'Bewolking? Dat is gewoon pech'
Reportage
'Carrièrevrouw moet
Nederlanders en Britten kijken op La Palma naar de sterren
extra drempels over'
Voorzitters synode niet in comité
PAGINA 12
DINSDAG 25 JUNI 1985
Op het Canarische eiland La Palma zullen op 29 juni koning Juan Carlos en koningin
Sofia van Spanje een groot Europees sterrenkundig observatorium officieel in ge
bruik stellen. Bij de plechtigheid zullen ook koningin Beatrix en prins Claus, konin
gin Margreta van Denemarken, koning Carl Gustav en koningin Silvia van Zweden
en de presidenten Von Weizsacker van West-Duitsland en Hillery van Ierland aan
wezig zijn. De Britse vorstin wordt vertegenwoordigd door de hertog en de hertogin
van Gloucester. Hans van Maanen bracht alvast drie dagen door op de sterrenwacht
middenin de Atlantische Oceaan. Een reisverslag.
Alleen al de reis naar boven, van
de rotsige kust van het Canari
sche eilandje La Palma naar de
top van de Roque de los Mucha-
chos, is de moeite waard. He
melsbreed is de afstand van het
kustplaatsje Santa Cruz naar de
sterrenwacht niet meer dan een
kilometer of twintig, maar via de
weg ruimschoots het dubbele:
we doen anderhalf uur over de
tocht die ons naar ruim 2300 me
ter hoogte, tot boven het wolken
dek voert. Door de vorm van het
eiland en de ligging midden in de
oceaan blijven de wolken meest
al hangen op zo'n vijftienhon
derd meter.
door
Hans van Maanen
De sterrenwacht staat niet echt
op de hoogste top van het eiland
maar nabij een subtop van 2369
meter hoogte, de Topo de la
Fuente Nueva. Die biedt naar het
zuiden uitzicht op de diepe vul
kanische krater die de oorsprong
van het eiland vormt, naar het
noordwesten op een redelijk
glooiende helling. Daar staat, pal
onder de top, de Jacobus Kap-
teyn-telescoop, en een stukje la
ger de grotere Isaac Newton-tele-
scoop.
In de bibliotheek zit een aantal
Britse sterrenkundigen en de
Leidse hoogleraar Harry van der
Laan. Ze bespreken de dagelijk
se gang van zaken. De gemoede
ren vlammen even op als het ge
sprek komt op het monument
dat een Spaanse architect heeft
ontworpen ter gelegenheid van
de officiële opening op 29 juni.
Een zuil van beton en staal, met
drie grote pieken en een ring.
Roy Wallis, mijn begeleider,
meldt dat hij erin is geslaagd het
monument van het observato
riumterrein te weren: het komt
nu aan het begin van de weg naar
boven. Van der Laan reageert:
"Maar het hele ding had weg ge
moeten! Het is een afzichtelijk
geval in de geest van Hitier en
Mussolini, dat hoort helemaal
niet op het eiland, en zeker niet
in verband met onze sterren
wacht".
Voor de rondleiding met Van
der Laan moeten de jassen aan,
want het is niet meer dan een
graad of vijf boven nul. Van der
Laan legt uit dat de atmosfeer
stabiel is en ook vervuiling geen
problemen oplevert voor de
astronomische waarneming. "De
autoriteiten van het eiland, die
wel blij zijn met de sterrenwacht,
hebben zich bovendien akkoord
verklaard de verlichting van het
eiland aan onze wensen aan te
passen: de straatverlichting zal
worden verzorgd door neon bui
zen. Daarvan hebben astrono
men weinig hinder. En de hemel
is hier ook erg donker. Dat klinkt
vreemd, maar het komt gewoon
doordat we ver van het Noorder
licht en het'Zuiderlïcht afzitten.
Al met al komt het erop neer dat
we hier een bijna ideale plek
hebben. Tachtig procent van de
tijd kunnen we goede waarne
mingen doen";
De keuze van La Pilma komt
op rekening van de Britten, die
De telescopen op de Topo de la Fuente Nueva. Op de voorgrond de nieuwe Nederlandse Jacobus Kapteyn-
telescoop, daarachter de Britse Isaac Newton met een spiegeldiameter van 2,5 meter (foto gpd»
een betere plaats zochten voor
hun Isaac Newton-telescoop. De
Nederlanders zijn pas later naar
het Caribische eilandje geko
men. Het Nederlandse aandeel
vormt de Jacobus Kapteyn-te-
lesdcoop, vernoemd naar de gro
te Nederlandse sterrenkundige
uit het begin van deze eeuw. De
telescoop is helemaal nieuw, en
de spiegel ervan heeft een door
snee van een meter. Hij wordt
vooral gebruikt voor het nauw
keurig bepalen van de posities
en de kleuren van sterren, en
voor het opzoeken en bekijken
van interessante radiobronnen
en röntgenbronnen.
Eredivisie
Van der Laan is de grote pro
motor van het project: "Zo'n tien
jaar geleden vroeg ik mij af waar
de Nederlandse sterrenkunde
over dertig jaar zou zijn. Tegen
die tijd zou de radiosterrenwacht
in Westerbork, het paradepaard
je van de Nederlandse astrono
mie, verouderd zijn. Het was dus
volgens mij van belang dat wè,
wilden we in de eredivisie blij
ven meespelen, ook ergens an
ders onze sporen zouden kunnen
verdienen. Belangrijk was voor
ons dat we een optische tele
scoop zouden krijgen op het
noordelijk halfrond - op het
zuidelijk halfrond doen we, via
de ESO, al mee aan de sterren
wacht in Chili. Vandaar dat ik
eens in Engeland een paar bal
letjes heb opgegooid".
Inmiddels zijn we aangeland
bij de William Herschel-tele
scoop. Van der Laan doet geen
moeite zijn trots over de nieuwe
telescoop te verhelen: "Als deze
telescoop over twee jaar klaar is,
zal het de beste telescoop ter we
reld zijn. Hoewel hij niet de
grootste is: de Russen hebben
een telescoop van zes meter,
maar die werkt niet erg goed, en
de Amerikanen hebben hun tele
scoop van vijf meter op Mount
Palomar. Maar we hebben hier
op La Palma zulke fantastische
astronomische omstandigheden,
dat we dingen kunnen waarne
men die de grotere telescopen
wellicht nooit halen".
De William Herschel-telescoop
zal een spiegel krijgen met een
doorsnee van 4,2 meter. Spiegel-
telescopen lijken weinig op de
lenzentelescopen van amateurs.
Het licht van de sterrenhemel
valt, door een gat in de grote koe
pel, op een parabolische spiegel.
Zo'n spiegel is een soort lach
spiegel: het licht wordt niet
netjes teruggekaatst naar waar
het vandaan komt, maar het
wordt allemaal naar een punt ge
dirigeerd, het brandpunt. Dat
brandpunt ligt in dit geval op een
afstand van tien meter van dë
spiegel. Om ervoor te zorgen dat
de koepel niet extra hoog hoeft
te worden, wordt het licht op
weg naar dat brandpunt nog een
keer teruggekaatst. Door een gat
in de grote spiegel valt het licht
dan ten slotte in het brandpunt,
waar de diverse instrumenten
kunnen worden opgesteld.
Kijken
Het echte avontuur van een be
zoek aan een sterrenwacht is het
waarnemen zelf. Daarvoor meld
ik me 's avonds bij de Isaac New
ton-telescoop. 's Middags heb ik
van Edwin Valentijn, een astro
noom die voor een jaar op La
Palma is gestationeerd, gehoord
dat de Isaac Newton in feite een
oude telescoop is die vanuit En
geland naar hier is verscheept.
Het is een staketsel van ijzer en
hout. Het enige wat aan een ge
wone telescoop doet denken is
een buis die is opgehangen aan
een van de verticale staven, maar
dat is een zoektelescoopje. Voor
het overige is het een vrij simpel
apparaat.
Onder de telescopen hangen
instrumenten en, vooral, draden.
"Dit hier zijn de camera's", legt
Valentijn uit, en wijst naar twee
onduidelijke dozen die volgens
hem elk meer dan een ton waard
zijn. Het licht van een ster of een
ander object wordt eerst op kleur
gesorteerd door een spectrograaf
(die het licht in zijn verschillende
kleuren splitst). In dat gesorteer
de licht (het spectrum) is de
astronoom geïnteresseerd. Daar
uit kan hij onder meer meer de
afstand van het object tot de aar
de afleiden, de samenstelling van
gassen en de snelheid waarmee
het object om zijn as draait.
Tijdwinst bij het waarnemen is
een van de motoren van de voor
uitgang in de astronomie. Dat
geldt ook voor de Taurus, een ap
paraat dat in staat is de onderde-
linge bewegingen van de ver
schillende delen van bijvoor
beeld een gasnevel of een ster
renstelsel in een keer in kaart te
brengen. Vroeger moest elk deel
van de nevel apart worden opge
nomen.
De controlekamer is wat nauw;
het bedieningspaneel is gevuld
met oplichtende knoppen en te
levisieschermen. Op een scherm
is precies te zien of de schuif van
de koepel open is, of er licht door
de verschillende lenzen valt, en
welke apparaten zijn ingescha
keld.
Met een licht gerommel draait
de koepel zodat de schuif in de
juiste positie komt. Als het ge
wenste object eenmaal in het vi
zier is, zorgt de computer voor
het volgen ervan als de sterren
hemel om zijn as draait. Maar een
oplettend oog om het gewenste
object precies te volgen is altijd
nog nodig.
In de controlekamer bevinden
zich vier Britse astronomen: een
student is belast met het nauw
keurig volgen van de infrarood-
bronnen onder studie, naast hem
zitten twee wetenschappelijk
medewerkers. Achter hen staat
Michael Penston, de begeleiden
de astronoom die vannacht een
oogje in het zeil houdt en af en
toe een aanwijzing geeft.
Saai
Eigenlijk is astronomie
een saaie wetenschap. Het is de
bedoeling vannacht het spec
trum van zoveel mogelijk objec
ten te verzamelen die de IRAS,
de Europese infrarood-satelliet,
als merkwaardig heeft aangewe
zen. De hele nacht door geven de
astronomen aan de technicus de
plaats van de objecten door. Die
regelt de instelling van de tele
scoop. Er wordt een spectrum
van de objecten gemaakt. Terwijl
de man achter het toetsenbord
het spectrum rekenkundig be
werkt, zoekt de telescoop de vol
gende positie op.
De Britten zijn bezig de afstan
den van de infrarood bronnen in
kaart te brengen, en ik begin me
eerlijk gezegd een beetje te ver
velen. Ik stap de deur uit, en sta
op de omloop van de koepel. Als
mijn ogen na enige tijd aan het
donker gewend zijn, zie ik boven
mij het mooiste firmament dat ik
ooit heb aanschouwd. De Grote
Beer is snel gevonden, langza
merhand worden ook andere
sterrenbeelden uit mijn beperkte
repertoire zichtbaar. De Kleine
Beer met de Poolster staat inder
daad een stuk lager dan ik ge
wend ben, en, nog vreemder, de
sterren flonkeren veel minder
dan thuis. Dat komt natuurlek
door de ijlheid en de rust van de
aardse atmosfeer hier.
De volgende middag komen de
wolken opzetten. Ze komen uit
de oude vulkaankrater en wor
den door een harde wind over de
bergtoppen gejaagd. Steeds
meer flarden waterdamp trekken
voorbij. De wolken hangen waar
schijnlijk niet meer dan enkele
tientallen meters boven me, en
het is daardoor volstrekt onmo
gelijk te bezien of het opklaart of
niet. Het ene moment is de zon
geheel verdwenen, vijf minuten
later is het weer stralend blauw.
Maar langzamerhand begint het
er toch somber voor de Britten
uit te zien. Hoe zit dat als je hier
een week mag komen om waar
nemingen te doen en het is voort
durend bewolkt, vraag ik een
van de Britten. "Dan heb je ge
woon pech gehad. Dan moet je
weer een jaar wachten voordatje
aanvraag voor een waarneming
opnieuw wordt behandeld. Een
telescoop is een continu-bedrijf,
er wordt zeven nachten per week
gewerkt en het is niet mogelijk
iemand op een verloren nachtje
ertussen te persen".
Die avond komt de technicus
niet eens opdagen. Het controle
lampje 'RAIN' licht op, en de
koepel mag niet open. Als ik bed
ga, moet ik door een dikke mist
en een koude, winterse regen
mijn weg in het donker zoeken.
De volgende dag schijnt de zon
weer, maar in de schaduw van de
gebouwen ligt nog ijs.
De Britten hadden toch nog
een beetje geluk. Om twee uur
klaarde het op en hebben ze toch
nog dertig objecten kunnen
'doen'. Ze zijn niet ontevreden.
DEN HAAG - „In Nederland is
het informele circuit binnen be
drijven en overheid veel belangrij
ker dan in andere landen. Belang
rijke beslissingen worden hier
vaak niet in, maar buiten de verga
derzaal, in de kroeg of tijdens een
borrel genomen. Voor vrouwen is
het vaak heel moeilijk om in die in
formele sfeer door te dringen. Dat
gebeurt niet bewust, maar het be
tekent voor vrouwen wel een
drempel in hun carrière".
Nelleke Schoenmaker is sociolo
ge bij de PTT. Ter gelegenheid van
het vijfjarig bestaan van de Stich
ting Vrouwennetwerk organiseer
de ze onlangs met freelance journa
liste Magda Berman een sympo
sium over bedrijfsculturen en de
positie van vrouwelijke managers
binnen het bedrijf. De stichting
werd vijf jaar geleden opgericht
door een aantal vrouwen die het
belang van informele contacten in
de Nederlandse zaken- en ambte
narenwereld erkenden. Mannen
kennen zulke informele netwerken
al veen langer (de Rotary en de
Lion's Club zijn daar goede voor
beelden van) en maken daar ook
gebruik van.
De behoefte aan een vrouwen
netwerk voor informele bijeen
komsten bleek enorm. Inmiddels
zijn er pakweg 1500 vrouwen aan
gesloten bij de verschillende deel-
netwerken. Er zijn netwerken per
beroepsgroep zoals journalistes of
artsen, per regio of per bedrijf.
Magda Berman: „Als je elkaar tij
dens een borrel ontmoet, is het
makkelijk om eens te roepen: kent
iemand die en die en kun je me er
mee in contact brengen? Of je hebt
een tip voor iemand over een baan
die vrijkomt en je kunt haar een in-
troduktie geven. Dat soort din
gen".
„Informele contacten zijn ook
heel belangrijk om aan informatie
te komen. Even de telefoon pak
ken om een kennis op ministerie X
te bellen die er wel wat van weet.
In dat soort contacten hebben
vrouwen een achterstand. Mannen
houden bijvoorbeeld de contacten
met hun studiegenoten veel beter
overeind. Ze zijn daar veel meer op
ingesteld".
Elitair
Nelleke Schoenmaker: „We zijn
duidelijk een elitaire groep, ik
schaam me er niet voor dat te zeg
gen. Maar we hebben wel een dui
delijke emancipatiepoot. Laat ik
meteen duidelijk stellen dat dat
niet betekent dat we tegen mannen
zijn. Maar vrouwen die naar een
carrière streven, stuiten wel op be
paalde problemen. Het onderlinge
contact in een vrouwennetwerk is
niet alleen goed omdat je adviezen
en tips van elkaar krijgt".
„We helpen en stimuleren elkaar
ook. Vrouwen struikelen vaak over
hun gebrek aan lef. Ze durven niet
te solliciteren naar hoge functies,
ze twijfelen aan hun kwaliteiten.
Mannen hebben veel meer vertrou
wen in zichzelf, die denken niet:
dat kan ik niet. In een netwerk kun
je elkaar aanmoedigen, iemand er
van overtuigen dat ze wel de juiste
kwaliteiten heeft. Veel vrouwen
hebben dat nodig. Er is een groot
gebrek aan managerscapaciteiten.
Reden temeer om ook vrouwelijke
sollicitanten op hun waarde te
schatten".
Nederland loopt op het gebied
van vrouwelijke managers achter
op de rest van Europa. Slechts vijf
procent van dé topfuncties wordt
door vrouwen vervuld. Zelfs Span
je, waar de vrouw nog een zeer on
dergeschikte positie heeft, kent
een hoger percentage. Toch wor
den vrouwen meestal niet bewust
tegengewerkt. „Er zijn nog maar
weinig mannen die niets willen we
ten van een vrouw in een hogere
functie", aldus Nelleke Schoenma
kers. „De meeste mannen zijn erg
aardig. Wel blijkt dat ze vaak moei
lijk een houding weten te bepalen
tegenover vrouwen die een hogere
functie hebben dan zijzelf'.
door
Runa Hellinga
Eigenschappen
Nelleke en Magda wijzen er op
dat vrouwen zelf ook vaak een aan
tal eigenschappen hebben ontwik
keld die hen belemmeren een
toppositie te krijgen. Ze hebben
minder hoge verwachtingen van
zichzelf, zijn wat beducht voor suc
ces en hebben niet geleerd zelfbe
wust of eventueel zelfs agressief te
zijn. Die laatste eigenschappen
worden bij vrouwen ook niet ge
waardeerd, hoewel ze af en toe no
dig zijn om je te kunnen handha-
Magda Berman: „Daarnaast zit
ten vrouwen vaak met een dubbele
moraal. Aan de ene kant hebben ze
een schuldgevoel ten opzichte van
hun gezin, aan de andere kant wil
len ze toch carrière maken. De zorg
voor kinderen of ziekelijke ouders,
dat komt in de eerste plaats op
vrouwen terecht. Dat is natuurlijk
ook een belemmering om mee te
doen aan dat zo belangrijke infor
mele circuit. Vrouwen vinden het
normaal dat hun man na werktijd
nog een borreltje drinkt met colle
ga's. Omgekeerd vindt het gezin
het niet normaal als moeder dat
ook doet. Je ziet het jonge vrouwen
tegenwoordig wel meer doen".
Maar het is niet zo dat de vrouw
die de juiste papieren heeft en alles
op alles zet om carrière te maken er
wel komt, zoals wordt veronder-
stelt.Allerlei onbewuste hindernis
sen spelen een rol. „Bij alle adver
tenties voor managers staat bij
voorbeeld wel m/v tussen haakjes
vermeld, maar als een personeels
chef voor ogen heeft dat een mana
ger moet voldoen aan een manne
lijk beeld, dan kom je daar als
vrouw niet doorheen. Ook al ben je
beter dan je mannelijke medesolli
citanten. Daar kan die man niets
aan doen, hij doet het niet bewust.
Maar zo werkt het wel".
Ongrijpbaar
En Nelleke Schoenmakers: Het
is opvallend dat ook die vrouwen
die wel durven, die wel lef hebben
en door willen, op een bepaald mo
ment vaak blijven steken. Ik hoor
de laatst van een vrouw die eerst in
het bedrijfsleven had gewerkt en
nu naar de overheid is gegaan. Dat
komt maar zelden voor. Ze deed
haar werk heel goed en de perso
neelschef wilde haar graag hou
den. Maar zij voelde de hele tijd dat
ze geen kansen had om verder te
komen. De personeelschef kende
die klacht van meer vrouwen, maar
wist ook niet wat hij er aan moest
doen. Dat soort ongrijpbare belem
meringen zitten in een bedrijfscul
tuur zonder dat iemand het be
seft". Pas als dat soort culturen
verdwenen is, kun je spreken van
in beginsel gelijkwaardige kansen
voor mannen en vrouwen en heeft
Vrouwennetwerk haar doel be
reikt. „Onze stichting viert nu haar
vijfjarig bestaan, maar ik hoop het
vijftigjarig bestaan niet mee te ma
ken. Tegen die tijd moeten de
vrouwennetwerken overbodig ge
worden zijn".
Voorzitter Huting van de her
vormde en voorzitter Kouwen-
hoven van de gereformeerde sy
node gaan niet zitten in het comi
té van aanbeveling voor het
volkspetitionnement tegen de
kruisraketten dat het 'Komité
Kruisraketten Nee' in het ko
mende najaar houdt. Voorzitter
Mulder van de Raad van Kerken
in Nederland, bisschop Ernst
van Breda (voorzitter van de
rooms-katholieke vredesbewe
ging 'Pax Christi') en de bekende
rooms-katholieke theologen
Schillebeeckx en mevrouw Hal-
kes hebben wel positief gerea
geerd op het verzoek.
Ds. Huting en dr. Kouwenho-
ven verwijzen beiden naar het
standpunt van het hervormde sy-
nodebestuur en de gereformeer
de commissie voor de bestude
ring van het oorlogsvraagstuk,
dat de kerkleden zelf moeten uit
maken of zij aan het petitionne
ment meedoen of niet.
"Als ik op het verzoek inga,
doe ik dat niet als particulier
maar als synodevoorzitter", zei
Huting voor NCRV-teletekst.
"Dat moet ik niet doen, want het
is niet wijs om je publiekelijk
aan het petitionnement te bin
den terwijl het moderamen (be
stuur van de synode - red.) dat
niet heeft gedaan. Ik ben een de
mocraat en dus houd ik mij aan
het standpunt van het modera
men". Als hij alleen gewoon ge
meentepredikant in Rotterdam
was, had hij graag in het comité
van aanbeveling plaats geno
men. "Maar nu vertegenwoordig
ik de hele Hervormde Kerk, en
dan vind ik het niet juist".
Zijn afzijdigheid moet niet
worden uitgelegd alsof de Her
vormde Kerk ten aanzien van de
kernbewapening gas terug
neemt, verzekerde de voorzitter
van de synode. "Wij huldigen
nog steeds hetzelfde standpunt
en doen geen stap terug van de
hele affaire zoals die zich sinds
1962 heeft ontwikkeld".
De gereformeerde dr. Kouwen-
hoven juicht zelf het volkspeti
tionnement toe, maar het is voor
hem de vraag of de kerken zich
niet wat zouden overschatten als
zij opriepen tot ondertekening.
"Dan wordt naar mijn gevoel een
bepaalde grens overschreden,
namelijk of wij als kerk het volk
moeten gaan oproepen om zich
in deze zaak massaal tot de over
heid te wenden".
Met hun uitspraak van 7 maart
vorig jaar hebben de Gerefor
meerde Kerken zich persoonlijk
als kerk tot de overheid gewend.
"Daar staan de Gereformeerde
Kerken nog voor honderd pro
cent achter". "Maar dit is toch
een andere, wat verder gaande
actie".
Kouwenhoven wees ook op de
brief over het volkspetitionne
ment en de Vredesweek van dit
jaar, die de gereformeerde com
missie voor de bestudering van
het oorlogsvraagstuk naar de
kerkeraden heeft gestuurd. "Met
een verwijzing naar onze laatste
uitspraak van 1984 hebben wij de
mensen nog eens voorgelegd,
wat van ieder persoonlijk kan
worden verwacht". Hij gelooft
niet, dat een aanbeveling van sy
nodevoorzitters tot grotere deel
neming aan het petitionnement
zou leiden. "Zo hoog moetje het
gewicht van synodevoorzitters
niet aanslaan".
Jodendom
"Onder katholieken bestaat
een pijnlijk gebrek aan kennis
van de geschiedenis en de tradi
tie van het jodendom. Van
school schijnen zij alleen de ne
gatieve en vaak verwrongen kan
ten daarvan te hebben onthou
den".
Dat staat in 'aanwijzingen' van
de Vaticaanse commissie voor de
betrekkingen met het jodendom,
die gisteren werden gepubli
ceerd. Deze aanwijzingen zijn be
doeld voor de verkondiging en
de catechese in de Rooms-Ka-
tholieke Kerk.
De Vaticaanse
noemt in haar stuk de verhou
ding tussen christendom en jo
dendom 'uniek', gezien hun 'aan
zienlijke gemeenschappelijke
erfenis'. Daarom moet het joden
dom in catechese, godsdienston
derwijs en verkondiging niet een
randplaats toegewezen krijgen.
Zijn aanwezigheid in het onder
wijs is 'onontbeerlijk'.
Het document besteedt ook
enige aandacht aan de staat Is
rael. Ten aanzien van het bestaan
en de politiek van de stéét moe
ten, volgens de Vaticaanse aan
wijzingen, geen godsdienstige
opvattingen gelden maar de alge
mene criteria van het internatio
nale recht.
"Het bestaan van Israel is een
historisch feit". Maar daarnaast
ook 'een teken in het plan van
God'. "In ieder geval moeten ka
tholieken zich losmaken van de
traditionele gedachte dat Israel
een gestraft volk is en dat het
nog gespaard is om het bestaans
recht van het christendom te
kunnen verdedigen. Het volk
van Israel blijft het uitverkoren
volk".
Volgens secretaris Pierre Du-
prey van het rooms-katholieke
secretariaat voor de eenheid on
der de christenen is het docu
ment een verdere stap in de be
trekkingen tussen christendom
en jodendom na het conciliestuk
uit 1964 over de niet-christelijke
godsdiensten en de richtlijnen
van het Vaticaan uit 1974 daar
over.
Vrouwelijke priesters. In
een kranteninterview zegt de
anglicaanse aartsbisschop van
Canterbury, dr. Robert Runcie,
dat de tijd werkt in het voordeel
van de vrouw als priester. Naar
zijn persoonlijke mening is er
meer vóór de wijding van de
vrouw tot priester dan tegen.
Verschil in opvatting daarover
kan geen aanleiding zijn tot een
breuk in de anglicaanse kerkge
meenschap. "Het betreft hier
geen principiële geloofsvraag".
In dit gesprek wierp Runcie
zelf de vraag op of het priester
schap wel waarachtig kan wor
den vervuld als vrouwen daar
van worden uitgesloten. "Vol
gens de traditie vervullen wij
priesters een bemiddelende rol
tussen God en mensheid en tus
sen mensheid en God. Wat komt
daarvan terecht als de helft
de mensheid blijft uitgesloten?"
Hervormde Kerk: beroepen
te Zalk (Ov.) kandidaat P. Mole
naar Huizen.
Gereformeerde Kerken: aan
genomen naar Aalsmeer W.
Stolk Molenaarsgraaf-Brand
wijk.
Christelijke Gereformeerde
Kerken: aangenomen naar Dro-
geham H. de Graaf 's Gravenzan-
de, naar Delfzijl kandidaat D. A.
Brienen Ridderkerk.
Gereformeerde Gemeenten in
Nederland: bedankt voor Dor
drecht W. Verhoeks Arnemui-
den.