Jan de Koning:
'Aruba kan tot
1996 oefenen'
Veel protest tegen straf van Leonardo Boff
Vraagtekens bij 'status aparte' aan vooravond van Tweede-Kamerdebat
Laten sterven met
voedseloverschotten
is niet uit te leggen
DINSDAG 21 MEI 1985
PAGINA 15
Op 2 en 3 juni behandelt de
Tweede Kamer het wetsvoor
stel dat het eiland Aruba een
'status aparte' moet verlenen
binnen het Koninkrijk der
Nederlanden. De Staten (het
parlement) van de Neder
landse Antillen en de Ei
landsraad (het gemeentebe
stuur) van Aruba zullen daar
na hetzelfde moeten doen.
Formeel gaat het om een
wijziging van het uit 1954 da
terende Statuut voor het Ko
ninkrijk. Tot in 1975 Surina
me het koninkrijk verliet, be
stond dit uit drie 'landen'.
Met ingang van 1 januari 1986
zal dat opnieuw het geval
zijn. Aruba krijgt dan de af
zonderlijke positie van 'land'
binnen het koninkrijk. Ne
derland en de vijf andere ei
landen van de Nederlandse
Antillen samen (Curasao, Bo
naire, Sint-Maarten, Saba en
Sint-Eustatius) zijn dan de
twee andere 'landen'.
De voorbereidingen voor
de formele wijziging van het
DEN HAAG Het eiland Aruba dat op nieuwjaarsdag
1986 met een 'status aparte' zijn eigen weg wil gaan, los
van de overige vijf eilanden van de Nederlandse Antil
len, hoeft bij Nederland niet aan te komen met pogin
gen om de volledige staatkundige onafhankelijkheid
tien jaar later (1 januari 1996) uit te stellen of ongedaan
te maken.
Minister drs. Jan de Koning (An
tilliaanse Zaken) is daar weerbar
stig duidelijk over: „Zoiets zal
niet geaccepteerd worden en
daaraan zal ik ook niet meewer
ken. Want hier raken we de kern
van de zaak. We hebben afge
sproken dat een status aparte
binnen het koninkrijk niet an
ders kan zijn dan een tijdelijke
regeling, die wordt afgesloten
met onafhankelijkheid".
Twee jaar terug, in maart 1983,
schoven in Den Haag acht deel
nemende partijen aan een Ronde
Tafel Conferentie (RTC) om af
spraken te maken over de ma
nier waarop Aruba gebruik zou
maken van het recht op zelfbe
schikking door definitief te kie
zen voor onafhankelijkheid.
De Nederlandse Antillen, de
zes afzonderlijke eilanden en Ne
derland legden daar op papier
vast wat er allemaal geregeld
diende te worden met het oog op
de nieuwe positie van Aruba
voor een periode van tien jaar
binnen het koninkrijk en de uit
treding daarna. Minister De Ko
ning is sindsdien verschillende
malen de oceaan overgevlogen
om de RTC-afspraken nader uit
te werken.
In Den Haag ontving hij ettelij
ke Antilliaanse en Arubaanse de
legaties om aan te horen welke
nieuwe problemen er steeds
weer rezen, hoe anders het eigen
lijk zou moeten, hoe losjes de sa
menwerking tussen Aruba en de
Antillen-van-de-vijf maar het
beste kon blijven. Van een sa
menwerkingsverband tussen
beide in de vorm van een unie,
zoals in beginsel was overeenge
komen, is geen sprake meer.
Veel is ook nog steeds ongere
geld.
Bovendien zijn op Aruba (slui
ting van de Lago-raffinaderij) en
op Curasao (problemen bij de
Shell) de economische omstan
digheden beduidend verslech
terd. Er heerst grote werkloos
heid; de vooruitzichten zijn be
paald niet rooskleurig. Is de defi
nitieve beslissing over de status
aparte van Aruba per 1 januari
1986 nog wel in alle opzichten
verantwoord?
Zorgelijk
Minister De Koning stelt de
zaak niet mooier voor dan ze is:
„Aruba zit in zorgelijke omstan
digheden. Men zal zich op het ei
land tot het uiterste moeten in
spannen om vervangende werk-
door
Kees van der Maas
gelegenheid te vinden voor de
weggevallen arbeidsplaatsen bij
de Lago. Ik denk dat dit mogelijk
is. Niet waarschijnlijk is dat ze
daar ooit nog een bedrijf zullen
vinden dat zoveel kan bijdragen
aan de overheidsinkomsten".
"Onvermijdelijk zal Aruba dus
zijn uitgaven zodanig moeten
aanpassen dat ze weer kloppen
met de moeilijke financiële situa
tie waarin het eiland is geraakt.
Op de vraag of het wel of geen
status aparte moet krijgen heb
ben deze problemen geen in
vloed. De extra kosten van de
nieuwe positie binnen het ko
ninkrijk heeft Aruba zelf in de
hand. Uitstel zal dus niets oplos
sen. Aan Nederlandse kant zijn
er geen motieven om de status
aparte voor Aruba af te blazen".
- Van de afspraken, gemaakt
op de RTC in 1983, is flink wat
afgeknabbeld. Prof Kapteyn,
voorzitter van de coördinatie
commissie die moet toezien op de
uitvoering van die afspraken,
vindt dat er eigenlijk nieuwe af
spraken moeten worden gefor
muleerd voordat het Nederlandse
parlement en de Staten van de
Nederlandse Antillen de wijzi
ging van het statuut voor het ko
ninkrijk straks behandelen. Gaat
u daarin mee?
De Koning: „Er is inderdaad
nogal wat afgedongen op de
RTC-afspraken. Overeengeko
men was een tamelijk vast veran
kerde samenwerking tussen
Aruba en de overige vijf eilan
den. Er zou een gemeenschappe
lijke ministerraad komen, een
gemeenschappelijk parlementair
orgaan. Dat is door beide partij
en op de Antillen afgewezen.
Aan Nederlandse kant hebben
we toen overwogen dat het wei
nig zin heeft mensen op te zade
len met iets dat ze zelf niet wil
len, want dan zal het toch niet
werken".
„We hebben gezegd: geef op
een andere manier vorm aan die
samenwerking. Op bepaalde
punten is dat goed gelukt, voor
de rechtspleging bijvoorbeeld.
Op het gebied van de financieel-
economische samenwerking is
dat heel wat minder vlot verlo
pen. Over de vraag welke munt
op Aruba zal worden gehanteerd
moeten er sluitende afspraken
komen, wil men tenminste een
monetair beleid kunnen voeren.
Formeel zou je kunnen zeggen:
de RTC-overeenkomsten van
1983 worden niet naar de letter
gevolgd, we zullen er toe moeten
overgaan om de conclusies te
herschrijven naar het model zo
als dat zich nu ontwikkelt".
„In de praktijk komt het erop
neer dat straks de drie belang
hebbende partijen - de Staten
van de Nederlandse Antillen, de
Eilandsraad van Aruba en de Ne
derlandse Tweede Kamer - bij
de behandeling van de statuut
wijziging moeten constateren of
wat op tafel ligt aan regelingen
voldoende is om daartoe over te
gaan. En wie het onvoldoende
vindt moet dan maar zeggen dat
hij de voorgestelde wijziging van
het koninkrijksstatuut (waarmee
Aruba de status aparte krijgt)
verwerpt".
Datum
- Er is dus de nodige soepel
heid aan uw kant. Maar bepaald
niet als het gaat om de definitie
ve datum van staatkundige on
afhankelijkheid voor Aruba op 1
januari 1996. De Eilandsraad
van Aruba wil die datum nog ter
discussie kunnen stellen. En Beti-
co Croes, leider van de meerder
heidspartij MEP op het eiland, is
voor dat idee de laatste tijd een
groot pleitbezorger.
De Koning: „Ik denk dat er erg
weinig bereidheid is om in dat
opzicht andere formules te ge
bruiken dan nu in de voorgestel
de statuutwijziging opgenomen.
We hebben vastgesteld dat er een
toetsingconferentie moet wor
den gehouden met in het achter
hoofd de gedachte dat vóór 1996
zou kunnen worden bekeken of
wellicht ook niet de andere An
tillen-van-de-vijf onafhankelijk
willen worden en dan als Antil-
len-van-de-zes zouden kunnen
verder gaan. Maar er is niet over
deze toetsingsconferentie ge
sproken met het oogmerk voor
Aruba om te kunnen terugkrab
belen".
- Maar zo wordt het op Aruba
wél uitgelegd.
De Koning: „Jammer, maar
dat kan echt niet. Voor mij staat
voor honderd procent vast dat
Nederland hiertoe niet bereid zal
zijn. Aruba heeft nu tien jaar de
tijd om aan onafhankelijkheid te
wennen. En dat moet het dan
maar zijn".
Oefenen
- Zal Aruba in tien jaar echt
goed zijn voorbereid om zijn ei
gen weg op eigen kracht te gaan?
De Koning: „Gemeten naar de
maatstaven van het Caraïbisch
gebied, waarin Aruba ligt, kan
het voldoende voorbereid zijn.
koninkrijksstatuut en alles
wat met het oog daarop
moest worden geregeld zijn
met horten en stoten en on
der moeilijker wordende om
standigheden verlopen.
Vooral economisch is de si
tuatie op de Nederlandse An
tillen verslechterd. Er zijn de
laatste tijd dan ook vraagte
kens gezet bij de komende
'status aparte' voor Aruba.
Aan de vooravond van de fi
nale beslissingen daarover
had Kees van der Maas over
deze twijfels een gesprek met
minister drs. Jan de Koning,
de Nederlandse bewindsman
die de Antilliaanse zaken be
hartigt.
De Koning: "Men zal zich tot het uiterste moeten inspannen',
Natuurlijk, in een kleine samen
leving blijft een staatkundige on
afhankelijkheid altijd zekere be
zwaren houden. Maar die bezwa
ren zijn niet groter dan op andere
eilanden in de omgeving, ook
niet groter met of zonder status
aparte. De Arubanen krijgen nu
een uitstekende gelegenheid om
te oefenen in onafhankelijkheid
tot 1996. En daarbij ga ik ervan
uit dat ook nadien samenwer
king met Nederland mogelijk
blijft en samenwerking met de
andere vijf eilanden van de Antil
len erg nodig zal zijn. Wij hebben
vanuit Nederland op onderlinge
samenwerking sterk aangedron
gen. Komt die onvoldoende van
de grond dan is het gevaar aan
wezig dat men eikaars concur
renten wordt, dat men elkaar te
genwerkt in tarievenbeleid, dat
men in economische wetgeving
eigen wegen gaat, dat men in be-
lastingpolitiek eikaars tegenpo
len wordt. Dit soort dingen wil
len we voorkomen".
Harde onderhande
laar
- Het beleid van minister De
Koning tegenover de Antillen
wordt in het Nederlandse parle
ment vrij breed gesteund. Hij
staat bekend als de man die de
Antillen met de neus op de feiten
durft te drukken, zegt waar het
op staat. Ginds heeft hij de naam
van de harde onderhandelaar,
de man van 'geen cent te veel'.
Denkt hij die lijn straks, als er
nieuwe problemen ontstaan en
de eilandsbesturen opnieuw in
Den Haag op de stoep staan met
de vraag om méér financiële
steun, te kunnen volhouden?
De Koning: „Het is voor de An
tillen van het grootste belang dat
het beleid vanuit Nederland
wordt gekenmerkt door respect
voor en aanmoedigen van de au
tonomie van de Antillen. Dat was
in 1954 de hoofdlijn van het Sta
tuut voor het Koninkrijk. En die
Ujn moeten we niet verlaten.
Sterker, die lijn moet scherper
zichtbaar worden. We moeten
vanuit Den Haag de financiële en
bestuurlijke zelfstandigheid van
de Antillen nastreven. Kan dat
tijdelijk niet in alle opzichten,
bijvoorbeeld doordat inkomsten
uit olieraffinaderijen wegvallen,
dan moet er een dikke streep on
der dat 'tijdelijk'. Nederland
moet daarom zijn bemoeizucht
met bestuurlijke zaken op de An
tillen intomen; aan de andere
kant moeten de Antillen niet lan
ger rekenen op blijvende finan
ciële steun vanuit Nederland.
Steun kan alleen in een over
gangsfase. En die moet er weer
toe leiden dat steun overbodig
wordt".
•Truc'
- Op Curagao bestaat het ge
voel dat Nederland met mede
werking aan de status aparte
voor Aruba de andere eilanden
eigenlijk dwingt om - zelfs tegen
hun zin de onafhankelijkheid
op termijn te accepteren. In dat
verband wordt dan gesproken
over 'de grote truc van Neder
land'.
De Koning:, ,Dat verband be
staat niet. Andere zaak is dat Ne
derland - enkele jaren terug
sterker dan op het ogenblik -
heeft benadrukt dat het wense
lijk is dat de Antillen zich voor
bereiden op onafhankelijkheid.
Soms is dat wel eens in ongeluk
kige termen tot uitdrukking ge
bracht. Ik constateer dat men op
de Antillen op het ogenblik hele
maal niet in de stemming is om
serieus te praten over onafhan
kelijkheid. We kunnen het alleen
eens worden over een verdere
verzelfstandiging. Daar hebben
we sinds het statuut in 1954 der
tig jaar aan gewerkt, via econo
mische ontwikkeling. Op die
weg moeten we doorgaan om de
voorwaarden voor onafhanke
lijkheid te scheppen".
- Maar als men die nu eigen
lijk niet wil?
De Koning: „Er is op het ogen
blik in Nederland geen neiging
die eenzijdig op te leggen. Trou
wens, ook op de Antillen werd er
een aantal jaren geleden onbe-
vangener over gesproken. Als je
er tegenwoordig over spreekt
word je bijna lijfelijk aangeval
len. Ik zou er de voorkeur aan ge
ven als die gesprekken over de
voordelen en nadelen van onaf
hankelijkheid hervat worden.
Maar er is toenemende angst en
onzekerheid. En een steeds gro
tere neiging om te leunen op
steun vanuit Nederland. Ik vind
dat een zorgelijke zaak. Want het
is nooit goed om afhankelijk te
zijn van anderen".
In november dwarrelen de beelden
van uitgemergelde lichamen van
Ethiopïers over het scherm en met
sombere stem wordt Nederland ge
meld dat zes tot zeven miijoen Afri
kanen met de hongerdood worden
bedreigd. De laaiende ruzies tus
sen boeren en landbouwministers
over het indammen van.de Europe
se melkplas via de superheffing
duren dan al weer geruime tijd.
Vorige week begon een nieuwe
aflevering van het drama der voed
seloverschotten: de graanoogsten
zijn zo overvloedig dat eind dit jaar
een overschot van 45 miljoen ton
graan 'dreigt'. De garantieprijs
voor graan moet volgend jaar 'dus'
omlaag om de boeren van een al te
grote produktie te weerhouden.
Volgens een recent rapport van de
FAO (de VN-voedselorganisatie) is
dit jaar zes tot zeven miljoen ton
graan nodig om de ergste nood in
Afrika te lenigen.
"Dit verhaal is niet meer uit te
leggen", verzuchtte minister
Schoo (ontwikkelingssamenwer
king) - net terug van een reis door
Soedan, Ethiopië en Somalië - vori
ge week tijdens een commissiever
gadering in de Tweede Kamer. Ze
kondigde aan in EG-verband een
poging te wagen om samen met
haar collega-ministers via een een
malige actie in elk geval een deel
van het benodigde graan uit de si
lo's te halen.
Dat verhaal dat Schoo 'niet meer
uit te leggen' vindt, dat verhaal is
eenvoudig het verhaal van het EG-
landbouwbeleid. Tegen het einde
van de jaren zestig besloten de EG-
landen hun boeren meer bestaans
zekerheid te bieden via een stelsel
van garantieprijzen. Als de wereld
marktprijs beneden die garantie
prijs kwam, dan kocht de EG hun
produkten tegen die minimum
prijs op. Het bleek een premie op
de door de nieuwe landbouwtech-
nologie mogelijk gemaakte onge
remde produktie. Vooral het zui-
velaanbod groeide gigantisch. 'Eu
ropa' sloeg het overschot op in
koelhuizen, in de hoop het te zijner
tijd tegen inkoopsprijs (de garan
tieprijs) plus opslagkosten te kun
nen verkopen. Daar kwam niets
van terecht, en aan het einde van
de houdbaarheidsperiode werd het
.dan aan de meestbiedende ver
kocht. Beroemd is de boter die de
Russen via een Franse tussenhan
delaar voor slechts een kwartje per
pakje importeerden. Of de 'EG-
melk' die wordt gebruikt om kalve
ren te mesten.
Hulp
Export van de overschotten naar
de Derde Wereld is nooit op gang
gekomen. Daar zijn een paar prak
tische redenen voor. Boterolie en
melkpoeder zijn niet erg geschikt:
de olie is bederfelijk en dat is in de
ontwikkelingslanden, waar het
vervoer door de gebrekkige infra
structuur vaak erg lang duurt, een
bezwaar. Aan melkpoeder kleeft
het grote bezwaar dat het vaak
wordt aangelengd met smerig wa
ter met als gevolg een grote kinder
sterfte.
Maar er is nog een kant: de poli
tieke. De Europese Commissie (of
eigenlijk: de raad van landbouw
ministers) heeft de produkten aan
gekocht voor de relatief hoge
garantieprijzen en daar komen de
kosten voor opslag in de koelhui
zen nog bij. Geeft de Commissie
die overschotten weg of verkoopt
ze die tegen dumpprijzen, dan gaat
dat rechtstreeks ten koste van de
toch al zwaar overbelaste land
bouwfondsen. Omdat zuivel maar
een beperkte tijd houdbaar is,
moet er af en toe wel uitverkoop
worden gehouden, maar om finan
ciële redenen komen de ontwikke
lingslanden er dan nauwelijks aan
te pas. De voorraden gaan naar de
meestbiedende, en dat zijn niet de
armste landen. Die landen een
voorkeursbehandeling geven kost
geld, en de landbouwministers
voelen er niets voor om op die ma
nier ontwikkelingshulp te geven.
Ze hebben al moeite genoeg om
van het landbouwbeleid te redden
wat er te redden valt.
Politiek
Zijn tegen de zuivel (ook) nog
door
Sjaak Smakman
praktische bezwaren aan te v
voor het Europese graanoverschot
gelden die niet of veel minder. Bo
vendien komt het graanoverschot
wel op een politiek heel ongeluk
kig moment. Net nu de FAO heeft
berekend dat Afrika voor de ergste
nood dit jaar zes tot zeven miljoen
ton graan nodig heeft, ruziën de
EG-landbOuwministers over de op
lossing van het Europese 'graan-
probleem' van een overschot van
45 mifjoen ton. Het is moeilijk uit
te leggen dat ook dit graan net zo
lang moet worden bewaard totdat
het op de grens van bederf is geko
men en verkocht moet worden te
gen dumpprijzen, terwijl tegen die
tijd waarschijnlijk miljoenen Afri
kanen het leven hebben gelaten.
Het is zelfs, vindt minister Schoo
dus, niet meer uit te leggen. Maar
het blijft voorlopig de grote vraag
hoe haar poging om in EG-verband
een paar miljoen ton naar Afrika
door te sluizen gaat uitpakken, zo
bevestigt haar woordvoerder Rac-
ké. Want wie zal dat betalen? Moet
uit het Europees Ontwikkelings
fonds (EOF) extra geld komen of
moeten de EG-landen het uit hun
eigen ontwikkelingsgelden aanko
pen? Of moeten de landbouwmi
nisters een deel van het overschot
maar gratis ter beschikking stel
len? En als het gekocht moet wor
den, moet dan de garantieprijs
worden betaald, de wereldmarkt
prijs of wellicht een 'dumpprijs'?
Politieke vragen, waarvan de
beantwoording garant staat voor
de nodige vertraging. Want dat is
uiteindelijk waarom de EG-voed-
selhulp berucht is: de traagheid.
De Brusselse bureaucratie staat er
borg voor dat de besluitvorming
log en uiterst traag verloopt en dat
hulp vaak te laat of helemaal niet
aankomt. Een recent rapport over
de EG-hulp, dat het onderwerp van
de vorige week gehouden commis
sievergadering was, spreekt daar
over boekdelen. De Afrikanen zul
len dus nog wel even moeten
wachten op hun graan. Ook al heb
ben ze dat nu nodig, en ook al is dat
inderdaad eigenlijk niet uit te leg
gen.
Schoo: niet uit te leggen, (foto gpd>
De vertegenwoordiger van de
paus in Brazilië, monseigneur
Carlo Furno, is onverwacht naar
Rome vertrokken, naar wordt
aangenomern in verband met de
voortdurende stroom van protes
ten tegen de Vaticaanse bestraf
fing van de Braziliaanse bevrij
dingstheoloog pater Leonardo
Boff. (Die moet een jaar naden
ken over zijn - volgens het Vati-
caan - aanvechtbare theologi
sche opvattingen en zich in die
tijd volledig stil houden).
Vijftig Braziliaanse parle
mentsleden van bijna alle politie
ke partijen hebben de pauselijke
nuntius vlak voor zijn vertrek
een brief gestuurd, waarin de
straf van Boff een poging wordt
genoemd om het optreden van
de kerk 'tegenover het sociale
drama in ons continent' aan ban
den te leggen. Het regent ook
protesten van bisschoppen,
geestelijken, basisgemeenschap
pen en kerkelijke instellingen.
Nuntius Furno beschouwt de
straf van Boff als een interne ker
kelijke aangelegenheid, die niets
met politiek heeft te maken. De
parlementsleden hoeven dan
ook geen antwoord op hun brief
te verwachten. Telefonisch ka
pittelde hij de tien bisschoppen
die in een gezamenlijke brief
hadden geprotesteerd tegen de
Vaticaanse veroordeling.
De conservatieve aartsbis
schop van Rio de Janeiro, kardi
naal Eugenio Sales, meent, dat
mensen die het met de strafmaat
regel niet eens zijn de kerk eigen
lijk zouden moeten verlaten. "De
wil van de paus moet worden ge
respecteerd", zei Sales in een tv-
vraaggesprek. Als lid van vijf Va
ticaanse congregaties en vier
commissies van de curie in Ro
me is hij een van de invloedrijk
ste adviseurs van de paus. Zijn
standpunt in deze zaak is voor
kerkelijke kringen in Brazilië
een duidelijke aanwijzing dat het
Vaticaan met het offensief tegen
de bevrijdingstheologie tot het
uiterste wil gaan.
Binnen de Braziliaanse bis
schoppenconferentie is men wel
geschrokken van het tumult
rond Boff. In een officiële nota
schrijft de secretaris van de bis
schoppen, monseigneur Luciano
Mendes, dat de beslissing van
het Vaticaan 'een houding van
respect en aanvaarding' ver
dient. Ook de vooruitstrevende
kardinaal Aloisio Lorscheider
riep de gelovigen op, het besluit
van Rome te aanvaarden, waar
bij hij de houding van Boff zelf
ten voorbeeld stelde. Hij noemde
diens gehoorzaamheid 'in over
eenstemming met zijn geloof.
Maar de protesten uit de over
wegend vooruitstrevende Brazi
liaanse kerk houden aan. Ver
wacht wordt, dat twee commis
sies van de bisschoppenconfe
rentie, te weten de nationale le-
kenraad en de pastorale commis
sie voor de arbeid, zich deze
week zullen aansluiten bij het
protest van de voltallige pastora
le commissie voor het grondbezit
tegen 'het monddood-maken van
Boff.
Volgens deze commissie ver
wonden de maatregelen niet al
leen Boff zelf, maar ook het werk
"dat wij als pastoraal werkenden
de afgelopen tien jaar verrichten
ten behoeve van onderdrukten
op het platteland". Binnen de ba
sisgemeenschappen wil men een
miljoen handtekeningen verza
melen voor een verzoek aan de
paus om de straf tegen Boff on
gedaan te maken.
(Het Vaticaan is tot zijn besluit
gekomen omdat het de juistheid
van Boffs opvattingen betwist.
Die zouden op sommige punten
sterk afwijken van de het rooms-
katholieke geloof en de leer. Boffs
theologie zou argumenten bevat
ten voor een maatschappijvisie
naar marxistisch model. Zelf ont
kent Boff marxist te zijn.
Vooral in Latijns-Amerika
doet de 'bevrijdingstheologie' op
geld. Daar wordt ze ervaren als
een concrete, politieke vertaling
van de bevrijdende boodschap
van het evangelie in de dagelijk
se strijd voor vrijheid en gerech
tigheid
Pinksteren. 'Het Zoeklicht'
(stichter de evangelist Johannes
de Heer) houdt van komende za
terdag tot en met maandag op
'Het Brandpunt' in Doorn een
pinksterconferentie met als the
ma: 'Een leven vervuld met de
Heilige Geest'. Sprekers zijn ds.
P. J. Mietes, ds. W. Harkema en
evangelist dr. J. Kits. Er zijn bij
eenkomsten op zaterdag, zondag
en maandag om 10 uur 's mor
gens en half 8 's avonds.
- Op tweede pinksterdag heeft
het Leger des Heils een 'Trefdag'
in de Veluwehal in Barneveld.
Onder het thema 'Bouwen aan
Gods Koninkrijk' worden tussen
half 11 en 3 uur verscheidene sa
menkomsten gehouden, waar
aan het stafmuziekkorps, een
groot koor van het Leger des
Heils in Nederland en een go
spelgroep uit Noorwegen mede
werking verlenen. Zowel inter
nationale als nationale leiders
zullen er spreken.
Tijdens de samenkomsten in
de sporthal zijn er jeugdactivitei-
ten in de congreszaal. In de
markthal wordt een uitgebreide
informatiemarkt ingericht met
vele stands van Leger-afdelingen
uit het hele land.
Nederland-Israel. Voor de
afdeling Leiden van het Genoot
schap Nederland-Israel spreekt
morgenavond (woensdag 22 mei)
om kwart voor 8 op Rapenburg 6
dr. Robert Cohen over 'De demo
grafie van het joodse volk in
verleden, heden en toekomst'.
Dr. Cohen - nu tijdelijk in Ne
derland - is als docent geschie
denis verbonden aan de universi
teit van Haifa.
Hervormde Kerk: beroepen
te Papendrecht (deelgemeente
Bethlehemkerk) J. Mansvelt
Bussum, te Wijk (bij Heusden) G.
S. A. de Knegt Huizen, te Oud-
Vossemeer A. J. de Kieviet Oos
terzee (Fr.); aangenomen naar
Bussum L. Korevaar Middel
burg.
Gereformeerde Kerken: aan
genomen naar Gerkesklooster
(Fr.D. J. van Bochove Sleen.
Gereformeerde Kerken Vrij
gemaakt: beroepen te Apel
doorn M. J. C. Blok Enschede.
Christelijke Gereformeerde
Kerken: aangenomen naar Gro
ningen (voor werk in Israel) kan
didaat H. M. van der Vegt
Utrecht.
Gereformeerde Gemeenten:
bedankt voor Nijkerk J. Karens
Opheusden, voor Hendrik Ido
Ambacht J. J. van Eckeveld
Zeist.