Drabbe: Nederland zou slecht af zijn zonder de Stichting 'Modernisering van China is onomkeerbaar' Interview Stichting van de Arbeid viert veertigjarig jubileum Godsdienstonderwijs openbare school onder druk DINSDAG.18 JUNI 1985 PAGINA 11 "Wij hebben in Nederland iets unieks: een platform waarop werkgevers en werknemers samen praten. De Stichting van de Arbeid heeft misschien weinig cen traal te regelen, maar ze is wel in staat om sociaal en economisch duidelijke impulsen te geven. Dat kun je niet zo maar opzij schuiven". Frans Drabbe is heel positief over het voortbestaan van de Stichting van de Arbeid. Hjj is namens de Fede ratie Nederlandse Vakbeweging een van de twee voor zitters van de looncommissie, de belangrijkste werk groep van de Stichting. Niet ver van zijn pensioenering, in december dit jaar, is hij nog steeds vol van. Voor Drabbe is de Stichting van de Arbeid een zeer waardevol instituut. Naar buiten toe varieert het belang ervan en 'onderhuids' is de invloed ook wisselend; maar de Nederlandse samenleving zou naar het oordeel van Drabbe slechter af zijn wanneer de Stichting na veertig jaar zou ophouden te bestaan. De laatste tijd wordt aan het nut van de Stichting wat getwijfeld. Vooral sinds van werkgevers- kant de weigering werd uitge sproken om een nadere invulling te geven aan het akkoord dat in 1982 in de Stichting van de Ar beid werd overeengekomen. Vol gens de akkoord zouden de werknemers instemmen met ma tiging van de lonen opdat het be drijfsleven beter zou kunnen concurreren tegen het buiten land en weer winst zou kunnen gaan maken. De ondernemers zouden streven naar herverde ling van de werkgelegenheid zo dat meer mensen in een betaalde baan aan de slag zouden kunnen komen. Werktijden Het eerste onderdeel bleek in de praktijk inderdaad te werken. Maar de vakbeweging had van het tweede deel (de herverde ling) wat meer verwacht. Werk tijden werden inderdaad verkort en werknemers maakten inder daad op ruime schaal gebruik van mogelijkheden om eerder dan op hun pensioendatum hun baan voor gezien te houden. Maar hun plaatsen werden maar in beperkte mate door nieuwe lingen opgevuld. door Cees Keizer en Jan Harren In een aangescherpt Stich tingsakkoord had de vakbewe ging wat strakkere bepalingen omtrent de 'herbezetting' vastge legd willen zien. Het kabinet wil de daar ook wel enige morele steun aan bieden, maar het bracht de werkgevers niet over de drempel. "Als de economie blijft verbeteren, komen die nieuwe mensen er heus wel", was hun redenering. "Bovendien moet dat niet centraal worden geregeld. De omstandigheden in de bedrijven verschillen zo, dat er niets van bovenaf moet wor den opgelegd". Drabbe vindt het onverstandig zo te redeneren. "Een afwerende houding om op centraal niveau te praten over iets waar je mis schien toch wel uit kunt komen. Je zult moeten proberen tot een compromis te komen. Dat is trouwens de belangrijkste rol van instellingen als de Stichting en de Sociaal-Economische Raad. En als het niet lukt, dan heeft zo'n overleg nog niets van zijn waarde verloren. Dan zijn in elk geval de meningen van de verschillende partijen inhoude lijk duidelijk zichtbaar ge maakt". Voor Frans Drabbe hoett de Stichting ook niet zo nodig aller- hand belangrijke beslissingen te nemen. Het belang van het or gaan zit veeleer in het overleg dat in de commissies wordt gevoerd. "Je spreekt elkander geregeld, je kent eikaars problemen. Soms komt een oplossing ook niet di rect tot stand, maar blijkt ze via een andere commissie toch haal baar" Oorlog Veertig jaar geleden werd de Stichting van de Arbeid opge richt. De grondslag ervoor werd al in de oorlog gelegd. De latere minister van buitenlandse zaken mr. Dirk U. Stikker was een van de mannen die aan de wieg heb ben gestaan. "Hoe zouden wij kunnen bereiken dat werkgevers en werknemers na de bevrijding in de grootst mogelijke eenheid hun bijdrage zouden leveren aan de reconstructie van ons land", schreef hij later. Nog in mei 1945 vond Neder land pamfletten aangeplakt, waarin de oprichting van de Stichting van den Arbeid we reldkundig werd gemaakt. "Ge durende de bezettingsjaren is re gelmatig overleg gepleegd tus sen vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemerscen- tralen, die formeel werden opge heven, doch in het geheim hun arbeid hebben voortgezet. In dit overleg werd volledige overeen stemming bereikt over een ge meenschappelijke organisatie van de Arbeid". "De principiële grondslagen daarvan", aldus het affiche, "werden neergelegd in een Stichting van den Arbeid ter bevordering van de sociale vre de, orde en rechtvaardigheid. Voorzien is in een gemeenschap pelijk overleg op sociaal gebied zowel bedrijfstakgewijze als lan delijk en centraal. De Stichting stelt zich voorts ten dienste van de overheid ter vervulling van opdrachten ten bate van het alge meen belang. Daarnaast is diep gaand overleg in een gevorderd stadium over de wijze van be handeling van economische vraagstukken in organisatorisch verband, met deelneming van de vakbeweging der werknemers Op 17 mei 1945 vond heel Nederland het pamflet van de Stichting van de Arbeid geplakt aan bomen lantaarn palen: "Aan de werkgevers en werknemers van Nederland'<foto gpd> aan het dragen van verantwoor delijkheid". Bedenkingen De regering in Londen had, toen zij nog in de oorlog van de Drabbe: Stichting geeft belangrijke impulsen. stichtingsplannen op de hoogte werd gebracht, nogal wat beden kingen. Zou de macht ervan niet te groot worden? Onder Drees (vlak na de oorlog minister van sociale zaken) kwam de Stich ting echter royaal van de grond. Haar invloed werd zo groot dat zij rond 1950 een centrale plaats innam in het sociaal-economi sche beleid. Dat was echter ook de tijd dat de Sociaal-Economische Raad werd opgericht. De Stichting van de Arbeid werd er echter niet door weggedrukt. Die had haar eigen bestaan opgebouwd en gaf werkgevers en werknemers trou wens de mogelijkheid om onder ling met elkaar te praten zonder - zoals in de SER - mensen er bij die door de Kroon (de rege ring) waren aangewezen. 'Vreemden' erbij zou het even wicht kunnen verstoren. Aan adviesfunctie verloor de Stichting natuurlijk aan de SER. Maar pogingen van de SER al het werk van de Stichting van de Ar beid over te nemen, zijn gestrand op de standvastigheid van de Stichting. Drabbe: "Ik vind dat we er nooit aan moeten begin nen. We hebben nu een goed ge- spreksplatvorm. Laten we dat zo houden". "Want wat zijn er van de Stich ting en haar commissies niet voor belangrijke impulsen uitge gaan. De verkorting van de ar beidstijd: van 48 uur naar 45 uur en verder terug naar 40 met de vijfdaagse werkweek. De ont wikkeling naar de vakantie van 25 dagen. De verhoging van het vakantiegeld tot 8 procent. Dat zijn zaken die niet zo maar in cao-onderhandelingen tot stand zijn gekomen; ze kwamen alle- Mislukken "Jammer genoeg is nu een ver keerd beeld aan het ontstaan doordat zo veel nadruk valt op bijvoorbeeld het mislukken van een nieuw centraal akkoord. Overigens: een centraal akkoord waarin alles is geregeld, is onmo gelijk. Dat gebeurde ook niet in 1982. Ook daarvan was de wezen lijke betekenis dat het iets op gang bracht. Een inleiding die el ders zou moeten worden inge vuld". Het spijt Drabbe nog steeds bijzonder dat het convenant dat in de Stichting tussen de werk gevers- en werknemerscentrales in 1983 over de jeugdwerkloos heid is gesloten, zo weinig om hakken kon hebben. "Daar zijn we veel te lang mee bezig ge weest". Het kwam op een mo ment dat er inmiddels zo veel jeugdwerkplannen bestonden dat ze in aantal het totaal aan werkloze jongeren bijna over troffen. Daar staat tegenover dat de im puls die in 1976 van de Stichting uit ging voor een variabele pen sioenleeftijd, later toch een in vulling kreeg in vormen als de vut. Maar tegelijkertijd geeft Drabbe toe dat het met het weg werken van de pensioenbreuk wanneer iemand van werkgever verandert, mis is gegaan. "We hebben er meer dan tien jaar op gestudeerd, daar hadden we uit moeten komen. Het is in de pen sioencommissie te ingewikkeld gemaakt doordat ze alles tot in details wilden regelen; daarmee werd het in fëiie de nek omge draaid". DEN HAAG - Het ziet er niet naar uit dat het liberaliseringsproces dat in de Chinese Volksrepubliek in gang is gezet onder de bezielen de leiding van Deng Hsio Ping, nog kan worden gekeerd. Dat is de me ning van „Onze man in Peking", dr. Anton Smitsendonk (57), die de ontwikkelingen in China al vier jaar lang van dichtbij heeft kunnen volgen. De levering van onderzee boten aan Taiwan vertroebelde de betrekkingen tussen Den Haag en Peking. Maar nadat de Nederland se regering het besluit nam om geen wapens meer te leveren aan Taiwan dat de Volksrepubliek tot zijn provincie rekent werden de betrekkingen snel genormaliseerd. De Chinese machthebbers namen genoegen met de principebesluit van Den Haag. „Maar als Neder land toch weer wapens gaat leve ren dan is de breuk onherstelbaar", zo meent Smitsendonk. Dr. Smitsendonk reist mee in het kielzog van de Chinese premier Zhao Ziyang, die aan het hoofd van een gewichtige delegatie een histo risch bezoek brengt aan ons land. Het bezoek van Zhao Ziyang moet volgens de ambassadeur wor den gezien tegen de achtergrond van het vernieuwingsproces in dat onmetelijke grote land dat pro beert de achterstand in de weten schap, technologie en economie in te halen. „Op dit ogenblik is de mo dernisatie de allesbeheersende ge dachte in het beleid van Peking, na die catastrofe van de culturele re volutie die het land achteruit heeft gezet", zegt Smitsendonk. door Bob Mantiri Er zijn wel tegenstribbelende krachten in de middenmoot van de partijhiërarchie die nog denken in termen van marxistische planeco nomieën, maar deze elementen, die ambassadeur Smitsendonk in de Chinese verhoudingen rekent tot extreem-links, boet gaandeweg aan macht in. Vooral ook omdat de liberaliseringsplannen de instem ming hebben van het volk. „Ik denk dat het proces dat is be gonnen bij de boeren, voortgezet is in de steden, dat het de hele econo mie zal omvatten en zal leiden tot een zo groot mogelijke verlevendi ging van het economische leven en verbetering van individuele posi ties van de families en de enkeling. Dit proces heeft zo'n aanhang ge kregen dat het proces nu langza merhand onomkeerbaar is gewor den", aldus dr. Smitsendonk. Vensters „Deze drang tot vernieuwing hebben de Chinezen samengevat in de tweeledige spreuk: Naar bui ten de vensters open, naar de bin nenkant meer verlevendiging van de economie. Daar heeft het volk zich achtergesteld. Die beleidslijn zal niet in gevaar worden ge bracht". Ondanks het feit dat dat proces ook wel zijn negatieve kanten heeft. Want omdat de boer in dat liberaliseringspoces in de land bouw meer vrijheid van handelen krijgt, zelfs op de anderen wordt voorgetrokken, is het risico aanwe zig dat tegenstellingen in de hand worden gewerkt. Maar, zo is de ob servatie van Smitsendonk, de Chi nese leider Deng wil geen extreme polarisatie. Hij hoopt dat het plat teland en de kuststeden het voor touw nemen, als een groeipool fun geren. „Die boeren gaan allerlei nieuwe dingen doen. Ze gaan hui zen kopen, beschikken over eigen produktiemiddelen, gaan wellicht in de kunstmest investeren. Met hun spaargeld beginnen zij mis schien ook zaken in de steden, in de tussenstadjes, waar zij kleine in- dustrietjes opzetten. Dat schept werkgelegenheid". Een nieuw aspect dat hierbij om de hoek komt kijken - en waarin Nederland mogelijk een rol in kan spelen - is het aspect van. de rechtsbeheersing, die onstaat door positie van de boer als ondernemer. In het parlement is men nu druk bezig om een heel stelsel van civiele en economische wetgeving op te bouwen. Om aan die nodige kennis te komen werkt men proefondervindelijk en kijkt men naar de Europese en Ameri kaanse wetgeving. Daarover is tijdens het bezoek van minister Deetman aan China gesproken. Men heeft Nederland gevraagd om een rol te spelen in het bijzonder bij de vorming van het internationaal privaatrecht Het recht in China was traditio neel. In het confucionistische maatschapijbeeld was de rol van het recht als vaste principe niet zo belangrijk. Het was de moraal die geldt. Maar een moderne complexe maatschappij als vandaag vergt meer rechtsbeheersing en daar wil len de Chinezen op hun eigen wijze vorm aan geven. Moreel De westerse levensstijl die voor al de Chinese jeugd zich eigen wil maken, zien de Chinese leiders niet als een ondermijning van de more le kracht om het land vooruit te brengen, zegt hij. Integendeel deze stijlverandering, zoals het dragen van moderne kapsels, van westerse kleding, wordt gezien als nieuwe impulsen om meer arbeidsvreugde te geven. - Is er sprake van een mentali teitsverandering. De Chinezen wa ren altijd in zichzelf gekeerd. Zij le ken zich niet te interesseren voor de ontwikkelingen buiten hun Midden Rijk? Smitsendonk: „Men moet zich afvragen of dat inderdaad de es sentie is van het Chinese karakter. Er waren zeker omstandigheden die daartoe aanleiding hebben ge geven. Bijvoorbeeld de kolonialis tische moeilijkheden van de vorige eeuw, maar ook moeilijkheden die van binnen zijn gerezen. Er waren enkele dynastiëen die van buiten kwamen. Daarmee was alles wat van buiten kwam voor de Chinese ziel zwaar beladen, geïdentificeerd met slechte dingen. Men komt er nu overheen. Die belangstelling voor het buitenland is niet zo maar vrijblijvend. Men ziet dat men de technieken in het buitenland kan gebruiken voor eigen modernise ringen. Er is dus een realistische belangstelling voor het buiten land". Partijleider Mao heeft destijds tijdens de Culturele Revolutie mil joenen jongeren naar het platte land gestuurd om daar in de com munes te werken. Wat is er van de ze groep terechtgekomen? „Die werken nog altijd op het platteland. Dit is een groep jonge ren met gemiste kansen, die een herkansing moeten krijgen. Mis schien dat het systeem van open universiteit zoals wij die bij ons kennen daarop kan inspelen. Men begint in de volksrepubliek daar belangstelling voor te krijgen. Ik geloof dat zulke technieken nog verder kunnen worden ontwikkeld en een belangrijke bijdrage kun nen leveren tot niet alleen de kal mering, maar ook het betrekken van deze mensen van gemiste kan sen in dat nationale proces van groei en eenwording. Het gaat hier om een groep van miljoenen jonge ren. Daarom is het niet makkelijk om massaal oplossingen aan te dra gen". „Deze groep heeft onlangs nog de aandacht op zich gevestigd. Een aantal van hen heeft op de trappen van het parlement in Peking gede monstreerd. Ze hebben gevraagd om te worden toegelaten tot de grote steden; ze willen terug naar de grote stad om hun gemiste kan sen in te halen. Maar dat is hun niet toegestaan. Maar men heeft zeker wel aandacht voor hun problemen. Er wordt geprobeerd om ze te laten vestigen in de kleine steden, ze te laten studeren of in het arbeidspro ces op te nemen. Hoewel het hier om een leger van miljoen gefru streerden gaat, vormen ze toch geen factor die het systeem kan on dermijnen", aldus ambassadeur Smitsendonk. De hervormde Raad voor de za ken van Kerk en School zal - op verzoek van de synode - de overheid dringend vragen, de subsidies voor het godsdienston derwijs op openbare scholen voort te zetten. De verplichte in voering van het vak 'geestelijke stromingen' in het basisonder wijs kan een bedreiging zijn voor het traditionele godsdienston derwijs, zo werd van de kant van de raad in de synodevergadering opgemerkt. Vooral de lagere overheid kan hierin een aanlei ding zien om de subsidie voor het godsdienstonderwijs maar te schrappen. Secretaris P. van Dalfsen van de Raad voor de zaken van Kerk en School zag dit godsdienston derwijs als een 'wezenlijke taak van de kerk'. "En die staat nu on der druk". Als door het wegval len van subsidies dit onderwijs niet meer door beroepsmensen kan worden gegeven, moeten vrijwilligers het overnemen, vindt de raad. Van Dalfsen noemde deze oplossing wel een 'noodgreep'. Ambt en avondmaal. De her vormden kunnen een 'herderlijk schrijven' van hun synode tege- moetzien over 'ambt en avond maal', dit naar aanleiding van het feit dat er ambtsdragers zijn wier zondebesef hen verhindert aan het avondmaal deel te nemen. Dat verschijnsel doet zich nogal voor in uiterst rechtse gemeen ten, en uiteraard niet alleen on der ambtsdragers. Bij de bespreking van een rap port over avondmaalsmijding verdedigde de Leidse hoogleraar dr. A. van de Beek het recht van mensen die in een bepaalde tra ditie staan, en waarschuwde hij voor een 'ketterjacht' op be schroomde ambtsdragers die niet naar het avondmaal gaan. "Zij vormen een bepaald aspect van het geloof', zei hij. Mén moet de belijdenis van mensen die de ze huiver hebben niet ongeldig verklaren. Dit hoort bij een. be paalde traditie van prediking en catechese. In een theologisch ge sprek zag professor Van de Beek meer dan in dreiging met kerke lijke tucht. Vrijzinnigen. Op een 'be- raadsdag' van de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden in Bus- ds. T. Schol ten-van Iterson, dat de vrijzinni ge beweging 'natuurlijk' moet meedoen aan 'Samen op weg', het proces van hereniging van hervormden en gereformeerden. Zij hoopte, dat de toekomstige verenigde kerk vrij toegankelijk zal blijven voor de 'zoekenden' en niet alles in belijdenissen zal vastleggen. "Mocht het daarop toch uitlopen, dan zullen wy ons als vrijzinnigen opnieuw moeten beraden". De Utrechtse predikant dr. K. M. Witteveen, lid van de werk groep 'belijden' van 'Samen op weg', beoordeelde het hereni- gingsstreven in het algemeen po sitief, al toonde hij zich bezorgd over bepaalde kanten. Openheid en veelvormigheid, zei hij, zullen in de nieuwe kerk gewaarborgd moeten zijn. Hij gaf de voorkeur aan een kerkorde, waarin plaats is voor een 'mentaliteitsgemeen te'. "Als vrijzinnigen zullen wij een tegenwicht moeten bieden tegen het fundamentalisme in de kerken". Mentor. Het uitgebreide be stuur van de hervormde synode heeft dr. A. de Kuiper (54) per 1 augustus benoemd tot coördina tor voor het mentoraat aan jonge predikanten. De aanstelling in deze deeltijdfunctie geldt voorlo pig tot 1 januari 1988. Later wordt beoordeeld of dit een vol ledige taak moet en kan worden. Dr. De Kuiper treedt in ver band met deze benoeming af als secretaris algemene zaken van de Hervormde Kerk. Aan zijn op volging wordt al gewerkt. Er komt een 'begeleidingsorgaan' om hem in zijn nieuwe functie bij te staan. Kerkmuziek. Drs. Frans Brouwer, wetenschappelijk me dewerker aan het Instituut voor Liturgiewetenschap van de uni versiteit in Groningen, is per 1 augustus benoemd tot directeur van het Nederlands Instituut voor Kerkmuziek in Utrecht, als opvolger van Louis Kuypers, die aan het eind van het cursusjaar met de vut gaat. Brouwer (33) is (en blijft) ook docent aan het conservatorium in Groningen voor de vakken hymnologie, geschiedenis van de kerkmuziek en orgelbouw. Hij bereidt een proefschrift voor over lituï-gische ontwikkelingen in de Deense volkskerk. Directeur. Het bestuur van het Hoger Katechetisch Instituut in Nijmegen heeft drs. Th. Man- dos (53), directeur van het Pasto raal Centrum van het rooms-ka- tholieke aartsbisdom Utrecht, benoemd tot directeur. Hij volgt drs. G. Schlatmann op, die eind 1982 ontslag nam in verband met een omvangrijke afslanking van het instituut. De afgelopen jaren hebben bestuursleden de direc tie waargenomen. Mandos, die bij de jezuieten theologie stu deerde, is de vierde directeur van het instituut sinds de oprichting in 1954. (Begin dit jaar werd het insti tuut losgemaakt van de Nationa le raad voor de Katechese, waar door er een eind kwam aan de nauwe relatie met de bisschop pen. De bisschoppen Simonis en Gijsen hadden de laatste jaren scherpe kritiek geuit op projek- ten van het instituut. Het bestuur bestaat nu uit vertegenwoordi gers van de Katholieke School raad, de religieuzen en het pasto raat). Overleden. In Utrecht is, 67 jaar oud, mevrouw A. C. Kuyven- hoven-van Duin overleden. Zij zat namens de Gereformeerde Kerken in het Interkerkelijk Vre desberaad en was ook betrokken bij de actie 'Vrouwen tegen kern wapens'. Praten. Op uitnodiging van de Raad van Kerken zullen op 30 augustus vijftig politici en vijftig kerkelijke vertegenwoordigers met elkaar praten over de in vloed van kerkelijke uitspraken op politieke partijen. Ook het In terkerkelijk Vredesbedraad (IKV) en de rooms-katholieke vredesbeweging Pax Christi zul len eraan deelnemen. Het IKV had om een openbare bijeenkomst gevraagd, maar de Raad van Kerken geeft de voor keur aan 'vertrouwelijk overleg'. Hervormde Kerk: beroepen te Moordrecht kandidaat W. M. de Boer Leiden, te Krimpen aan de IJssel (buitengewone wijkge- meente) A. Beens Huizen (voor deelwerk); aangenomen de be noeming tot luchtmachtpredi kant kandidaat F. Jansen Roo sendaal. Baptistengemeenten: aange nomen de benoeming tot maat schappelijk werker aan het bap tisten-verzorgingstehuis 'Tabi- tha' te Amsterdam J. W. van der Craats Dokkum.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 11