Ministerie iaat sport visser in de kou staan Schaken Bridge VISSPORT JAZZ Versleten pak van oud laken Snelle gitaar, nieuwe richting Coltrane knap geïmiteerd Blues, big band en free jazz ZATERDAG 8 JUNI 1985 EXTRA PAGINA 31 DOOR BRAM VAN LEEUWEN De minimummaat van de snoek is verlaagd van 50 naar 45 centi- metr. Een onbegrijpelijke stap re gelrecht in strijd met de gepropa geerde bescherming van deze vis soort. (foto BVL) De Nederlandse sportvissers zijn sinds vorige week zaterdag ge bonden aan een aantal nieuwe voorschriften. Op 1 juni werd na melijk het nieuwe Reglement voor de binnenvisserij van kracht. Omdat de materie nogal ingewikkeld is hebben zowel de hengelsportorganisaties als het ministerie de veranderingen toe gelicht. Zo kwam 'landbouw en visse rij' op de valreep met een overi gens zeer onvolledig persbericht. Bij nadere bestudering blijkt het bovendien aan alle kanten te rammelen en de verwarring al leen maar groter te maken dan die nu al is. Er staat bijvoorbeeld in dat de binnenvisserij voortaan mag worden beoefend met de hengel, de peur, het spieringtuig, de vis- fuik, de aalfuik, de ankerkuil, het aalkistje, het aalhoekwant, de aaldogger, de zegen, de aaskuil, het staand net, de gebbe, het kruisnet en het elektrovisappa- raat. Daaraan wordt slechts toe gevoegd dat voor het laatste vangapparaat een vergunning van het ministerie vereist is. Waar met geen woord over wordt gerept is dat er een duide lijk onderscheid bestaat tussen wat een sportvisser en een be roepsvisser mag gebruiken. Zo is voor de sportvisser alleen de hengel en onder een aantal strik te voorwaarden ook de peur. De rest van de genoemde vistuigen mag uitsluitend worden gebruikt door het 'beroep'. Nu het met de discipline aan de waterkant toch al niet zo best is gesteld - zie de sterk gedaalde verkoop van visvergunningen - had men van het ministerie op zijn minst mogen verwachten dat er wat meer zorg was besteed aan de publiciteit over de nieuwe voorschriften en regels. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor de toelichting op de ophef fing van de gesloten tijd. In het persbericht wordt uitsluitend een aantal aassoorten en een se rie wateren genoemd die in de voormalige verboden vistijd ta boe zijn. Maar er wordt verzuimd te melden dat er voor bepaalde vissoorten nog wel degelijk ge sloten tijden bestaan. Bij het departement zou men op het punt van de goede voor lichting een voorbeeld kunnen nemen aan een overkoepelende organisatie als de NWS die een zeer duidelijke een uitgebreide toelichting publiceerde aan de vooravond van de inwerkingtre ding. Hoewel het in het bestek van deze rubriek onmogelijk is alle veranderingen te behandelen, toch een paar belangrijke zaken. Dat zijn bijvoorbeeld de wijzigin gen in de minimummaten van verschillende vissoorten. Zo golden tot dusver nog mini mummaten voor de blankvoorn en de karper. De vissoorten zijn echter zo algemeen verspreid in ons viswater dat er geen enkele vrees hoeft te bestaan dat de soort zou kunnen uitsterven. Daarom werden ze vanaf 1 juni op één lijn gezet met andere veel voorkomende soorten als bra sem en blei of bliek. Een onbegrijpelijke maatregel is die van de verlaging van de mi nimummaat voor snoekbaars en snoek. Voor de snoekbaars was de maat officieel 45 centimeter maar er werd door de minister al een reeks van jaren ontheffing verleend tot 42 centimeter. Die maat is nu definitief vastgelegd. Tegelijkertijd werd de mini mummaat voor snoek terugge bracht van 50 naar 45 centimeter. Zet die maatregelen af tegen het voortdurende streven binnen de hengelsport om de roofvisstand in ons land weer op een behoor lijk peil te brengen en je kunt slechts je hoofd schudden over zoveel onbegrip. In feite is het een regelrechte slag in het ge zicht van die hengelaars, viswa terbeheerders en bestuurders die erop aandringen gevangen snoek weer terug te zetten. Er zijn niet voor niets vangslimieten of extra lange gesloten tijden voor de snoek ingevoerd. Vanuit de georganiseerde hen gelsport is bij de voorbereiding van het reglement nog een drin gend beroep gedaan om af te zien van de verlaging, maar kennelijk is de druk van het beroep te groot geweest om terug te ko men op een eerder ingenomen standpunt. Dat gebeurde slechts bij een voor de beroepsvisserij oninteressante soort als de riet voorn. Er gold voor deze vissoort een minimummaat van 15 centi meter en voorgesteld werd die net als voor het naaste familielid de blankvoorn te laten vervallen. Het blijkt echter dat in sommige delen van ons land de rietvoorn niet zo algemeen voorkomt als in onze omgeving. Vandaar het pleidooi voor handhaving van de minimummaat. Er is ook nog een aantal vis soorten waarvan de minimum maat uit beschermingsoogpunt is verhoogd. Dat geldt bijvoor beeld voor de kopvoorn, de sneep en de winde die nu mini maal 30 in plaats van 25 centime ter moeten zijn om te mogen worden meegenomen. Dat geldt ook voor de vlagzalm, de bronfo rel en de zalm die nu respectieve lijk 35, 25 en 40 centimeter moe ten zijn. Een ander punt vormen de wa teren waarvoor beperkende maatregelen gelden. Bijvoor beeld toch nog een gesloten tijd en een verbod om er 's nachts te vissen. In deze omgeving geldt dat bijvoorbeeld voor een deel van de Nieuwkoopse Plassen. Het gaat om het plassengebied dat wordt begrensd door de weg van de Noordse Buurt naar Noorden en Nieuwkoop, de Ziendeweg, de Meije, de Kade wetering tot Slikkendam en de provinciale weg Slikkendam- Noordse buurt. Een uitzondering geldt voor de Noordeinder Plas tot het Brampjesgat en de Maar ten Freekerwei en de Zuidein- derplas. Dat nachtvisverbod geldt bij voorbeeld ook voor het IJssel- meer. Daar zijn overigens nog een aantal beperkende maatrege len van kracht. Zo mag er deze maand bijvoorbeeld nog niet worden gevist met levend aas, een dood visje of kunstaas. Van af 1 juli mag dat wel, maar dan niet met meer meer dan een spe ciale hengel. Ook al vertelt de viskaart een ander verhaal. Verder is het aantal baarsjes dat men als aasvisjes in voorraad mag hebben beperkt tot maxi maal 30 stuks die bovendien niet groter dan 15 centimter mogen zijn. In verband met uitwassen in het recente verleden - sportvis sers die zich ontpopten als be roepsvissers en hun vaak grote vangsten aan de wal verkochten - was het sinds enige tijd verbo den om meer dan 30 baarzen in bezit te hebben. Die limiet is nu uitgebreid met een maximum van vijf snoekbaarzen. Onweer Nu we de laatste dagen nogal eens te maken hebben gehad met onweersbuien is een waar schuwing aan de sportvissers op zijn plaats. Een verblijf aan of op het water wanneer het bliksemt is zeker niet ongevaarlijk. Ziet u een bui aankomen blijf dan niet langs de oever of in uw bootje zit ten maar zoek een goed heenko men. In een auto bent u veilig. Ga nooit schuilen onder een boom want in een vlak land is dat juist de plek waar de bliksem vaak inslaat. Mocht u onverhoopt toch wor den overvallen door onweer blijf dan zo veel mogelijk gehurkt en met gespreide benen zitten. Ga nooit op de grond liggen. En blijf uit de buurt van materialen die stroom goed geleiden. Dat brengt me bij de carbon- hengel. Carbon, ook wel koolstof genoemd, is een uitstekend ge leidend materiaal. Zeker zo'n lange wedstrijdstok van een me ter of tien is een regelrechte blik semafleider tijdens een bui. Berg de hengel daarom direct op als het begint te lichten. bijdrage: Willem S. Winsemius Wim Wirtz Kenny Burrell en Grover Washington jr. Togethering (Blue Note IA 064 240313 1). Saxofonist Grover Washington jr. en gitarist Kenny Burrell kennen, elkaar van de vroege jaren zeventig, toen beiden zich voornamelijk onledig hielden met makkelijk in het gehoor liggende jazz. Zij volg den het bekende stramien van thema, soli (al of niet met een 8-maten interval), thema, en daar bleef het bij. Hun onder het opgepoetste Blue Note-label uitgebrachte gezamen lijke plaat Togethering is in dezelfde stijl gemaakt. De soli lijken routineus: ze worden gedragen door een grote virtuositeit en ademen, in het geval van Washington, zelfs iets van ingetogenheid, maar ont beren net dat beetje extra fantasie dat nodig is om blijvend te boeien. Vooral Kenny Burrell - de oudste van de twee - blijft nogal eens steken in het vergrijsde patroon van de jaren vijftig en zestig, toen synchroon gespeelde thema's nog 'bon ton' waren en gitaristen als Barney Kessel, Jim Hall en dus ook Burrell op hun gebied de trend bepaalden. Togethering is opgebouwd uit acht stukken, waaronder twee com posities (Daydream en What am I here for?) van Duke Ellington. Grover Washington jr. hanteert overwegend de sopraansax, Kenny Burrell de akoestische en elektrische gitaar; ze worden begeleid door bassist Ron Carter, drummer Jack de Johnette en conga-speler Ralph Macdonald. WW Joe Farrell Al di Meola. De gitarist Al di Meola maakte in de jaren zeventig deel uit van di verse formaties van pianist Chick Corea, maar hij werd pas echt bekend in het fabelachtige gitaartrio met Paco de Lucia en John McLaughlin. Het drietal gaf een nieuwe dimensie aan de gitaarmuziek door een combina tie van onnavolgbare techniek, grote muzikaliteit en speelse ef fecten (een schitterend voor beeld is de LP 'Friday Night in San Francisco'). Intussen blijkt Al di Meola een nieuwe richting te zijn ingesla gen die sterk doet denken aan de oorspronkelijke Braziliaanse gi taarmuziek. Het is een menge ling van melancholie en hart stocht, met duidelijk herkenbare elementen van de Spaanse Fla menco, de Bossa Nova en jazz, opgetuigd met veel synthesiser en 'synklavier', rieus nagalmeffect kan worden bereikt. Di Meola's nieuw.e muziek zweemt hier en daar naar goed kope sentimenten, maar dat ge brek wordt ruimschoots goedge maakt door een groot muzikaal raffinement en een rijke fantasie. Een prachtige demonstratie van Di Meola's muzikale kunnen en vingervlugheid is het titelnum mer Cielo e Terra, waarin hij sa menspeelt met de percussionist Airto Moreira. Als dit ruim tien minuten durende stuk represen tatief is voor Di Meola's nieuwe richting, kan er niet snel genoeg een nieuwe plaat verschijnen. WW Vim 'N'Vigor (Timeless SJP 197) De klassieke formatie uit de moderne jazz van de voorgaande periode is het piano, bas en drums trio, al dan niet aangevult met een blazer, die zijn indivi duele ei kan kwijtraken. Op deze plaat is het de uit Chicago af komstige saxofonist en fluitist Joe Farrell met de uit Detroit af komstige drummer Louis Hayes. Ze worden aangevuld met pia nist Rob van de Broeck (bekend van Chris Hinze) en bassist Har ry Emmery, de basis van de Hol landse groep Free Fair. De laat- sten spelen vanuit dezelfde ach tergrond als de Amrikanen, zo dat er van culturele verschillen geen sprake is bij deze i le jazztaal. Hoewel de beide Amerikanen even oud zijn (jaargang 1937) en hun carrière zo'n 25 jaar geleden startten, is Louis Hayes beken der dan Farrell, die pas naam maakte bij Chick Corea's groep Return to Forever. Op sopraan saxofoon speelt hij op de wijze van John Coltrane. Hij gaat naast zijn eigen compositie Arab Arab met het nummer Miles Mode van John Coltrane ook niet de schijn van imitatie uit de weg. Gelukkig blijft het wel boeiend. In de twee stukken waar hij te norsaxofoon speelt, zijn eigen blues Vim 'N' Vigor en de stan daard Three Little Words, laat hij horen dat Sonny Rollins zijn fa voriet is. Diens stijl weet hij goed te benaderen, inclusief de opeen stapeling van citaten van andere melodieën. Op de fluit heeft hij in het bekende Latin stuk Besa- me Mucho een meer eigen ge luid. WSW J.C. Tans and his Rockets A Rocket Symphomie (BVHAAST 055) De tweede plaat van deze Amsterdamse groep is opgenomen voor het kleine, door muzikanten geleide, platenlebel BVHaast. De com posities zijn van altist Sean Bergin, leider tenorist J.C. Tans en de jonge bassist en arrangeur Ernst Glerum. De arrangementen vormen het grootste deel van de muziek en worden verbonden met korte soli van de overige leden. De muziekstijl is niet duidelijk bij de jazzhoofd- stroom onder te brengen. Er zitten elementen van blues in door de speelwijze van gitarist Piet de Vries en de blanke experimentele big band muziek uit de jaren vijftig, maar ook stukjes free jazz. De eerste compositie en titelstuk van de plaat: A Rocket Sympho ny is een langer stuk met een goede solo van altsaxofonist Sean Ber gin en een mooi gestreken overgang van componist Ernst Glerum in duet met pianist Wouter Veening. Het collectieve spel ademt de geest uit van de muziek van Charles Mingus en componist Oliver Nelson. In 'Daar gaat Kuifje' een solo van stertrombonist Wolter Wierbos, die ook verder in het orkest, samen met bartonsaxofonist Paul Stocker, voor de kleuring van het orkestgeluid zorgt. door Dirk Sikkel Het schaakjargon bevat de aar digste uitdrukkingen. Zo komt het nog wel eens voor dat een partij wordt gewonnen door de tegenstander te "h-lijnen". De Rus Joesopov slaagde hierin twee maal achter elkaar in het in- terzonetoernooi te Tunis. Wit: Gavrikov; zwart: Joeso pov. 1. d4 Pf6 2. Pf3 d5 3. c4 e6 4. Pc3 Le7 5. Lg5 0-0 6. e3 h6 7. Lh4 b6 8. Ld3 Lb7 9. 0-0 Pbd7 10. De2 c5 11. Lg3 Pe4 12. Tfdl cd4: 13. ed4: Pg3: 14. hg3: Pf6 15. Pe5 Tc8 16. Tacl dc4:17. Lc4: Pd5 18. Lb3 Pc3: 19. bc3: Tc7 20. Dd3 Lf6 21. Pg4 h5 22. Pe3 Td7 23. g4? ("Maak een plan dat in overeen stemming is met de positieken- merken" luidt een bekende schaakwijsheid. Wit begint een aanval terwijl hij niet beter staat, dat moet dus fout aflopen) hg4: 24. Pg4: g6 25. Tel Kg7 26. Tcdl Th8 27. Dg3 Th5 (De zwarte ver dediging is simpel: gewoon de open h-lijn bezetten) 28. Df4 Le7 29. Del Ld6 30. Pe5 Dh4 (Daar is het tweede stuk) 31. f3 Dg3 32. Te3 Td8 (DIAGRAM I) en voor dat ook deze toren zich op de h- lijn meldt geeft wit op. De aar digste variant is 33. Pg4 Tdh8 34. (Waarschijnlijk is Pe4: beter) 15. Pe5 Ld7 16. f4 h5!? (Zwart staat inmiddels al slecht. De tekstzet verhindert g4, maar geeft wit op langere termijn de gelegenheid om de h-lijn te openen. Relatief het beste lijkt nog Dc7 17. g4 Lc6) 17. Tadl Le8 18. Lbl Da3 19. h3 Tac8 20. Td2 b6 21. Tfdl De7 22. Df2 b5 23. c5 b4 24. Dh4 (Het eerste stuk) Tc7 25. g4 hg4: 26. hg4: Tdc8 27. Pc4 Lc6 28. Le5 Td7 29. Pd6 Tcd8 30. Th2 (Het tweede stuk) Ld5 31. Kf2 (DIA GRAM II) en ook hier wacht zwart Tdhl niet af. Na deze zet heeft hij geen verweer tegen Dh8+. bed f 9 h Pf2 Thl+ 35. Phl: Thl: 36. Khl: Dh2 mat. Wit: Joesopov; zwart: Soson- ko. 1. d4 Pf6 2. Pf3 e6 3. e3 d5 4. Ld3 g6 5. b3 Lg7 6. La3 Pbd7 7. Pbd2 c5 8.0-0 0-0 9. c4 Da5? (Hier staat de dame ongelukkig) 10. Lb2 Td8 11. De2 cd4: 12. Ld4: Pc5 13. Lc2 Pce4 14. Pe4: de4: Als u, net zoals ik, de afgelopen dagen met spanning de in Val kenburg gespeelde Coup du Monde gevolgd hebt, dan zal de overwinning van het Sowjet-team bij u ongetwijfeld zwaar op de maag zijn gevallen. Hoewel deze happening een toernooi voor drietallen was, is er zonder enige twijfel maar één man verant woordelijk voor deze uitslag: Jannes van der Wal. In de eerste toernooihelft won hij in fraaie stijl van wereldkampioen Gant- warg. In de tweede toernooihelft ging er echter iets mis. Tegen Afrika werd slechts 3-3 gescoord, doordat Sijbrands en Clerc remi seerden met resp. de G.M.I. Der en Diallo en Van der Wal met de zwakste Afrikaan Mbaye. On danks deze tegenvaller stond Ne derland in de slotronde 1 punt voor op de Sowjet-Unie. De af spraak was dan ook dat alle drie de spelers hoe dan ook op remise dienden te spelen. Aldus ging de partij Van der Wal-Gantwarg van start. 1. 32-28 18-23 2. 34-29 23x32 3. 37x28 20-25 4. 41.37 15-20 5. 37-32 17-21 6. 46-41 21-26 7. 41-37 16-21 8. 40-34 11-16 9. 45-40 19-24 10. 29- 23 13-19 11. 34-29 8-13 12. 40-34 12-17 13. 31-27 6-11 14.27-22 10-15 15. 23-18?! Wit denkt zeker met een kruk te maken te hebben, an ders kan ik dit remise-systeem niet verklaren.24-30 16. 35x24 19x30 17. 36-31? Het probleem waar wit straks mee zit, is dat hij schijf 18 niet goed kan aanvullen, daarom had hier 29-23 gemoeten om na 4-10 in het voordeel te ko men met 44-40!, dreigt 32-27 42- 37,28x37 en 40-35 terwijl op 14-19 23x14 10x19 28-23! volgt: 17x28 (gedw.) 23x14 13x22 32x23 11-17 33-29! en op 30-35 volgt de iet wat onduidelijke dam 14-10-14 14- 19! 18. 31-27 2-8 19. 29-23 4-10 20. 23x14 10x19 21.33-29 20-24 22.29- x20 15x24?! Na 25x14, 19-23, 17. x28, 21x41 5x14 en daarna 13x22 is zwart wel in het voordeel, maar nog geen winnend voor deel. Vandaar 15x24. 23.44-40 30- 35 24. 39-33 35x44 25. 49x40 24-30 26. 50-45? 30x39 27. 43x34. Ge heel tegen z'n gewoonte in pro beert wit schijf 18 te behouden. I.p.v. 50-45 was m.i. 40-35 sterker. Op 5-10 kan dan 34-29 of wellicht nog sterker 50-44-39, en op 8-12 33-29 12x23 29x18 19-23 (na 5-10 28-23 19x28 32x23! mogelijk met altijd een slagje naar 15 maar ook gewoon 50-44) 28x8 3x23 22-18! 23x12 38-33 en wit staat ondanks schijf achterstand zeer goed. 5-10 28.34-29 26-31! 29.37x26 19-23 30. 28x19 17x39 31. 26x6 13x31 32. 29-24 (anders 25-30) 9-14 33. 47-41 14x23 34. 41-36 7-12 35. 36x27 12- 17 36. 42-37 17-21 37. 27-22 8-13, en in deze volstreks kansloze po sitie ging wit door z'n vlag. Dat Van der Wal zuiver en al leen uit was op persoonlijk suc ces lijkt mij wel duidelijk. En daarna is hij niet geschikt voor teamwedstrijden. Het belang van het team moet dan voorop staan! Het Ridderkerkse Pinkster- markttoernooi is onder de voort varende leiding van Emmy van Strien en met steun van Van Splunder inmiddels uitgegroeid tot een waardevolle aanwinst op de Nederlandse bridgekalender. De organisatie heeft bij de start destijds de goede gedachte ge had het evenement als het ware in te bedden in het jaarlijkse Pinkstermarktgebeuren. Ieder jaar staat daarbij een bepaald land of landstreek centraal en zo kon het dit jaar gebeuren dat een muziekgroep uit Auvergne de vermoeide bridgers wat kwam opvrolijken. Het volgende spel zou daaraan overigens ook heb ben kunnen bijdragen. 10 8 8653 O 3 H97643 76 N J|HVB5 B94 W n AHV7 O 10 9 8 7 4 O 6 2 10 5 2 Z VB8 A 9 4 3 2 10 2 O AHVB5 A O door Ton Schipperheyn Zuid (NZ kwetsbaar) opende 1 Ru en herbood na pas - pas - dou blet 2 Ru, een wat onduidelijke actie (1 Sch ligt meer voor de hand). Na weer pas - pas liet oost wederom een doublet los en west besloot dat in te laten, op zoek naar de magische score van 200. West startte met Sch 7êen nu moeten OW heel zorgvuldig te genspelen: Sch 7 voor boer en aas, drie ronden troef, KI A en schoppen voor 10 en vrouw lijkt een normaal begin. Alle verant woordelijkheid rust nu op oost. Goed is Sch H te spelen (west harten weg), gevolgd door Sch 5. West troeft, bereikt zijn partner in harten en west maakt nu ook nog Ru 10 'en passant', goed voor 6 slagen. Speelt oost eerst harten, dan gaat het mis. Zuid scoort vroeg of laat Ru 5 en krijgt ook KI H nog wel binnen. Dit is een leuk biedspel, waarbij u met uw favoriete partner mag proberen A 10 9 8 6 O A 4 3 O AHB96 - Amsterdam staat centraal op drie bijzondere zegels, die vanaf 3 juli jn de eerste weken van de zomer, aan de loketten verkrijg baar zullen worden gesteld. We schrijven met opzet "in de eerste weken van de zomer", want we kunnen ons voorstellen dat er op 3 juli al veel mensen met vakan tie zijn. Verzamelaars van eerste- dagenveloppen en van dagte kenstempels van de eerste dag van uitgifte, die op 3 juli b.v. al aan zonnige stranden liggen, die nen dan ook maatregelen te tref fen, omdat ze, als er bij terugkeer nog moet worden gekocht, altijd duurder uit zullen zijn. De drie Amsterdam-zegels zullen achtereenvolgens zijn gewijd aan het 100-jarig bestaan van het Rijksmuseum (50 cent), 200 jaar geïnstitueerd zeevaartkundig on derwijs (60 cent),en Sail '85 (70 cent). De ontwerpen zijn van drie verschillende personen. De zegel van 50 cent werd verzorgd door Michel de Boer uit Den Haag, de 60 ct.-zegel door Ruud van Em- pel uit Breda en de 70 ct.-zegel door Ruud Philipsen uit Leiden. Voor alle drie is het hun debuut. De zegels, alle liggend, zullen te koop zijn zolang de voorraad strekt, maar uiterlijk tot 1 augus tus 1986. De zegel van 50 cent, gewijd het 100-jarig bestaan van het Rijksmuseum, vinden we qua opzet het meest geslaagd van alle drie. Links op de zegel wordt het Rijksmuseum afgebeeld zoals het er honderd jaar geleden uit zag en rechts van een breuklijn zoals het er nu uitziet. Als tekst heeft de zegel "100 jaar Rijksmu seum" en het jaartal 1985. De ze gel is uitgevoerd in geel, cyaan, magenta, zwart en blauw. Opla ge: 15,8 miljoen stuks. Het Rijksmuseum werd op 13 ju li 1885 geopend; de architect was dr. P.J.H. Cuypers uit Roer mond. Jaarlijks trekt het mu seum ongeveer een miljoen be zoekers uit alle delen van de we reld. De zegel van 60 cent (geel, cyaan, rood, violet en violetblauw; opla ge 15,3 miljoen) staat in het teken van 200 jaar geïnstitueerd zee vaartkundig onderwijs. Op de ze gel een foto: vier jongens en een meisje, gezeten rond een water bak waarin drie scheepjes drij ven, krijgen onderricht. Deze ze gel, die een beetje een harkerige VB2 N 7 4 3 H 10 8 6 5 wo V B 9 O V 7 5 O 10 8 3 2 85 Z V 10 9 H 5 9 72 O 4 AHB7 6432 Oost gever, NZ kwetsbaar. 6 KI is moeilijk te bieden, maar een flink aantal paren slaagde daarin toch nog. Één paar bood zelfs 7 KI en kreeg troefstart. Een fraai contract is ook 4 Sch. Wq bereik ten 3 SA, waartegen oost zo vriendelijk was met ruiten uit te komen. Na Ru A volgde schop pen naar de heer, twee hoge kla veren én schoppen na, west aan slag. In het eindspel betoonde oost zich nogmaals vriendelijk door zijn resterende ruitens af te gooien: zes gemaakt en een beste score. Het toernooi werd gewon nen door Tostman-Bullens die een formidabele score van ruim 65 bij elkaar speelden. indruk maakt, heeft als tekst "1785-1985 Zeevaartkundig On derwijs". Een jaartal is dus over bodig. De officiële stichting van de Kweekschool voor de Zeevaart had op 24 oktober 1785 plaats. Deze kweekschool bestaat nu echter niet meer als zelfstandige eenheid. Sedert 1971 is zij opge gaan in de Stichting Hogere Zee vaartschool Amsterdam. De derde en laatste zegel van de Amsterdam-serie in de waarde van 70 cent (grijs, turquoise, rood, blauw en zwart; oplage 15,8 miljoen) vraagt aandacht voor Sail '85. Op deze bijzonder aardi ge zegel een gedeelte van de tui gage van een platbodem. Tekst: "Sail '85 Amsterdam". Ook hier geen jaartal. Het is dit jaar de derde keer dat de manifestatie Sail Amsterdam plaats heeft. Voor het eerst was dat in 1975, daarna in 1980. Gedu rende één week, van 1 tot 6 au gustus, zal Amsterdam een paar stappen terug doen in de tijd om weer even die trotse stad uit de Gouden Eeuw te worden. Tal van schepen uit de gehele wereld zullen te zien en te bewonderen zijn, zoals viermasters, barken, schoeners, brikken en barkentij-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 31