Steeds meer exotische huisdieren
Een dag zonder krant
is een minister
zonder portefeuille.
Dierenarts moet zich gaan specialiseren
VAKATURES I VAKATURES 1 VAKATURES VAKATURES VAKATURESI VAKATURES I VAKATURES 1 VAKATURES VAKATURES
Schoonderbeek
Elektronica
PROGRAMMEUR M/V
ERVAREN
TYPISTE m/V van ca. 21 jaar
administratief
medewerker m/v
PAGINA 18
ZATERDAG 7 SEPTEMBER 1985
De laatste 25 jaar is de
diergeneeskunde in een
stroomversnelling geraakt.
Verantwoorde boekjes over
ziekten van bijvoorbeeld
konijnen, knaagdieren,
amfibieën of vissen, zijn echter
zeldzaam. Onlangs verscheen
het eerste overzichtswerk,
'Krankheiten der Heimtiere'
over deze diersoorten.
De behoefte aan geneeskundige
hulp voor kleine
gezelschapsdieren is de laatste
jaren enorm gegroeid, want er
worden steeds meer dieren
gehouden. Ons land telt
bijvoorbeeld 25.000
georganiseerde
vogelliefhebbers en nog eens
6000 georganiseerde
parkietenhouders. Er zijn 2600
leden van
terrariumverenigingen en de
bond Aqua-Terra telt 18.000
leden.
In bijgaand verhaal een aantal
uitspraken van één van de
samenstellers van het nieuwe
boek, prof. dr. P. Zwart, en van
de Nijmeegse dierenarts J.M.M.
Cornelissen, die zich als één
van de weinige dierenartsen
heeft gespecialiseerd in
reptielen, amfibieën en
exotische vogels.
De Nijmeegse dierenarts Cornelissen neemt een blauwtong skink onder handen
door Dick Hörst
En toen begon opeens onze witborst
gold amadine onafgebroken te hik
ken en liep bij de blauwtong. skink
een drabbig kwijl uit de bek, wat
duidde op een slijmvliesontsteking.
Wat te doen? Vindt maar eens een
dierenarts, die naast'Izijn opgedane
kennis over honden,''katten en bij
boerderijen rondscharrelend vee en
andere huisdieren, óók nog 'sjoege'
heeft van exoten, zoals reptielen,
amfibieën en tropische vogels. Ze
zijn met een kaarsje te zoeken, want
zó ver gaat hun universitaire studie
niet. Specialismen verkrijgt de
dierenarts uitsluitend door zelfstu
die en hobbyisme, waar bij een
drukke praktijk nauwelijks tijd
voor is.
Nederland zet zich in het algemeen goed
in voor het heil van de dieren. We ken
nen de Dierenbescherming, Kritisch
Faunabeheer, Lekker Dier. Al die groe
peringen doen dat op hun eigen manier.
Maar helaas, voor sommige diersoorten,
de exoten, blijft de gezondheidszorg
nogal achter. De dierenartsen zijn daar
voor niet opgeleid. Vaak weten hun
cliënten méér van hun (vreemde) dieren,
dan de dierenarts zelf.
Aan het opvijzelen van noodzakelijke
kennis wordt nu iets gedaan. Sedert kort
is er een nieuwe 'bijbel' voor de dieren
arts (en de dierenliefhebbers) op de
markt.
Prof. dr. P. Zwart van de vakgroep pa
thologie en hoogleraar aan de faculteit
Diergeneeskunde van de rijksuniversi
teit in Utrecht, stelde samen met dr. K.
Gabrisch een in de Duitse taal geschre
ven handboek over allerlei bijzondere
huisdieren samen. De titel: 'Krankhei
ten der Heimtiere'.
Het begrip 'Heimtiere' omvat al die dierT
soorten die in huis en hof gehouden wor
den, met uitzondering van de zestien
soorten 'klassieke' huisdieren, zoals
schaap, varken, hond, kat, gans, eend,
kanarie. Het boek handelt over de
kwaaltjes en aandoeningen van pape-
gaai-achtigen, zangvogels, sierduiven en
-hoenders, schildpadden, slangen; hage
dissen, kikkers en sierwatervissen.
Vreemde dieren
Ons land is een echt dierenland. De
tijd dat alleen de hond, kat, postduif,
paard, goudvis en boerderijvee tot de
huisdieren werden gerekend, is al lang
voorbij. Het assortiment huisdieren is
vooral na de Tweede Wereldoorlog aan
zienlijk uitgebreid. Vooral door de ont
wikkeling van het toerisme naar (verre)
vreemde landen, milieubewustwording
en meer begrip voor landschap en na
tuur.
Er werden steeds meer 'vreemde' die
ren in huis gehaald. Er kwamen aquaria
met tropische vissen. Na de vuurneon en
de neon-tetra kregen we de goudham-
sterrage. Slimme handelaren dumpten
honderdduizenden roodwangschildpad-
jes in onze vissekommen. De woestijnrat
raakte 'in'. Er ontstond een levendige
belangstelling voor exotische, tropische
vogeltjes, de boa's en pytons kronkelden
door de huiskamers, leguanen schuifel
den hier en daar over de flatgalerij, er
verschenen steeds meer terraria en de
animo voor reptielen en ambifieën nam
toe.
Gelukkig kwam er een BUD-wet (wet
voor de bescherming van Bedreigde Uit
heemse Diersoorten), waardoor het hou
den van bijvoorbeeld bepaalde soorten
reptielen, amfibieën, tropische vogels,
landschildpadden, papegaaien en apen
aan banden werd gelegd. Niettemin,
voor de'liefhebber van 'dieren-zonder-
grote-aaibaarheidsfactor' (vrij naar bio
loog Midas Dekker) blijft er nóg, vol
doende levend materiaal over.
Maar er staat wéér een nieuwe dieren-
wet op stapel: de Wet Gezondheid en
Welzijn Dieren.
Waarom? Zijn we dan zo slecht voor
onze (huis-)dieren?
"Nee", zegt professor Zwart. "In zijn
algemeenheid zijn we in Nederland goed
voor de huisdieren. Daar waar het niet
goed gaat is er sprake van excessen. Dat
we goed voor de dieren zijn, danken we
voor een belangrijk deel aan de diervoe
derindustrie, die een gigantische vlucht-
heeft genomen en veel deugdelijke in
formatie verschaft. We hebben verant
woordelijkheidsgevoel voor onze dieren,
maar helaas schiet onze kennis daarover
vaak tekort".
"Neem nou de amfibieën". Die ont
trekken zich grotendeels aan de waarne
ming van de dierenartsen. Maar daar
voor is de nieuwe wet niet bedoeld. Die
is voornamelijk gegrond op de bio-in-
dustrie met zijn legbatterijen en kistkal
veren. En op de discussie in die bedrijfs
tak over het welzijn van de dieren".
"Het wordt een soort overkoepelende
raamwet, waarin andere dierenwetten,
zoals het honden- en kattenbesluit, de
vogelwet, mollen- en egelwet, zijn ge
combineerd".
De professor komt even terug op 'zijn'
nieuwe boek. "Kijk, er is natuurlijk al
veel gepubliceerd. De dierenartsen kun
nen bijna aiies vinden in losse publika
ties. Maar geen dierenarts komt er toe
om de bibliotheek binnen te lopen, te
studeren en publikaties te verzamelen.
En informatie over ziekten van sierdui
ven en sierpluimvee, zangvogels, je
zoekt het vergeefs in de literatuur. Daar
om hebben we nu alles eens in één boek
samengevat. Voor de exotische huisdie
ren is het boek het enige verzamelwerk.
Wel bestonden er reeds wat specialisti
sche werken".
Rages
Verhalend over de toegénomen be
langstelling voor vreemde huisdieren
herinnert prof. Zwart aan de goudham-
sterrage. "In 1937 kregen we in Neder
land de eerste vijf in gevangenschap le
vende goudhamsters. Een aantal jaren
na de TVeede Wereldoorlog had dat vijf
tal zich al vermenigvuldigd tot een mil
joen. We kregen parkieten in allerlei va
riëteiten, nadat in 1955 de eerste Austra
lische parkieten op wat ruimere schaal
werden geïmporteerd. Er kwamen drie
soorten zebravinken en dwergpapegaai
en in wel vijftig kleurslagen. Voor dè
witborst gold amadines (een tropische
vinkensoort) wordt al gauw duizend gul
den per stel betaald. We hebben ze nu
zelfs al violet en blauw.
Het werd mode nieuwe kleurvariëtei-
ten te kweken. Door de toegenomen lief
hebberij steeg ook de import van fasci
nerende reptielen en amfibieën. Er zoii
een psychologisch onderzoek voor no
dig zijn om na te gaan hoe dat komt.; Er
ontwikkelden zich nieuwe technieken
voor de aquaria: glassnijden, tempera-
tuurbewaking, beslagen ruiten, elektro
nica, klimatologische omstandigheden.
Je moest technisch zijn. Voor de terraria
bleef die kennis aanvankelijk wat ach
ter.
Er kwam een jongere generatie dieren
artsen. Vroeger werden dierenartsen
voornamelijk gerecruteerd uit het plat
teland, maar nu kwamen er veel uit de
steden. Zij brachten andere interesses
mee, verdiepten hun belangstelling en
zagen de noodzaak in om in te spelen op
het houden van dieren die niet uitslui
tend, zoals vee, van economisch nut zijn.
Veterinaire hulp werd een wezenlijk on
derdeel van de dierenliefhebberij.
Dierenbescherming
Daarmee ook de dierenbescherming.
Eigenlijk nog maar vrij recent, want de
dierenbescherming kwam pas in 1938 op
gang. Overigens was 100 jaar eerder, in
1838, in Engeland al de eerste dierenbe
schermingswet van kracht geworden.
Dat was een wet ter bescherming van
ezels. Er werd vreselijk óm gelachen in
die tijd. In het parlement zei men zelfs
spottend: "Als dat zo door gaat, krijgen
we straks zelfs nog een wet voor be
scherming van honden...".
Dierenbescherming was iets onge
hoords in die dagen. Ooit is er een paus
geweest die geen handtekening ter
goedkeuring onder een bepaald dieren
beschermingswetje wilde zetten. Zijn
motief was, dat daardoor dieren rechten
zouden krijgen. En alleen mensen heb
ben rechten. Dieren niet. Maar dat is nu
allemaal gelukkig geen discussiepunt
meer. Positieve ontwikkeling voor het
leven van dieren".
Zijn betoog doortrekkend naar onze
tijd zegt prof. Zwart: "Reptielen zijn nu
geen wegwerpartikel meer. Als vroeger
een reptiel in een terrarium doodging
werd er gewoon een .nieuwe gekocht,
zonder dat men zich afvroeg wat de
doodsoorzaak was en of dit te voorko
men was geweest. Toen het zelf kweken
in opkomst was moest dit wel. Men kon
zich geen ziekten in de terraria permitte-
"Er zijn nu werkgroepen die legio
diersoorten kweken. Zelfs op bestelling.:
Nederland telt nu naar schatting zeker
zo'n 65.000 in gevangenschap levende
reptielen en amfibieën".
"Gelukkig is nu ook de roodwang-
schildpadjesrage voorbij. Ze werden te
groot en vervolgens in opvangcentra,
sloten en vijvers gedumpt. Af en toe
wordt er nog wel eens zo'n schildpad op
gevist. Handelaren lieten soms ooglui
kend toe dat klanten, zogenaamd onge
zien, hun overtollige, te groot geworden
roodwangschildpadden in de aquaria in
de winkel liet plonzen. Ook de apenrage
behoort tot het verledeg".
"Het was ook heel moeilijk die dieren
te houden. Ih gevangenschap raakten ze
sociaal niet aangepast. Af en toe zie je
nog wél eens zo'n kromgegroeide aap
die in zijn jeugd rachitis heeft gehad.
Maar het is gelukkig iets marginaals ge
worden. De zorg om dieren is nu meer
zorg over de bestrijding dan over de be
scherming".
Premies
Praten over de bestrijding van bepaal
de dierensoorten, zoals de muskusrat en
de vos, ontlokt prof. Zwart de opmer
king dat 'helaas slechts enkelingen' in
Den Haag daaroverbeslissen. Er heeft
volgens hem 'chaotische decentralisatie'
plaats.
"De vangsttechnieken worden beke
ken en ook de premies. Een jaar of wat
geleden bracht een vossestaart een pre
mie van vijftig gulden op. Slimme jagers
schoten geen drachtige vóssen. Een
drachtige vos levert slechts één staart -
vijf tientjes - op, maar een heel nest een
veelvoud! Even wachten dus. Kijk, dat
zijn excessen".
Zo werd er ook gerommeld met dè
premies op houtduiven, eksters en ande
re vogels. Als een boer een houtduif
schoot, en de linkervleugel inleverde
voor een premie van twee kwartjes, be
waarde hij de rechtervleugel en de
staart. Die kwamen wel weer in volgen
de jarèn van pas. Op die manier leverde
de houtduif soms driemaal, de premie
op...
Binnen het ministerie van landbouw
en visserij waar men de nieuwe Wet Ge
zondheid en Welzijn Dieren op stapel
heeft staan, circuleren de laatste tijd ge
ruchten als zou worden overwogen het
houden van reptielen en amfibieën ge
heel' te verbieden. Ontheffingen zouden
alleen worden gegeven aan verenigin
gen.
Prof. Zwart daarover: "Een vergun
ningstelsel is niet gewenst. Beter is het^f
de handel van die dieren uitsluitend in f
handen te leggen van vakbekwame
mensen, de kennis bij de liefhebbers op
voeren en voldoende voorlichting geven
aan het publiek. Anders leg je de vrij
heid van mensen aan banden. Je krijgt
dat een soort gildesysteem. Je moet ver
plicht lid zijn van een vereniging. Het
idee van de 'unions', de verplichte vak
bonden".
"Jammer, dat tot nu toe slechts een
verbazend gering aantal academici in
die huidige ontwikkeling meespeelde.
Vroeger deden de dierentuinen alleen
aan vervanging. Niet aan eigen kweek.
Gelukkig is er een kentering. Er is nu
een aantal dierenartsen met een redelij
ke kennis van bijzondere dieren. En des
belangstelling groeit duidelijk. Dat/
merk ik op symposia. Maar het vergt een
grote tijdsinvestering".
"Neem bijvoorbeeld de medicijnen.
Die zijn op bijzondere dieren niet afge
steld. De dierenartsen moeten zelf de do
seringen uitrekenen, ondanks het feit
dat er zo'n tien tot vijftien publikaties
per jaar verschijnen. Dat moet voor de
dierenartsen gemakkelijk in één oogop-5
slag te vinden zijn".
Griezelen
De Nijmeegse dierenarts J.M.M. Cor-<
nelissen is het echter met een aantal uit-
spraken van prof. Zwart bepaald on»2
eens. "Als gewone dierenarts hoefje niet,
van alle dieren verstand te hebben. Dat:
is ondpenlijk. Uit de hele wereld komt er
zo'n enorme variëteit op je af, dat het on-^
mogelijk is, daarover voldoende kennisi
te hebben".
"Die kennis moet groeien. Ik zie al, datj
iemand bij een dierenarts komt met een -
slang. Veel dierenartsen moeten er van
griezelen. Hoe wil zo'n dierenarts zich
dan voor zo'n dier kunnen-inzetten. Daar
zijn gespecialiseerde collega's voor".
"We moeten veel meer toe naar het
verwijzen, in sommige gevallen, naar
collega's die van bepaalde dieren méér
verstand hebben. Dan zal zo'n dieren-
houder het moeten accepteren, dat hij,,
daarvoor soms een heel eind moet reW'
zen. Dat is de consequentie van het hou-F.
den van een bijzonder dier. Als je een*
Rolls Royce rijdt, kun je óók maar bijl
een enkele Rolls-garage terecht".
"Ons land telt bijvoorbeeld hooguit*
tien of vijftien dierenartsen die gespecia-1
liseerd zijn in vogels. Voor reptielen ligt*
het nog ongunstiger. In ons land zijn
minder dan het aantal dierenartsen waar
je met reptielen terecht kunt op de vin->
gers van één hand te tellen. Het pro-5*"
bleèm is, dat veel dierenhouders niét be-'!
reid zijn het verderop te zoeken en daar—,
geld voor te besteden. Want op die ma
nier wordt het houden van bijzondere-
dieren een kostbare zaak. Maar het is1'
wel de enig juiste manier".
"Zelfs voor de hond en de kat heb je al-
specialisten, al bestaat daarvoor nog
geen erkenning. In grote praktijken,
waar zes dierenartsen werken, wordt nu
al gespecialiseerd. De één behandelt
koeien, de ander paarden, nummer drié;
de schapen en een ander 'doet' ween
honden en katten. Dat is een goede zaak;
Voor reptielen en amfibiéën is de nood-,
zaak tot specialisatie nog dringender. Op
die manier leer je als dierenarts ook
nieuwe ziektebeelden herkennen".
Ook over de diervoederindustrie heeft
dierenarts Cornelissen een andere me
ning dan prof. Zwart. De informatie uit
deze hoek laat volgens hem te wensen.
"En aan de gemiddelde dierenwinkel-
zou het verboden moeten worden om"
papegaaien en kaketoes te verkopen"*
aldus dierenarts Cornelissen, die van,
mening is dat het aan de kennis over de»
ze vogels bij de 'gemiddelde' dierenzaak
flink schort. Hij is van oordeel dat ver7j
koop alleen moet worden toegestaan aant
deskundige dierenhandelaren, die een;
cursus op dit vakgebied hebben gevolge^
en gediplomeerd zijn.
De kennis over bijzondere dieren,
wordt naar zijn mening - en in de prak
tijk kan dat volgens hem niet anders -,
slechts verzameld door enkelingen.
Over het verzamelen van die kenni^j
zegt prof. Zwart, dat het in veel gevallen
de praktijkervaring van de dierenlief
hebbers is, waarmee de diergeneeskun
de gebaat is. "En bovendien", aldus
prof. Zwart, "we moeten erkennen, dat
de dierenliefhebbers een grote, waarde
volle bijdrage leveren om het leven van;
met uitsterven bedreigde dieren in ge^
vangenschap in stand te houden...".
is een jonge afdeling van Schoonderbeek Elektro B.V.
en bestaat uit 18 mensen welke zich bezighouden met
het ontwikkelen, produceren en verkopen van videotex
terminals en databanken, computergestuurde zuster-
oproepsystemen en apparatuur voor de kabelkrant.
Voor de ontwikkeling vragen wij op korte termijn een
Taken:
- Het schrijven van programma's in assemblertaal
(6800/6809 en 8048) aan de hand van een systeema
nalyse en een beknopte gebruiksaanwijzing.
- Het implementeren en testen van de programma's in
de systemen.
- Ontwikkelen van hardware.
Vereisten:
- Enkele jaren ervaring in hardware/software ontwikke
ling.
- HTS-niveau.
- Leeftijd 22-30 jaar.
- Kennis van de Engelse taal.
Wij bieden een baan binnen een sterk groeiende af
deling met:
- een aantrekkelijk salaris
- goede ontplooiingskansen
- grote zelfstandigheid
Personen zonder ervaring worden verzocht niet te re
flecteren.
Schriftelijke sollicitaties voorzien van de nodige per
soonsgegevens, kunt u richten aan de heer H.J. Caarls
van Schoonderbeek Elektro B.V., Postbus 216, 2180
AE Hlllegom.
GROOTKEUKEN EN SANITAIR
Ico/Athlbu te Lelden Is als handelsonderneming
sinds 1921 een begrip en toonaangevend als leve
rancier van grootkeuken-apparatuur voor ziekenhui
zen, verpleegtehuizen, bejaardencentra e.d.
In verband met het vertrek v
zoeken wij een
de huidige medewerker
COÖRDINATOR
TECHNISCHE DIENST M/V
Deze zal zelfstandig onder meer de navolgende werk
zaamheden gaan verrichten:
inzetten rayonmonteurs t.b.v. service- en onderhouds
werkzaamheden.
voorbereiden en plannen montagewerkzaamheden
voor projekten
inkopen benodigde onderdelen
administratieve verwerking c.q. begeleiding
Wij verwachten dat u een middelbare technische oplei
ding (elektrotechniek) heeft en goede kontaktuele eigen
schappen;
Verder zou het plezierig zijn als u ervaring in onze bran
che zou hebben.
De juiste kandidaat bieden wij een goed salaris (uiter
aard afhankelijk van leeftijd/opleiding/evt. ervaring) en
zeer goede secundaire arbeidsvoorwaarden.
Uw schriftelijke sollicitatie kunt u richten aan:
B.V. Ico-Athibu,
Postbus 149, 2300 AC Lelden,
t.a.v. dhr. J. Sies, direkteur
VEKEMANSBERK
een middelgrote maatschap van accountants en belas
tingadviseurs zoekt voor haar kantoor te LEIDEN een
in het bezit van HAVO/MEAO-diploma en vanzelfspre
kend een typediploma. Wij stellen het op prijs indien
kandidaten ervaring hebben met tekstverwerkingsappa-
ratuur.
Belangstellenden voor deze funklie kunnen contact op
nemen met de heer D. van den Berg, tel.: 071-146946.
Ons kantoor is gevestigd, Plantage 20-22, 2311 JD Lei
den.
WONEN CV
vraagt voor haar
hoofdkantoor te Voorschoten
op korte temrijn
Wij vragen: - havo, vwo of Meao-diploma
- typediploma
- leeftijd circa 18 jaar
Schriftelijke sollicitaties richten aan:
Hulshoff wonen C.V.
Rouwkooplaan 1 Voorschoten
t.a.v. dhr. A.A. Nagib