Nachtmerrie op droomeiland
Eigen opleiding Gereformeerde Bond
Reportage
1 MiiiilllliM
Sri Lanka en de veelbesproken uittocht van de Tamils
VRIJDAG 26 APRIL 1985 PAGINA 17
WÊÊtÊÊÊÊÊtÊÊÊÊÊtÊÊÊÊÊÊÊMÊ
regering niét doet. Niet direct in
grijpen als rellenmakers Tamil-
winkels afbranden, niet ingrijpen
als soldaten in het noorden wille
keurige burgers oppakken of doo-
schieten, wel onderzoeken aankon
digen, maar de resultaten nooit pu
bliceren".
Staatssecretaris Tyrrone Fernan
do ontkent dit beeld: „We hebben
al de bepalingen die de meeste be
zwaren opleverden, uit de wet ter
voorkoming van terrorisme ge
haald. We zouden graag van de he
le wet af willen, maar dan moet
eerst het terrorisme verdwenen
zijn. Verder kan iedereen die
klachten heeft, zich tot ons richten
en dan zullen wij dat onderzoe
ken".
Zorgen
De situatie in het noorden van
Sri Lanka, met name op het schie
reiland Jaffna, baart thans de
meeste zorgen. Het is van hieruit,
dat inmiddels 90.000 Tamils (India
se cijfers) naar het door 40 kilome
ter zeewater gescheiden Zuid-In-
dia zijn overgestoken, naar de deel
staat Tamil Nadu, waar 50 miljoen
volks- en geloofsgenoten wonen.
Wat men ook van deze vluchte
lingen kan zeggen, in ieder geval
niet dat ze economisch gemoti
veerd zijn. In de Indiase vluchte
lingenkampen is armoe troef. Eni
ge kleren, dekens, rijst, brandhout
en een bijzonder kleine toelage,
daar houdt het mee op.
Waarom de Tamils uit Noord-Sri
Lanka in zulke drommen middels
wrakke vissersbootjes hun land
ontvluchten, kan door buitenlan
ders niet ter plaatse worden onder
zocht. De regering van Sri Lanka
heeft Jaffna tot strikt gesloten ge
bied voor buitenlanders verklaard.
Uit veiligheidsoverwegingen, is de
officiële reden, omdat Jaffna een
schietbaan van de Tamil Tijgers is.
Er sijpelen natuurlijk tóch be
richten door, al was het maar via
Tamils die - met een speciaal pas
je - naar het Zuiden mogen reizen.
Twee van hen, beiden advocaat en
beiden actief op het gebied van
burgerrechten, krijgen ik op een
geheim adres in Noord-Colombo te
spreken.
Advocaat 1: „De reden dat bij de
vluchtelingen zoveel jonge man
nen zitten, is dat in Jaffna iedere
jongeman tussen 15 en 35 jaar de
kans loopt, door het leger te wor
den opgepakt. Ze hoeven alleen
maar te zeggen dat ze hem ervan
verdenken een Tamil Tijger te zijn,
en dat is al voldoende".
„Die jongens worden vaak door
hun eigen ouders weggestuurd. Ik
kan u verder zeggen dat de situatie
in Jaffna gaandeweg verslechtert.
Er is een tekort aan brandstof, en
aan voedsel. Vooral de vissersge
zinnen lijden, omdat ze, zoge-
naamd uit veiligheidsredenen, niet
meer mogen vissen. Wat er wel is,
is angst, angst voor het leger dat
maar wat doet, maar wat raak
schiet".
Advocaat 2 vult aan: „Ik heb nu
2115 gedocumenteerde gevallen
van arrestaties en martelingen in
mijn archief. Dat zijn nagetrokken
gevallen, dus het werkelijke aantal
ligt nog veel hoger. En er raken
steeds meer mensen vermist. In
één district alleen al zijn van no
vember tot januari dit jaar 215
mensen zoekgeraakt. Het is hier
net zoiets als destijds in Argentinië
aan het worden".
Fragmenten
Het zijn allemaal fragmenten van
de gecompliceerde werkelijkheid
die het Sri Lanka van vandaag te
zien geeft. Wat moet je ervan den
ken als een Tamil-leider tegen je
zegt, „nu ieder moment de klop op
de deur te verwachten"?
En wat van staatssecretaris Fer
nando, dié voor het conflict op zijn
eiland geen politieke maar een psy
chologische oplossing zegt te zoe
ken. „Vergeet u niét, in de regio
zijn wij Singalezen weer de min
derheid. In Zuid-India wonen 50
miljoen Tamils. Waar het om gaat,
is dat niet alleen fcij, maar ook wij
ons veilig moeten voelen. Een fe
deratieve staat, laat staan een onaf
hankelijke Tamil-staat op Sri Lan
ka, zou het alleen maar erger ma
ken".
„Ik begrijp u niet", is. in het Sin-
galees „mata thayrennay nehe", en
in het Tamil: „enakku vliangavil-
lai". Zelfs dié twee zinnen lijken in
niets op elkaar.
COLOMBO - „Vertelt u me maar wat we in het noorden van
ons land moeten doen. We kunnen er niet winnen. Als het leger
er zit, zoals nu, worden gematigde Tamils extremisten, en ver
volgens terroristen. En als we het leger weghalen, roepen ze er
gelijk de onafhankelijkheid uit".
Met een zucht werpt de hoge regeringsfunctionaris zijn han
den ten hemel, in de richting van de ventilator die nog enige
verkoeling in zijn snikhete vertrek brengt. Zich snel weer be
heersend, vervolgt hij: „We zitten hier dus met een heel groot
probleem".
Dat mag gezegd. Sri Lanka, het vroegere Ceylon, het eiland
van de thee, de parel in de Indische Oceaan zoals het cliché wil,
is in ernstige moeilijkheden terecht gekomen. Er gaat geen dag
voorbij zonder nieuwe meldingen van geweld, rellen en brand
stichtingen.
Hoewel de situatie op het eiland sinds het eind van de jaren
'70 gaandeweg verslechterd is, bleef dat in het Westen tot voor
kort vrijwel onopgemerkt. Dat is grondig veranderd, sinds het
ene na het andere vliegtuig ladingen Tamils aanvoert die alle
maal zeggen dat ze politiek vluchteling zijn.
Waarom verkopen al die duizenden Tamils hun bezittingen
om zich via Moskou en Oost-Berlijn naar landen als Frankrijk,
Zwitserland, West-Duitsland en ons land te laten brengen,
waar ze hooguit in arren moede worden toegelaten? Hebben ze
het dan echt zo slecht?
Straatbeeld in Colombo. Een uitgebrande auto, zwaar beschadigde huizen en geplunderde winkels
(archieffoto AP)
Het is nog maar een jaar of vyf ge
leden, dat de veel schrijvende reis
boekenmaker J. Dominicus in zijn
'Portret van Sri Lanka' opmerkte:
„De hartelijke bevolking verwel
komt de vreemdeling als vriend en
wel mét een innemende, legendari
sche glimlach. Het zijn charmante
mensen en zeer hulpvaardig; ze
voelen zich gelukkig als hun gas
ten op het eiland tevreden zijn.
Oud en jong zwaaien je vriendelijk
toe".
Het is precies dit beeld, dat Sri
Lanka steeds gaarne van zichzelf
gepresenteerd heeft. Het beeld dus
van een droomeiland, een tropisch
paradijs vol aardige mensen, witte
stranden, wuivende palmen en
sappige vruchten onder een altijd
blauwe hemel.
door
Henk Dam
Nóg willen de machthebbers in
Colombo hieraan vasthouden. Re
geringsleden spreken van 'misver
standen tussen verschillende be
volkingsgroepen' en 'activiteiten
van hooguit enkele honderden
marxisten in het Noorden' en 'tij
delijke problemen in het Oosten',
maar voor de rest is er niet zoveel
aan de hand, hoor.
Wie je van officiële zijde ook
spreekt, iedereen doet zijn best om
te benadrukken dat Sri Lanka een
volwaardige democratie is, met he
laas enige terroristen in zijn mid
den. Nee, natuurlijk is er geen
sprake van vervolging of discrimi
natie. De Tamils hebben geen en
kele reden het land te ontvluchten.
Geen discriminatie
Zo zei staatssecretaris Tyrrone
Fernando (buitenlandse zaken) het
me: „Wij discrimineren hier geen
Tamils. Drie van onze ministers
zijn Tamils, onze hoogste rechter,
onze hoogste politieman, de top
ambtenaar die verantwoordelijk is
voor de landsbegroting, mensen
dus op sleutelposten. Kan zoiets in
een land dat discrimineert?"
„Onder de Tamils die zich in uw
land bevinden, zit misschien een
enkeling met echte grieven. Ik wil
niet uitsluiten, dat bepaalde mili
tairen in het Noorden excessen
hebben begaan. Zwarte schapen
vindt je nu eenmaal overal. Het is
wellicht momenteel geen pretje in
het Noorden te leven. Maar is er
daarom sprake van systematische
vervolging of van politieke vluch
telingen?"
Het antwoord niet afwachtend,
vervolt hij: „Srilankanen hebben
van oudsher veel gereisd. Wij heb
ben een half miljoen mensen in het
buitenland zitten, merendeels
mensen die zich materieel willen
verbeteren. De mensen die zich nu
in Nederland en andere landen
melden, maken gebruik van uw
wetten. Ze vertellen dat ze politiek
vluchteling zijn, omdat ze dan ge
subsidieerd worden. Daarom zijn
veel van hun verhalen overdreven,
of misschien zelfs wel verzonnen".
Zo woedt er in het verlengde van
de werkelijke strijd op Sri Lanka
ook een propaganda-oorlog. De Ta-
mils die een eigen staat, Tamil Ee-
lam, gevestigd willen zien die het
noorden en oosten van het land
zou moeten omvatten, meten de
gruwelen die de Srilankaanse rege
ring zou begaan, breed uit, onder
meer via hun professionele infor
matiecentra in Londen en Madras
(Zuid-India).
De regering van Sri Lanka onder
leiding van de 78-jarige president
Junius Jayawardene doet omge
keerd haar best haar versie van de
recente gebeurtenissen op het ei
land op het wereldjournaal te krij
gen. Daartoe zijn zelfs de diensten
van een befaamd Brits public-rela-
tionsbureau aangezocht.
Men kan zich voorstellen dat de
regering zich zorgen over het ima
go maakt. Als Sri Lanka bekend
zou komen te staan als een onde
mocratische, zich met terreur in
het zadel houdende staat, dan gaat
dat ontwikkelingsgeld kosten. En
als er maar steeds in de krant staat
dat er zoveel gevochten wordt, dan
komeiji er geen toeristen meer.
Toeristen
Die blijven toch al steeds meer
weg. Vorig jaar kwamen er 330.000,
in plaats van de verwachte half
miljoen. En voor het eerste kwar
taal van dit jaar zijn de cijfers op
nieuw 16 procent lager dan het jaar
daarvoor. Tal van gloednieuwe ho
tels, met name in het Oosten van
het land, zijn inmiddels al weer ge
sloten.
Als je je een beeld tracht te vor
men van wat er zich achter al die
rookgordijnen werkelijk afspeelt,
dan ontkom je er niet aan enige ge
schiedenis door te nemen. Daar
over bestaat tussen Tamils en Sin
galezen, de grote tegenspelers in
het drama 'Sri Lanka', in grote lij
nen overeenstemming.
Hoewel ook weer niet helemaal.
De Tamils zeggen dat zij, in de oer
tijd, net iets eerder op Sri Lanka
kwamen te wonen dan de Singale
zen, de Singalezen precies het om
gekeerde. Hoe dat ook zij: al sinds
onheuglijke tijden wonen er op Sri
Lanka twee volken, Tamils en Sin
galezen.
Er zijn duidelijke verschillen tus
sen de twee groepen. De Tamils
waren (en zijn) overwegend hin
does, de Singalezen boeddhist, en
verder, om Dominicus te citeren:
„De Tamils zijn kleiner dan de Sin
galezen, en hebben een nóg don
kerder huidskleur". De koninkrijk
jes van beide bevolkingsgroepen
bestonden lang onafhankelijk
naast elkaar, ook nadat ze achter
eenvolgens door de Portugezen, de
Hollanders en de Britten veroverd
werden.
Aan die situatie maakten de Brit
ten in 1833 een einde, omdat het
hun uit administratieve overwe
gingen beter uitkwam, Ceylon als
één geheel te behandelen. Het land
werd in 1948 ook als één staat onaf
hankelijk. Daarmee begonnen de
problemen eigenlijk al direct.
Meerderheid
De Singalezen maken iets meer
dan 72 procent van de bevolking
uit, en de Tamils 21 (de rest van de
bevolking bestaat uit moslims en
énige nog kleinere bevolkingsgroe
pen). Al direct maakten de Singale
zen gebruik van de ingebouwde
meerderheid waarover ze in de
nieuwe democratische staat Cey
lon (later omgedoopt in Sri Lanka)
beschikten.
Er werd bijvoorbeeld gelijk al in
1948 een wet aangenomen waarbij
Tamils die in de 20e eeuw door de
Britten uit India waren overge
bracht om op de plantages te
werken, statenloos werden ver
klaard, en met zoveel woorden
werd verzocht naar hun geboorte
land op te hoepelen. Acht jaar later
ging er een wet door het parlement
die van het Singalees 's lands enige
officiële taal maakte.
Het betekende dat de in alle offi
ciële stukken gebruikte taal Singa
lees moest zijn, en dat maakte in
één klap talloze Tamil-ambtenaren
die die taal niet meester waren,
brodeloos. Er volgden meer van
deze duidelijk discriminerende
stukken wetgeving.
Dat had twee oorzaken: in de eer
ste plaats stonden Singalese politi
ci onder druk van radicale boedd
histische priesters, en bovendien
waren en zijn er twee grote politie
ke partijen voor de Singalezen, die
uiteraard, en dan nog concurre
rend met elkaar, slechts hun stem
mers wensten te bedienen, vaak
ten koste van de Tamil-minder-
heid.
Zo groeide de vervreemding. De
Tamils van nu hebben gelijk als zij
zeggen dat de Singalese politici
vooral voor de eigen parochie
preekten, en zich bovendien aan al
lerlei beloften aan de Tamils niet
hielden. Dat leidde tot wrok, tot
protesten en tot rellen. Het
groeiende antagonisme zorgde
voor felle botsingen tussen Tamils
en Singalezen in onder meer 1958,
1977, 1981 en 1983.
Tamil-politici zagen maar één
antwoord op de 'dictatuur van de
meerderheid', om een Tamil-advo-
caat te citeren, en dat was meer
zeggenschap in het noorden en
oosten van Sri Lanka, waar van
Veertien Tamils begonnen vorige week vrijdag een hongerstaking op het
Binnenhof in Den Haag uit protest tegen het kabinetsbeleid voor de op
vang van de vluchtelingen uit Sri Lanka. (foto anp)
oudsher de meeste Tamils wonen.
Men zocht daarbij in de richting
van een federatieve staat.
Die wens werd nooit ingewilligd,
en aan het einde van de jaren '70
besloten gefrustreerde jongeren
het niet langer te nemen en via ge
weld een eigen staat, Tamil Eelam,
te creëren. De Tamil Tijgers waren
opgestaan. Vanaf dat moment was
er geen houden meer aan; het
droomeiland Sri Lanka viel van de
ene nachtmerrie in de andere.
Rellen
„De rellen van 1983 vormden het
absolute dieptepunt tot dusver in
de relatie tussen Tamils en Singa
lezen. In Colombo woedde het ge
weld vier dagen lang. Daarbij vie
len zeker duizend doden en raak
ten honderdduizend mensen dak
loos. Sindsdien is het hier nooit
meer zoals vroeger geworden".
Dat zegt een woordvoerder van
een van de bewegingen van men
senrechten die in Sri Lanka werk
zaam zijn. De Tamils in Colombo
die ik de afgelopen dagen gespro
ken heb, bevestigen dat: sinds de
rellen van juli 1983, toen grote
groepen Singalezen in en buiten
Colombo elke Tamil aanvielen die
ze maar tegenkwamen, voelt geen
Tamil zich meer veilig.
Een van hen, een journalist:
„Een aantal van de Tamils die des
tijds naar het noorden van het ei
land vluchtten, is weer terugge
keerd. Omdat ze hier een zaak had
den of een baan. Maar de meësten
hebben hun gezinnen in het noor
den gehouden, uit angst voor ver
dere gewelduitbarstingen".
Een uitgever: „Ik ben nooit voor
een eigen Tamil-staat geweest, en
ben dat nog steeds niet. Maar ik
voel me sinds 1983 niet meer thuis
in Colombo. Mijn beste vrienden
waren Singalezen, maar nu is er al
tijd maar weer wantrouwen. Je
moet op je woorden letten. Mijn
vrouw zegt maar steeds dat ik mijn
grote mond moet houden om te
voorkomen dat ik straks, als er
weer rellen uitbarsten, op een of
andere lijst blijk te staan".
Voor de bewegingen van men
senrechten was het meest beden
kelijke aspect aan de rellen van '83,
die begonnen nadat Tamil Tijgers
in het noorden van het land een mi
litaire patrouille hadden omge
bracht, het feit dat de regering zo
weinig deed.
Een woordvoerder (zelf een Sin
galees): „Pas na vier dagen ver
scheen de president op de tv om de
te zeggen dat er een eind
aan het geweld moest komen. Dat
dat zo lang duurde, en dat er maar
steeds niet ingegrepen werd, heeft
de rellenmakers destijds gesterkt
in hun mening dat ze de stilzwij
gende steun van officiële zijde had
den. Daarom kan ik me zo goed
voorstellen dat de Tamils hier zo
bang zijn".
„Stelt u zich eens voor: tijdens
de rellen werden in de Welikade-
gevangenis in Colombo op twee
achtereenvolgende dagen van ter
rorisme verdachte Tamils door
hun Singalese medegevangenen
vermoord. Op die manier verloren
53 mannen het leven. Als je toch
zelfs in de gevangenis niet meer
veilig bent..."
Mensenrechten
Het feit alleen al dat bewegingen
op het gebied van mensenrechten
in Sri Lanka kunnen bestaan, hun
bevindingen kunnen stencilen, en
met buitenlandse journalisten
kunnen praten (hoewel anoniem),
bewijst dat het met diezelfde men
senrechten op het eiland niet zo
erg slecht gesteld is.
Tot diezelfde conclusie kwam in
1984 de gezaghebbende Internatio
nale Commissie van Juristen, die
in een rapport schreef: „Ondanks
zijn moeilijkheden en problemen
blijft Sri Lanka over het algemeen
een open en pluriforme democra
tie, waar een eeuwenoude traditie
op het gebied van tolerantie, vrij
heid van meningsuiting, en een
wijd verspreide wens tot instand
houding van mensenrechten, fun
damentele vrijheden,de wet en
een onafhankelijke rechtspraak
bestaan".
Dat zijn de bewegingen van men
senrechten op Sri Lanka ook wel
in grote lijnen met de commissie
eens. „Je kunt niet zeggen dat er
sprake is van structurele schendin
gen, alhoewel de Wet ter Voorko
ming van Terrorisme van 1979, die
onder meer 18 maanden opsluiting
zonder veroordeling mogelijk
maakt, wel een eind in de buurt
komt", zegt er een.
Een andere woordvoerder: „We
kunnen hier werken, en dat zegt in
derdaad iets. Het punt is alleen dat
we niets gedaan krijgen. Als we
over misstanden schrijven, horen
we nooit iets terug, en de kranten,
die onder strenge eensuur staan,
willen ook niets van ons plaatsen".
Een derde: „Het is niet zozeer
wat de regering doet, het is wat de
De Gereformeerde Bond in de
Nederlandse Hervormde Kerk
heeft een plan ontwikkeld voor
een MO-opleiding voor cateche
ten en godsdienstleraren in Zeist
onder verantwoordelijkheid van
de Gereformeerde Bond. Als de
kerkelijke en ministeriële erken
ningen spoedig worden verkre
gen, zal deze opleiding in sep
tember dit jaar beginnen.
De hervormde synode besloot
vorig jaar de bestaande opleiding
voor catecheten in Zeist op te la
ten gaan in de opleidingen MO-
theologie aan de vrije leergangen
te Amsterdam en de noordelijke
leergangen in Leeuwarden en
Zwolle. De kerkelijke verant
woordelijkheid van de hervorm
de kerk voor de katechetenoplei-
ding zou onverlet moeten blij
ven. De synode meende dat zo
een betere theologische vorming
van het middenkader van de her
vormde kerk wordt gegaran
deerd. Synodeleden, afkomstig
uit de Gereformeerde Bond,
waarschuwden de synode toen al
voor "vervlakking van het
geestelijk gehalte van de cate-
chetenopleiding", omdat deze
voortaan aan niet-kerkelijke in
stellingen zou worden gegeven.
Synode - De
genera
le synode van de Gereformeerde
Kerken in Nederland, die dins
dag 14 mei in Gouda wordt ge
opend, telt 35 leden die voor het
eerst worden afgevaardigd. In de
nieuwe synode zullen 19 vrou
wen zitting hebben. De gemid
delde leeftijd van de in totaal 73
afgevaardigden is 51,5 jaar.
Dit leert een kleine bestude
ring van de persoonlijke gege
vens van de leden van de synode
van Gouda. Het blijkt dat de ge
noemde cijfers nauwelijks ver
schillen van die over de samen
stelling van vorige synoden.
De ouderlingen en diakenen in
de nieuwe synode zijn voor het
overgrote deel huisvrouw, ge
pensioneerd, zelfstandig of amb
tenaar.
Onafhankelijke Baptisten -
Ter gelegenheid van de officiële
erkenning van de Onafhankelij
ke Baptisten Gemeente in Kat
wijk/Rijnsburg zullen zondag ou
derlingen en diakenen worden
geïnstalleerd in een bijzondere
dienst a.s. zondag in de Volksu
niversiteit, Sluisweg 1 b, Katwijk
(10.00 uur) waarin ds. J.A. Vissér
zal voorgaan.
Kritiek op paus - Scherpe
kritiek op de wijze waarop het
pausschap gestalte heeft gekre
gen, werd gisteren geuit op een
studiedag van de Theologische
Faculteit van de Katholieke Uni
versiteit Nijmegen. De kritiek
richtte zich zowel op de ver
meende bijbelse grondslag als op
historische ontwikkeling. Een en
ander heeft geleid tot spannin
gen tussen voorstanders van een
streng hiërarchische kerk en van
een kerk die vooral plaatselijk
gestalte krijgt. In deze machts
strijd is het pausbezoek, de re
den van deze studiedag, een ele
ment van betekenis.
Een paus die zich boven de
Kerk stelt en voorbijgaat aan de
betekenis van de plaatselijke ge
meenschap, kan zich wel op bei
de Vaticaanse Concilies beroe
pen, maar niet op het Nieuwe
Testament, aldus de hoogleraar
dogmatische theologie dr. A.A.
Willems. In de visie, waarin de
plaatselijke gemeenschappen de
kerk vormen, is ruim plaats voor
een Petrusfunctie. Deze moet
dan midden in en niet boven de
kerk staan, aldus Willems.
Zijn stelling, gebaseerd op de
richtingenstrijd binnen het
Tweede Vaticaanse Concilie,
werd onderschreven door de
hoogleraar Nieuwe Testament
dr. B.M.F. van Iersel. Zorgvuldi
ge bestudering van de omstre
den tekst in Mattheus 16 vers 8
(„op deze rots zal Ik Mijn kerk
bouwen") bracht hem tot de con
clusie dat Petrus het tegenover
gestelde van een rots is, maar ie-
mand op wie men niet kan bou
wen. Het geciteerde vers is vol
gens de Nieuwtestamenticus dan
ook ironisch bedoeld. (Zoals ook
de domste tv-kijker met de klom
pen aanvoelt dat Popie Jopie iro
nisch bedoeld is, zo zei Van Ier-
sel.)Het vrouw-zijn in de kerk
wordt weggedrukt doordat er
een te sterke nadruk is gelegd op
het „vaderschap" van de paus.
Dit zei de hoogleraar feministi
sche theologie.
C.J.M. Halkes, in haar toespraak
over Moeder-kerk en vader-paus.
De religieuze taal hanteert vaak
beelden die elkaar tegenspreken.
Bij voorbéeld God als Vader, de
Kerk als moeder. Daaruit wor
den conclusies getrokken waarin
dikwijls de waarheid verstard
wordt weergegeven. (Het vader
schap van de paus).
De benamingen voor de paus,
zoals „vicarius" (plaatsbekleder),
hebben alle een heidense achter
grond, aldus de hoogleraar kerk
geschiedenis dr. J.C.P.A. van
Laarhoven. Zij zijn pas in latere'
tijd exclusief voor de bisschop
van Rome (de paus) opgeëist; vi
carius Christi (plaatsbekleder
van Christus) pas sinds paus In-
nocentius III in de 13e eeuw.
Ook daardoor heeft het paus
schap een inhoud gekregen die
het niet vanaf het begin heeft ge
had.
Afzegging - Het bestuur van
de Stichting Samenwerking Ne
derlandse Vrouwelijke Religieu
zen (SNVR) neemt niet deel aan
de ontmoeting van paus Johan
nes Paulus II met katholieke
maatschappelijke organisaties
op 12 mei in Utrecht. In de
SNVR zijn de ruim 80 congrega
ties van actieve (niet-beschou-
wende) vrouwelijke religieuzen
verenigd.
Het besluit van de SNVR
hangt samen met het feit dat
aartsbisschop dr. A.J. Simonis
de feministische theologe Halkes
heeft verboden de paus tijdens
diens ontmoeting met maat
schappelijke organisaties toe te
spreken. Mevrouw Halkes was
voorgedragen door de Unie van
Katholieke Vrouwenorganisa
ties, waarin de SNVR samen
werkt met vier andere vrouwen
bewegingen.
Beyers Naude veelgevraagd
Sinds zijn benoeming tot se
cretaris-generaal van de Zuid-
afrikaanse Raad van Kerken
wordt ds. C.F. Beyers Naudé in
toenemende mate als spreker ge
vraagd. Het is opmerkelijk dat
vele uitnodigingen niet van pro
gressieve organisaties afkomstig
zijn, maar van organisaties die
het apartheidsbeleid steunen.
De afgelopen week was daar
van een voorbeeld. Beyers Nau
dé was toen te gast bij een beslo
ten bijeenkomst van geestelijken
uit alle Zuidafrikaanse kerken
een bijeenkomst van studenten
aan de blanke Afrikaanstalige
universiteit te Pretoria. Verder
nam hij deel aan een ontvangst
van de jongerenafdeling van
„Rapporttryers", een culturele
organisatie van Afrikaners. De
Rapporttryers hebben nai
banden met de conservatieve
Broederbond.