twee boeken als twee druppels water op elkaar lijken. Vergelij king leert dat de herziene ver sie een stuk uitgebreider is: Büch heeft wel fragmenten uit het eerste boekje, door hemzelf een essaybundel genoemd, op genomen, maar in bewerkte vorm. Bovendien is 'De kleine blon de dood' geraffineerder van op zet. Afwisselend schrijft Büch over zijn vader en zijn zoon, of nog preciezer: over de verhou ding die hij had met zijn vader en over zijn eigen vaderschap. Die twee vaderschappen pro beert hij te spiegelen. Maar is hem dat gelukt? Ten dele. Sommige passages zijn beslist ontroerend. Het fragment waarin hij de carrière van zijn vader als hoofd van de reserve-politie schetst bijvoor beeld, en ook het gedeelte dat speelt in het ziekenhuis - zijn zoontje ligt in coma en zal niet meer wakker worden - is mooi, hoewel dat woord in dit ver band een beetje wrang klinkt. Maar ik heb me soms ook ge stoord aan dit boek. Aan de toon die Büch regelmatig aan- Hans Warren slaat, om precies te zijn. Neem nou het begin van 'De kleine blonde dood'. "Mijn vader vroeg of ik alles had. Ik zei ja. Pakte mijn tas waarin tien boterhammen, een flesje chocomel, twee repen witte chocolade, een kaart uit het mapje 'King kaartjes van Nederland' (provincie Gelder land) zaten en liep met mijn va der over het tuinpad naar de straat". Dat er nogal wat boterham men in dit boek voorkomen, zal me een zorg zijn. Maar dat toon- (foto GPD) tje...Kees de Jongen in Wasse naar. Alleen de zwembadpas ontbreekt nog bij wijze van spreken. En ik maar denken dat we na de tirade van Jeroen Brouwers verlost waren van de jongetjes. WIM BRANDS Hans Warren Geheim Dagboek, deel vijf Uitgeverij Bert Bakker Boudewijn Büch De kleine blonde dood Uitgeverij De Arbeiderspers Je gezicht is je eigen weerbericht als je in de spiegel kijkt kun je je eigen bui zien hangen Dit is een vers uit de bundel 'Ik heb wel eens een bui' van Jan 't Lam. Hij verwoordt daarin ge dachten, ervaringen en, inder daad, buien van kinderen. Hij doet dat op een heel directe ma nier zodat je je al lezend sterk aangesproken voelt. Bij elk vers leverde Doortje Hannig forse illustraties, die vaak hef»l raak getroffen zijn. Een goede bundel, die geschikt is als over gang naar het lezen van wat in gewikkelder poezie. Gilgamesj Illustratie bij 'Je eigen wi bericht' uit de bundel 'Ik i wel eens een bui'. Het verhaal van de Sumeri- sche koning Gilgamesj en zijn vriend Enkidu is ongeveer 5000 jaar oud. Na eerst van vader op zoon te zijn doorverteld, werd de geschiedenis van beide vrienden op een gegeven mo ment in kleitabletten gegrift en is zo bewaard gebleven. Het wordt door auteur Hans Hagen voor jongeren vanaf 11 jaar op een heel verdienstelijke manier naverteld in het boek 'Koning Gilgamesj'. Trouwens ook voor volwassenen is het verhaal van Gilgamesj' speur tocht naar het eeuwioge leven interessant. Tom Eyzenbach zorgde voor fraaie illustraties. Het is prettig dat aan de vorm geving van het boek (omslag, afsluiting elk hoofdstuk) extra zorg is besteed. Achterin het boek - heel at tent - een kaart met het gebeid waar de kleitabletten met het Gilgamesj-epos zijn gevonden, een verklarende woordenlijst en andere aanvullende infor matie. Wol-komplot 'Het wol-komplot' is een his torische jeugdroman van de Engelse schrijfster Cynthia Harnett en speelt zich af rond 1500. We maken kennis met Ni cholas Fetterlock, zoon van een welvarend wolhandelaar. Hij is door zijn ouders voorbestemd om te trouwen met de 11-jarige Cecily, de dochter van een la kenkoopman. Een uitgekiende verbintenis: van wol wordt im mers laken gemaakt. De ken nismaking tussen de verloof den valt beiden mee: Cecily blijkt geen stijve juffer maar een bijdehante meid. Dat laatste komt goed uit, want Nicholas heeft haar hulp hard nodig. Hij vermoedt dat zijn vader zich heeft laten op lichten door een aantal onbe trouwbare Italiaanse bankiers. Gaandeweg krijgt de jongen daarvoor bewijzen in handen, maar zijn vader wil niet naar hem luisteren. Samen met Ce cily moet Nicholas de goede naam van zijn vader als hande laar zien te redden. Aan het boek is af te lezen dat Cynthia Harnett een mateloze belangstelling voor geschiede nis heeft. Ze heeft zich tot in de kleinste details verdiept in de tijd waarover ze schrijft. Het dagelijks leven van de mensen, hun huizen, gebruiken, kle ding, voedsel enzovoorts. Al deze kennis verwerkt zij in haar verhaal. Heel interessant, maar soms ook irritant. De overvloed aan details en informatie haalt de vaart uit het verhaal en heeft vaak niets met de handeling te maken. Bovendien is lang niet altijd duidelijk wat de schrijfster be doelt met sommige woorden of gebruiken die ze noemt. Nade re uitleg in de tekst of in de vorm van een tekening of ver klarende woordenlijst ont breekt. Een duidelijk gemis. Harnett is geen geboren ver telster zoals Rosemary Sutcliff of Mary Stewart. Daarvoor is haar taalgebruik te stijf en plechtstatig. Haar grootste ver dienste is dat zij voor jongeren vanaf 11 jaar een boeiend ver haal heeft geschreven, dat je ondanks alle vermoeidende zij paadjes graag blijft lezen. De il lustraties zijn door de schrijf ster zelf getekend. Ik heb wel eens een bui, Jan 't Lam, uitg. Leopold, f 19,90. Koning Gilgamesj, Hans Ha gen, ill. Tom Eyzenbach, uitg. Van Goor, f 19,50. Het wol-komplot, Cynthia Harnett, vert. Joanna Harris, uitg. Christofoor, f 23,50. MARGOT KLOMPMAKER Er zijn weer enkele Nederland se thrillers van de persen geko men. Waaronder een nieuwe Janwillem van de Wetering, die voor de elfde maal het eigenzin nige politieduo Grijpstra-De Gier aan het werk zet. 'Zaak IJsbreker' Ik heb ergens gelezen dat Van de Wetering de enige Ne derlandse thrillerauteur is die van het schrijven goed kan le ven. Adjudant Gnjpstra en bri gadier De Gier hebben het ken nelijk goed gedaan, mede dank zij de extra bekendheid die zij via de films hebben meegekre gen. In april beginnen de opna men voor de verfilming van Van de Weterings tiende 'De ra telrat', waar ik overigens niet verrukt van was. Te veel quasi- vrolijk gebabbel van de in Friesland pionierende politie mannen. Maar er zat zeker vol doende actie in voor een sappi ge film. 'De zaak IJsbreker' bevalt mij beter. Het verhaal heeft niets te maken met de Elfste dentocht, maar alles met een dode bankier die toevallig IJs breker heet. Niet al te betrouw bare politiehoofden willen de zaak afsluiten, maar gelukkig is er een wat oudere, maar ver rukkelijk eigenwijze commis saris-zonder-naam die Grijp- stra's en De Giers aanwijzigin- gen volgt. Moord is een zaak voor de moordbrigade. Vooral de persoon van die vergrijsde, gehandicapte, maar taaie en hardnekkige commis saris maakt het boek zo sterk. Als hij zich eenmaal heeft vast gebeten in de misdadige wan verhoudingen in familie en werk weigert hij los te laten, hoe hard er ook aan hem wordt getrokken. Grijpstra en De Gier hebben slechts kleurrijke bijrollen in dit ondanks de moorden toch menselijke ver haal. 'Monster van Eem- nes' Ik ben trouwens nog een aar dig iemand tegengekomen in een Nederlandse thriller: Jac kie Klarenbeek. Echt een leuke meid. Net 21 en aantrekkelijk om te zien. Internationaal pop ster, met een heel eigen kijk op het leven. Eigenzinnig genoeg om de wet naar haar hand te willen zetten. ADVERTENTIE BOEKHANDEL BV .1 Haarlemmerstraat 117 totaal Leiden - tel. 120421 algemene- en assortimentsboekhandel full-time beste/afdeling levertijd vanaf 2 dagen Dat zelfstandige heeft ze niet van haar ouders meegekregen, maar van Peter van Loon, die haar de belangrijkste plaats gaf in zijn tweede thriller. Na zijn debuut met 'Dood eenvoudig'. Het boek heet 'Het monster van Eemnes'. Hij laat daarin zijn Jackie voor heel wat ver rassingen zorgen. Het begint niet erg opbeurend als zij op een verlaten dijk in Eemnes in haar auto wordt verkracht en van haar handtas beroofd. De doortastende zangeres laat daarna de politie maar aan modderen en begint haar eigen speurtocht. Ze weet dat de politie het ver keerde 'monster van Eemnes' arresteert, maar het komt goed in haar kraam te pas. Des te be ter kan ze de val camoufleren, die ze voor haar overvaller in petto heeft. Bepaald niet vol gens de letter of geest van de wet, maar het is best wel leuk om te lezen. 'Motel om te mijden' Walraven laat voor de derde maal de privédetective Charlie Allard optreden. Wellicht her innert men zich de figuur: de man die op nagenoeg elke pagi na wel een keer vertelt hoe in telligent en doortastend hij wel is. In het begin is die overdrij ving wel grappig, op den duur irriterend. Natuurlijk duikt die man in het motel, dat volgens de titel beter kan worden gemeden. Hij moet wel, zijn enige klant heeft hem gevraagd zijn verdwenen vrouw op te sporen. En die zit nu net dóér. Niet toevallig, ze is midden in een ingewikkeld ter roristencomplot terechtgeko- Moord, corruptie, prostitutie, drugs, men komt het allemaal tegen. Meer zal ik maar niet vertellen om er voor de lezer nog een beetje spanning in te houden. KOOS POST 'De zaak IJsbreker' door Janwil lem van de Wetering (Bruna -ƒ 22,90), 'Het monster van Eemnes' door Peter van Loon (Thieme - 19,50) en 'Motel om te mijden' door Walraven (Loeb - 16,50). Kennelijk ter gelegenheid van het vijfjarig bestaan van de hai ku-kring Nederland is er bij uit geverij Meulenhoff voor de be lachelijk lage prijs van 19,50 een forse bloemlezing Japans gedicht verschenen. Deze be vat meer dan 500 vertalingen van korte Japanse gedichten, waarin met een minimum aan woorden een maximum aan zeggingskracht wordt bereikt. De vertalingen zijn afkomstig uit drie bundels die Meulenhoff eerder uitgaf: Tanka - Het lied van Japan; Haiku - Een jonge maan; Senryu - De watcrwil- gen. Ze werden verzorgd door mevrouw Van Tooren, een au toriteit op het gebied van het korte Japanse gedicht. Tanka's zijn vijfregelige let tergreepverzen (5-7-5-7-7). waarin een diep gevoel wordt uitgedrukt. Een voorbeeld: Sneller dan de hagel vluchtiger dan een veertje, voelde ik heel vaag ADVERTENTIE BOEKHANDEL LEIDEN LEIDERDORP OEGSTGEEST - KATWIJK VOORSCHOTEN Alle op deze pagina besproken boeken zijn bij ons dlrekt lever baar, óf vla onze TERMINAL te bestellen en dan binnen drie da gen verkrijgbaar. hoe een lichte droefheid zacht over mijn hart voorbijging. Dit gedicht komt uit onze eeuw; de meeste tanka's in de bloemlezing dateren uit de Middeleeuwen. De meeste ai- ku's (een drieregelig letter greepvers: 5-7-5) zijn van de achttiende eeuw. Een haiku is een zeer zintuigelijk natuurge dicht met een overwegend ob jectieve, neutrale aandacht voor het natuurgebeuren. Maar omdat haiku's zijn ingedeeld naar de seizoenen, speelt op de achtergrond de gedachte aan vergankelijkheid sterk mee. Een voorbeeld wederom: De schaar naderde de witte chrysant - en bleef even aarzelen. De senryu heeft dezelfde vorm als de haiku maar is meer op de dagelijkse activiteiten van de mens gericht. Veel sen- ryu's zijn afkomstig uit het volk en dientengevolge anoniem en humoristisch. Een voorbeeld: Zo zacht is de bruid, zelfs de schobnmoeder krijgt haar tanden er niet in. In Nederland en België be staan bloeiende haiku-vereni gingen waarvan de leden de kunst ook actief beoefenen. Eén zo'n beoefenaar is beel dend kunstenaar Kees Buur man. Bij Nijgh en Van Ditmar publiceerde hij Zonder een ein der, zesenvijftig haiku's en sen- ryu's 24,90). Zo dichtte hij: Schaduwen werpend over beschreven zerken, bloeit de kastaqje De meeste van zijn haiku's missen echter een metafysisch aspect en beperken zich tot ver woording van het geziene bin nen het lettergrepenschema 5- 7-5. CHRISTIAAN VISSER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 13