'Je gaat door een hel'
De aasgieren strijken
neer in Mexico-Stad
ZATERDAG 28 SEPTEMBER 1985
PAGINA 27
Ruim een week na de eerste aard
schokken verkeren nog vele honder
den Nederlanders gespannen in af
wachting van het lot van familieleden
of vrienden in Mexico. Bij het ministe
rie van buitenlandse zaken in Den
Haag stond de telefoon direct na de
eerste journaaluitzending
roodgloeiend. Inmiddels is het wat
minder druk, maar een woordvoerder
meldt dat er niettemin nog dagelijks
enkele honderden telefoontjes worden
afgewikkeld.
In Mexico, zo weet het ministerie,
wonen ongeveer duizend Nederlan
ders, veelal in Mexico-Stad. Daarnaast
verblijft een onbekend aantal landge
noten korte tijd in het land voor vakan
tie of tijdelijk werk. Vooral de eerste
dagen na de ramp was de spanning
voor hun familieleden groot. Telefoon
verbindingen waren verbroken. Jour
nalisten die hun bevindingen aan de
thuisbasis wilden doorgeven trokken
per vliegtuig of bus naar het Ameri
kaanse Houston, om daar met Neder
land contact te zoeken.
De zorg aan het thuisfront nam na de
berichten over nieuwe aardschokken
alleen maar toe, terwijl verlossende te
lefoontjes uitbleven. Veel Nederlan
ders in Mexico meldden zich spontaan
bij de ambassade en lieten hun naam
achter in de hoop dat hun levensteken
Nederland zou bereiken. Anderen ech
ter beseften niet dat'hun familie in ban
ge afwachting verkeerde, omdat het
rampgebied beperkt van omvang is en
het grootste deel van Mexico-Stad ge
spaard bleef.
Het maakte de angst er in vele Ne
derlandse huiskamers niet minder om.
Vandaar de oproep van de Nederland
se Wereldomroep aan landgenoten ook
door Ton van Brussel
buiten het rampgebied, om zich bij de
ambassade te melden of zelf recht
streeks contact met thuis zoeken.
Eén van de velen die sinds donder
dag de slaap 's nachts niet kon vatten is
de Leidse mevrouw Teeuw. Haar 23-ja-
rige dochter vertrok ruim twee maan
den geleden met een reisgenoot naar
Midden-Amerika. Ze zou in Nicaragua
een maand helpen bij de bouw van een
school en daarna twee maanden vakan
tie in Mexico houden.
"Ze is nog nooit zo lang weg geweest,
dus het idee stond me toch al niet zo
aan. Vooral voor de reis naar Nicaragua
hield ik mijn hart vast. Het is toch een
land in oorlog en als moeder voel je je
natuurlijk niet prettig als je dochter
thuiskomt met de mededeling dat ze
juist daarheen wil. Toen ik een paar
weken geleden een telefoontje van
haar kreeg dat ze in Mexico was gearri
veerd, was dat een pak van mijn hart.
Ik dacht: nu kan er niets meer gebeu
ren".
Voor mevrouw Teeuw was de schrik
donderdagavond dan ook extra groot.
"We zaten in de kamer, de televisie
stond zachtjes aan en opeens hoorde ik
praten over een aardschok in Mexico.
Ik wist niet hoe ik het had. Ik heb toen
het ANP gebeld om te horen of er wat
meer bekend was en die zeiden alleen
maar dat deskundigen nog meer
schokken hadden voorspeld. Bij bui
tenlandse zaken wisten ze ook nog
niets, maar ze beloofden me wel terug
te bellen. Uiteindelijk ben ik zelf blij
ven bellen, want het laat je natuurlijk
geen moment los".
"Geen nieuws is goed nieuws, zeg
gen ze altijd, maar dat gaat in dit geval
niet op. Met zoveel mensen onder het
puin en zoveel vermisten is er maar één
ding dat je gerust kan stellen en dat is
die stem door de telefoon, of desnoods
de zekerheid van de ambassade dat ze
daar geweest is. Vier dagen heeft het
geduurd. Vier nachten nauwelijks ge
slapen. Je gaat door een hel".
Het verlossende woord kwam voor
mevrouw Teeuw van de moeder van
haar dochters reisgenoot. "Die belde
me en zei dat haar zoon uit Mexico had
getelêfoneerd. Alles was goed met ze.
Sinds ik dat weet leef ik in een soort
roes. Je bent natuurlijk.enorm blij, al
moet ik zeggen dat ik dagelijks besef
dat honderden Nederlanders nog
steeds in onzekerheid leven".
"Bij zo'n ramp doet het er natuurlijk
niet toe of een slachtoffer Mexicaan of
Nederlander is. Het is voor iedereen
even erg. Maar die onzekerheid, dat
niet weten, dat breekt je op. Volgens
mij wordt dat in Nederland op zo'n mo
ment te weinig beseft. Je leest nergens
over Hollanders daar. Den Haag zegt
dan dat er geen meldingen zijn van Ne
derlandse slachtoffers, maar er liggen
nog zoveel mensen onder het puin. Er
zijn zoveel vermisten en bovendien
hebben ze maar tien procent van de do
den kunnen identificeren".
Mevrouw Teeuw is gerustgesteld, al
geeft ze toe dat het voor haar pas echt
voorbij is als ze haar dochter in levende
lijve ziet. Over het moment van terug
keer tast ze nu nog in het duister. "Er is
maar kort contact geweest. Misschien
komt ze dit weekeinde al, misschien
pas volgende week".
Het leven in Mexico-Stad begint
weer zijn normale vormen te krij
gen. Alhoewel, normaal? Sommige
mensen klagen erover dat er func
tionarissen zijn die flinke sommen
geld eisen voordat ze bereid zijn om
stoffelijke overschotten aan familie
leden te overhandigen. Het smeer
geld zou zo'n honderd gulden per
stoffelijk overschot bedragen. „Aas
gieren", zo luidde de vette kop bo
ven een artikel in een sensatiekran-
tje.
Het ministerie van handel heeft de Me
xicanen opgeroepen om winkeliers aan
te geven die bepaalde produkten achter
de hand houden, bijvoorbeeld batterij
en, wc-papier, rijst of bonen. Het gaat
om speculanten die verwachten dat de
prijzen spoedig zullen stijgen. Ook zijn
er gevallen bekend van winkeliers die
voor eieren of melk plotseling de helft
meer vragen dan de officieel vastgestel
de prijs. In een immense Derde Wereld-
metropool als Mexico-Stad zijn dat soort
zaken eigenlijk een gebeuren van alle
dag. Maar op dit moment krijgen deze
praktijken een nogal wrede, bizarre bij
smaak.
Grillen
Miljoenen inwoners van de Mexicaan
se hoofdstad, die normaal gesproken ge
wend zijn aan stromend water in huis,
beginnen inmiddels de grillen te onder
vinden van de bestuurders van de tank
wagens die drinkwater moeten versprei
den. Sommige wijkbewoners klagen er
over dat ze honderd gulden moeten be
talen voordat de waterwagen naar hun
wijk wil komen. Vaak krijgt men dan
niet eens echt drinkwater, maar water
dat de chauffeur in een min of meer hel
der stroompje in de heuvels aan de rand
van de stad heeft ingeladen. Het leven
begint dus weer normaal te worden.
Honderdduizenden bewoners naast de
vuilnishopen in de arme buitenwijken
van Mexico-Stad zijn hun hele leven van
de waterwagens afhankelijk.
In een zijstraatje van de Paseo de la
Reforma, de brede hoofdstraat van het
Mexico-Stad, leggen bouwvakkers de
laatste hand aan een gebouw van vijf
verdiepingen hoog. De aardschokken
hebben in de in aanbouw zijnde con
structie een paar gaten en scheuren ach
tergelaten. De gaten zijn nu haastig
dichtgemetseld, het cement is verste
vigd met brokjes puin. Op het moment
dat ik erlangs loop zijn de bouwvakkers
bezig de muren te bedekken met sier-
pleister. De scheuren zullen niet eens
een speciale behandeling krijgen.
Ik roep één van de bouwvakkers. „De
opzichter zei ons gisteren dat we het zo
moesten doen. Eén van onze maten pro
testeerde en kreeg onmiddellijk de zak.
Wat wil je dat we doen? We hebben alle
maal een familie te onderhouden en
werk vinden is al moeilijk genoeg". In
opdracht van wie wordt hier gebouwd?,
vraag ik. „Dat kan ik u niet vertellen",
antwoordt de bouwvakker. In zijn ogen
zie ik plotseling argwaan, angst.
Vijf minuutjes...
„Ik nam nog vijf minuutjes terwijl
mijn vrouw onder de douche stapte.
Plotseling hoorde ik mijn vrouw
schreeuwen dat ik moest opstaan, dat
het aan het beven was. Ik probeerde
haar gerust te stellen. Deze gebouwen
overleven alles, zo zei ik. Ze zijn hydrau
lisch gevee...".
Het relaas is van de advocaat Gerardo
Maciel, één van de weinige overleven
den van de Nuevo Leon in Tlatelolco,
een in de buurt van het centrum gelegen
soort Bijlmermeer van Mexico-Stad.
Zijn geruststellende uitleg werd bruusk
onderbroken door het gekraak van de
'solide' muren. De ramen braken en de
kozijnen verloren hun rechthoekige
vorm. De boekenkast en het dressoir
klapten met een woedende smak tegen
de vloer. Het beton leek te veranderen in
kauwgom.
„Na een paar seconden wist ik de
angst, die me verlamd had, uit te spu
gen". Machiel pakte zijn zoontje op en
rende met zijn vrouw naar de huiska
mer. „Achterom kijkend zag ik de stoffi
ge hemel; de muren van de gang en de
slaapkamer waren verdwenen. Ons bed,
nog bijna volkomen genegeerd. „Men
heeft toegezegd dat de huizen zullen
worden onderzocht. Maar daar hebben
we niks aan", zo verkondigt een zekere
Maria de mening van alle omstanders.
„We slapen nu al vijf dagen onder de blo
te hemel en we hebben geluk gehad dat
het tot nu toe amper heeft geregend".
Rampenzone
Het aantal mensen dat door de aardbe
ving op de een of andere manier onheil
is toegebracht wordt door sommige
waarnemers al geschat op 350.000. Het
Speculerende winkeliers, smeergeld voor de overdracht van stoffelijke overschotten,
haastig dichtgemetselde scheuren in nog overeind staande flatgebouwen, kortom, de
troosteloze rampenzone in Mexico-Stad lijkt niets bespaard te blijven. Onze
correspondent Rob Sprenkels inventariseerde het weer op gang komende leven van
alledag na de ramp van vorige week. Aansluitend het relaas van een Leidse moeder,
die vier dagen in onzekerheid verkeerde over het lot van haar in het rampgebied
verblijvende dochter. Zij is een van de vele honderden Nederlanders die het
ministerie van buitenlandse zaken dagelijks met verontruste telefoontjes bestoken.
dodencijfer blijft stijgen en zal wellicht
dichtbij de tienduizend komen. Maar
wat zijn 350.000 mensen op een totale
stadsbevolking van meer dan 18 mil
joen? Achttien miljoen mensen die moe
ten eten en drinken.
Employees van de ingestorte banken
zijn bang dat ze hun werk zullen verlie
zen. Ambtenaren die hun kantoor heb
ben zien verdwijnen vrezen dat ze zullen
worden weggesaneerd. Telefonisten
hebben reeds hun vakbond in staat van
alarm gebracht om te voorkomen dat ze
worden vervangen door moderne appa
ratuur. Van de Nederlandse kolonie,
zo'n zeshonderd mensen, zijn er alleen
berichten van twee families die hun huis
hebben moeten ontruimen.
De verwoesting springt extra in het
oog omdat ze in het centrum van de Me-,
xicaanse hoofdstad is gesitueerd. Be
trekkelijk moderne hoogbouw is geheel!
of gedeeltelijk in puin opgegaan, terwijl
verwaarloosd ogende constructies van
honderd jaar en ouder nog overeind
staan. In totaal beslaat de rampenzone
meer dan tien vierkante kilometer, maar
dat is nog geen tiende deel van het gehe
le oppervlak van Mexico-Stad.
Honderden winkels zjjn vernietigd of
gesloten, *maar tienduizenden andere
functioneren alsof er niets gebeurd is.
Voor het overgrote deel van de bewo
ners van Mexico-Stad is het leven daar
om alweer net als vóór de aardbeving.
Een beetje angst is er natuurlijk wel. Bij
na elk jaar is er wel een lichte beving te
voelen.
Oppassen geblazen
In het centrum blijft het voorlopig op
passen geblazen. Op elk moment kan er
iets naar beneden vallen. Om maar een
voorbeeld te noemen: in een zijstraat
van de belangrijke verkeersader Insur-
gentes is een blok afgezet voor het ver
keer. Maar iedereen kan er zo in lopen.
Een flatgebouw van veertien verdie
pingen is geheel uit zijn voegen gerukt,
het staat niet meer op zijn fundamenten
maar leunt volledig tegen het flatge
bouw ernaast. De enige waarschuwing is
een velletje wit papier dat naast de voor
deur is geplakt: „Uitkijken, gevaar van
instorting", zo staat erop in rode leters.
Een straat verder bevindt een modern
flatgebouw zich in feite nog in perfecte
staat, ware het niet dat het zo'n 15 gra
den naar de straatzijde overhelt. Een
klein schokje is genoeg, zo bleek dins
dag. Twee gebouwen verloren hun laat
ste steunpunten en zeventien voorbij
gangers werden onder het puin bedol
ven.
Afgelopen zondag waren er duizenden
mensen in de Basilica de Guadelupe, de
kerk die is opgericht voor de Heilige
Maagd Maria die zich een paar jaar na de
Spaanse verovering vertoonde voor de
ogen van een Indiaanse boerenjongen.
Honderden personen kwamen de Maagd
Maria, ook wel de moeder van het Mexi
caanse vaderland genoemd, om hulp
vragen bij het zoeken naar vermiste fa
milieleden. Ook waren er veel mensen
die de Maagd kwamen bedanken voor
het feit dat zij tijdens de ramp gespaard
waren gebleven.
Grotere dingen
Priester Gabriel Rodriguez draagt de
mis op. „Met de aardbeving zegt God
ons dat dit vaderland niet ons vaderland
is", zo beweert hij, „denk niet datje land
eeuwig is. Het enige vaderland dat nooit
zal beëindigen is het hiernamaals. Laten
we deze waarheid begrijpen, het is de
enige, want er valt geen haar van mijn
hoofd als het niet de wil van God is".
De mis loopt ten einde. „Maar God
geeft ons grotere dingen, ook al willen
we die niet zien", zo vervolgt de priester,
„we zijn nu nog meer kinderen van God
geworden en we zouden stom en on
dankbaar zijn als we dit niet zouden be
grijpen".
Het leven in Mexico-Stad begint weer
normale vormen te krijgen. Hoewel, het
zal nooit meer zo zijn als het is geweest.
Miquel de la Madrid, de Mexicaanse pre
sident, heeft aangekondigd dat het jaren
zal duren voordat Mexico de klap te bo
ven zal zijn.
door Rob Sprenkels
Met een doek voor mond en neus probeert een vrouw het lichaam van een
vermiste te identificeren. Grote hoeveelheden ijs zijn over de slachtoffers
gelegd om het ontbindingsproces te vertragen. iroio afpi
rectie veranderd. Maar tegenover de be
woners werd volgehouden dat de pro
blemen waren .verholpen.
Het gebouw bleef verder wegzakken.
In totaal ongeveer 1.20 meter. Voor de
flatbewoners een reden om naar de door
de regering ingestelde ombudsman voor
de consument te stappen. Er werden ta
xateurs gestuurd. Hun oordeel loog er
niet om: op het eerste gezicht geloven
we niet dat dit gebouw kan worden be
woond. Maar Banobras zweeg in alle ta
len.
De aardbevingen deden de rest. Nu
zijn er al 13 van de in totaal 81 flatgebou
wen van Tlatelolco ontruimd voor her
stelwerkzaamheden. Aangekondigd is
dat er op korte termijn nog tien van de
flats, met elk zo'n 150 woningen, moeten
worden geëvacueerd.
De bewoners zijn razend. Ze hebben
een document aan Miguel de la Madrid,
de Mexicaanse president, overhandigd,
waarin ze een grondig onderzoek eisen
dat zou moeten ophelderen wie de ver
antwoordelijken zijn voor al het onheil.
Duizenden van de geëvacueerden wei
geren het terrein van het wooncomplex
te verlaten. Ze proberen de autoriteiten
tevergeefs te overreden om enkele per
soonlijke bezittingen te kunnen gaan
zoeken. Op en in de indrukwekkende
brokstukken van de Nuevo Leon-flat
gaan de reddingswerkzaamheden
koortsachtig voort.
Toch nog gered
De wonderen zijn de wereld nog niet
uit. Dinsdag bij het ochtendgloren, bijna
120 uur nadat de gigant in elkaar don
derde, werden er 26 personen uit het
puin gered. Woordvoerders van de held
haftige brigade verklaarden dat zij tij
dens hun actie nog meer hulproepen
hadden gjehoord.
Handje voor handje zal men proberen
om naderbij te komen. Honderden fami
lieleden van vermisten kregen nieuwe
hoop. Onder hen de wereldberoemde
Spaans-Mexicaanse operazanger Placi-
do Domingo, die in de flat een oom, een
tante en twee neven had wonen.
In de eeuwenoude wijk de TepitOi
heerst nog altijd een enorme verwarring.
In bijna de hele wijk, berucht als het Me
xicaanse walhalla van smokkelwaar,
hebben de gammele en slecht onderhou
den huizen flinke schade opgelopen.
Duizenden bewoners hebben zich uit ei
gen beweging geëvacueerd.
De trottoirs staan vol met matrassen,
tafels, planten, gasstellen en ijskasten.
Hier en daar staat zelfs een vogelkooitje
met een kanariepietje. Vrachtwagens
belemmeren het verkeer. Tientallen in
lompen gehulde kinderen beleven
schreeuwend en spelend de hoogtij van
hun leven. Zij begrijpen niets van de be
zorgdheid van hun ouders.
Wat moeten we doen, zo vraagt ieder
een zich af. Waar moeten we naartoe?
Wie zal ons helpen? Tot het begin van
deze week hadden de Mexicaanse auto
riteiten de ernstige schade die de aard
bevingen in Tepito hadden aangericht
Het begraven van al of niet geïdentificeerde slachtoffers begon deze week in Mexico-Stad massaal op gang te komen. Veelal doen vrijwilligers dit. (foto afp»
de wieg en onze klerenkast gleden af
naar het niets. Onze flat hing half
scheef'.
Maciel trok zijn familie mee het trap
penhuis in. Paniek. Tal van mensen gle
den uit. Anderen werden door de hyste
rie bevangen en wierpen zich als papier
in de wind. „Plotseling brak er een stuk
van de trap af. We hielden elkaar vast,
kwamen hard neer, maar gelukkig verlo
ren we niet ons bewustzijn".
Maciel weet niet hoe hij verder is ge
strompeld. Het enige dat hij zich nog
herinnert is dat hij, op het moment dat
hij eindelijk vaste grond onder de voe
ten had, bedekt was met koude zweet
druppels. Zowel Maciel als zijn vrouw
waren spiernaakt.
Zwijgen
Tlatelolco is een van de voorbeelden
van het 'normale leven' in Mexico-Stad.
Vanaf het eind van de jaren zeventig zijn
er in verschillende van de gigantische
flatgebouwen problemen met de funde
ring. Wat de rampflat Nuevo Leon be
treft kregen de bewoners in 1980 al een
keer het bevel om hun woningen te ont-
Banobras, de bank van de aan de Me
xicaanse regering gelieerde vakbonds
centrale en verantwoordelijk voor de ad
ministratie van Tlatelolco, wilde wat
doen aan de problemen. Na twee maan
den mochten de bewoners weer terug
komen. Niet dat er iets was gebeurd aan
de fundamenten. Banobras was van di-