'Nederland moet meedoen'
Roofvogel keert
in westen terug
Weigering paus te ontmoeten evangelisch'
Interview
'Meeste jagers zien nut van roofvogels in'
Brigade-generaal Berkhof over Star Wars:
PAGINA 6
MAANDAG 15 APRIL 1985
Brigade-generaal G. (Gé) C.
Berkhof weet het zeker. West-
Europa moet ingaan op de Ame
rikaanse uitnodiging deel te ne
men aan het omstreden onder
zoek naar een ruimtedefensie te
gen kernwapens. Landen die
nee-roepend aan de kant blijven
staan lopen onder meer het risico
in de nabije toekomst ook voor
de civiele industrie volkomen af
hankelijk te zijn van Amerikaan
se technologie afkomstig uit het
nieuwe ruimteprogramma, is
zijn overtuiging.
Berkhof kan met gezag spre
ken. Hij geldt als één van de wei
nige Nederlandse experts op het
gebied van moderne wapentech
nologie, inclusief die van de
ruimtewapens. Berkhof diende
bij de landmacht in diverse staf
functies, voordat hij zo'n vijfjaar
geleden naar het ministerie in
Den Haag werd overgeplaatst.
Vier jaar lang adviseerde hij daar
minister en defensiestaf over
kernwapens en wapenbeheer
sing.
door
Hans Geleijnse
Daarna werd hij voor twee jaar
„uitgeleend" aan het Nederlands
instituut voor internationale be
trekkingen Clingendael in Den
Haag. Een post, die Berkhof in
staat stelt zich volledig te con
centreren op onderzoek naar de
machtsverhoudingen tussen
Oost en West en de rol die nieu
we wapens en wapentechnieken
daarin spelen. Eén van de resul
taten van zijn werk: de publicatie
van het boek „Duel om de Ruim
te" begin dit jaar.
Berkhof zelf zegt dat hij geen
directe band meer heeft met de
fensie, dat de resulaten van zijn
werk daar niet automatisch tot
beleid worden verheven. Maar
indirect is die invloed er zeker.
In het kleine kringetje van ex
perts (spottend wel eens de „vei-
ligheidsmaffia" genoemd) is zijn
invloed groot en zijn vele publi
caties worden ook door bewinds
lieden uitbundig bestudeerd.
Voor het Strategisch Defensie
Initiatief (populair Star Wars),
dat Reagan in maart 1983 lan
ceerde, heeft het Witte Huis tot
1990 26 miljard dollar gevraagd
aan het Congres. De uitnodiging,
door defensieminister Weinber
ger vorige week in Luxemburg
verstrekt aan zyn collega's van
de NAVO-landen, roept Ameri-
ka's bondgenoten (NAVO,
Frankrijk, Japan, Australië en Is
raël) op te inventariseren op wel
ke terreinen zij een bijdrage kun
nen leveren aan SDI.
Binnen zestig dagen moeten
de Amerikanen antwoord heb
ben, zodat daarna uitwisselings
programma's van wetenschap
pers kunnen worden opgezet en
contracten met deelnemende be
drijven uit de verschillende lan
den kunnen worden gesloten.
Een ultimatum naar het schijnt,
en de vraag is, of Nederland,
wanneer het ja zou willen zeg
gen, de Amerikanen ook iets
heeft te bieden.
Berkhof: „We hebben een in
dustrie die veel meer kan dan de
mensen denken, ook veel meer
doet dan de mensen weten. We
(voornamelijk Fokker en Phi
lips; HG) hebben twee bijzonde
re satellieten gebouwd voor het
Europese ruimtevaartprogram
ma, ANS en IR AS. Die behoren
ook naar Amerikaanse begrip
pen tot de toptechnologie. In
technologisch opzicht kan ons
land ontzettend veel".
„De vraag moet dan ook wor
den gesteld: wat gebeurt er als
we niets doen. En dan verwijs ik
naar uitspraken van de presi
dent-directeur van Philips, Dek
ker, die klaagde over de moeite
die het concern heeft om hier af
gestudeerde jonge technici aan
te trekken. Vrij vertaald kwam
t Europa niet overbodig i
wat hij zei neer op: als dat niet
verbeterd, gaan we ergens an
ders heen. Dat is een niet geringe
uitspraak".
Het ultimatieve karakter
van de uitnodiging duidt welis
waar op Amerikaanse haast,
maar niet op veel begrip voor de
Europese problemen met de
ruimtedefensie.
„Of die termijn van zestig da
gen handig is? Misschien niet.
De Amerikanen zitten nu een
maal met een snel lopend pro
gramma en met een speciale be
grotingstechniek. De gelden
voor de begroting '86 moeten
worden vrijgegeven de komende
twee maanden. Maar de Ameri
kanen hebben van het begin af
aan gezegd, we zullen het doen in
overleg met de bondgenoten.
Eén ervan, bondskanselier Kohl
heeft zelfs om deelname aan SDI
gevraagd. Dan doet het wat ko
misch aan wanneer nu over een
ultimatum wordt gesproken".
„Bovendien, het programma is
feitelijk al onder de vorige presi
dent, Carter, van start gegaan.
Reagan kwam in maart '83 met
zijn SDI-aankondiging. Sinds
die tijd is er een niet geringe pu
bliciteit aan gegeven. Er was dus
derhalve alle aanleiding om niet
lijdzaam te blijven afwachten.
Een snelle reactie nu is, vind ik,
dus mogelijk".
- Maar waarom zou West-Eu
ropa, zou Nederland, mee moeten
doen aan een Amerikaans pro
gramma, waarvan maar moet
worden afgewacht of het enige
bescherming aan Europa kan
bieden, waarvan niet bekend is
wat het uiteindelijk gaat kosten
en waarvan kritici zeggen dat
het alleen maar leidt tot een nieu
we wapenwedloop?
„Voorwaarde voor Westeuro-
pese deelneming aan SDI, dat
voorlopig niet meer is dan een
onderzoeksprogramma, moet
zijn, dat er prioriteit wordt gege
ven aan ontwikkeling van een
verdedigingssysteem tegen de
ballistische raketten voor de kor
te afstand. Dat is technisch ook
haalbaar. U zegt dat de Amerika
nen voorrang zullen geven aan
een systeem dat bescherming
dat bijplaatsen van offensieve
kernwapens om de Sowjets weer
te overtroeven geen oplossing is.
Dat geldt evenmin voor het op
voeren van de conventionele ver
dediging tot een niveau waarop
we elke aanval kunnen weer
staan. Dat is onbetaalbaar en niet
te realiseren. De enige mogelijk-
heid blijft dan je te verdedigen
biedt tegen de strategische raket
ten die hen bedreigen? Dat neem
ik ook aan, zeker als Europa niet
meedoet".
„Eén van de problemen voor
de Westeuropese veiligheid is,
dat de Sowjet-militairen een
nieuwe doctrine hebben inge
voerd. Vergroting van de eigen
nucleaire slagkracht moet de VS
ervan weerhouden onmiddellijk
met kernwapens te reageren op
een conventioneel Sowjet-offen-
sief in Europa. Voor zo'n blik-
semoffensief zijn 1000 conventio
nele ballistische raketten in de
Sowjet-arsenalen aanwezig. Ze
zyn bedoeld om luchtverdedi
ging en commandocentra uit te
schakelen. Met een ruimtedefen
sie tegen deze korte-afstandwa-
pens kun je voorkomen dat een
dergelijke verrassingsaanval
succes heeft".
- Tegenstanders van SDI stel
len echter dat een verdediging te
gen kernwapens het gevaar van
een conventionele oorlog, met
dramatische verwoestingen, ver
groot. U meent precies het tegen
overgestelde.
„Ja. De Sowjet-Unie, dat geven
zelfs mensen die de VS niet
vriendelijk zijn gezind toe, heeft
in de jaren zeventig zijn nucleai
re arsenaal in elke categorie
sterk opgevoerd. In Europa zijn
van die kant sinds 1975 negen
tien nieuwe wapensystemen in
gevoerd, van westerse zijde vijf
(Lance, Jaguar, F 16, kruisraket
en Pershing 2). Het was altijd zo
dat de Sowjets een conventio
neel overwicht hadden en de nu
cleaire stand in ons voordeel
„Dat zorgde voor een „even
wicht van onevenwichtigheden".
Maar door de snelle nucleaire op
bouw van de Sowjets heeft dat
veranderd. Het zal duidelijk zijn
tegen de meest gevaarlijke ele
menten voor de Westeuropese
veiligheid en dat zijn de conven
tionele ballistische raketten".
- Is het argument voor moder
nisering en invoering van wa
pens aan NAVO-kant niet voort
durend dat de Russen een voor
sprong hebben genomen. Nu de
VS aan SDI is begonnen komt
Weinberger, begin deze week bij
de presentatie van de vierde afle
vering van Sowjet Militaire
Macht, de bondgenoten weer ver
tellen dat de Sowjets met man en
macht werken aan een eigen sys
teem. dat in tien jaar geïnsta
lleerd kan zijn. En dat terwijl ver
ificatie van onderzoeksprogram
ma's, zeggen ook de Amerikanen,
vrijwel onmogelijk is.
„Ja, maar hij heeft erbij gezegd
als ze bepaalde stappen over
slaan. Voor anti-raketwapens
zijn drie technologiëen nodig: de
kunstmatige zintuigen (satellie
ten voor waarneming op af
stand). snelle computers voor
verwerking van gegevens en wa
pens waarmee energie op af
stand kan worden gericht (laser,
micro-golven, atomaire deeltjes).
De VS heeft een voorsprong in
de eerste twee categorieën, de
Sowjet-Unie in de laatste. Zij zijn
al in een vroeg stadium met on
derzoek naar die wapens begon
nen. Daar doelt Weinberger op
met die termijn van tien jaar".
„In '73 werd onder meer ge
start met de bouw van een grote
installatie voor energiewapens in
het Siberische Semipatalinsk.
Dat was voor Carter later aanlei
ding om zijn eigen programma te
bespoedigen. De bouw van die
installatie was makkelijk waar te
nemen: 200 meter lang, 60 breed
en muren van 3,5 meter dik. In
laboratoria kun je niet kijken,
maar proefnemingen tegen satel
lieten of raketten zie je wel".
„De Amerikanen kunnen zich
het bovendien niet permitteren
in zo'n boekwerkje pertinente
fouten te zetten. Dat lekt onher
roepelijk uit en de schade daar
door aangericht is groter dan de
winst die je met foutieve infor
matie eerst behaalde".
Dezelfde mensen die jaren
lang hebben geroepen dat de be
staande kernwapenfilosofie een
nucleaire oorlog heeft voorko
men, pleiten nu om het hardst
voor verandering. In Reagans
pleidooi werd een ruimtedefensie
tegen raketten onmiddellijk ge
koppeld aan het overbodig ma
ken van kernwapens.
„Het SDI-onderzoek richt zich
op het eerste. Ik geef toe, Rea
gans woorden hebben verwar
rend gewerkt. Ik ondersteun
geen enkel streven dat kernwa
pens overbodig zou maken, om
dat het West-Europa rijp zou ma
ken voor een conventionele oor
log. Maar in de Amerikaanse si
tuatie is de tweede uitleg, het
oyerbodig maken van kernwa
pens, politiek aangeslagen en het
is dus een Amerikaans belang
die visie van de president over
eind te houden".
„Ik heb tegen Amerikaanse ge
sprekspartners vaak genoeg ge
zegd, dat die visie technisch niet
te realiseren, militair onwijs en
politiek desastreus is. Dat kun
nen de Europeanen ook nooit
volgen. In de SDI-documenten
wordt echter gesteld dat het om
een verdediging tegen raketten
gaat, die ook voor de bondgeno
ten moet gelden en dat kunnen
we steunen".
U vertrouwt de Amerikanen?
„Net zoals Nederlanders".
En Russen...
„Nee, dat zou ik niét willen
zeggen".
Het gaat na vele jaren weer goed
met de roofvogels in Nederland.
Zo goed zelfs dat - zo blykt uit een
recent rapport van de werkgroep
Vogelsterfte - er weer op alarme
rend grote schaal jacht op ze wordt
gemaakt. Vooral de buizerd en de
havik, maar ook kleinere roofvo
gels als de rode wouw en de bruine
kiekendief zijn de afgelopen jaren
met honderden het slachtoffer ge
worden van kogels en vergiften als
paration en strychnine. Vooral in
Drenthe, Twente, Oost-Brabant, en
Limburg wordt een grote aanslag
gepleegd op het zich herstellende
roofvogelbestand. In de Leidse re
gio valt het erg mee. "Hier in het
westen gaan we wat verstandiger
met onze roofvogels om", consta
teert de Leidse milieubioloog en
roofvogelliefhebber Theo Ver-
straelen.
door
Sjaak Smakman
Nederland kent van nature ne
gen soort roofvogels: de blauwe,
grauwe en bruine kiekendief,
boom- en torenvalk, sperwer, ha
vik, buizerd en de wespendief.
Hun functie in de natuur is sane
rend: het 'opruimen' van zieke en
mismaakte dieren. Rond de eeuw
wisseling werd fel jacht gemaakt
op roofvogels. In de jaren veertig
en vijftig nam hun aantal weer
langzaam toe, maar in de zestiger
jaren kreeg de roofvogel een enor
me dreun.
In de landbouw werd op grote
schaal gebruik gemaakt van zware
vergiften als de (tegenwoordige
verboden) 'drins'. Via prooidieren
als veldmuizen en weidevogels, die
via hun voedsel kleine hoeveelhe
den van het vergif in hun lichaam
kregen, hoopten deze nauwelijks
afbreekbare bestrijdingsmiddelen
zich uiteindelijk op in het li-
chaamsvet van de roofvogels.
Vooral in de winter, waaarin de
roofvogels voor hun overleving
zijn aangewezen op die vetten,
kwam het opgehoopte gif ineens
vrij met dodelijk gevolg. Ook had
den de landbouwgiffen een vernie
tigend effect op het broedsel. De
eierschalen werden veel dunner
waardoor de eieren kwetsbaarder
werden en vaak voortijdig open
braken. Bovendien stierven veel
embryo's al in de schaal. Het ge
volg: in luttele jaren liep het roof
vogelbestand dramatisch terug.
Toen het gebruik van de ergste
landbouwvergiften werd verbo
den, nam het aantal roofvogels bij
na explosief toe. De drooglegging
van Zuidelijk Flevoland, waardoor
de unieke Oostvaarderplassen ont
stonden, was een tweede factor die
volgens Verstraelen het aantal
roofvogels sterk heeft doen toene
men. Op dit moment broeden in
Nederland weer meer paren dan
voor de grote klap van het land
bouwgif. Volgens een schatting
van Verstraelen maken torenval
ken (7000 paar) het leeuwedeel van
uit van het ruim 13.000 paar tellen
de bestand. Ook buizerds (1800
paar), sperwers (1200 paar) en
boomvalken (1200 paar) komen
weer in flinke getale voor.
Uitwijken
Hoewel het zwaartepunt van het
roofvogelbestand vooral in Oost-
Nederland ligt, is ook in het westen
een duidelijke opbloei te zien. Veel
varkens maken de spoeling dun en
zodoende is een toenemend aantal
roofvogels wel gedwongen om uit
het oosten uit te wijken naar de
wat minder gunstige gebieden. Via
het Naardermeer en de Nieuw-
koopse plassen zijn veel soorten
uiteindelijk naar de kust gekomen,
waar nog ruimte volop is. Zo werd
in 1980 na 33 jaar weer een broe
dend buizerdpaar gesignaleerd in
de Wassenaarse Horsten en inmid
dels hebben zich ook in de Voor-
schotense Duivenvoordse polder
buizerds gevestigd. De boomvalk
is te vinden in de bossen rond Huis
Ter Wadding en het Huis te War
mond. Verstraelen verwacht dat
ook de nu nog onbekende havik
hier binnenkort weer domicilie
kiest. "Hij broedt hier nog niet,
maar je ziet hem toch weer regel
matig. Ik denk dat hij zich hier bin
nenkort wel vestigt", aldus Ver
straelen.
Ook de sperwer en de rode wouw
zyn soorten die hier van nature
thuishoren en ook hun komst ligt
in de lijn der verwachting. Ver
straelen is er niet bang voor dat er
onder de roofvogels onderling een
concurrentiestrijd uitbreekt. "Nee
hoor, want elke soort heeft toch
een eigen plek. De torenvalk is bij
voorbeeld een hele duidelijk spe
cialist in veldmuizen, de boomvalk
daarentegen eet grote insekten - hij
broedt daarom ook laat. De sper
wer leeft weer van muizen en klei
ne vogels, maar jaagt in tegenstel
ling tot de torenvalk in het bos en
langs de bosrand. De buizerd leeft
van muizen, konijnen en grote vo
gels als eenden, maar is ook een
aaseter. Dat is trouwens ook de re
den waarom de buizerd heel gevoe
lig is voor landbouwgif en is de
buizerd ook de soort die het meest
vergiftigd wordt".
Opzettelijke vergiftiging: het is
een van de grootste gevaren die de
zich herstellende roofvogels be
dreigt. Daarnaast wordt ook met
het geweer veel op roofvogels - die
stuk voor stuk wettelijk be
schermd zijn - gejaagd. Zo bleek
uit onderzoek van roofvogellijken
dat 42 procent van de buizerds, 31
procent van de haviken, 36 procent
van de bruine kiekendieven en
maar liefst 89 procent van de rode
wouwen via een kogel of vergif om
het leven kwamen. Ruim een
kwart (534) van de doodgevonden
vogels bleek opzettelijk gedood.
Vooral het oostén des lands blijkt
een gevaarlijk gebied voor roofvo
gels. In het westen sterft hij als re
gel een natuurlijke dood.
Milieubioloog Theo Verstralen:
"Steeds meer mensen zijn geïnte
resseerd in roofvogels en ik denk
dat dat heeft bijgedragen i
der vervolging"
Jagers
Volgens Verstraelen zijn 'zeer
waarschijnlijk' jagers - en dan
vooral de illegale jagers - verant
woordelijk voor de vervolging. Hij
wil, zegt hij, beslist niet de jagers
wereld als geheel veroordelen
'maar je hoort toch bij jagers nogal
eens het verhaal dat roofvogels een
bedreiging vormen voor het wild
dat zy willen schieten: konijnen en
fazanten'. "Dat is ook wel zo, maar
de jagers zijn toch ook tot de over
tuiging gekomen dat ze er zelf min
of meer de oorzaak van zijn. Kijk,
een roofvogel die in principe op
een groot aantal verschillende
prooien jaagt, pakt toch in eerste
instantie wat hij het gemakkelijk
ste kan krijgen. En als je een groot
aantal fazanten uitzet dan zal een
havik of buizerd vooral fazanten
pakken: dat is immers lekker mak
kelijk".
"Maar het is ook zo dat die roof
vogels ten gunste van de jager
werken. Die pakken vooral de ex
emplaren met een ziekte of met ge
breken en die wil een jager toch
ook niet hebben. Daarmee houden
roofvogels het bestand kwalitatief
op peil. En dat ze af en toe een ge
zond exemplaar pakken, ach. En
de meeste jagers in Nederland vin
den dat ook wel. Daarom veronder
stellen zowel de Koninklijke Ne
derlandse Jagersvereniging als de
Vogelbescherming ook dat de
overtreders vooral de illegale ja
gers zijn of op zijn hoogst een klei
ne minderheid van de georgani
seerde jagers".
In het westen is nog vrijwel geen
sprake van roofvogelvervolging.
Maar, zo geeft Verstraelen grif toe,
dat komt waarschijnlijk óók omdat
er nog niet veel buizerds en havi
ken zijn - de grotere roofvogels die
ook jacht maken op jachtwild als
de fazant en het konijn. "Vooral de
havik blijkt veel afgeschoten te
worden - veertig procent wordt il
legaal gedood of afgeschoten. Maar
die zit hier nog niet en je kunt je
inderdaad afvragen of de vestiging
van de havik als broedvogels hier
in het westen door de jagers wordt
getolereerd. De buizerd staat toch
weer in een iets minder kwade
reuk omdat hij meer op aas zit dan
de havik, die alleen levende prooi
en verschalkt".
Voorlichting
Om de roofvogels een blijvende
plaats in de Nederlandse natuur te
verzekeren, moet yolgens Ver
straelen nog heel wat gebeuren. Al
le roofvogels vallen weliswaar in
de categorie beschermde vogels,
maar de controle op de naleving er
van kan volgens hem veel beter.
Op het ministerie van landbouw en
visserij is een nieuwe vogelwet in
de maakt, die de uit 1936 daterende
wet moet vervangen. Daarin wor
den handel in en jacht op be
schermde vogels strenger bestraft:
een boete van 10.000 gulden per
overtreding in plaats van de huidi
ge 300 gulden.
Maar het hoeft niet alleen van an
dere wetgeving te komen, denkt
Verstraelen: "Je kunt ook werken
aan betere voorlichting. Via de
krant, tv, radio, populaire boekjes
over roofvogels. Daarin kun je la
ten zien wat roofvogels zijn en wat
hun taak is in de natuur. En aan
jagers en jachtopzieners moet je
duidelijk maken dat ze een zekere
schade moeten accepteren, hoewel
je daarnaast ook kunt denken aan
maatregelen - zoals afgeschermde
voedingsplaatsen - om schade aan
jachtwild te voorkomen. Ook be
langrijk is het tegengaan van de
handel in opgezette roofvogels en
roofvogeleieren. Dat is een fikse
handel geworden".
Ziet Verstraelen een toekomst
voor de roofvogels? "Zeker. De
houding tegenover roofvolgels is
nu veel beter dan in het begin van
de twintigste eeuw, toen vervol
ging schering en inslag was. Het
bestand is nu beter dan in de laat
ste jaren vóór het grootschalige ge
bruik van landbouwgif en dat kan
een gevolg zijn van die betere men
taliteit, al is dat natuurlijk heel
moeilijk aan te tonen. Maar het is
wel zo dat steeds meer mensen
geïnteresseerd zijn in vogels.
Steeds meer mensen weten wat er
aan de hand is in de natuur en ik
denk dat die kennis heeft bijgedra
gen tot minder vervolging. Maar
dan moeten we wel goed actie on
dernemen tegen uitwassen als de
weer de kop opstekende jacht op
roofvogels".
Dat sommige protestantse ker
ken weigeren deel te nemen aan
de ontmoeting met de paus (op
13 mei) is niet evangelisch. Dat
zei de voorzitter van de (princi-
pieel-vrijzinnige) Zwinglibond.'
de hervormde predikant A. J.
Roodzant uit Odoorn, zaterdag
op de jaarvergadering van deze
bond in Zwolle.
"Als men zo'n uitnodiging
krijgt, moet men zich niet laten
weerhouden door bezwaren te
gen de leer van de Rooms-Katho-
lieke Kerk. Het is een kwestie
van evangelische gezindheid om
broederschap te tonen en aan
zo'n ontmoeting deel te nemen".
Roodzant zag daarin geen gebrek
aan solidariteit met die rooms-
katholieken die het niet eens zijn
met de paus. Hij constateerde in
de Nederlandse kerkprovincie
een duidelijke tendens tot her
ziening van de leer, hier en daar
ook in vrijzinnige geest.
De Odoornse predikant hekel
de het 'onfatsoen' van bepaalde
groepen rond de installatie van
mgr. Ter Schure als bisschop van
Den Bosch. Hij noemde de 'bele
digende opmerkingen' die toen
zijn gemaakt een 'betreurens
waardig teken van geestelijke ar
moede'. "Bezwaren moet men op
waardige wijze kenbaar maken".
"Waar was er hier nog sprake van
énige evangelische mentaliteit?"
- De landelijke werkgroep
'Vrouw en kerk' van de Katholie
ke raad voor Kerk en Samenle
ving en de zeven bisdommelijke
werkgroepen betreuren het, dat
aartsbisschop Simonis mevrouw
Halkes (feministisch theologe)
niet heeft gerehabiliteerd. (Eerst
verbood Simonis mevrouw Hal
kes de paus volgende maand in
Utrecht toe te spreken, later trok
hij dat verbod in. mits ook ie
mand van meer behoudende
vrouwengroepen het woord zou
voeren).
'Vrouw en kerk' is het eens
met mevrouw Halkes nu zij zich
definitief uit het gesprek met de
paus heeft teruggetrokken. De
werkgroep had voor haar geko
zen vanwege haar grote inzet en
haar wetenschappelijk werk ter
verbetering van de positie van
vrouwen binnen de Rooms-Ka-
tholieke Kerk.
- In een brief aan bisschop Si
monis (naar aanleiding van de
kwestie-Halkes) komen de
rooms-katholieke vredesorgani
saties 'Justitia et Pax' en 'Pax
Christi' Nederland op voor de
'vriiheid van meningsuiting'. Het
aanvankelijke besluit van de bis
schop om mevrouw Halkes niet
te laten optreden heeft de beide
organisaties 'pijnlijk getroffen'.
"Wij mogen niet zwijgend toekij
ken hoe iemand in Nederland
het woord wordt ontnomen".
De beide Pax-organisatiës prij
zen de theologe om haar grote
zorg voor de kerk. Over enkele
dagen zullen ze definitief beslis
sen of ze aanwezig zuilen zyn bij
de ontmoeting met de paus op 12
mei in Utrecht.
De brief is ondertekend door
mevrouw dr. M. Klompé, voorzit
ter van 'Justitia et Pax', en dr. J.
van Kemenade, tweede voorzit
ter van 'Pax Christi' Nederland.
Praters. In een gesprek met
het Italiaanse maandblad van de
Orde der Paulijnen zegt aartsbis
schop Simonis, dat de Neder
landse kerk weer een kerk van
gebed moet worden in plaats van
praters.
De grootste belemme
ring daartoe is volgens hem de
'cultus van de democratie'. "Ne
derland is een land waar voort
durend wordt vergaderd en alles
en iedereen iets heeft te zeggen",
zei de bisschop. Overigens raad
pleegt Simonis wel eerst leken
en priesters voordat hij zelfstan
dig een beslissing zou nemen,
waartoe hij als bisschop gerech
tigd is.
Volgens hem is het Landelijk
Pastoraal Concilie in Nederland
mislukt doordat het te vooruit
strevend werd. Het beschouwde
het Vaticaans concilie als het be
gin van een proces van verdere
vernieuwing in plaats van als
norm die moest worden uitge
werkt.
Hervormde Kerk: aangeno
men de benoeming tot catecheet-
pastoraal medewerker te Eder-
veen (deelwerk) T. van de Brink
Nijkerk, tot evangelist in de
wijkgemeente Jacobi- en Vre-
deskerk Utrecht kandidaat K.
van der Scheer; beroepen te Hat-
tem G. J. van Steeg Vriezenveen,
te Zuidlaren H. de Wijk Delfzijl,
te Driesum (Fr.) kandidaat P.
Vermeer Apeldoorn; aangeno
men naar Almelo K. Sluiter Ha-
velte, naar Hattem Joh. Richter
Gereformeerde Kerken Vrij
gemaakt: beroepen te Heerde J.
Bomhof Ureterp, te Meppel J.
Borgdorff Axel, te Kralingse-
veer-Krimpen aan de IJssel J.
Janssen Loppersum; aangeno
men naar Doesburg-Doetinchem
kandidaat H. ten Brinke Harder
wijk.