Warm eten koken op
zes kilometer hoogte
op li butagasstelletje
Van technisch luchtmachtofficier tot luchtmachtpredikant
Reportage
Drie Hollanders varen per ballon over Atlantische Oceaan
Het gesjacher rond
een industrieterrein
VRIJDAG 28 JUNI 1985
PAGINA 17
Op 6 kilometer hoogte op een butagasstelletje in de bui
tenlucht van min 30 graden Celsius een warme maaltijd
klaarmaken, is een van de speciale omstandigheden
waar de drie Transatlantische ballonvaarders van Ca
nada naar Europa mee te maken zullen krijgen. Op zich
is dat nog het minst ingewikkelde, want de drie jaar
voorbereiding om tot de uiteindelijke vlucht te komen
hebben van het "varende trio" heel wat aanpassing en
inventiviteit gevergd.
Uiteraard zijn ze niet onervaren: Evelien Brink, Henk
Brink en Evert Louwman; hebben ze al eerder in een
mandje onder een ballon gezeten of de stuurknuppel
van een vliegtuig gehanteerd. Maar alles wat voor deze
Transatlantische Ballonvaart moest gebeuren, was
daarvóór nog nooit eerder gedaan. Dus gaandeweg
moest voor elk probleem een oplossing gevonden wor
den.
De man die daar het afgelopen
jaar haast continu mee bezig is
geweest is C. H. Bastinck uit
Wijk bij Duurstede. Als grond-
werktuigkundige heeft hij aan
boord van de capsule gezorgd
voor de nodige apparatuur die
voor een zo veilig mogelijke
vlucht moet zorgen. Dat er een
dergelijke hooggekwalificeerde
technicus in de arm genomen is,
komt onder meer door de eis van
de Rijksluchtvaartdienst. Met
name alle communicatiemidde
len, waaronder een aantal dat
niet in West-Europa gebruikt
wordt, moeten op de juiste wijze
geinstalleerd zijn. "Al zijn som
mige toestellen hier niet ge
keurd, de RLD wilde toch mede
werking verlenen als er maar
door een bevoegd iemand ge
werkt werd", zegt Bastinck.
Geruisarm
Gezeten op de kunststofbank
voor de luchtvaartkaarttafel met
daarboven de kast met zo'n 200
knoppen legt hij in een voor een
leek begrijpelijke taal geduldig
uit waar al dat fraais voor dient.
"Helemaal bovenaan zit een nor
male kamerthermostaat die voor
een aangename temperatuur
zorgt. Die is gekoppeld aan een
kachel die rechts van dit paneel
staat; werkt op gas en is heel ge-
door
Siem Leeuwenkamp
Henk en Evelien Brink en Evert Louwman: "Unieke ervaring in je leven".
i het gae loopt
langs de uitlaat van de motor die
voor de stroomvoorziening zorgt.
Op die manier wordt het gas wat
voorverwarmd, want vergeet
niet: het is buiten min 30 graden.
Dan zit links boven een een DME
(distance measure equipment);
die bepaalt via een grondbaken
de snelheid van de ballon.
Rechtsboven zit een UHF-zender
die radiocontact mogelijk maakt
tot 200 mijl".
Met z'n drieën naast elkaar zit
ten er vervolgens op het bedie
ningspaneel de zuurstofrege
laars, die verzegeld zijn geleend
van de luchtmacht. "Op die
hoogte van 20.000 voet heb je
continu zuurstof nodig, ook als je
gaat slapen. Want mocht er in
eens paniek zijn, dan moetje wel
direct klaarwakker zijn. Er is op
die hoogte wel voldoende lucht,
maar het ontbreekt er ten enema-
le aan voldoende zuurstof. Zon
der dat zou je gewoon van je
stokje gaan, vandaar dat de con
trole op de goede werking van de
zuurstoftoevoer via deze vraagaf
hankelijke sturingsapparatuur
gebeurt. Daaronder in het mid
den zitten nog twee blinkers, die
de zuurstóftoevoer nog optisch
weergeven. Een soort visbekje
gaat steeds open als er zuurstof
wordt gevraagd, uit een van de
zes flessen die onder een ruk van
3,5 bar staan".
Zuurstof
De voorraad zuurstof is vol
doende voor vier dagen, dat lijkt
riskant als je weet dat de vlucht
minimaal drie en een halve dag
gaat duren. "Dat valt wel mee",
zegt Bastinck, "want mocht de
reis onverhoopt langer duren
dan die vier dagen, dan kunnen
ze natuurlijk een stuk zakken en
daar kan wel normaal geademd
worden. Vergeet niet dat alles
wel haarfijn is uitgezocht door
een weerkundige in Amerika. Op
de van juli tot september gemid
deld tweemaal per maand voor
komende golfstroom die voor
het slechte weer uitgaat, surfen
ze als het ware naar Europa toe.
Plaatselijk kan het weer natuur
lijk wel veranderen, maar daar
kan over- of omheen gestuurd
worden".
Het langdurig ophebben van
de zuurstofmaskers kan mis
schien wel een probleem gaan
vormen. Dat is niet maximaal op
uithoudingsvermogen getest en
als zo'n ding dusdanig gaat irrite
ren, dat het niet meer uit te hou
den is, dan zullen ze toch moeten
zakken, hoe gunstig de ballon
vaart verder ook verloopt. Nu
heeft de bemanning wel een zwa
re training, zelfs bij vrieskou op
de Noordzee, achter de rug.
Deze zogeheten Luchtmacht
Survival was ook bedoeld om in
noodgevallen, als ze bijvoor
beeld overboord moeten sprin
gen aan parachutes in de kouwe-
rende pakken die ze tijdens de
vlucht steeds aan hebben, in de
bar kille Atlantische Oceaan nog
een kans te creëren om het alle
maal na te vertellen. Verder is er
met de.ballon zelf bijna twee uur
gevaren om te kijken hoe alles
zich een beetje gedraagt. In die
korte tijd is er niet écht ervaring
opgedaan met alle apparatuur
aan boord.
Thuisbasis
"Vandaar dat ik continu be
reikbaar zal zijn voor het drietal
en in een aparte ruimte op de
Luchthaven Schiphol is een
vluchtleidingscentrum ingericht
waar o.a. zeven meteo-specialis-
ten de zaak in de gaten houden.
Mocht er nu met de bediening
van de apparauur iets aan de
hand zijn, dan kan er met de
thuisbasis overleg worden ge
pleegd. Kijk, voor een captain op
een DC-9 die naar de States
vliegt is het eigenlijk routine ge
worden. Deze vlucht is uniek in
al zijn hoedanigheden, er is on
der andere meer communicatie-
en navigatieapparatuur aan
boord dan in zo'n DC-9. Dat kun
je niet in een stoomcursus even
onder de knie krijgen, maar door
het rechtstreekse contact met
Schiphol wordt dat gebrek aan
ervaring goed ondervangen".
Weer terug naar het bedie
ningspaneel, waar links en
rechts van de blinkers voor de
zuurstoftoevoer, een zender/ont
vanger zit in de Hoge Frequentie.
"Die heeft een zo hoog vermo
gen, 35 Ampère liefst, dat er door
Radio Holland in Scheveningen
een aparte voorziening is aange
bracht voor de afscherming. Een
groot stuk koper is daarom in het
kunststof-huis van de capsule
aangebracht, als je daar met je
vingers in de buurt komt terwijl
er wordt uitgezonden, dan slaan
de vonken gewoon over!", zegt
Bastinck.
Het zwarte vierkante meterlje
naast de telefoonhaak van de ma
rifoon is een van de twee laad-
stroommeters. Tussen die twee
in zit nóg een spanningsmeter
die laat zien of er voldoende
wordt bijgeladen door de genera
tor. De generator zelf wordt ge
start door een knop die een elek-
tromotortje aanzet, bij brand kan
de generator door één druk op de
rode alarmknop direct uitge
schakeld worden.
Ontsteking
"Dat gebeurt niet door de toe
voer van het gas af te sluiten,
maar de ontsteking wordt ge
blokkeerd. Anders zou er nog
vijf minuten gas ontbranden dat
zich nog in de generator bevindt.
Overigens zijn alle draden van de
apparatuur van onbrandbaar ma
teriaal en mag er aan boord niet
gerookt worden. Dat zal voor
captain Henk Brink wel wennen
zijn, want die rookt behoorlijk.
Het is hem afgeraden om al eer
der te stoppen voor deze vlucht,
daar zou hij maar zenuwachtig of
geirriteerd door kunnen raken.
Gewoon drie, vier dagen niet ro
ken als hij in de lucht is, zo luidt
het devies".
Wat betreft het vochtigheids
gehalte is het op die hoogte van
20.000 voet nog droger dan in de
Sahara. De meter staat bijna op
nul procent en daarom is het
zaak de relatieve-vochtigheids-
meter in de gaten te houden. Die
moet minimaal 30 procent aange
ven omdat dat het meest werkba
re klimaat is; wordt het vochtig,
dan gewoon even het raam open
en je ziet de naald zakken", zegt
deze in het vak doorknede tech
nicus, die als het spul, in Canada
eenmaal is opgestegen
vliegensvlug naar Nederland af
reist om de begeleiding via de
ether een satellieten waar nodig
ter hand te nemen. Want de drie
ballonvaarders in hun drie mil
joen gulden kostende luchtvaar
tuig worden wel van minuut tot
minuut gevolgd.
"Het mooiste apparaat aan
boord voor de communicatie is
toch wel de richtantenne voor de
satelliet. Ik heb me ook verbaasd
hoe simpel en doeltreffend het
gaat, gewoon draaien van de an
tenne en je hoort het signaal
steeds beter worden. Het komt
uiteindelijk glashelder door, pri
ma spul", zingt Bastinck.
Schotelantenne
De hele ontvangstapparatuur
zit onder de tafel waarop de kaart
ligt van het gebied dat moet wor
den overgestoken. De ESA is een
Amerikaanse vinding waarbij
ook het Nederlandse Estec een
steentje heeft bijgedragen. De
verbinding komt tot stand via
een schotelantenne in New
Foundland voor het gebied tot 30
graden westerlengte, en eentje in
Toulouse voor het deel ten oos
ten van deze lijn. Kortom, ieder
een moet deze Transatlantische
Ballonvaarders continu kunnen
horen of zien, over de radio of op
de radar.
In de garage van het taxibe
drijf Hoek in Driebergen, waar
de capsule al die tijd is gestald,
wordt er tijdens het gesprek nog
druk gewerkt aan de nieuwe
zuurstofvoorziening.
"We wilden eerst vloeibare
zuurstof meenemen in een soort
grote thermosfles. Maar om een
haast absoluut vacuüm te ver
krijgen heb je op de eerste plaats
100 procent lekdichte tanks no
dig en verder duurt het 14 dagen
om dat vacuüm te trekken. Op
het laatste moment kampten we
met minieme lekken en het Duit
se bedrijf kon niet garanderen
dat het verholpen kon worden,
dus moesten we overstappen op
de zware flessen van 70 kilo,
waar maar 10 kilo zuurstof in zit.
Voor deze vlucht betekent dat
zes flessen. Dat scheelt el even
wat aan gewicht, maar goed, dit
werkt ook", zegt Bastinck relati
verend.
Omdat de Rijksluchtvaart
dienst een vinger in de pap heeft,
zijn er aan boord ook nog drie
aparte flessen zuurstof, voldoen
de voor één uur vrij ademhalen,
mocht het andere systeem falen.
De RLD is ook de instantie die
een noodradio verplicht stelt. Dit
baken zendt op een internatio
naal overeengekomen frequentie
van 121.5 meter/243 Mhz uit, zo
dat een ieder die een signaal
hoort op deze frequentie weet
dat er hulp gevraagd wordt.
Barograaf
Om alles officieel te kunnen re
gistreren is er aan boord van de
capsule een barograaf geinstal
leerd. Dit apparaatje wordt bij
het begin van de vlucht door een
commissaris van de FAI (Fédéra-
tion Aviatique Internationale)
voorzien van een blanco schrij-
frol en daarna verzegeld afgeslo
ten. Na afloop kan dan het ver
loop van de reis afgelezen wor
den; ook de diverse hoogtes
staan vermeld op deze papierrol.
"En ze kunnen natuurlijk op
twee manieren in het Guinness
Book of Records terecht ko
men", zegt Bastinck. "Ze kun
nen de grootste afstand over
bruggen in een zo kort mogelijke
of zo lang mogelijke tijd. Ook de
grootste hoogte zou tijdens de
overtocht bereikt kunnen wor
den. En het zou natuurlijk het
mooiste zijn als ze in Nederland
landen, dan moeten ze zo vroeg
mogelijk in juli vertrekken. Want
hoe later ze gaan, des te zuidelij
ker is de trek van de lucht
stroom".
Wie weet landen ze op het im
porteursterrein van Toyota in
Raamsdonksveer. Dan kan Evert
Louwman zo weer achter z'n bu
reau stappen, want de zaken
gaan voor deze jonge durfal, die
directeur van Toyota Nedeland
is, gewoon door. "Maar voor dat
ene unieke in je leven moet er
wel even tijd vrij worden ge
maakt", zegt hij.
Shell en de prijs van Moerdijk
MOERDIJK - In het debat over
kerncentrales en de opslag van
kernafval valt steeds vaker de
naam Moerdijk. Bedoeld wordt
dan het terrein van het Industrie
en Havenschap Moerdijk; de groot
ste zandbak van Brabant. Een paar
honderd hectaren zand met één
echt groot bedrijf, Shell Nederland
Chemie, en een paar kleinere on
dernemingen.
door
Laurerit Heere
Het industrieterrein ontstond
aan het eind van de jaren zestig.
Drijvende krachten er achter wa
ren het ministerie van economi
sche zaken en de provincie Noord-
Brabant. Moerdijk ligt op het
grondgebied van de gemeenten
Klundert en Zevenbergen. Die zijn
deelnemers in het Industrie en Ha
venschap. Net zoals de vlakbij lig
gende gemeente Hooge en Lage
Zwaluwe, Breda en de provincie
Noord-Brabant.
Die drie kleine gemeenten, Klun
dert, Zevenbergen en Hooge en La
ge Zwaluwe, hadden in de jaren
zestig plannen voor een gezamen
lijk, klein (400 ha) industrierrein
aan de Moerdijk. Niet zij hebben
het initiatief genomen om er een
heel groot industrieterrein van te
maken, evenmin als de provin-
Shell
In 1968 bleek Shell Chemie niet
langer uit de voeten te kunnen in
het Rotterdamse havengebied.
Shell zocht een andere lokatie en
ging praten bij Economische Za
ken. Óp de nominatie stonden het
Zeeuwse Sloegebied (te duur) en
de Groninger Eemshaven (te ver
weg) en Antwerpen. Shell wilde
slechts kiezen tussen Antwerpen
(financieel erg aantrekkelijk) en
Moerdijk.
Op 27 maart 1968 werden de bur
gemeesters van de drie gemeenten,
de provincie en enkele ambtenaren
naar het ministerie van economi
sche zaken opgetrommeld.„Het is
wel duidelijk, dat deze vestiging
voor Nederland niet behouden kan
worden, tenzij Moerdijk aantrek
kelijk genoeg kan worden ge
maakt", aldus het verslag van de
bijeenkomst.
Op verzoek van het ministerie
maakte de Rotterdamse haven
dienst een ontwerp van een indus
trieterrein van netto 1.400 ha. Later
werd het 1.200 ha. Rotterdam
maakt ook de begrotingen (Rotter
dam diende voor verleende dien
sten - die overigens niet in de be
groting waren opgenomen een
rekening van ruim 32 miljoen gul
den in).
Tegenvaller
Het Rotterdamse plan rammelde
aan alle kanten. De ene na de ande
re tegenvaller ontstond. De oor
spronkelijk begrote kosten kwa
men uit op 280 miljoen maar moes
ten worden verhoogd tot 420 mil
joen. Om op dat moment uit de
kosten te komen, had de grond
prijs op bijna 40 gulden per vier
kante meter moeten uitkomen.
Maar EZ had Shell de grond aange
boden voor 20 gulden, zodat het
kersverse industrie- en haven
schap al voor het uit de startblok
ken met een tekort van 75 miljoen
gulden zat opgescheept.
Volgens Shell is over de prijs he
lemaal niet onderhandeld. Even
min is er onderhandeld over een
optie die Shell nam op nog eens
250 ha. Ook daarvoor betaalde
Shell, in 1975, 20 gulden. De reële
prijs toen al opgelopen tot ruim
zestig gulden per meter. Die uiterst
voordelige transacties voor Shell
hadden tot gevolg dat de rest van
de grond duurder moest worden,
wilde het schap niet in de rode cy-
fers blijven.
Probleem was echter dat Moer
dijk toen niet meer kon concurre
ren met Rotterdam en andere in
dustrieterreinen. De problemen
werden nog groter toen de econo
mische groei uitbleef en er vrijwel
nergens meer industriegrond werd
verkocht. De voorspelling van EZ
dat Shell andere giganten naar
Moerdijk zou trekken werd niet be
waarheid. Ook de belofte van Shell
dat er voor duizenden mensen
werk zou komen, werd niet inge
lost. Bij alle bedrijven samen
werken ongeveer 1.500 man in
plaats van duizenden.
Klagen
Sinds het begin van de jaren ze
ventig is het Industrie en haven
schap Moerdijk gaan klagen in
Den Haag. Soms met succes. In
1975 kwam er steun. Met honderd
miljoen werden de 'eerste' Shell-
verliezen weggewerkt. Maar toen
resteerde nog een schuld van ze
ventig miljoen. Door rente op rente
liep die schuld op tot 134 miljoen
in 1984. En de leegliggende terrei
nen en weinig gebruikte havens
vergen hoge onderhoudskosten
waardoor de verliezen nu zijn op
gelopen tot ruim 200 miljoen.
Medio '84 besloot Moerdijk
maatregelen te nemen. Daartoe
werd het schap ook wel gedwon
gen want Binnenlandse Zaken
weigerde de begroting goed te keu
ren (vanwege het verlies) en de uit
zichten werden steeds slechter.
Plannen werden gemaakt maar de
conclusie luidde steeds opnieuw:
Moerdijk is geschikt voor een aan
tal bedrijven maar de grond is er
veel te duur. En de organisatie
deugt niet. En het verkoopappa
raat is niet geschikt.
Moerdijk klopte opnieuw aan
voor nieuwe miljoenensteun. Ein
deloos onderhandelen volgde.
Commissaris der koningin Dries
van Agt dreigde in een persoonlij
ke brief aan premier Lubbers zelfs
met aftreden als het rijk niet over
de brug zou komen. Den Haag be
sloot te helpen.
Kernafval
Den Haag wil in principe zo'n
109 miljoen bijdragen maar dan
moeten de deelnemers de rest op
hoesten. Het laatste voorstel tover
de staatssecretaris Van Amels-
voort in opdracht van premier
Lubbers uit zijn hoed. Moerdijk
kan 48 ha verkopen (voor 55 gul
den per meter) en Den Haag wil die
grond dan gebruiken voor opslajg
van kernafval (als minister Winse-
mius het goed vindt) en voor de op
slag van overtollige mest. En on
dertussen probeert Van Agt ook
nog een a twee kerncentrales naair
Moerdijk te krijgen.
De drie kleine deelnemers heb
ben inmiddels ingestemd met de
verkoop van die 48 ha. Binnen is
binnen, luidt zo ongeveer het
standpunt. En wat het Rijk ermee
doet, zien de gemeenten later wel.
Tegen een opslag van kernafval en
een mestbank hebben ze in ieder
geval geen bezwaar geuit. Maar ze
zijn ook niet in de positie om echt
te protesteren.
Brabants duurste zandbak. Straks gevuld met kernafval?
Van buitenkerkelijk officier bij
de luchtmacht tot luchtmachtpre
dikant. Dat is in één zin het ver
haal van Frans Jansen (34) uit
Roosendaal. De Leidse hoogle
raar in de theologie Ter Schegget
bevestigde hem deze week in een
dienst van de Roosendaalse her
vormde gemeente tot luchtmacht
predikant. De eerste standplaats
van dominee Jansen is Schöppin-
gen in Duitsland.
De in Assen geboren Frans
Jansen volgde een opleiding tot
technisch officier aan de militai
re academie in Breda. Eerst
werkte hij op de basis Twente en
daarna in Gilze-Rijen.
"Zo'n tien jaar geleden kwa
men bij mij en mijn vrouw, na de
geboorte van de kinderen, vra
gen op over de zin van het leven.
Mijn vrouw sloot zich in 1975 aan
bij een bijbelstudiegroep". De
ex-luchtmachtofficier die dit ver
telde en die onlangs zijn theolo
gische studie voltooide moest tot
dat ogenblik niets van de kerk
hebben. "Ik had er totaal geen
binding mee, vond het allemaal
nogal zweverig en niet ratio
neel".
Maar Frans ging toch een keer
met zijn vrouw mee naar die bij-
belgroep. En na wat verzet en
aarzeling raakte hij door de bij
bel geboeid. In 1978 besloot hij,
zijn contract met de luchtmacht
niet te verlengen. "Ik gaf een ze
ker bestaan op. Vrienden en ken
nissen verklaarden me voor
gek". Frans ging theologie stude
ren aan de interkerkelijke bijbel-
school by Leuven in België. Om
dat het daar, naar zijn gevoel, wat
té evangelisch was en te veel op
Amerikaanse leest geschoeid,
stapte hij na overleg met enkele
predikanten, onder wie de lucht
machtdominee van Gilze Rijen,
over naar de theologische oplei-,
ding aan de Leidse universiteit.
"Ik moest daar weer helemaal
opnieuw beginnen. Met de voor
opleiding meegerekend ben ik in
vijf jaar afgestudeerd". In zijn
Leidse periode was Jansen een
regelmatig bezoeker van de gere
formeerde kerk in Roosendaal.
Hij was daar ook betrokken bij
allerlei activiteiten. Een stage als
theologisch student bij de her
vormde predikant van Roosen
daal deed hem uiteindelijk be
sluiten, zich met zijn vrouw bij
de Hervormde Kerk aan te slui
ten. Jansen: "Dat houdt verband
met het feit dat deze kerk breed
is samengesteld".
De hoofd-luchtmachtpredi-
kant vroeg hem een paar jaar ge
leden, legerdominee te worden.
"Ik heb toen ja gezegd, hoewel
het niet de vooropgezette bedoe
ling was toen ik aan mijn theolo
gische studie begon. Maar het is
wel logisch, want ik ken de
luchtmacht, en dat is een groot
voordeel".
Jansen vindt de geestelijke
verzorging bij de luchtmacht
aantrekkelijk. "In Duitsland
krijg ik niet alleen te maken met
de luchtmacht, maar ook m*»+
eén kerkelijke gemeenschap die
daar is opgebouwd. Dat maakt
het my mogelijk, de nodige erva
ring op te doen. Het is geen ker
kelijke gemeente in de traditio
nele zin van het woord, maar een
afkomstig uit verschillende ker
ken, die daar samen een eigen
kerkvorm hebben gevonden".
Professor Ter Schegget beves
tigde Frans Jansen in de kerke
lijke gemeente van de garni
zoensplaats Roosendaal: Jansen:
"We vonden het zinvol, de beves-
tigingsdienst in Roosendaal te
houden. Hier is het allemaal be
gonnen. Waar nog bij komt, dat
we hier veel vrienden hebben".
Volgende week begint de nieu
we luchtmachtpredikant met zijn
pastorale werk in Schöppingen.
Hervormde Kerk: toegelaten
tot de evangeliebediening Th.
van Deelen, Veenendaal, en me
vrouw E. Cazemier, Groningen;
beroepbaar J. Mooij Leiden, W.
van Vreeswijk Zoetermeer, H.
Vermeer Ede, P. J. Stam Baren-
drecht, ir. W. Markus Waddinx-
veen en A. B. Elbert Groningen.
Gereformeerde Kerken: be
roepbaar H. Menkveld, Heino
(Ov.), en H. Nagelhout Zwolle.
57 beroepen! De heer A. J.
Gunst (44) te Kapelle (Z.) heeft
uit 57 beroepen het beroep van
de gereformeerde gemeente in
Terneuzen aangenomen. Die is
sinds 1982 vacant. Dat zijn Axel
en Oostburg ook, zodat ds. Gunst
de enige predikant van dit kerk
genootschap (Gereformeerde
Gemeenten) in Zeeuws-Vlaande
ren zal zijn.
Katwijk. De gereformeerden
in Katwijk aan Zee die zondag
morgen naar de Vredeskerk gaan
kunnen hun liedboek thuis laten.
Er wordt dan alleen uit de 'Oude
Berijming' gezongen, maar jeugd
en jongeren kennen die niet en
daarom krijgen de kerkgangers
een stencil met alle teksten.
De kerkeraad algemene zaken
van de Katwykse gereformeerde
kerk verwacht, dat de oudere ge
neratie die incidentele terugkeer
naar de vroegere berijming op
prijs zal stellen. Ds. A. C. Kersten
gaat in de dienst voor.
Bij de paus. De vroegere bis
schop van Den Bosch, mgr.
Bluyssen, is gisteren bij de paus
op bezoek geweest. Hij zit op 't
ogenblik in Rome, en het is ge
bruikelijk dat een bisschop de
paus dat laat weten. De paus kan
hem dan uitnodigen voor een
persoonlijk gesprek.
Over de visite zijn, naar ge
woonte, geen mededelingen ge
daan, maar volgens 'waarne
mers' kan worden aangenomen,
dat de huidige situatie in het
Bossche bisdom niet onbespro
ken is gebleven.
Bezorgd. Uiteen brief van de
Raad van Kerken in Nederland
aan premier Lubbers blijkt, dat
deze raad bezorgd blijft over het
beleid van de regering ten aan
zien van de werkgelegenheid en
de sociale zekerheid.
De raad waardeert het stand
punt van het kabinet dat de over
heid een voortrekkersrol moet
vervullen bij de herverdeling van
het werk, maar vraagt zich tege
lijk af, of dit voornemen wel vol
doende in politieke daden wordt
omgezet. Vooral het tempo van
de arbeidstijdverkorting is bij de
overheid erg laag, vindt de raad.
Hij noemt het zorgwekkend,
dat het vrijwaren van burgers
van gebrek - een van de voor
naamste politieke doeleinden
van na de oorlog - onder druk
staat. Steeds meer mensen doen
een beroep op kerkelijke fond
sen om uit hun financiële proble
men te komen. De Raad van Ker
ken pleit voor een menswaardig
bestaan voor hen die van een mi
nimum-uitkering moeten leven.