Ronald Hoeben verrast
De eerlijkheid van de Zeeuwse dichter
'Ik heb wel eens een bui'....
O
B
N
Japanse poëzie
DE
KEER
zandvliet
Vogelgids
Reis door Sowjet-Unie
Nederlandse thrillers
WOENSDAG 4 DECEMBER 1985
PAGINA 13
„Deze gids maakt de vogels
zichtbaar, zonder risico's en tot
verborgen hoeken". De ken
schets is van Siegfried Wold-
hek, directeur van de Neder
landse Vereniging tot Bescher
ming van Vogels, en ze staat
aan het begin van het onlangs
verschenen boek 'Vogeltoch-
ten in de Lage Landen' met 160
trektochten.
Het is een vogelboek waarin
voor het eerst niet de vogel zelf,
maar het gebied waarin hij leeft
centraal staat. Met gebruik van
stafkaarten wordt men per
flets, auto of gewoon op de
wandelschoenen naar en door
de natuurgebieden gestuurd
waar het voor de vogelliefheb
ber spannend of aangenaam
kijken is naar de grasmus of ap-
pelvink.
Met alleen al in de broedtijd
zo'n 30 miljoen broedvogels
aan of onder de Nederlands/
Vlaamse hemel zijn er natuur
lijk bossen, velden, weilanden
of pleinen genoeg om het ge
drag van geelgors of groenling
te bespieden.
De vogelroutegids beperkt
zich tot de fraaie landschappen,
waarvan het ook weer niet toe
vallig is dat krakeend of krams
vogel er gaarne toeven. Het ge
heel levert mooie uitstapjes op
naar de natuur, waarin men nu
meekijkt met de scherpe ogen
van de vogelaar. Het bos wordt
ineens veel meer een klein,
maar fascinerend vogelrijk.
Vanwege zijn grote aanbod
aan mooie natuurterreinen
komt Gelderland er goed af in
deze gids. Er zijn onder meer
tochten uitgestippeld door de
Ooypolder bij Nijmegen, de
Hoge Veluwe, de Slangenburg
bij Doetinchem, het Goor bij
Aalten, de Winterswijkse
buurtschappen en het nationa
le park de Veluwezoom bij
Rheden.
Het boek is samengesteld
door de Belg Guido Burggrae-
ve, conservator van het natuur
reservaat Het Zwin bij Brugge,
en Pieter-Paul van Laake, een
in Berg en Dal bij Nijmegen
wonende vogelman. Van Laake
zorgde ook voor de tekeningen
van de gevederde vriendjes
langs de 160 paden in dit boek.
ARIE J ASSIES
Vogeltochten in de. Lage
Landen, uitg. Dwarsstap Nij
megen, f 28,50.
'Dat is eens maar nooit weer',
sprak acteur/schrijver Dolf de
Vries na zijn eerste reis naar de
Sowjet-Unie in 1975. De tocht
met zijn gezin in een kampeer-
busje door het westelijk deel
van de Sowjet-Unie was De
Vries slecht bekomen. Zijn er
varingen vormden een flinke
bevestiging van al zijn vooroor
delen: vijandige en schuwe
mensen, voortdurende contro
le, allesoverheersende, logge
bureaucratie.
Toch ging De Vries vorig jaar
nog een keer terug, dit keer
voor een reis met de Trans-Si-
beriè express, dwars door de
Sowjet-Unie. Dit keer liet hij
ook een hoop vooroordelen
thuis en stelde zich meer open
voor manier van denken en ge
drag van de Rus.
Wie de Russen wil leren ken
nen moet zich allereerst realise
ren dat zij zich onvrij voelen in
hun eigen land en gewend zijn
alles en iedereen te wantrou
wen. Toch weet De Vries ge
sprekken met hen aan te kno
pen. Daarbij geholpen door het
feit dat hij niet in een groep
reist maar alleen met zijn gezin.
Zo kunnen contacten gemak
kelijker worden gelegd. En dan
vinden er prachtige ontmoetin
gen plaats, die De Vries be
schrijft in zijn boek 'Trans Si
berië'. Onverwacht hartelijke
ontmoetingen, ook al kunnen
Nederlander en Rus elkaar
soms nauwelijks verstaan.
In zijn boek laat De Vries dui
delijk doorklinken dat wie
moeite doet om door de arg
waan van de Rus heen te bre
ken mooie dingen kan beleven.
Maar de ingewortelde vooroor
delen moet de reiziger wel
thuis laten.
'Trans Siberië' is een onder
houdend en boeiend reisver
slag, dat door de verrassende
ervaringen van De Vries een
extra charme krijgt. De Vries
schroomt niet uit te komen
voor zijn aanvankelijke voor
oordelen jegens de Sowjet-
Unie. Vooringenomen ideëen
waarmee vele lezers het roe
rend eens zullen zijn. Gelukkig
dat De Vries nog een keer is te
ruggegaan en tot zijn verbazing
en vreugde sommige al te nega
tief gekleurde beelden wist
door te prikken.
MARGOT KLOMPMAKER
Trans Siberië. Dolf de Vries,
uitg. Nijgh en Van Ditmar,
f 22,50.
Het wemelt van het werk, zo
rond Sinterklaas en kerst, van tal
van bekende en vooral onbeken
de auteurs. Een forse roman of
een dubbeldikke verhalenbun
del zit er zelden tussen, integen
deel: het moet gezien het geringe
aantal bladzijden overduidelijk
van de kwaliteit komen. En dat
valt nu juist niet mee.
Gretig koos ik voor een nieuw
boekje - als eerste van de schare
dunne prachtboekjes - van Lévi
Weemoedt die dankzij Vlaardin-
ger schrijverschap en een keur
van versjes die - a la Paaltjens -
gruwelijk leed mengen met een
verrukt lachje, al bekendheid ge
noot. Maar dat viel tegen. Als
prozaïst is Weemoedt veel min
der leuk, zeker in "Daar Komt
De Bruid (Over Trouwen En
Andere Sprookjes). Het bundel
tje bevat behalve een proloog en
een epiloog welgeteld drie
"sprookjes" (Assepoester, De
Stukgedanste Schoentjes en
Doornroosje) gevat in 86 genum
merde pagina's (welgeteld 65 pa
gina's tekst!).
Weemoedt's sprookjes zijn ui
teraard bewerkingen die zich
voornamelijk in de woonplaats
van de wrokkige auteur afspelen,
Vlaardingen. Het begin is aardig
en bezorgt de lezer afwachtende
pretogen: "Ik ben bij menig hu
welijk hier de ongevraagde ge
tuige want ik kijk uit mijn raam
zó op de trappen van het stad
huis. Bij een beetje wind klettert
de rijst, bedoeld voor bruid en
bruidegom, tegen mijn ruit en
valt aldus in een dorre, uitzicht
loze akker. Als ik een trouwerij
niet zfe, hóór ik haar wel, het be
gin van sommige echtverenigin
gen lijkt qua herrie en stampei
veel op Chinees Oudjaar. Sner
pende claxons, toeterende toe-
ringkarren, het nasaal jankende
gehoep van nostalgische T-
Fords, hoefgekletter van koets
jes of Jan Plezier, ik kan op vrij
dagmiddag sterk verlangen naar
een huisje aan de rand van het
kerkhof'.
Daarmee hebben we het wel
gehad, en u kunt het in 'no-time'
lezen in de boekhandel. De te
neur van de sprookjes is, geloof
ik, dat een heer niet dient te hu
wen, vanwege de boze schoon
moeder. Een lief gebonden boek
je met een lokkende stofomslag:
als u daar een paar tientjes voor
over hebt, akkoord. Lezen hoeft
niet.
Je kunt daarentegen met de
aankoop van een mager, vrij on
aanzienlijk boekje ook boffen.
Alleen al om het fletse uiterlijk
van "Kleine Ongemakken" van
de mij volstrekt onbekende Ro
nald Hoeben liet ik dit bundeltje
een aantal weken ongelezen. Fijn
achteraf dat ik u erop attent mag
maken, want met de kleine (wat
heet!) ongemakken die Hoeben
op schrift stelt, valt wel degelijk
te lachen.
Het is een en al getob op Hol
lands, huishoudelijk niveau:
nostalgische narigheid met bril
letjes, klungelen met electrisch
keukengerei, moeite met het
juiste woonerfadres, familieleed
("Zo waren daar Tuinenburg en
zijn vrouw, die vaak op vrijdag
avond onverwacht aanbelden
waarna het al snel een dolle boel
werd. Tuinenburg was een gebo
ren feestvarken die niet kon na
laten bij het passeren van de kap
stok een dameshoedje op te zet
ten. Hoewel dat nummer al on
eindig vaak vertoond was, kon
zijn vrouw er zo luid en aanhou
dend de slappe lach van krijgen
dat de buren er de volgende dag
schande van spraken.") en nog
veel meer.
Tot de mooiste anecdotische
verhaaltjes behoort ook "Groot
vader" dat - maar dan geestiger -
wat wegheeft van de versie van
Wim de Bie: "Hij was niet de op
gewekte 65-plusser die met zijn
voordeelkaart stad en land af
reist en van een gezellig oud
baasje dat in de kantine van het
oudemannenhuis zit te klaverjas
sen had hij ook niets weg. Het
leek er meer op dat hij het be
jaard zijn zag als een van de rot
streken die hem waren geleverd
door de rest van de wereld".
Hoeben's stiil^is uitstekend,
beheerst en ongedwongen gees
tig. Dagelijkse, literaire humor
die het midden houdt tussen
Kees van Kooten en Maarten
Biesheuvel, uitermate verzorgd
geschreven en niveaurijk volge
houden. Een volgend boek koop
ik zonder aarzelen.
Van Marijke Höweler zijn we
ook een eenvoudig soort humor
gewend. Vooral "Van geluk ge
sproken" baarde vrolijk opzien,
omdat de schrijfster gevarieerd
menselijk leed, zij het oppervlak
kig, wist te kruiden met allerhan
de geestige optredens van nogal
tweedimensionale personages.
In "Tobias", haar nieuwste no
velle, lijkt ze van de oorspronke
lijke weg afgedwaald. Het "is een
moderne versie van de streekro
man" zegt de flaptekst, en "het is
ook een schrijnende novelle uit
de donkere oorlogsjaren". Nu ja.
Het verhaal van Tobias, een
boerentype uit de regio Tiel, zijn
platte makkers, familie en omge
ving, en van Judith en haar fami
lie, joden die uit Duitsland weg
vluchten voor de dreigende holo
caust. Men raakt verliefd, dan
verwijderd, de Duitsers komen,
Judith keert - alleen - terug naar
de bezette Betuwe en dan
Een leesbare novelle, vooral
door het talent van de schrijfster
mensen in dialogen scherp neer
te zetten (het merkwaardige Ne
derland-Duits van Judiths ou
ders vooral is bijzonder getrof
fen). Tegelijk gelooft de lezer
nauwelijks in de tragiek van het
verhaal: al dan niet bewust
maakt de auteur gebruik van té
veel humor en té oppervlakkige
typering om het drama oprecht
te doen overkomen.
Of 'Tobias' iets pretendeert? Ik
hoop het niet, daarvoor zijn ge
voel en tragiek te ondiep. Maar
een glimlach kan er af en toe wel
af.
ROB VOOREN
Lévi Weemoedt, Daar Komt
De Bruid. Over Trouwen En An
dere Sprookjes. Uitg. Contact,
Amsterdam 1985. 19,90.
Ronald Hoeben, Kleine Onge
makken. Uitg. Contact, Amster
dam 1985. 18,90.
Marijke Höweler, Tobias.
Uitg. De Arbeiderspers, Amster
dam 1985. 24,50.
Op pagina 168 van zijn 'Geheim
Dagboek' schrijft Hans Warren:
"Ik houd een dagboek bij, no
teer dat ik een slecht gebit heb,
verliefd ben, van mijn kind
houd. Waarom? Voor wie?"
En dan meldt hij dat hij niet
van plan is iets ervan te publi
ceren zo lang hij leeft, gesteld
dat iemand het uit zou willen
geven. Maar even verderop no
teert hij: "Voor wie heb ik dit
geschreven, zal ik wat volgt
schrijven? Toch niet alleen
voor mezelf, anders zou ik me
op dit moment niet een beetje
wonderlijk voelen en zelfs de
behoefte hebben die latere le
zer te groeten. Ik groet u".
Hoewel Warren in het vijfde
deel van zijn dagboek (1954-
1955) aanvankelijk wil doen
voorkomen dat hij het dagboek
schrijft voor zichzelf en een
paar intimi blijkt later dat er
wel degelijk meer lezers in zijn
achterhoofd 'rondspookten'.
Impliceert dat gegeven dat
Warren minder eerlijk heeft ge
schreven, hield hij rekening
met die latere lezers die op het
moment dat hij zijn dagboek
schreef af en toe over zijn
schouder hingen? Ik denk het
niet: het dagboek van Warren -
en dan heb ik het over alle de
len die tot nu toe verschenen -
overrompelt door de eerlijk
heid waarmee Warren schrijft
over zichzelf en de zijnen.
En Godzijdank noteert de
Zeeuwse dichter niet alleen dat
hij een slecht gebit heeft, dat
het maar niet wil zomeren en
dat hij zich niet lekker voelt.
Het huishoudelijke leven van
Warren passeert weliswaar re
gelmatig de revue - "We eten
enkel nog tot kokhalzen toe de
licatessen". - maar hij blijft niet
op dat niveau steken: Warren
schrijft bijvoorbeeld ook over
zijn onmogelijke liefdes.
En zo onstaat wat we noemen
een persoonlijk tijdsbeeld. Van
een jonge dichter die samen
met vrouw en kind in Frankrijk
woont en regelmatig verhou
dingen heeft met Noordafri-
kaanse schandknapen, verhou
dingen die er de oorzaak van
zijn dat zijn huwelijk vaak op
de klippen dreigt te lopen.
(Vrouw loopt weg, dichter
dronken - dat lied.)
Ik schreef al dat ik de indruk
heb dat Warren een eerlijk dag
boekschrijver is. Je zou het ook
zo kunnen zeggen: tijdens het
lezen van zijn dagboek heb je af
en toe het gevoel dat je achter
een gordijn in de kamer staat
en alles kunt afluisteren wat er
door de aanwezigen wordt ge
zegd. De lezer als afluistervink.
Maar wat is daar op tegen? Het
verhaal speelt in het verleden
en de hoofdpersonen zijn inte
ressante r
Blonde Dood
In het universitaire weekblad
Mare schreef Boudewijn Büch
ooit een serie verhalen waarin
zijn jong overleden zoon Mick
figureerde. Die verhalen zijn in
dertijd uitgegeven door een
marginale uitgever. Büch heeft
ze daarna bewerkt en kijk eens
aan: nu ligt 'De kleine blonde
dood' - indertijd 'Een kleine
blonde dood' - voor de tweede
keer in de boekhandel.
Waarmee ik overigens niet
wil doen voorkomen dat de
twee boeken als twee druppels
water op elkaar lijken. Vergelij
king leert dat de herziene ver
sie een stuk uitgebreider is:
Büch heeft wel fragmenten uit
het eerste boekje, door hemzelf
een essaybundel genoemd, op
genomen, maar in bewerkte
vorm.
Bovendien is 'De kleine blon
de dood' geraffineerder van op
zet. Afwisselend schrijft Büch
over zijn vader en zijn zoon, of
nog preciezer: over de verhou
ding die hij had met zijn vader
en over zijn eigen vaderschap.
Die twee vaderschappen pro
beert hij te spiegelen.
Maar is hem dat gelukt?
Ten dele. Sommige passages
zijn beslist ontroerend. Het
fragment waarin hij de carrière
van zijn vader als hoofd van de
reserve-politie schetst bijvoor
beeld, en ook het gedeelte dat
speelt in het ziekenhuis - zijn
zoontje ligt in coma en zal niet
meer wakker worden - is mooi,
hoewel dat woord in dit ver
band een beetje wrang klinkt.
Maar ik heb me soms ook ge
stoord aan dit boek. Aan de
toon die Büch regelmatig aan-
Hans Warren
slaat, om precies te zijn. Neem
nou het begin van 'De kleine
blonde dood'.
"Mijn vader vroeg of ik alles
had. Ik zei ja. Pakte mijn tas
waarin tien boterhammen, een
flesje chocomel, twee repen
witte chocolade, een kaart uit
het mapje 'King kaartjes van
Nederland' (provincie Gelder
land) zaten en liep met mijn va
der over het tuinpad naar de
straat".
Dat er nogal wat boterham
men in dit boek voorkomen, zal
me een zorg zijn. Maar dat toon-
(foto GPD)
tje...Kees de Jongen in Wasse
naar. Alleen de zwembadpas
ontbreekt nog bij wijze van
spreken. En ik maar denken
dat we na de tirade van Jeroen
Brouwers verlost waren van de
jongetjes.
WIM BRANDS
Hans Warren
Geheim Dagboek, deel vijf
Uitgeverij Bert Bakker
Boudewijn Büch
De kleine blonde dood
Uitgeverij De Arbeiderspers
Je gezicht
is je eigen weerbericht
als je in de spiegel kijkt
kun je je eigen bui zien hangen
Dit is een vers uit de bundel 'Ik
heb wel eens een bui' van Jan 't
Lam. Hij verwoordt daarin ge
dachten, ervaringen en, inder
daad, buien van kinderen. Hij
doet dat op een heel directe ma
nier zodat je je al lezend sterk
aangesproken voelt. Bij elk
vers leverde Doortje Hannig
forse illustraties, die vaak hef»l
raak getroffen zijn. Een goede
bundel, die geschikt is als over
gang naar het lezen van wat in
gewikkelder poezie.
Gilgamesj
Illustratie bij 'Je eigen wi
bericht' uit de bundel 'Ik i
wel eens een bui'.
Het verhaal van de Sumeri-
sche koning Gilgamesj en zijn
vriend Enkidu is ongeveer 5000
jaar oud. Na eerst van vader op
zoon te zijn doorverteld, werd
de geschiedenis van beide
vrienden op een gegeven mo
ment in kleitabletten gegrift en
is zo bewaard gebleven.
Het wordt door auteur Hans
Hagen voor jongeren vanaf 11
jaar op een heel verdienstelijke
manier naverteld in het boek
'Koning Gilgamesj'. Trouwens
ook voor volwassenen is het
verhaal van Gilgamesj' speur
tocht naar het eeuwioge leven
interessant. Tom Eyzenbach
zorgde voor fraaie illustraties.
Het is prettig dat aan de vorm
geving van het boek (omslag,
afsluiting elk hoofdstuk) extra
zorg is besteed.
Achterin het boek - heel at
tent - een kaart met het gebeid
waar de kleitabletten met het
Gilgamesj-epos zijn gevonden,
een verklarende woordenlijst
en andere aanvullende infor
matie.
Wol-komplot
'Het wol-komplot' is een his
torische jeugdroman van de
Engelse schrijfster Cynthia
Harnett en speelt zich af rond
1500. We maken kennis met Ni
cholas Fetterlock, zoon van een
welvarend wolhandelaar. Hij is
door zijn ouders voorbestemd
om te trouwen met de 11-jarige
Cecily, de dochter van een la
kenkoopman. Een uitgekiende
verbintenis: van wol wordt im
mers laken gemaakt. De ken
nismaking tussen de verloof
den valt beiden mee: Cecily
blijkt geen stijve juffer maar
een bijdehante meid.
Dat laatste komt goed uit,
want Nicholas heeft haar hulp
hard nodig. Hij vermoedt dat
zijn vader zich heeft laten op
lichten door een aantal onbe
trouwbare Italiaanse bankiers.
Gaandeweg krijgt de jongen
daarvoor bewijzen in handen,
maar zijn vader wil niet naar
hem luisteren. Samen met Ce
cily moet Nicholas de goede
naam van zijn vader als hande
laar zien te redden.
Aan het boek is af te lezen dat
Cynthia Harnett een mateloze
belangstelling voor geschiede
nis heeft. Ze heeft zich tot in de
kleinste details verdiept in de
tijd waarover ze schrijft. Het
dagelijks leven van de mensen,
hun huizen, gebruiken, kle
ding, voedsel enzovoorts. Al
deze kennis verwerkt zij in haar
verhaal. Heel interessant, maar
soms ook irritant. De overvloed
aan details en informatie haalt
de vaart uit het verhaal en heeft
vaak niets met de handeling te
maken.
Bovendien is lang niet altijd
duidelijk wat de schrijfster be
doelt met sommige woorden of
gebruiken die ze noemt. Nade
re uitleg in de tekst of in de
vorm van een tekening of ver
klarende woordenlijst ont
breekt. Een duidelijk gemis.
Harnett is geen geboren ver
telster zoals Rosemary Sutcliff
of Mary Stewart. Daarvoor is
haar taalgebruik te stijf en
plechtstatig. Haar grootste ver
dienste is dat zij voor jongeren
vanaf 11 jaar een boeiend ver
haal heeft geschreven, dat je
ondanks alle vermoeidende zij
paadjes graag blijft lezen. De il
lustraties zijn door de schrijf
ster zelf getekend.
Ik heb wel eens een bui, Jan 't
Lam, uitg. Leopold, f 19,90.
Koning Gilgamesj, Hans Ha
gen, ill. Tom Eyzenbach, uitg.
Van Goor, f 19,50.
Het wol-komplot, Cynthia
Harnett, vert. Joanna Harris,
uitg. Christofoor, f 23,50.
MARGOT KLOMPMAKER
Er zijn weer enkele Nederland
se thrillers van de persen geko
men. Waaronder een nieuwe
Janwillem van de Wetering, die
voor de elfde maal het eigenzin
nige politieduo Grijpstra-De
Gier aan het werk zet.
'Zaak IJsbreker'
Ik heb ergens gelezen dat
Van de Wetering de enige Ne
derlandse thrillerauteur is die
van het schrijven goed kan le
ven. Adjudant Gnjpstra en bri
gadier De Gier hebben het ken
nelijk goed gedaan, mede dank
zij de extra bekendheid die zij
via de films hebben meegekre
gen.
In april beginnen de opna
men voor de verfilming van
Van de Weterings tiende 'De ra
telrat', waar ik overigens niet
verrukt van was. Te veel quasi-
vrolijk gebabbel van de in
Friesland pionierende politie
mannen. Maar er zat zeker vol
doende actie in voor een sappi
ge film.
'De zaak IJsbreker' bevalt
mij beter. Het verhaal heeft
niets te maken met de Elfste
dentocht, maar alles met een
dode bankier die toevallig IJs
breker heet. Niet al te betrouw
bare politiehoofden willen de
zaak afsluiten, maar gelukkig is
er een wat oudere, maar ver
rukkelijk eigenwijze commis
saris-zonder-naam die Grijp-
stra's en De Giers aanwijzigin-
gen volgt. Moord is een zaak
voor de moordbrigade.
Vooral de persoon van die
vergrijsde, gehandicapte, maar
taaie en hardnekkige commis
saris maakt het boek zo sterk.
Als hij zich eenmaal heeft vast
gebeten in de misdadige wan
verhoudingen in familie en
werk weigert hij los te laten,
hoe hard er ook aan hem wordt
getrokken. Grijpstra en De
Gier hebben slechts kleurrijke
bijrollen in dit ondanks de
moorden toch menselijke ver
haal.
'Monster van Eem-
nes'
Ik ben trouwens nog een aar
dig iemand tegengekomen in
een Nederlandse thriller: Jac
kie Klarenbeek. Echt een leuke
meid. Net 21 en aantrekkelijk
om te zien. Internationaal pop
ster, met een heel eigen kijk op
het leven. Eigenzinnig genoeg
om de wet naar haar hand te
willen zetten.
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL BV
.1 Haarlemmerstraat 117
totaal Leiden - tel. 120421
algemene- en
assortimentsboekhandel
full-time
beste/afdeling
levertijd
vanaf 2 dagen
Dat zelfstandige heeft ze niet
van haar ouders meegekregen,
maar van Peter van Loon, die
haar de belangrijkste plaats gaf
in zijn tweede thriller. Na zijn
debuut met 'Dood eenvoudig'.
Het boek heet 'Het monster
van Eemnes'. Hij laat daarin
zijn Jackie voor heel wat ver
rassingen zorgen. Het begint
niet erg opbeurend als zij op
een verlaten dijk in Eemnes in
haar auto wordt verkracht en
van haar handtas beroofd. De
doortastende zangeres laat
daarna de politie maar aan
modderen en begint haar eigen
speurtocht.
Ze weet dat de politie het ver
keerde 'monster van Eemnes'
arresteert, maar het komt goed
in haar kraam te pas. Des te be
ter kan ze de val camoufleren,
die ze voor haar overvaller in
petto heeft. Bepaald niet vol
gens de letter of geest van de
wet, maar het is best wel leuk
om te lezen.
'Motel om te mijden'
Walraven laat voor de derde
maal de privédetective Charlie
Allard optreden. Wellicht her
innert men zich de figuur: de
man die op nagenoeg elke pagi
na wel een keer vertelt hoe in
telligent en doortastend hij wel
is. In het begin is die overdrij
ving wel grappig, op den duur
irriterend.
Natuurlijk duikt die man in
het motel, dat volgens de titel
beter kan worden gemeden. Hij
moet wel, zijn enige klant heeft
hem gevraagd zijn verdwenen
vrouw op te sporen. En die zit
nu net dóér. Niet toevallig, ze is
midden in een ingewikkeld ter
roristencomplot terechtgeko-
Moord, corruptie, prostitutie,
drugs, men komt het allemaal
tegen. Meer zal ik maar niet
vertellen om er voor de lezer
nog een beetje spanning in te
houden.
KOOS POST
'De zaak IJsbreker' door Janwil
lem van de Wetering (Bruna
-ƒ 22,90), 'Het monster van Eemnes'
door Peter van Loon (Thieme -
19,50) en 'Motel om te mijden'
door Walraven (Loeb - 16,50).
Kennelijk ter gelegenheid van
het vijfjarig bestaan van de hai
ku-kring Nederland is er bij uit
geverij Meulenhoff voor de be
lachelijk lage prijs van 19,50
een forse bloemlezing Japans
gedicht verschenen. Deze be
vat meer dan 500 vertalingen
van korte Japanse gedichten,
waarin met een minimum aan
woorden een maximum aan
zeggingskracht wordt bereikt.
De vertalingen zijn afkomstig
uit drie bundels die Meulenhoff
eerder uitgaf: Tanka - Het lied
van Japan; Haiku - Een jonge
maan; Senryu - De watcrwil-
gen. Ze werden verzorgd door
mevrouw Van Tooren, een au
toriteit op het gebied van het
korte Japanse gedicht.
Tanka's zijn vijfregelige let
tergreepverzen (5-7-5-7-7).
waarin een diep gevoel wordt
uitgedrukt. Een voorbeeld:
Sneller dan de hagel
vluchtiger dan een veertje,
voelde ik heel vaag
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL
LEIDEN LEIDERDORP
OEGSTGEEST - KATWIJK
VOORSCHOTEN
Alle op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons dlrekt lever
baar, óf vla onze TERMINAL te
bestellen en dan binnen drie da
gen verkrijgbaar.
hoe een lichte droefheid
zacht
over mijn hart voorbijging.
Dit gedicht komt uit onze
eeuw; de meeste tanka's in de
bloemlezing dateren uit de
Middeleeuwen. De meeste ai-
ku's (een drieregelig letter
greepvers: 5-7-5) zijn van de
achttiende eeuw. Een haiku is
een zeer zintuigelijk natuurge
dicht met een overwegend ob
jectieve, neutrale aandacht
voor het natuurgebeuren. Maar
omdat haiku's zijn ingedeeld
naar de seizoenen, speelt op de
achtergrond de gedachte aan
vergankelijkheid sterk mee.
Een voorbeeld wederom:
De schaar naderde
de witte chrysant - en bleef
even aarzelen.
De senryu heeft dezelfde
vorm als de haiku maar is meer
op de dagelijkse activiteiten
van de mens gericht. Veel sen-
ryu's zijn afkomstig uit het volk
en dientengevolge anoniem en
humoristisch. Een voorbeeld:
Zo zacht is de bruid,
zelfs de schobnmoeder krijgt
haar
tanden er niet in.
In Nederland en België be
staan bloeiende haiku-vereni
gingen waarvan de leden de
kunst ook actief beoefenen.
Eén zo'n beoefenaar is beel
dend kunstenaar Kees Buur
man. Bij Nijgh en Van Ditmar
publiceerde hij Zonder een ein
der, zesenvijftig haiku's en sen-
ryu's 24,90). Zo dichtte hij:
Schaduwen werpend
over beschreven zerken,
bloeit de kastaqje
De meeste van zijn haiku's
missen echter een metafysisch
aspect en beperken zich tot ver
woording van het geziene bin
nen het lettergrepenschema 5-
7-5.
CHRISTIAAN VISSER