zelfstandig worden'
50 T
Cruijff: 'Groep moet
PSV zoekt naar juiste balans
Kraay iets van hulptrainer of zoReker blijft de trainer-coacli
PAGINA 12
SPORT
WOENSDAG 14 AUGUSTUS 1985
AMSTERDAM (GPD) - Johan
Cruijff, die zelf nog altijd weigert
om plaats te nemen in de school
banken van de KNVB in Zeist,
heeft vele anderen met groot en
thousiasme aan het leren gezet:
collega-trainers bij Ajax, spelers en
vele toeschouwers, die geen les
van de voetballoog overslaan. Voor
hen lijkt iedere trainingssessie een
openluchtshow, waarin zij kri
tiekloos genieten van de manier,
waarop de goochelaar zijn trucs
uitlegt. Of hy nu vanaf de kant aan
wijzingen geeft, vanuit stand het
positiespelletje opengooit, of zich
agressief in de strijd mengt, con
stant is er bewondering voor de
man, die tot voor enkele maanden
nog door sommigen in 'De Meer'
werd verguisd.
De 38-jarige Vinkevener is echter
niet zozeer geinteresseerd in de
grote belangstelling, waarvoor me
nige eerste divisieclub tijdens de
competitie zonder meer zou teke
nen, als wel in de opleiding van
zijn discipelen. Daarom roept hij ze
op het veld regelmatig tot de orde.
„Het is een groot voordeel dat ik
zelf meetrain. Dan kan ik tenmin
ste meteen ingrijpen als er iets ver
keerd gaat. Ho, zeg ik dan, hier ge
beurt het. Ik leg uit wat er is misge
gaan en wijs op de eindconclusie,
op het vervolg. Het is mijn taak om
die eerste fout er uit te halen".
Met zijn overzicht, zijn reactie
vermogen en nog altijd de tech
niek, waarmee hij destijds zoveel
sterren van de hemel speelde dat er
aan het nationale voetbalfirma
ment na zijn eerste afscheid vrijwel
geen lichtpunt meer restte, zou hij
zich op de Nederlandse velden nog
steeds gemakkelijk kunnen hand
haven. Toch haakte hij vorig jaar
na één seizoen Feyenoord defini
tief af als aktief voetballer. „Op een
gegeven moment merkje datje erg
veel kracht te kort komt. Dat je
twee drie dagen nodig hebt om
bij te komen. Je voelt dan dat het
over is. Na dat jaar bij Feyenoord
was de pijp leeg. Het is leuk om nu
nog wat mee te spelen bij Ajax,
maar verder is het gewoon over".
Het liefst was de 'aftrainende'
Cruijff daarna enkele jaren in re
traite gegaan. Om die reden, en ook
omdat hij „niet het mes wilde zet
ten in een ploeg jongens, met wie
ik kort daarvoor nog had gevoet
bald", ging hij niet in op een aan
bod van Feyenoord, dat hem graag
als technisch directeur had willen
behouden. Toen Ajax hem dezelf
de positie offreerde ging hij echter,
na de nodige conflictstof uit de
weg te hebben geruimd, overstag
en bleek weer eens hoe onlosmake
lijk hij met de Amsterdamse club
verbonden is. Daarmee maakte hij
voor de derde maal zijn rentree in
'De Meer'. Eerst gebeurde dat als
manager boven Leo Beenhakker.
Daarna, op 6 december 1981, als
speler, en twee maanden geleden
als trainer der trainers, na twee jaar
eerder nog te zijn afgedankt.
„Het verschil met Feyenoord
was dat ik Ajax van haver tot gort
ken. Met zo'n functie is dat erg be
langrijk. Je moet niet alleen weten
hoe het aan de top is geregeld,
maar ook hoe de opbouw in de
jeugd is. Als je een club niet door
en door kent moet je niet aan zo'n
taak beginnen. Juist de basis is zo
belangrijk. Wil je een goede voet
baller worden dan meet de tech
niek goed zijn. Het lijkt overdreven
als ik dat zeg, maar iedere speler
moet tweebenig zijn, goed kunnen
koppen, een goede pass kunnen
geven. Daaraan mankeert tegen
woordig nogal wat, waardoor veel
spelers zich moeten behelpen. De
technische vaardigheid van de
jeugd is de laatste jaren schrikba
rend teruggelopen. En dan kun je
wel praten over allerlei systemen,
als de basisprincipes niet goed zijn
begin je niets. Als de techniek in de
altijd geroemde voetbalschool van
Ajax al te wensen overlaat, hoe
moet het elders in Nederland dan
niet zijn? Bij Ajax heb ik nu gezegd
dat afgezien van het eerste elftal
niet op de eerste plaats naar het re
sultaat moet worden gekeken. Dat
komt vanzelf wel als andere zaken
goed geregeld zijn".
Hoewel hij geen enkel diploma
heeft ondervond hij bij Ajax aan
vankelijk geen enkele tegenwer
king van de Vereniging van Oefen-
meesters Nederland. Pas later wer
den Cruijff en Ajax er aan herin
nerd dat hij in overtreding is door
tegen de regels in „trainingen op
technisch en taktisch gebied te
verzorgen".
Op het veld lijkt hij zijn tegen
spelers ook alleen maar gelijk te
geven. Terwijl Spitz Kohn de kee
pers onder vuur neemt en Ton
Bruins Slot en Cor van der Hart
zich voornamelijk met de reserves
bezighouden is Cruijff de grote tip
gever van de eerste teamspelers.
„Toch ben ik het niet met die kri
tiek eens. Ik bemoei me niet met
de medische afdeling en ook niet
met de conditie van de spelers. Ik
ben geen trainer, zoals de WON
zegt. En wat die cursus betreft, ik
zeg niet dat die niets inhoudt. Er
zitten best bepaalde aspecten aan,
zoals de medische kant, waarvan ik
het nodige kan opsteken, maar ik
voel er gewoon niets voor om ja
renlang dingen aan te horen die ik
allang weet".
Linkermiddenvelder Arnold
Mühren, zelf ook terug van wegge
weest bij Ajax, verbaast zich, zoals
zovelen, ten zeerste over de aanval
van de WON: „Hij werkt hetzelf
de als tien, vijftien jaar geleden. Hij
gaf destijds al aanwijzingen en
doet dat nog steeds. Alleen gebeur
de dat toen op het veld en nu erbui
ten. In mijn ogen is Cruijff erg
goed bezig. Wat hij zegt klopt alle
maal. Hij praat nooit onzin. Inte
gendeel. Hy zegt en doet dingen,
ik bijvoorbeeld Robson,
die ik als manager bij Ipswich heb
meegemaakt, nooit gehoord heb".
Vergeleken met enkele jaren ge
leden is Cruijff overigens wel dege
lijk veranderd. Als speler had hij
bij Ajax in de tweede helft van het
seizoen 1981/82 en in de jaargang
82/83 en vervolgens ook bij Feye
noord de neiging om spelers volle
dig afhankelijk van zich te maken.
Het gevolg was dat hij, toen hij
stopte, een groot vacuüm achter
liet, omdat spelers niet meer ge
wend waren om zelf initiatieven te
„De kwaliteit is er om ook de ko
mende jaren in Nederland aan de
top mee te draaien, maar het gaat
om méér. Ajax zal in Europa weer
moeten gaan meetellen. Dat bereik
je door de spelers bepaalde erva-
„In een paar oefenwedstrijden
had ik de drang om van de bank af
te komen en aanwijzingen te ge
ven. Dat heb ik echter bewust niet
gedaan. Het elftal moet zelfstandig
worden. De jongens moeten zelf
beslissingen kunnen nemen en
niet ik. Op die manier werk je toe
naar volwassenheid. Op de trainin
gen kan ik altijd nog zeggen hoe
het wél had moeten gaan".
ringen te laten opdoen. Wanneer
doe je wat? Daar gaat het om.
Zoiets vergt tijd, maar ik moet zeg
gen dat de groep soms uit eigen be
weging al van taktiek is veranderd.
We zijn dus op de goede weg. In
dat hele proces is praten erg be
langrijk. Niet kankeren, maar me
despelers waarschuwen".
Daarom is het zo opvallend dat
Frank Rijkaard, toch niet een van
de meest spraakzame types, als
aanvoerder is aangewezen. „Daar
heb ik een speciale bedoeling mee,
zoals ik dat met alles heb. Frank
heeft vorig jaar een paar klappen
gehad. Hij kreeg toen erg veel kri
tiek. Door hem de band te geven
wil ik hem laten zien dat ik het
daar nooit mee eens geweest ben.
Dat houdt echter niet automatisch
in dat hy de spelleider wordt. Ik
wil niet alles aan één man ophan
gen. Dan wordt je als elftal veel te
kwetsbaar. Zeker in het systeem
dat wij gaan spelen. Dat is aanval
lend en dat moet dan niet worden
uitgelegd alsof er dan niet meer
verdedigd hoeft te worden. Dat
moet juist wél en dat begint dan bij
de voorhoede. Het elftal moet com
pleter worden, waarbij de spelers
meer van positie moeten wisselen
en constant van elkaar moeten we
ten wat ze doen. Zijn ze daaraan en
aan die zelfstandigheid gewend
dan zal de wisselvalligheid van het
Ajax-elftal verdwijnen".
In tegenstelling tot de vorig sei
zoen ontslagen Aad de Mos voelde
Cruijff er niets voor om een meer
jarige overeenkomst te tekenen,
ook al is hij er zich van bewust dat
Cruijff ("Ik ben geen trainer, zoals de WON zegt") en Gerrie Mühren. "In h« waarschijnlijk meer dan één
mijn ogen is Cruijff erg goed bezig. Wat hij zegt klopt allemaal", aldus de Jaar nodig heeft omzyn idealen by
Volendammer. <fotoGPD> Ajax te verwezenlyken. „De func
tie vay technisch directeur is iets
Cruijff met zijn trainers. "Ajax moet in Europa weer mee gaan tellen".
nieuws. Dat werk kan je alleen
maar doen als je er erg veel plezier
in hebt. Ik weet niet of dat over eni
ge tijd nog het geval is. Daarom wil
ik me niet voor lange tijd binden.
Dat zal ook volgend jaar niet ge
beuren als ik eventueel byteken. Ik
hoef geen zekerheid en ik zal die
ook niet geven".
EINDHOVEN (GPD) - Hans
Kraay heeft zich voor de ontmoe
ting met de landelijke sportpers
keurig in het nette pak gestoken en
oogt dan ook gelijk als manager
van het 'snelle' type. Cruyff bij
Ajax, Kraay bij PSV. De technisch
manager heeft definitief zijn intre
de gedaan. „Wat ik van Cruyff vind
in die functie? Prima, maar verder
interesseert het me niet. Ajax moet
dat maar uitzoeken. Dat is mijn af
deling niet. Voor mij mag Cruijff
zijn gang gaan bij Ajax. Het zou be
lachelijk zijn als dat niet kon".
Volgens Kraay („Ik heb een li
centie van de KNVB gekregen,
maar ik weet niet wat er op staat,
iets van hulptrainer of zo") kan er
niet genoeg duidelijkheid zijn over
de taakverdeling bij PSV. „Jan Re
ker is en blijft de trainer-coach, net
als het vorig seizoen", meldt de
nieuwe technische man van de
Eindhovense club. Formeel is dat
juist, hoewel de structuurwijzi
ging, die PSV heeft doorgevoerd in
feite de degradatie van Jan Reker
betekende. De zaak is netjes afge
handeld in Eindhoven. Reker
mocht blijven als trainer-coach,
met dien verstande dat alle verant
woordelijkheid nu op de schou
ders van Hans Kraay rust, voor wie
een extra trede aan de hiërarchi
sche ladder is gemaakt.
PSV nieuwe stijl. In de catacom
ben van het Philips-stadion (voor
heen PSV-stadion) hoefde er niet
lang over gebrainstormd te wor
den. Aan het einde van het vorig
seizoen bleek, dat PSV niet meer
was dan een dorre bedrijfstak van
het overkoepelende gloeilampen
concern. Hans Kraay werd aange
trokken als technisch manager,
Jan Reker mocht blijven en vervol
gens rammelde de club nog even
met de geldbuidel.
Brylle ging de deur uit, terwijl
Gullit en McDonald (in een latere
fase) werden aangetrokken. Vooral
de transactie rond Ruud Gullit
stuitte op nogal wat kritiek. De fi
nanciële draagkracht van PSV zou
zo groot zijn, dat er voor andere ge
gadigden geen eer meer te behalen
viel. „Onzin", zegt Hans Kraay,
voorstander van het vrije markt
principe. „Als je alle inkomsten en
uitgaven naast elkaar legt, blijkt
dat PSV zo'n 500.000 gulden heeft
geinvesteerd...".
PSV heeft ongetwijfeld aan
sterkte gewonnen, maar het valt
nog te bezien of het verschil tussen
de hoofdprijs en de troostprijzen
met een half miljoen gulden te
overbruggen is. Hans Kraay waagt
hulptrai-
ik weet niet wat er op staat. Iets
Jan Reker instrueert de selectie, Hans Kraay ziet het glimlachend
ner of zo".
zich in ieder geval niet aan bom
bastische uitspraken in die rich
ting. Het wordt opnieuw 'Wie van
de drie'. „En het enige dat ik zeker
weet is, dat PSV bij die drie be
hoort. Het is myn taak zo snel mo
gelijk een topteam te formeren.
Aan het einde van dit seizoen word
ik op de weegschaal gelegd en be
kijkt men of ik geslaagd ben. Ik
weet dat ik bij PSV over kwaliteit
niet te klagen heb, maar de juiste
balans moet nog gevonden wor
den", zegt Kraay met de nodige te
rughoudendheid.
Ondanks de tegenvallende resul
taten ligt het voetbalprodukt in
Eindhoven nog steeds goed in de
markt. Het betaalde voetbal moet
het met steeds minder toeschou
wers doen, maar die ontwikkeling
gaat aan PSV praktisch voorbij.
Commercieel manager Kees
Ploegsma: „We rekenen erop dat
we 10.000 seizoenkaarten verko
pen. Iets minder dan vorig jaar,
maar met een andere prijsopbouw
(lees: duurder) komen we aan de
zelfde inkomsten".
PSV is een van de ploegen voor
wie een hoofdrol is weggelegd als
het op klantenbinding aankomt.
Volgens bondscoach Leo Been
hakker blijft het publiek weg „om
dat het voetbal verrot vervelend is
om naar te kijken". Kraay: „Dan
moet Beenhakker maar thuisblij
ven. Ik heb vorig jaar vaak erg aan-
'Ik heb een licentie, i
trekkelijk voetbal gezien en ik heb
nogal wat wedstrijden bezocht.
Waar Beenhakker mee aan komt
kan hooguit één van de factoren
zijn. Daarom moeten we het voet
bal als spelers en trainers blijven
bewaken".
Kraay noemt het 'goedkoop' om
het dalende toeschouwersaanta
toe te schrijven aan het matige ge
halte van het Nederlandse voetbal
„Zoveel toeschouwers als vroege
krijg je nooit meer in de stadions
Het leefpatroon wijzigt zich er
der heb je tegenwoordig te maken
met veel voetbal op tv en het
dalisme". Om dat laatste te voorko
men wordt in Eindhoven ee:
sloten tv-circuit aangelegd ii
stadion. Bovendien wordt bij elke
wedstrijd een vak vrijgehouden
om de vijandelijke supportersgroe-
pen van elkaar te scheiden.
Naast alle andere factoren blijft
de kwaliteit van het voetbal bepa
lend voor de publieke belangstel
ling. Trainers beseffen dat terdege,
maar blijken als het er op aankomt
toch gewone mensen. De goede
voornemens zijn glashelder, maar
ze vertroebelen als er in de loop
van het seizoen flink in de modder
geroerd wordt. Hans Kraay: „We
kunnen in Zeist wel met z'n allen
beloven aanvallend te voetballen,
maar je kunt moeilijk verwachten
dat Heracles straks in Eindhoven
met de deur open speelt. Dat doen
ze met en daar kan ik ook begrip
voor opbrengen".
Het resultaat staat dus centraal,
ook al moeten daar concessies voor
gedaan worden, die de toeschou
wers met afgryzen vervullen. „Dat
is toch al jaren zo", vervolgt Kraay.
„Dat gebeurt zelfs bij grote clubs.
Zy spelen al jaren risicoloos in Eu
ropees verband en dat is altijd toe
gejuicht zolang het resultaat daar
was. Dat ligt niet alleen aan de spe
lers zelf. Zij krijgen vaak de op
dracht om elk risico te vermijden,
omdat het resultaat voorop staat".
„Natuurlijk is het ons streven om
aanvallend te voetballen. Ajax,
Feyenoord en PSV zijn de clubs
die het publiek iets voor moeten
kunnen schotelen. Maar wat is aan
vallend voetbal? Het is allemaal zo
betrekkelijk. Stuur je een elftal het
veld in met drie of vier spitsen, dan
hoeft dat niet per se te betekenen
datje aanvallend voetbalt. Je blijft
bovendien afhankelijk van ande
ren", aldus Kraay.
Aan de vooravond van zijn 'de
buut' bij PSV realiseert Kraay zich
dat alleen succes de kater van het
afgelopen jaar in Eindhoven kan
wegspoelen. Ook de spelers heb
ben dat in de gaten. Doelman Hans
van Breukelen: „Het publiek heeft
hier alles: goede wedstrijden, een
goed stadion en een goede service,
maar toch wordt het eens tijd dat
we na afloop van het seizoen met
z'n allen naar het stadhuis kunnen.
Natuurlijk doen we weer een gooi
naar de titel, maar ik vind het
krankzinning om PSV als favoriet
te bestempelen. Vorig jaar werden
we ook als kampioen afgeschil
derd, terwijl we niet één wedstrijd
op kop hebben gestaan. Bij Ajax
hebben ze zich rotgelachen".
Van Breukelen: „Tegen Ajax en
Feyenoord pakten we zeven pun
ten, maar we speelden daarnaast
nog dertien keer gelijk. Tegen ver
dedigende ploegen misten we
voorin een bliksemafleider. Die
hebben we nu wel. McDonald
hoeft niet eens te scoren, als hij de
aandacht maar trekt. Ik denk dat
dat onze kracht is in vergelijking
met vorig jaar. Qua voetbal komen
we niets meer tekort".
Hans Kraay andermaal: „Ik ben
nieuwsgierig, benieuwd wat er ko
men gaat. Ik heb al een paar weken
hard werken achter de rug. Ik ben
elke dag op het veld geweest met
Reker. Hij heeft het er moeilijk
mee gehad. Dat kan ik best zeggen.
De nieuwe situatie vereiste aanpas
sing van hem, maar we zijn er nu
uit. De terreinen zijn afgebakend.
De tijd moet nu het antwoord ge-