Wat te doen als je man porno koopt?
N
Grimmige gedichten over dood en verderf
BO
Italo Svevo en de
invloed van Freud
DE
KEER
Na negentien jaar tweede bundel van Neeltje Maria Min
TondvliGt
Militante vrouwen en politieke weifelaars
EK
Jubileumnummer Tirade
WOENSDAG 9 OKTOBER 1985
PAGINA 21
Voor lezers van Hollands Maand
blad zal het debuut van Vonne
van der Meer, 'Het limonadege-
voel andere verhalen', niet uit
de lucht komen vallen. Ze publi
ceert immers met een zekere re
gelmaat in dit literaire tijdschrift.
Vijf van de zeven verhalen uit
haar debuut hebben dan ook in
Hollands Maandblad gestaan.
Vervelend moet die tweede
ontmoeting niet zijn, want de
meeste verhalen van Vonne van
der Meer zijn het waard om te
herlezen. We hebben hier dus te
maken met een mooi debuut, om
maar gelijk met de deur in huis
te vallen. Al lezende kom je tot
het besef dat er zorgvuldig is na
gedacht over stijl en compositie
van de verhalen.
In alle verhalen is een vrouw
de hoofdpersoon. Door haar
ogen wordt de wereld bekeken.
Hoe wel... wereld is een te vage
aanduiding, aangezien Vonne
van der Meer telkens een con
creet onderwerp behandelt.
In 'Afscheid van Phoebe' is dat
bijvoorbeeld de miskraam; in
'Rook', het tweede verhaal,
wordt de hoofdpersoon, die
evenals Van der Meer regisseuse
is, door een vrouw achtervolgt
die denkt dat de hoofdpersoon
het op haar voorzien heeft; en in
het titelverhaal ontdekt een
vrouw dat haar man/vriend in
het geniep pornoblaadjes leest,
bekijkt.
In 'Het limonadegevoel' is Van
der Meer trouwens op haar best.
Wat betekent het voor een vrouw
als ze ontdekt dat haar man zich
vergaapt aan vrouwen van pa
pier - dat weet ze te beschrijven
zonder in radicaal feministische
onzin te vervallen, zonder dus
die man al te hebben veroor
deeld nog voordat er ook maar
over het onderwerp is nage
dacht.
"Bekeek hij, bedacht ik plotse
ling, die foto's ook, voordat hij
zijn hand naar mij uitstrekte?
Strekte hij die hand helemaal
niet naar mij, maar naar iemand
anders uit? Wie was eigenlijk het
substituut, de papieren vrouw of
ik?"
Het eindigt ermee dat de
vrouw haar erotische fantasie
vertelt. Zijn zak vol porno wordt
vergeleken met hgar fantasie.
Grappig die overeenkomsten,
zegt hij. En zij,-aan het einde van
het verhaal: "Soms denk ik dat
ik nooit zal wennen aan het beeld
van twee plastic zakken, bunge
lend ieder aan zijn eigen verwar-
mingsknop".
Nogmaals: een mooi debuut,
zij het dat ik één bezwaar heb:
het is jammer dat het verhaal
'Rook' met ?o'n sisser afloopt.
Zoals gezegd gaat dat verhaal
over een vrouw die een regisseu
se achtervolgt omdat die toneel
maakster het op haar voorzien
zou hebben. Niets is haar teveel:
ze belt diep in de nacht op en
gooit ruiten in.
Aan het einde van het verhaal
heeft de hoofdpersoon in het ca
fé een gesprek met een Rus. Nee,
verhuizen wil ze niet. "En los
daarvan', zei ik heldhaftig, 'ik
kan me toch niet laten wegpes
ten?' 'Nee?' zei de Rus en hij
glimlachte breed. 'Nou ja, zolang
je er nog van geniet".
Dit is een sisser; op dit mo
ment had er op z'n minst êen
baksteen door de ruit moeten
vliegen.
Ouderwets
Van de Duitse schrijver Mi
chael Krüger zijn in het laatste
nummer van Avenue een aantal
gedichten opgenomen. Als dich
ter is hij in zijn vaderland tame
lijk bekend. Of hij het als pro
zaïst ook is, weet ik niet. Hoewel
het me niet zou verbazen, want
die ene novelle van Krüger heeft
indruk op mij gemaakt.
'Wat te doen? Een ouderwets
verhaal' verscheen onlangs in
Nederlandse vertaling. Het is een
novelle over een intellectueel die
de grootste moeite heeft om
overeind te blijven in het leven.
Telkens weer lijkt hij onderuit
te gaan, maar gelukkig: als het
touw al bungelend lokt, gaat er -
"als in een ouderwets verhaal" -
een deur open die toegang ver
schaft tot het volgende hoofd
stuk waarin de hoofdpersoon
weer kan doorgaan met zijn
voornaamste handeling: als een
door man muis verlaten schip
over de oceaan zwalken.
Het knappe van 'Wat te doen?'
is dat Krüger die tragiek in een
humoristische contekst weet te
plaatsen. Ondanks alle ellende
bleef ik lachen, maar dat kan na
tuurlijk ook aan mij liggen.
En dan is er zijn stijl. Compact
proza, dat volzin en sneltrein
vaart weet te verenigen, merkt
de uitgever terecht op. Voor een
voorbeeld nemen we plaats in de
trein: "Hoewel ik bij het vertrek
natuurlijk een lege coupé had
opgezocht en er op de stations
die we aandeden nauwelijks ie
mand te zien was geweest, werd
mijn deur voortdurend openge
rukt, werden koffers naar binnen
geschoven en weer naar buiten
gezeuld, werden tassen op mijn
knieën gezet, sloegen natte jas
sen in mijn gezicht en trapten
vreemde voeten op de mijne,
werd er, kortom, zo gehandeld
alsof het reizen in een Duitse
trein op een donderdag in okto
ber in het begin van de jaren
tachtig een puur genoegen was".
WIM BRANDS
Het limonadegevoel andere ver
halen. Auteur: Vonne van der Meer.
Uitgeverij: De Bezige Bij
In 1966 werd de toen 22-jarige
Neeltje Maria Min zeer bekend
door haar dichtbundel 'Voor wie
ik liefheb wil ik heten'. Er wer
den in totaal 80.000 exemplaren
van verkocht, waarvan 40.000 in
het eerste jaar. Dat is zeer veel
voor één enkele dichtbundel. De
gemakkelijke toegankelijkheid
van het taalgebruik en het feit
dat de gedichten gingen over
normale menselijke relaties en
over de doorsneegevoelens van
een adolescent waren ongetwij
feld noodzakelijke voorwaarden
voor het grote succes. Een groot
scheepse publiciteitscampagne
en andere niet-literaire omstan
digheden gaven echter vermoe
delijk de doorslag. Blijkens een
interview met Adriaan van Dis
op de VPRO-tv heeft Neeltje Ma
ria Min daarna jarenlang geen
behoefte meer gevoeld om ge
dichten te schrijven. Dat wijst op
een trotse persoonlijkheid: ken
nelijk heeft ze lak aan de gunst
van het publiek en de koestering
De gedichten in 'Voor wie ik lief
heb wil ik heten' waren verbon
den met relaties en gevoelens die
bijna iedereen na de puberteit
heeft of heeft gehad: de relatie
tot de vader, tot de moeder, tot
de minnaar, tot het kind dat ze
was. De gevoelens zijn bekend
en hebben de sfeer van de ge
dichtjes in Candlelight, het ra
dioprogramma van Veronica's
Jan van Veen: angst en pijn, lief
desverdriet en eenzaamheid,
woede en verlangen. Al zijn de
gedichten van Min wel beter. In
'Voor wie ik liefheb wil ik heten',
speelde de dood nog maar een
terloopse rol, al waren er regels
als: "miin dood/ begon al in jouw
schoot". In feite was dit debuut
geschreven vanuit het perspec
tief van een jonge vrouw die de
geborgenheid van het ouderlijk
huis met geweld van zich heeft
afgeschud om haar eigen weg te
zoeken.
Na negentien jaar is nu de twee
de bundel van Neeltje Maria Min
verschenen: Een vrouw bezoe
ken. Op grond van de inhoud zal
deze titel in de eerste plaats moe
ten worden opgevat in de trant
van 'de beproevingen van een
vrouw'. Een deel van de gedich
ten is geschreven vanuit het per
spectief van een oudere levensfa
se: de hoofdfiguur is een volwas
sen vrouw met een zoon, die ove
rigens soms lijkt samen te vallen
met een minnaar. Er gebeuren
veel meer wonderlijke dingen in
deze bundel. De dood speelt een
overheersende, vaak pesterige,
rol. De drie afdelingen hebben
geen titel, maar men zou ze ge
makkelijk kunnen verzinnen,
bv: I De dodelijke minnaar; II
Boosaardige sprookjes van dood
en verderf; III De (re) constructie
Als men kennis heeft genomen
van alle gedichten, blijkt hoe ri
dicuul de vraag naar autobiogra
fische achtergrond is. Bij de eer
ste bundel dook de vraag naar de
autobiografie herhaaldelijk op;
daar was ze misschien ook niet
onredelijk. Hier is ze dom. In de
vaak sadomasochistische fanta
sieën waaruit deze gedichten be
staan, is de vrouw meestal
slachtoffer, soms beul. Geboorte
en dood, levend maken en dood
maken zijn in twee opzichten
met elkaar verbonden. Aan de
ene kant begint met de geboorte
het sterven al, een gedachte die
in de eerste bundel ook voor
kwam. Aan de andere kant staan
mensen elkaar steeds naar het le
ven, is de dood van de één een
noodzakelijke levensbehoefte
voor de ander, een wel heel toe
gespitste uitwerking van het ge
zegde de één zijn dood is de an
der zijn brood. Het is, hoop ik,
duidelijk dat Neeltje Maria Min
in deze tweede bundel heel ande
re akkoorden aanslaat dan in de
eerste.
Het zijn in hoofdzaak twee, op el
kaar lijkende, akkoorden: een
kille wrede zonder veel diepte,
maar met een parodistisch tikje;
en een pijnlijke, zonder voorbe
houd ernstige, met een zweem
van ondoorgrondelijkheid. De
tweede en grootste afdeling van
de bundel is samengesteld uit ge
dichten van de eerste soort. De
verwantschap met sprookjes en
griezelfilms is nogal voor de
hand liggend. De meest onmoge
lijke gebeurtenissen komen aan
de orde: een kind verandert in
een muis, een halfbroertje wordt
gekookt en opgegeten, iemand
sterft en staat er zelf bij te kijken,
een ander staat elke nacht op uit
de dood om te dpden als een
soort Dracula.
Het is bijzonder spijtig dat deze
tweede afdeling ook enkele ge
dichten van de tweede soort be
vat; daardoor wordt de eenheid
van toon geweld aangedaan.
'Middag. De kamer suist' bv.
slaat dezelfde tonen aan als de
gedichten in de afdelingen 1 en 2.
Ook in die afdelingen is het 'sur
realistische', het 'onwerkelijke'
opvallend. Maar ze zijn niet kil,
medeleven krijgt een kans, ze
hebben meer kanten en zijn
daarom intrigerender. De ge-
Neeltje Maria Min
dichten in deze bundel zijn overi
gens allemaal wel vakbekwaam
gemaakt, maar juist sommige
van de tweede soort stijgen bo-
Gcrhard Jaeger)
ven het vakbekwame uit.
CHRISTIAAN VISSER.
Neeltje Maria Min. Een vrouw be
zoeken. Bert Bakker, 14,90.
ADVERTENTIE
MiKHMDElBV
H Haarlemmerstraat 117
j Leiden-tel. 120421
algemene- en
assortimentsboekhandel
full-time
bestelafdeling
levertijd
vanaf 2 dagen
'De hartstocht van Molly T.' is ondanks het
uitdagende plaatje op de omslag geen ero
tisch boek, al heeft auteur Lawrence Sanders
dat aspect allerminst verwaarloosd.
Het originele verhaal speelt zich af in de
toekomst. Over enkele jaren is een aantal
vrouwen het beu in een ondergeschikte posi
tie te verkeren. Ze weigeren te aanvaarden
dat aanranders, verkrachters, kinderlokkers
en meer van dergelijke figuren er met lichte
straffen af komen. Ze nemen het recht in ei
gen hand. Er ontstaat een para-militaire orga
nisatie, geleid door twee zussen, de één fel en
strijdbaar, de ander rustig en organisatorisch
sterk.
Tegenover dit vrouwelijk geweld plaatst
Sanders de figuur van een Amerikaanse se
nator, die niet goed weet welke richting hij
politiek moet inslaan: de vrouwenactie steu
nen of bestrijden. Juist dit politieke aspect
maakt dat Sanders' boek verder reikt dan het
vaak eenzijdige avontuurlijke genre. Het
geeft de jungle aan, waardoor een Ameri
kaanse politicus zich veelal een weg moet
kappen. Hij of zij moet zich in allerlei onna
tuurlijke bochten wringen om een beetje ge
loofwaardig te lijken.
Naarmate in Sanders' verhaal die vrouwen
beweging aan overtuigingskracht verliest
wordt het politieke spel boeiender, zodat het
alles bij elkaar toch een evenwichtige roman
blijft. Vol verrassende en verfrissende wen
dingen.
'De hartstocht van Molly T.' door Lawrehce
Sanders. Luitingli, prijs 24,90.
Berkely Mather is een geboren verteller,
die zijn lezers graag meesleept naar de uit
hoeken van de wereld. Hij heeft ze via zijn
boeken al op vele plekken gebracht, maar
zijn voorkeur gaat toch uit naar het Verre
Oosten, waar hijzelf zovele jaren van zijn mi
litaire loopbaan heeft doorgebracht voor hij
met het schrijven van avonturenromans be
gon.
Nu plaatst hij ons in 'Noodlot in Nan-Ling'
terug in de geschiedenis. Naar 1941 om pre
cies te zijn. Naar het jaar, dat de Japanners
Hongkong bezetten. Een van de overleven
den van de bezetting is een blanke zaken
man, die met moeite aan het Japanse geweld
kan ontkomen. Hij vlucht, maar het kost hem
heel wat hachelijke momenten voor hij zijn
vrijheid heeft verzekerd. En op die tocht
komt hij niet alleen tegenstanders tegen,
maar ook mannen en vrouwen van wie hij
niet weet óf zij al of niet naast hem staan.
Laat ik geen poging doen de vlucht te be
schrijven, dat doet Berkely Mather zelf heel
begaafd. En hij levert zo een stuk leuke ont
spanning af.
'Noodlot in Nan-Ling' door Berkely Mather. El
sevier, prijs 17,90.
'Een dode man kun je dus een schop geven zonder dat hij boos
wordt". Volwassenen zullen zo'n 'oneerbiedige' opmerking niet
snel over hun lippen krijgen. Het is niet zozeer verwondering die
hen bevangt bij het zien van een dode als wel droefheid.
Voor het zevenjarige jongetje 'Umbertino', een van de persona
ges uit Italo Svevo's gelijknamige novelle, ligt dat anders. Als hij
met het ontzielde lichaam van zijn vader is geconfronteerd, is bo
venstaande uitspraak zijn laconieke commentaar.
Die jeugdige onbevangenheid - het is wat Umbertino's grootva
der, de ik-figuur in dit boek, zo in zijn klienzoon aantrekt. Hij
vindt het heerlijk om met de jongen uit wandelen te gaan, of
schoon hij nu niet bepaald een kindervriend genoemd kan wor
den. "Zijn onervaren voeten zorgen ervoor dat hij mijn stappen
niet te langzaam vindt en ik pas bij hem door mijn zwakke lon
gen".
De moeder van Umbertino is al vroeg weduwe geworden. Ze is
ontroostbaar. Ze laat haar tranen rijkelijk vloeien, zoals het hoort
in een Italiaans boek. Als ze via Umbertino te weten komt, dat
Bigioni, de boezemvriend van haar man, van plan is haar ten hu
welijk te vragen, barst ze in een verontwaardigd snikken uit. De
grootvader heeft daar zo zijn eigen gedachten over. Hij vindt Bi
gioni een respectabel heerschap en zeker geen slechte partij voor
zijn dochter.
Dit eenvoudige verhaal, doorschoten met bespiegelingen over
liefde, huwelijk, erfelijkheid, ouderdom en jeugd, vormt de hoofd
moot van de novelle.
In Umbertino is goed te merken dat Svevo nogal wat invloed
heeft ondervonden van Freud. Er wordt lustig op los gepsycholo
giseerd in dit boekje. Soms is dat heel vermakelijk, af en toe, als de
speculaties worden gepresenteerd* als waarheden, waaraan niet
valt te tornen, wordt het irritant. Zo schrijft Svevo ergens: "....wan
neer iemand de mogelijkheid om zelf lief te hebben is ontnomen,
wordt hij door een onweerstaanbaar instinct gedwongen het via
iemand anders te doen".
Dit soort beweringen slaat nergens op. Voor hetzelfde geld kun
je stellen: "...wanneer iemand de mogelijkheid om zelf lief te heb
ben is ontnomen, wordt hij door een onweerstaanbaar instinct
gedwongen zulks ook een ander te beletten".
Ook staat er pagina 17 een hinderlijke compositiefout. Plotse
ling blijkt de ik-figuur, de grootvader dus, in staat om in het hoofd
van zijn kleinzoon te kijken. Svevo, alias de grootvader, schrijft:
"En Umbertino dacht: Als het nog eens gebeurt laat het paard zich
misschien niet pakkenWaarom plotseling een alwetende ver
teller?
Svevo is in dit boekje niet over de gehele linie op zijn best, maar
er blijft toch nog heel wat te genieten over, vooral als zijn bijtende
cynisme om de hoek komt kijken. Ergens, als de ontroostbare
weduwe bezoek ontvangt van ene Clara, bij wie ze haar hart kan
uitstorten, schrijft Svevo: "....Augusta verzekerde me dat als ze in
gezelschap van Clara was, Antonia aanmerkelijk minder huilde. Ik
begrijp het: je neemt je voor een bepaalde hoevelheid tranen te
vergieten en met je tweeën lukt je dat vlugger".
Al je zoiets leest kun je alleen maar hopen dat het Verzamelde
Werk van Svevo er nog een keer kom.
CEES VAN HOORE
Italo Svevo, Umbertino, vertaald door Frédérique van der Velde, uitgeve
rij Goossens, ƒ15,-.
Het veertigjarig jubileum van uitgeverij Van Oorschot is, ondanks
hardnekkig de ronde doende geruchten over de zuinigheid van de
oprichter, groots aangepakt. Het feestpakket: de imposante 'Ge
schiedenis van de Russische Literatuur' van Karei van het Reve;
de bundel,'Gedichten', een keuze uit eigen werk door Elisabeth
Eybers, F. Harmsen van Beek, Judith Herzberg, Hanny Michaelis,
Annie M.G. Schmidt en M. Vasalis; 'Voor het verdwijnt en daarna',
een bundel met nieuwe gedichten van Rutger Kopland; 'Liefdes
tredmolen', nieuwe dierenverhalen van A. Koolhaas en - last but
not least - een bijbeldik nummer van het literaire tijdschrift Tira
de, het 300ste alweer.
Na het openingsgedicht van Rutger Kopland waarin een bezoek
aan Van Oorschot wordt beschreven, staat een artikel van Ad
Fransen. Zeer nauwgezet beschrijft hij de geschiedenis van het
het literaire tijdschrift De Parasol.
Ook Jeroen Brouwers is na een tijd van zwijgen weer van de
partij met een fragment uit zijn nieuwe roman 'De Zondvloed'. En
polemiek?, zult u vragen, wordt dat nog geschreven? Ja hoor. Een
van de artikelen is van de hand van Herman Verhaar. In 'Keizer
Brakman en zijn kleermakers' krijgt de auteur er flink van langs.
Verhaar verwijt Brakman dat hij het werk van Kafka schaamte
loos heeft misbruikt. Hij noemt hem een'schrijver die zich te goed
doet aan de volheid van een andere schrijver. Uit angst natuurlijk
om in leven te blijven'. De laatste twee zinnen van dit artikel: "Hij
kan het ook niet helpen. Maar moet dat worden toegejuicht?"
Dat misschien niet, maar deze uitgave in ieder geval wel.
Tirade 300, uitgeverij Van Oorschot, prijs ƒ15,-
Jeroen Brouwers
De literatuur kan men zien als
een ingewikkeld stelsel van pres
tiges en reputaties, van degrada
ties en promoties, van aanzien
genieten en uit de gratie zijn. In
de rangorde staan de schrijvers
van ontspanningsromans heel
laag aangeschreven en makers
van de eeuwen trotserende
dichtwerken heel hoog.
Wat verleent het werk van een
auteur prestige? Waardoor wordt
een literair werk groots? Met in
drukwekkende verkoopcijfers
en zelfs met lovende kritieken
heeft het niet zoveel te maken.
Wél met de mate waarin een au
teur een eigen kosmos heeft we
ten te bouwen en het aantal ni
veaus waarop zich zijn tekst laat
lezen.
De hoogste plaatsen op de lite
raire ladder worden bezet door
die werken waar lezers na eeu
wen nog niet op uitgekeken zijn.
Er is maar zeer weinig van die li
teratuur waarbij je de strengste
maatstaven kunt aanleggen. Als
bespreker van alledaags literair
werk kun je je eisen dan ook zel
den tot dat allerhoogste op
schroeven. Bij het beoordelen
van de meeste boeken kun je niet
meer zeggen dan dat ze in hun
soort al dan niet geslaagd zijn,
niet meer vaststellen dan dat de
auteur zijn bedoelingen al dan
niet waarmaakt.
De nieuwe roman van Hubert
Lampo, 'De eerste sneeuw van
het jaar', zich voornamelijk af
spelend tijdens de Tweede We
reldoorlog, is in zijn soort een ge
slaagd werk. Om een indruk van
het soort te geven waartoe dit
boek behoort zou je kunnen zeg
gen dat het zeer geschikt is voor
lezers die Jan Terlouws 'Oorlogs
winter' zijn ontgroeid, maar nog
net niet toe zijn aan 'Het stenen
bruidsbed' van Harry Mulisch.
Lezers uit deze categorie zul
len de roman stellig eenvoudig
en ontroerend vinden. Anderen
die hun eisen hoger stellen dan
de ambities van de schrijver rei
ken zullen het boek wellicht als
clichématig en sentimenteel be
stempelen.
Lampo's belangrijkste talent is
dat hij een echte verteller is en
vertellers genieten op het ogen
blik niet veel i
Zijn nieuwe roman voert ons
weer zijn vertrouwde wereld bin
nen met de stad Antwerpen als
decor, een onmogelijke liefde als
onderwerp en wat magisch-rea-
listische trekjes.
Op een decembermorgen in de
jaren tachtig krijgt de hoofdfi
guur, Hans Verstraten, panne
met zijn autó. In het dorpje waar
hij móet wachten tot zijn auto is
gerepareerd ontmoet hij een ou
de vriend van het gymnasium.
Die ontmoeting betekent voor
Verstraten een confrontatie met
'De belangrijkste gebeurtenis'
uit zijn jeugd. Dé schoolvriend is
van plan de begrafenis te bezoe
ken van een lerares Grieks, Jo-
lande Verlinden door de leerlin
gen van de bijnaam Mata Hari
voorzien. Verstraten besluit mee
te gaan naar de uitvaart van de
vrouw die voor hem veel meer
dan een lerares is geweest, maar
die hij geheel uit het oog had ver
loren.
Wat heeft zich tussen hen afge
speeld? Daarvoor voert de vertel
ler ons terug naar 1943 en 1944.
Verstraten en zijn makkers zijn
leerlingen van een gymnasium.
Op een kwade dag echter wordt
hem een oproep bezorgd van het
Arbeitsambt - hij zal in Duits
land moeten gaan werken.
Een bereidwillige leraar ver
wijst hem naar mevrouw Verlin
den, de zeer aantrekkelijke vrij
jonge lerares Grieks. De lerares
is bereid hem verder te helpen.
Zij heeft daarvoor de contacten,
naar al snel blijkt doordat ze met
een SS militair is getrouwd hoe
wel haar eigen sympathieën be
paald niet aan nazizijde liggen.
Onder meer door haar inspan
ningen kan Verstraten thuis blij
ven. De contacten met de mooie
lerares hebben inmiddels zijn
hart danig op hol doen slaan, de
ontmoetingen worden voortge
zet. In de eerste liefdesnacht die
Hans en de zeventien jaar oudere
Jolande beleven vertelt zij hem
over haar grote problemen; dat
ze joods bloed heeft, dat ze gaat
scheiden van haar man. De ver
houding wordt steeds inniger -
een volmaakte idylle met gruwe
lijke gebeurtenissen op de ach
tergrond.
Vlak voor de bevrijding komt
onverwacht haar echtgenoot te
rug en die bevrijding brengt zo
geen geluk. Het laatste wat Hans
van zijn geliefde zag was hoe ze
kaalgeknipt, de kleren aan flar
den gescheurd, het gezicht vol
teervlekken door een opgehitste
menigte werd weggevoerd.
Dat was veertig jaar geleden.
Nu is het de -dag dat Verstratens
zoon hem zijn aanstaande vrouw
zal voorstellen. Ook haar moeder
komt mee - wonder boven won
der blijkt dat Krisje te zijn, de
dochter van Jolande.
Zo komt het allemaal toch nog
goed. Een geforceerde happy
end van dit verhaal dat Lampo
met vakmanschap maar ook heel
breedsprakig vertelt. Een zin als
deze: "Onmiskenbaar stijlvol le
vende mensen, hadden mijn ou
ders het in die tijd niet breed,
zonder echt aan de vergulde ar
moede toe te zijn" is kenmer
kend voor zijn hoogst omslachti
ge schrijfstijl. Maar breedspra
kigheid is veel vertellers aange
boren.
dat Lampo's boek in het soort ge
slaagd is en vele lezers uren zal
bezighouden. Wie hogere eisen
stelt aan literatuur kan echter bij
deze auteur niet terecht. Zijn
werk laat zich slechts op één ni
veau lezen en clat betekent on
vermijdelijk dat je met hem op
dé onderste treden van de literai
re ladder belandt.
HANS WARREN
Daarom kan
volhouden
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL
LEIDEN LEIDERDORP
OEGSTGEEST -KATWIJK
VOORSCHOTEN
Alle op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons dlrekt lever
baar, óf vla onze TERMINAL te
bestellen en dan binnen drié da-
gen verkrijgbaar.