Cor Vos, in
wielerfoto's
Moet het
dan maar
verboden
worden?
Maatregelen tegen Brits voetbalgeweld overtuigen niet iedereen
ZATERDAG 8 JUNI 1985
EXTRA
PAGINA 21
Zwaardere straffen, of baantjes voor alle Britse jongeren. Dat is zo ongeveer het
niveau waarop de discussie over het almaar toenemende voetbalsupportersgeweld in
Engeland blijft steken. Maar wie wil zien hoe die groep van criminelen is opgebouwd,
komt tot verrassende observaties. Soms worden hele strategiën ontwikkeld om de
aanhang van clubs uit andere steden te lijf te gaan. Of worden luxe visitekaartjes
op de in elkaar geramde slachtoffers achtergelaten met de tekst: "Niets persoonlijks,
de Anti-Personnel Firm heeft u een grote beurt gegeven". De achtergronden van het
Britse voetbalgeweld.
door Henk Dam
Het uitermate serieuze dagblad
Financial Times is het verst gegaan
in het aandragen van suggesties om
een eind te maken aan de barbarij
van Britse voetbalsupporters. In
een hoofdartikel stelde de krant de
regering voor het profvoetbal
desnoods maar helemaal te
verbieden.
„Dat is niet zo drastisch als het lijkt.
Britse regeringen hebben in het
verleden ook wel andere onbeschaafde
sporten zoals hanengevechten
verboden", aldus de Financial Times,
die daaraan behulpzaam toevoegt dat
zou kunnen worden begonnen met een
speelverbod voor één club met 'erge
supporters'. Zover is mevrouw Thatcher
niet gegaan, toen zij de maatregelen
bekendmaakte die een eind moeten
maken aan het gezwel van het
voetbalvandalisme. Maar de nadruk is
I wél komen te liggen op strengere
controle, zwaardere straffen en harder
optreden van de autoriteiten.
Twee kampen
Niet iedereen is ervan overtuigd dat
dat veel helpt. Vooral aan de linkerkant
van het politieke spectrum wordt de
volgende theorie veel gehoord: „Je kunt
aan het probleem van
voetbalvandalisme alleen iets doen als je
de oorzaken kent. Het gaat er dan om dat
je die oorzaken aanpakt".
Over de oorzaken woedt de laatste tijd
in Engeland een discussie, waarbij men
ruwweg twee kampen vindt, langs
dezelfde lijnen waarmee politiek Jinks'
en .rechts' verdeeld zijn. Links legt
daarbij de nadruk op gezamenlijke
j aansprakelijkheid, rechts op individuele
verantwoordelijkheid.
Kort gezegd komt het standpunt van
links hierop neer: „De jongeren gaan tot
geweld over omdat zij niets anders
hebben. Ze zijn nihilisten geworden, en
dat is ook geen wonder. Aan werk
kunnen ze niet komen, ze wonen in
krottenwijken en hebben geen ander
I vertier".
De grote Engeland-kenner prof. Ralf
Dahrendorf, een Westduitser, sprak in
een brief aan The Times in dit verband
van de opkomst van een „onderklasse
die cynisch staat tegenover de officiële
I waarden van een samenleving die
J gericht is op werk en op orde".
Hij voegde daaraan de waarschuwing
toe: „Als we er niet in slagen deze jonge
burgers in onze samenleving op te
nemen, dan moet gevreesd worden voor
een angstaaryagende vicieuze cirkel van
geweld en domme
orde-en-gezag-politiek. Zo is sprake van
een dubbele dreiging".
Slechte opvoeding
Rechts benadert het probleem anders.
Voor Conservatieven staat een slechte
opvoeding aan de basis van alle kwaad.
Het zijn de ouders die de kinderen aan
hun lot overlaten, het liberale onderwijs,
de tv die veel te lang blijft aanstaan en
die emmers geweld en sadisme over
ontvankelijke kinderzielen uitstort.
Het is logisch dat de standpunten zo
I liggen. De Labour-party kan politiek
munt slaan uit een publieke opinie die
ervan overtuigd is dat het uiteindelijk de
schraalhans-politiek van mevrouw
Thatcher en de haren is, die gezorgd
heeft voor de 38 doden in Brussel.
En het is inherent aan de
Conservatieve filosofie, dat eerst naar
het individu wordt gekeken en dat
wordt gereageerd met een politiek van
nog strengere straffen en nog meer
knuppels. Niet voor niets gaan bij het
jaarcongres van de Tories jaar in, jaar uit
veruit de meeste moties over
law-and-order. Als het aan het
Conservatieve voetvolk had gelegen,
De videobeelden spreken voor zich.
Cor Vos, Neerlands beste
wielerfotograaf, ontpopt zich ook
als een talentvol cineast. De
36-jarige Vos heeft een nieuwe
uitdaging gevonden: filmen.
Onderwerp is uiteraard wielrennen.
Thuis in Hoogvliet vertoont hij op de
video een ruwe montage van de
wielerfilm waarmee hij bezig is. De film
is typerend voor Vos, die overal tegelijk
wordt gesignaleerd in het peloton. Hij
heeft, wat men noemt, het
'fingerspitzengefühl'. Met zijn camera
plukt hij net zo gemakkelijk nieuws uit
het peloton als een tuinder die een
boeketje samenstelt.
Terwijl hij de film (versneld) laat zien, is
de man achter de camera voelbaar
aanwezig. Eén 'shot' springt eruit. Vos
filmde dat fragment zonder
onderbreking en dat tekent zijn klasse.
In de Amstel Goldrace komt Jan
Jonkers op kop van het peloton. Vos
brengt Jonkers close in beeld en in de
daarop volgende minuten (seconden?)
laat Jonkers de koppositie los.
Uitgepierd, opgebrand, leeggelopen.
Het complete peloton dendert over de
uitgeputte Jonkers heen. Hij wil
aanpikken bij de laatste renner, maar
het elastiek rekt en breekt.
Ploegleider Jos Ehlen laat zich zien.
„Duik maar even achter de auto", zie je
hem zeggen. Jonkers volgt het bevel op,
maar ook de zuigkracht van de
ploegleiderswagen kan hem niet op
snelheid houden. Een dood vogeltje.
waren roede en galg al lang weer in ere
hersteld. Zo denkt men in die kringen.
Zwaardere straffen of baantjes voor
alle jongeren, dat is dus zo'n beetje de
keuze. Welke is de verstandigste van de
twee? Die vraag kun je alleen proberen
te beantwoorden als je weet hoe de
groep voetbalcriminelen sociologisch
gesproken is opgebouwd. En dan zijn er
een paar verrassende observaties te
maken.
Het staat wel vast dat in de ruim
twintig jaar dat Britse voetbalsupporters
zich nu bezighouden met geweld, het
aanvankelijk vooral ging om jongeren
Uit de hand
De hobby waarmee Cor Vos in 1968
begon is - op z'n zachtst gezegd -
compleet uit de hand gelopen. Eind
jaren zestig fietste Vos als amateur
(„altijd afzien om te kunnen mee
rijden") en kwam hij zwaar ten val. De
sporen van die val tekenen nog steeds
zijn gezicht aan één kant. „Fietsen kon
ik verder wel vergeten", zegt Vos, die in
die tijd racefietsen verkocht. „Ik ben
toen begonnen met een
amateurcamefaatje. Ik maakte foto's
van renners en verkocht die voor f2,50.
Dat heeft een vlucht genomen. Binnen
een jaar hadden bijna alle renners wel
een foto van mij".
„Ik was toen een jaar of twintig.
Daarvoor had ik nooit gefotografeerd,
maar het lukte redelijk. Na een jaar
kwamen ook wat foto's van mij bij
kranten terecht. De eerste werd
gepubliceerd in het Rotterdams
Nieuwsblad. Zij vroegen ook of ik mee
wilde naar de Nederlandse
clubkampioenschappen in Dronten. De
volgende dag stonden er vijf foto's van
mij in de krant.
„Toch was het eigenlijk maar een
beetje aanmodderen in die tijd. Ik begon
het na vijf jaar pas als m'n werk te
beschouwen. Ik weet jiog goed dat ik
mijn vrouw Carla leerde kennen. Ik
beloofde haar dat ik nooit verder dan
honderd kilometer van huis zou gaan.
Tegenwoordig ben ik bijna nooit meer
binnen die straal van honderd
kilometer. Je gaat naar Milaan of naar
Genève alsof het niets is".
Het daarop volgende verhaal is haast
uit de zogenaamde 'working class', de
arbeiders, in een ouderwets land als
Engeland inderdaad een aparte klasse.
Nalatenschap
David Robins beschreef het in zijn
boek over voetbalvandalisme („We hate
humans") als volgt: „Het (geweld) maakt
deel uit van opgroeien in de working
class. Sommigen doen het omdat ze het
als een nalatenschap zien, overgaande
van broer op broer. Anderen zien het als
vermaak of als moedwillig risico's
nemen, zoiets als op een motor rijden".
een aaneenschakeling van anekdotes en
bijzonderheden. „Ik heb eigenlijk
weinig te vertellen", zei Vos bij
binnenkomst, maar als hij eenmaal op
de praatstoel zit, stayert hij van het ene
naar het andere smakelijke verhaal. De
bekendste story haalde driejaar geleden
alle Nederlandse kranten. Tijdens het
wereldkampioenschap wielrennen in
Goodwood (Engeland) werd Vos
gearresteerd en een nacht vastgehouden
in een cel.
Gearresteerd
„Ik was en ben als fotograaf gewend
overal te mogen lopen. In Engeland liep
ik tijdens de 100 kilometer tijdrit met
een hesje aan waarop met grote letters
fotograaf stond. Ik stond vlakbij de
finish en er kwam een agentje naar me
toe die zei dat ik achter het hek moest
gaan staan. Daar had ik geen zin in en
toen duwde hij me in de richting van het
hek. Ik heb hem een tik met m'n camera
gegeven. Ik wilde eerst een foto maken
en daarna achter het hek gaan staan,
maar even later werd ik gearresteerd.
„De volgende dag moest ik bij de
rechter komen. Ik heb tijdens de zitting
gezegd dat volgens mij een violist niet
met zijn viool zal slaan en dat een
fotograaf niet met zijn camera slaat.
Werkloosheid, afwijzen van gezag en
uitgewoonde binnensteden spelen elk
hun stimulerende rol daarbij, aldus
Robins, die tientallen van de betrokken
jongeren interviewde. „Het gaat hier om
mensen die een punt in hun leven
bereikt hebben waarop ze zeggen: we
zijn het zat".
Bij deze groep is rotzooi schoppen op
de tribunes zoiets als een
stammenoorlog. Het gaat om terrein
innemen van de tegenstander, winnen of
vluchten. Het gaat er ook om je waar te
maken als man, jezelf bewijzen in een
samenleving die weinig andere kansen
Uiteindelijk werd ik vrijgelaten nadat ik
85 pond boete had betaald. Een dag later
mochten alle fotografen lopen waar ze
wilden. Ik heb in Engeland van Harrie
Jansen (NOS) de lp Jailhouse-rock
gekregen. Hoe hij daar zo snel aan
kwam, weet ik niet. Van andere collega's
kreeg ik een taart met drie vijlen erin".
Het is opmerkelijk dat Cor Vos niets
schijnt te 'missen' van de
gebeurtenissen in het peloton. Het wil
nog wel eens voorkomen dat
Nederlandse wieleijournalisten na
afloop van een Tour-etappe vragen om
net die ene foto van Jan Raas die afstapt,
of Johan van der Velde die in het ravijn
stort. Een overbodige vraag, want Vos
zegt nooit 'nee'.
„Ik probeer alles te hebben.
Valpartijen zie ik vaak aankomen. Niet
als er hard gereden wordt, maar juist als
er gewandeld wordt. Dat kunnen best
ludieke foto's zijn. Nee, ik bedoel niet de
foto's met veel bloed. Ik maak ze wel,
maar ik houd er niet van. Ik maak liever
foto's waarop renners echt zitten af te
zien. Het liefst zó scherp dat ook de
zweetdruppels erop te zien zijn".
Hinault is wat dat betreft zijn beste
'model'. De noeste Breton zit in zware
Tour-etappes met een verbeten trek op
zijn gezicht te 'lijden'. „Als hij afziet.
geeft om dat te doen. Elke groep heeft
zijn eigen rituelen, hiërarchie en ethiek.
Deze groep van nogal primitieve
jongeren is kanonnen voer voor het
National Front, een fascistisch
georiënteerde, extreem-nationalistische
organisatie, die onder meer Engeland
blank wil houden en die over het
algemeen weinig op heeft met welk
buitenland dan ook.
Het is zonder twijfel waar dat het
National Front op de voetbalvelden
ijverig recruteert. Voetbalgeweld is voor
deze, met een zeer bedenkelijke moraal
uitgeruste maar allerminst
verbergt hij het niet. Eric Vanderaerden
is heel anders. Hij wil altijd dollen. Ik
heb indertijd meegemaakt dat hij een
Tourrit won in Pau. Op die foto zie je het
'gemaakte' afzien. Hij gaat op zulke
momenten heel speciaal op de fiets
zitten en ik zie dat hij acteert".
Uitverkoren
Cor Vos, die dit jaar zijn tiende Tour
de France rijdt, is één van de
uitverkorenen. De tour mag door slechts
zeven fotografen op de motor gevolgd
worden. De wielerfotograaf uit
Hoogvliet is de enige Nederlander in dat
selecte gezelschap. „Dat is een privilege,
omdat Lévitan liever alleen fotografen
van l'Equipe ziet. Zij kunnen hun foto's
verkopen door heel Europa en daar is
Lévitan ook bij gebaat".
„Er is trouwens wel teamgeest onder
de fotografen in de Tour. Af en toe wordt
er wel eens een negatiefje geruild. Soms
krijg ik tien opdrachten per etappe van
de kranten en dan probeer ik al die
onderwerpen ook op de foto te hebben".
De invloed van Cor Vos reikt zelfs zo
ver dat hij renners tijdens de wedstrijd
bepaalde zaken in scène laat zetten. Zo
wilde Eddy Planckaert in de
Elfstedentocht (voor wielrenners) best
een stukje klunen voor de foto en was
Gerrie Knetemann niet te beroerd
tijdens een Tour-etappe op de kasseien
bij Roubaix een stukje hard te lopen met
zijn fiets op de schouders. Tijdens de
Tour de France maakte hij ook eens een
foto van een renner die voor het pelotón
uit wandelde. „Het was die dag een
echte wandeletappe".
„Dat gebeurt trouwens allemaal tegen
de zin van Jan Raas. Hij ziet dat niet
zitten en denkt dat ik daarmee de
wielersport in een kwaad daglicht stel.
Dat doe ik juist niet. Ik wil de
wielersport alleen maar propageren. Ik
maak geen foto's van wielrenners met
een spuit in hun kont. Als ik zoiets doe,
kijken ze me nooit meer aan. Nu is er
sprake van vriendschap en zo hoort het
ook. Ze zijn overal toe bereid als ik een
foto van ze nodig heb".
Geschopt
„Wielrennen is prachtig. Ik doe het
veel liever dan naar een
voetbalwedstrijd gaan. Wat ik daar al
niet tegen m'n kop heb gekregen:
grammofoonplaten, borrelglaasjes en
zelfs rookworsten. Bovendien wil het
nog wel eens voorkomen dat ik een
schep zand over me heen krijg, terwijl il
net een film zit te verwisselen. Dat kan
een enorme schadepost veroorzaken".
Daarom gaat hij liever als
onintelligente jongeren nuttig, omdat
het de samenleving destabiliseert en
bovendien publiciteit oplevert.
Hun vlaggen zijn een alledaags gezicht
op de Britse voetbaltribunes, en het
Engelse nationale team reist nooit
zonder een groep National
Front-mannen als „supporters". Vorig
jaar juni reisden tien van hen zelfs mee
naar Zuid-Amerika met tickets van 6000
gulden elk op zak.
Gevechten uitlokken met
buitenlanders is hun doel, en als dat er
niet in zit, kunnen ze nog altijd de tijd
doden met het aanheffen van
spreekkoren als zwarte Britse spelers
aan de bal zijn. Hun hatelijke
„Sambo-Sambo-Sambo-Sambo" moet
inmiddels op heel wat voetbalvelden
geklonken hebben.
Extreem geweld
De laatste jaren is een derde groep
ordeverstoorders opgekomen, die weer
duidelijk anders geaard is dan de eerder
genoemde twee. Het gaat om jonge
mannen tussen 20 en 30 jaar, afkomstig
uit een duidelijk beter betaalde sociale
laag ('upper working class', heet dat in
het klassegevoelige Engeland), wonend
in de betere woonwijken, vaak met een
baan.
Dat deze groep bestaat en bovendien
verantwoordelijk moet worden geacht
voor de ergste uitwassen van de laatste
jaren, is pas een paar maanden geleden
goed duidelijk geworden, toen een
jongeman uit Cambridge wegens
voetbalgeweld tot vijf jaar cel werd
veroordeeld. Dat was een buitengewoon
strenge straf, maar de groep waartoe de
jongeman behoorde, had zich dan ook
aan extreem geweld schuldig gemaakt.
Bij het proces bleek dat de jongen „de
generaal" werd genoemd, omdat hij als
een veldheer de gevechten placht te
leiden.
Zijn groep, de 'Main Firm', had hele
strategieën ontwikkeld om vijandige,
soortgelijke onofficiële supportersclubs
uit andere steden te bevechten. Het
blijkt nu, dat er tussen die clubs een
soort competitie bestaat, met ranglijst
en al, waarbij het erom gaat wie het
hardst én het slimst is.
Dit is niet alleen bot geweld, het gaat
ook om tactiek. Zelfs de 20e eeuwse
versies van het Turfschip van Breda en
het Paard van Troje'komen eraan te pas.
Zo dragen leden van clubs als de 'Main
Firm' nette, zelfs dure kleren en kopen
ze kaartjes voor de dure plaatsen in het
stadion. Ze reizen nooit met het door
„hun" voetbalvereniging
georganiseerde vervoer, maar alleen of
in kleine groepjes, soms per auto, soms
per (le klas) trein - daarom heet de
geweldsclub van West Ham „Inter City
Firm". Dat heeft allemaal de bedoeling
niet op te vallen, zodat de verrassing
voor de vijand des te groter is.
Visitekaartjes
Dit soort jongens reist zonder
politie-escorte en ontsnapt meestal aan
fouillering, juist omdat ze er zo keurig
uitzien. Het was dan ook op het dure
gedeelte van de tribune, dat begin april
de buitengewoon gewelddadige scènes
tijdens de wedstrijd Luton tegen Milwall
te zien waren. Hetzelfde gold bij Chelsea
tegen Sunderland.
Het nieuwste is dat een aantal van de
sinistere clubjes begonnen zijn duur
uitziende visitekaartjes op hun in elkaar
geramde slachtoffers te spelden, met
daarop boodschappen als:
„Gefeliciteerd - u heeft zojuièt de Inter
City Firm ontmoet", of „Niets
persoonlijks, de Anti-Personnel Firm
heeft u een grote beurt gegeven".
Hujnor, als het ware. Maar elk van
deze visitekaartjés brengt ook de dood
van het Britse voetbal weer wat
dichterbij. Misschien krijgt ooit de
Financial Times toch nog wel gelijk...
hobbyist-vakman naar het wielrennen,
hoewel ook in die tak van sport de
tolerantie schijnt af te nemen. „Ik ben
ooit eens in elkaar geschopt na Het Volk.
Een collega van me belde Carla op met
de mededeling dat ik niets mankeerde,
maar wel op de operatietafel lag. Ik had
ruzie gekregen met een collega en die
schopte me een gebroken neusbeen.
Zo'n telefoontje kwam trouwens ook
vanuit Goodwood. Iemand belde Carla
op en zei: niet schrikken, Cor zit in het
gevang en morgen is de rechtzaak, maar
ik hang nu op, want ik moet nog foto's
afwerken". Overigens zou Cor Vos zelf
in een soortgelijk geval hetzelfde gedaan
hebben. De klanten moeten tenslotte op
hun wenken bediend worden.
„Ik werk niet exclusief voor een
bepaalde klant. Je kunt beter foto's
leveren aan 25 kranten dan aan één grote
opdrachtgever. Ik denk dat dat ook m'n
sterkste kant is. Je probeert een aardige
foto te maken met een streekrenner voor
het Eindhovens Dagblad en voor het
Limburgs Dagblad probeer je hetzelfde
te doen. Iedereen kan bij mij terecht. Ze
weten dat ik alles heb. Pas belde er nog
iemand uit Los Angeles om twee uur 's
nachts voor een kleurendia. Dan zorg ik
ook dat die dia er komt".
Zonder een spoortje angst stort Vos
zich met zijn motorrijder in de steille
afdalingen om de beste foto's te maken.
„Ik vertrouw volledig op mijn
motorrijder. Dat is nu Dirk de Velde en
op die man vaar ik blind. Ik durf de
Euromast niet op, maar afdalingen doen
me niets. In Milaan-San Remo durfden
maar twee motorrijders de Poggio af. Ik
was erbij en maakte juist in die afdaling
al m'n foto's. De kwaliteit ervan is
trouwens voor minstens vyftig procent
afhankelijk van de motorrijder en in
sommige ritten is dat wel negentig
procent", aldus Vos, die tien jaar
achterop de motor zat bij Joop Zijlaard.
„Na tien jaar hoorde ik op zijn
verjaardag dat hij zojuist zijn rijbewijs
had gehaald".
Cameraman
Na de Tour van dit jaar reist Vos naar
Amerika om daar de Coors Classic te
volgen op uitnodiging van de
organisatoren, die hem als 'hoffotograaf
wilden. „Zij willen hun koers meer in de
picture. Al m'n onkosten worden
betaald. Dat hoor ik Lévitan nog niet
zeggen. Voor mij is die Coors Classic
toch weer een geweldige uitdaging. Dat
is die film, die ik aan het maken ben,
trouwens ook. M'n grootste wens is dat
ik ooit nog eens een wedstrijd mag
volgen als cameraman van de BRT".
KOEN MIJNHEER
Cor Vos is een begrip in de wielerwereld. Niet als
coureur, maar als fotograaf. De unieke beelden
waarmee hij deze tak van sport weet vast te leggen,
brachten hem zelfs bij het handjevol uitverkoren
persfotografen dat de Tour de France mag volgen. Cor
Vos vertelt.
Cor Vos, op z'n favoriete stekje: achterop de motor tussen het wielervolk.
Hier praat hij in op Bert Oosterbosch. (foto gpdi