'Nederland moet meedoen' Roofvogel keert in westen terug Weigering paus te ontmoeten evangelisch' Interview 'Meeste jagers zien nut van roofvogels in' Brigade-generaal Berkhof over Star Wars: PAGINA 6 MAANDAG 15 APRIL 1985 Brigade-generaal G. (Gé) C. Berkhof weet het zeker. West- Europa moet ingaan op de Ame rikaanse uitnodiging deel te ne men aan het omstreden onder zoek naar een ruimtedefensie te gen kernwapens. Landen die nee-roepend aan de kant blijven staan lopen onder meer het risico in de nabije toekomst ook voor de civiele industrie volkomen af hankelijk te zijn van Amerikaan se technologie afkomstig uit het nieuwe ruimteprogramma, is zijn overtuiging. Berkhof kan met gezag spre ken. Hij geldt als één van de wei nige Nederlandse experts op het gebied van moderne wapentech nologie, inclusief die van de ruimtewapens. Berkhof diende bij de landmacht in diverse staf functies, voordat hij zo'n vijfjaar geleden naar het ministerie in Den Haag werd overgeplaatst. Vier jaar lang adviseerde hij daar minister en defensiestaf over kernwapens en wapenbeheer sing. door Hans Geleijnse Daarna werd hij voor twee jaar „uitgeleend" aan het Nederlands instituut voor internationale be trekkingen Clingendael in Den Haag. Een post, die Berkhof in staat stelt zich volledig te con centreren op onderzoek naar de machtsverhoudingen tussen Oost en West en de rol die nieu we wapens en wapentechnieken daarin spelen. Eén van de resul taten van zijn werk: de publicatie van het boek „Duel om de Ruim te" begin dit jaar. Berkhof zelf zegt dat hij geen directe band meer heeft met de fensie, dat de resulaten van zijn werk daar niet automatisch tot beleid worden verheven. Maar indirect is die invloed er zeker. In het kleine kringetje van ex perts (spottend wel eens de „vei- ligheidsmaffia" genoemd) is zijn invloed groot en zijn vele publi caties worden ook door bewinds lieden uitbundig bestudeerd. Voor het Strategisch Defensie Initiatief (populair Star Wars), dat Reagan in maart 1983 lan ceerde, heeft het Witte Huis tot 1990 26 miljard dollar gevraagd aan het Congres. De uitnodiging, door defensieminister Weinber ger vorige week in Luxemburg verstrekt aan zyn collega's van de NAVO-landen, roept Ameri- ka's bondgenoten (NAVO, Frankrijk, Japan, Australië en Is raël) op te inventariseren op wel ke terreinen zij een bijdrage kun nen leveren aan SDI. Binnen zestig dagen moeten de Amerikanen antwoord heb ben, zodat daarna uitwisselings programma's van wetenschap pers kunnen worden opgezet en contracten met deelnemende be drijven uit de verschillende lan den kunnen worden gesloten. Een ultimatum naar het schijnt, en de vraag is, of Nederland, wanneer het ja zou willen zeg gen, de Amerikanen ook iets heeft te bieden. Berkhof: „We hebben een in dustrie die veel meer kan dan de mensen denken, ook veel meer doet dan de mensen weten. We (voornamelijk Fokker en Phi lips; HG) hebben twee bijzonde re satellieten gebouwd voor het Europese ruimtevaartprogram ma, ANS en IR AS. Die behoren ook naar Amerikaanse begrip pen tot de toptechnologie. In technologisch opzicht kan ons land ontzettend veel". „De vraag moet dan ook wor den gesteld: wat gebeurt er als we niets doen. En dan verwijs ik naar uitspraken van de presi dent-directeur van Philips, Dek ker, die klaagde over de moeite die het concern heeft om hier af gestudeerde jonge technici aan te trekken. Vrij vertaald kwam t Europa niet overbodig i wat hij zei neer op: als dat niet verbeterd, gaan we ergens an ders heen. Dat is een niet geringe uitspraak". Het ultimatieve karakter van de uitnodiging duidt welis waar op Amerikaanse haast, maar niet op veel begrip voor de Europese problemen met de ruimtedefensie. „Of die termijn van zestig da gen handig is? Misschien niet. De Amerikanen zitten nu een maal met een snel lopend pro gramma en met een speciale be grotingstechniek. De gelden voor de begroting '86 moeten worden vrijgegeven de komende twee maanden. Maar de Ameri kanen hebben van het begin af aan gezegd, we zullen het doen in overleg met de bondgenoten. Eén ervan, bondskanselier Kohl heeft zelfs om deelname aan SDI gevraagd. Dan doet het wat ko misch aan wanneer nu over een ultimatum wordt gesproken". „Bovendien, het programma is feitelijk al onder de vorige presi dent, Carter, van start gegaan. Reagan kwam in maart '83 met zijn SDI-aankondiging. Sinds die tijd is er een niet geringe pu bliciteit aan gegeven. Er was dus derhalve alle aanleiding om niet lijdzaam te blijven afwachten. Een snelle reactie nu is, vind ik, dus mogelijk". - Maar waarom zou West-Eu ropa, zou Nederland, mee moeten doen aan een Amerikaans pro gramma, waarvan maar moet worden afgewacht of het enige bescherming aan Europa kan bieden, waarvan niet bekend is wat het uiteindelijk gaat kosten en waarvan kritici zeggen dat het alleen maar leidt tot een nieu we wapenwedloop? „Voorwaarde voor Westeuro- pese deelneming aan SDI, dat voorlopig niet meer is dan een onderzoeksprogramma, moet zijn, dat er prioriteit wordt gege ven aan ontwikkeling van een verdedigingssysteem tegen de ballistische raketten voor de kor te afstand. Dat is technisch ook haalbaar. U zegt dat de Amerika nen voorrang zullen geven aan een systeem dat bescherming dat bijplaatsen van offensieve kernwapens om de Sowjets weer te overtroeven geen oplossing is. Dat geldt evenmin voor het op voeren van de conventionele ver dediging tot een niveau waarop we elke aanval kunnen weer staan. Dat is onbetaalbaar en niet te realiseren. De enige mogelijk- heid blijft dan je te verdedigen biedt tegen de strategische raket ten die hen bedreigen? Dat neem ik ook aan, zeker als Europa niet meedoet". „Eén van de problemen voor de Westeuropese veiligheid is, dat de Sowjet-militairen een nieuwe doctrine hebben inge voerd. Vergroting van de eigen nucleaire slagkracht moet de VS ervan weerhouden onmiddellijk met kernwapens te reageren op een conventioneel Sowjet-offen- sief in Europa. Voor zo'n blik- semoffensief zijn 1000 conventio nele ballistische raketten in de Sowjet-arsenalen aanwezig. Ze zyn bedoeld om luchtverdedi ging en commandocentra uit te schakelen. Met een ruimtedefen sie tegen deze korte-afstandwa- pens kun je voorkomen dat een dergelijke verrassingsaanval succes heeft". - Tegenstanders van SDI stel len echter dat een verdediging te gen kernwapens het gevaar van een conventionele oorlog, met dramatische verwoestingen, ver groot. U meent precies het tegen overgestelde. „Ja. De Sowjet-Unie, dat geven zelfs mensen die de VS niet vriendelijk zijn gezind toe, heeft in de jaren zeventig zijn nucleai re arsenaal in elke categorie sterk opgevoerd. In Europa zijn van die kant sinds 1975 negen tien nieuwe wapensystemen in gevoerd, van westerse zijde vijf (Lance, Jaguar, F 16, kruisraket en Pershing 2). Het was altijd zo dat de Sowjets een conventio neel overwicht hadden en de nu cleaire stand in ons voordeel „Dat zorgde voor een „even wicht van onevenwichtigheden". Maar door de snelle nucleaire op bouw van de Sowjets heeft dat veranderd. Het zal duidelijk zijn tegen de meest gevaarlijke ele menten voor de Westeuropese veiligheid en dat zijn de conven tionele ballistische raketten". - Is het argument voor moder nisering en invoering van wa pens aan NAVO-kant niet voort durend dat de Russen een voor sprong hebben genomen. Nu de VS aan SDI is begonnen komt Weinberger, begin deze week bij de presentatie van de vierde afle vering van Sowjet Militaire Macht, de bondgenoten weer ver tellen dat de Sowjets met man en macht werken aan een eigen sys teem. dat in tien jaar geïnsta lleerd kan zijn. En dat terwijl ver ificatie van onderzoeksprogram ma's, zeggen ook de Amerikanen, vrijwel onmogelijk is. „Ja, maar hij heeft erbij gezegd als ze bepaalde stappen over slaan. Voor anti-raketwapens zijn drie technologiëen nodig: de kunstmatige zintuigen (satellie ten voor waarneming op af stand). snelle computers voor verwerking van gegevens en wa pens waarmee energie op af stand kan worden gericht (laser, micro-golven, atomaire deeltjes). De VS heeft een voorsprong in de eerste twee categorieën, de Sowjet-Unie in de laatste. Zij zijn al in een vroeg stadium met on derzoek naar die wapens begon nen. Daar doelt Weinberger op met die termijn van tien jaar". „In '73 werd onder meer ge start met de bouw van een grote installatie voor energiewapens in het Siberische Semipatalinsk. Dat was voor Carter later aanlei ding om zijn eigen programma te bespoedigen. De bouw van die installatie was makkelijk waar te nemen: 200 meter lang, 60 breed en muren van 3,5 meter dik. In laboratoria kun je niet kijken, maar proefnemingen tegen satel lieten of raketten zie je wel". „De Amerikanen kunnen zich het bovendien niet permitteren in zo'n boekwerkje pertinente fouten te zetten. Dat lekt onher roepelijk uit en de schade daar door aangericht is groter dan de winst die je met foutieve infor matie eerst behaalde". Dezelfde mensen die jaren lang hebben geroepen dat de be staande kernwapenfilosofie een nucleaire oorlog heeft voorko men, pleiten nu om het hardst voor verandering. In Reagans pleidooi werd een ruimtedefensie tegen raketten onmiddellijk ge koppeld aan het overbodig ma ken van kernwapens. „Het SDI-onderzoek richt zich op het eerste. Ik geef toe, Rea gans woorden hebben verwar rend gewerkt. Ik ondersteun geen enkel streven dat kernwa pens overbodig zou maken, om dat het West-Europa rijp zou ma ken voor een conventionele oor log. Maar in de Amerikaanse si tuatie is de tweede uitleg, het oyerbodig maken van kernwa pens, politiek aangeslagen en het is dus een Amerikaans belang die visie van de president over eind te houden". „Ik heb tegen Amerikaanse ge sprekspartners vaak genoeg ge zegd, dat die visie technisch niet te realiseren, militair onwijs en politiek desastreus is. Dat kun nen de Europeanen ook nooit volgen. In de SDI-documenten wordt echter gesteld dat het om een verdediging tegen raketten gaat, die ook voor de bondgeno ten moet gelden en dat kunnen we steunen". U vertrouwt de Amerikanen? „Net zoals Nederlanders". En Russen... „Nee, dat zou ik niét willen zeggen". Het gaat na vele jaren weer goed met de roofvogels in Nederland. Zo goed zelfs dat - zo blykt uit een recent rapport van de werkgroep Vogelsterfte - er weer op alarme rend grote schaal jacht op ze wordt gemaakt. Vooral de buizerd en de havik, maar ook kleinere roofvo gels als de rode wouw en de bruine kiekendief zijn de afgelopen jaren met honderden het slachtoffer ge worden van kogels en vergiften als paration en strychnine. Vooral in Drenthe, Twente, Oost-Brabant, en Limburg wordt een grote aanslag gepleegd op het zich herstellende roofvogelbestand. In de Leidse re gio valt het erg mee. "Hier in het westen gaan we wat verstandiger met onze roofvogels om", consta teert de Leidse milieubioloog en roofvogelliefhebber Theo Ver- straelen. door Sjaak Smakman Nederland kent van nature ne gen soort roofvogels: de blauwe, grauwe en bruine kiekendief, boom- en torenvalk, sperwer, ha vik, buizerd en de wespendief. Hun functie in de natuur is sane rend: het 'opruimen' van zieke en mismaakte dieren. Rond de eeuw wisseling werd fel jacht gemaakt op roofvogels. In de jaren veertig en vijftig nam hun aantal weer langzaam toe, maar in de zestiger jaren kreeg de roofvogel een enor me dreun. In de landbouw werd op grote schaal gebruik gemaakt van zware vergiften als de (tegenwoordige verboden) 'drins'. Via prooidieren als veldmuizen en weidevogels, die via hun voedsel kleine hoeveelhe den van het vergif in hun lichaam kregen, hoopten deze nauwelijks afbreekbare bestrijdingsmiddelen zich uiteindelijk op in het li- chaamsvet van de roofvogels. Vooral in de winter, waaarin de roofvogels voor hun overleving zijn aangewezen op die vetten, kwam het opgehoopte gif ineens vrij met dodelijk gevolg. Ook had den de landbouwgiffen een vernie tigend effect op het broedsel. De eierschalen werden veel dunner waardoor de eieren kwetsbaarder werden en vaak voortijdig open braken. Bovendien stierven veel embryo's al in de schaal. Het ge volg: in luttele jaren liep het roof vogelbestand dramatisch terug. Toen het gebruik van de ergste landbouwvergiften werd verbo den, nam het aantal roofvogels bij na explosief toe. De drooglegging van Zuidelijk Flevoland, waardoor de unieke Oostvaarderplassen ont stonden, was een tweede factor die volgens Verstraelen het aantal roofvogels sterk heeft doen toene men. Op dit moment broeden in Nederland weer meer paren dan voor de grote klap van het land bouwgif. Volgens een schatting van Verstraelen maken torenval ken (7000 paar) het leeuwedeel van uit van het ruim 13.000 paar tellen de bestand. Ook buizerds (1800 paar), sperwers (1200 paar) en boomvalken (1200 paar) komen weer in flinke getale voor. Uitwijken Hoewel het zwaartepunt van het roofvogelbestand vooral in Oost- Nederland ligt, is ook in het westen een duidelijke opbloei te zien. Veel varkens maken de spoeling dun en zodoende is een toenemend aantal roofvogels wel gedwongen om uit het oosten uit te wijken naar de wat minder gunstige gebieden. Via het Naardermeer en de Nieuw- koopse plassen zijn veel soorten uiteindelijk naar de kust gekomen, waar nog ruimte volop is. Zo werd in 1980 na 33 jaar weer een broe dend buizerdpaar gesignaleerd in de Wassenaarse Horsten en inmid dels hebben zich ook in de Voor- schotense Duivenvoordse polder buizerds gevestigd. De boomvalk is te vinden in de bossen rond Huis Ter Wadding en het Huis te War mond. Verstraelen verwacht dat ook de nu nog onbekende havik hier binnenkort weer domicilie kiest. "Hij broedt hier nog niet, maar je ziet hem toch weer regel matig. Ik denk dat hij zich hier bin nenkort wel vestigt", aldus Ver straelen. Ook de sperwer en de rode wouw zyn soorten die hier van nature thuishoren en ook hun komst ligt in de lijn der verwachting. Ver straelen is er niet bang voor dat er onder de roofvogels onderling een concurrentiestrijd uitbreekt. "Nee hoor, want elke soort heeft toch een eigen plek. De torenvalk is bij voorbeeld een hele duidelijk spe cialist in veldmuizen, de boomvalk daarentegen eet grote insekten - hij broedt daarom ook laat. De sper wer leeft weer van muizen en klei ne vogels, maar jaagt in tegenstel ling tot de torenvalk in het bos en langs de bosrand. De buizerd leeft van muizen, konijnen en grote vo gels als eenden, maar is ook een aaseter. Dat is trouwens ook de re den waarom de buizerd heel gevoe lig is voor landbouwgif en is de buizerd ook de soort die het meest vergiftigd wordt". Opzettelijke vergiftiging: het is een van de grootste gevaren die de zich herstellende roofvogels be dreigt. Daarnaast wordt ook met het geweer veel op roofvogels - die stuk voor stuk wettelijk be schermd zijn - gejaagd. Zo bleek uit onderzoek van roofvogellijken dat 42 procent van de buizerds, 31 procent van de haviken, 36 procent van de bruine kiekendieven en maar liefst 89 procent van de rode wouwen via een kogel of vergif om het leven kwamen. Ruim een kwart (534) van de doodgevonden vogels bleek opzettelijk gedood. Vooral het oostén des lands blijkt een gevaarlijk gebied voor roofvo gels. In het westen sterft hij als re gel een natuurlijke dood. Milieubioloog Theo Verstralen: "Steeds meer mensen zijn geïnte resseerd in roofvogels en ik denk dat dat heeft bijgedragen i der vervolging" Jagers Volgens Verstraelen zijn 'zeer waarschijnlijk' jagers - en dan vooral de illegale jagers - verant woordelijk voor de vervolging. Hij wil, zegt hij, beslist niet de jagers wereld als geheel veroordelen 'maar je hoort toch bij jagers nogal eens het verhaal dat roofvogels een bedreiging vormen voor het wild dat zy willen schieten: konijnen en fazanten'. "Dat is ook wel zo, maar de jagers zijn toch ook tot de over tuiging gekomen dat ze er zelf min of meer de oorzaak van zijn. Kijk, een roofvogel die in principe op een groot aantal verschillende prooien jaagt, pakt toch in eerste instantie wat hij het gemakkelijk ste kan krijgen. En als je een groot aantal fazanten uitzet dan zal een havik of buizerd vooral fazanten pakken: dat is immers lekker mak kelijk". "Maar het is ook zo dat die roof vogels ten gunste van de jager werken. Die pakken vooral de ex emplaren met een ziekte of met ge breken en die wil een jager toch ook niet hebben. Daarmee houden roofvogels het bestand kwalitatief op peil. En dat ze af en toe een ge zond exemplaar pakken, ach. En de meeste jagers in Nederland vin den dat ook wel. Daarom veronder stellen zowel de Koninklijke Ne derlandse Jagersvereniging als de Vogelbescherming ook dat de overtreders vooral de illegale ja gers zijn of op zijn hoogst een klei ne minderheid van de georgani seerde jagers". In het westen is nog vrijwel geen sprake van roofvogelvervolging. Maar, zo geeft Verstraelen grif toe, dat komt waarschijnlijk óók omdat er nog niet veel buizerds en havi ken zijn - de grotere roofvogels die ook jacht maken op jachtwild als de fazant en het konijn. "Vooral de havik blijkt veel afgeschoten te worden - veertig procent wordt il legaal gedood of afgeschoten. Maar die zit hier nog niet en je kunt je inderdaad afvragen of de vestiging van de havik als broedvogels hier in het westen door de jagers wordt getolereerd. De buizerd staat toch weer in een iets minder kwade reuk omdat hij meer op aas zit dan de havik, die alleen levende prooi en verschalkt". Voorlichting Om de roofvogels een blijvende plaats in de Nederlandse natuur te verzekeren, moet yolgens Ver straelen nog heel wat gebeuren. Al le roofvogels vallen weliswaar in de categorie beschermde vogels, maar de controle op de naleving er van kan volgens hem veel beter. Op het ministerie van landbouw en visserij is een nieuwe vogelwet in de maakt, die de uit 1936 daterende wet moet vervangen. Daarin wor den handel in en jacht op be schermde vogels strenger bestraft: een boete van 10.000 gulden per overtreding in plaats van de huidi ge 300 gulden. Maar het hoeft niet alleen van an dere wetgeving te komen, denkt Verstraelen: "Je kunt ook werken aan betere voorlichting. Via de krant, tv, radio, populaire boekjes over roofvogels. Daarin kun je la ten zien wat roofvogels zijn en wat hun taak is in de natuur. En aan jagers en jachtopzieners moet je duidelijk maken dat ze een zekere schade moeten accepteren, hoewel je daarnaast ook kunt denken aan maatregelen - zoals afgeschermde voedingsplaatsen - om schade aan jachtwild te voorkomen. Ook be langrijk is het tegengaan van de handel in opgezette roofvogels en roofvogeleieren. Dat is een fikse handel geworden". Ziet Verstraelen een toekomst voor de roofvogels? "Zeker. De houding tegenover roofvolgels is nu veel beter dan in het begin van de twintigste eeuw, toen vervol ging schering en inslag was. Het bestand is nu beter dan in de laat ste jaren vóór het grootschalige ge bruik van landbouwgif en dat kan een gevolg zijn van die betere men taliteit, al is dat natuurlijk heel moeilijk aan te tonen. Maar het is wel zo dat steeds meer mensen geïnteresseerd zijn in vogels. Steeds meer mensen weten wat er aan de hand is in de natuur en ik denk dat die kennis heeft bijgedra gen tot minder vervolging. Maar dan moeten we wel goed actie on dernemen tegen uitwassen als de weer de kop opstekende jacht op roofvogels". Dat sommige protestantse ker ken weigeren deel te nemen aan de ontmoeting met de paus (op 13 mei) is niet evangelisch. Dat zei de voorzitter van de (princi- pieel-vrijzinnige) Zwinglibond.' de hervormde predikant A. J. Roodzant uit Odoorn, zaterdag op de jaarvergadering van deze bond in Zwolle. "Als men zo'n uitnodiging krijgt, moet men zich niet laten weerhouden door bezwaren te gen de leer van de Rooms-Katho- lieke Kerk. Het is een kwestie van evangelische gezindheid om broederschap te tonen en aan zo'n ontmoeting deel te nemen". Roodzant zag daarin geen gebrek aan solidariteit met die rooms- katholieken die het niet eens zijn met de paus. Hij constateerde in de Nederlandse kerkprovincie een duidelijke tendens tot her ziening van de leer, hier en daar ook in vrijzinnige geest. De Odoornse predikant hekel de het 'onfatsoen' van bepaalde groepen rond de installatie van mgr. Ter Schure als bisschop van Den Bosch. Hij noemde de 'bele digende opmerkingen' die toen zijn gemaakt een 'betreurens waardig teken van geestelijke ar moede'. "Bezwaren moet men op waardige wijze kenbaar maken". "Waar was er hier nog sprake van énige evangelische mentaliteit?" - De landelijke werkgroep 'Vrouw en kerk' van de Katholie ke raad voor Kerk en Samenle ving en de zeven bisdommelijke werkgroepen betreuren het, dat aartsbisschop Simonis mevrouw Halkes (feministisch theologe) niet heeft gerehabiliteerd. (Eerst verbood Simonis mevrouw Hal kes de paus volgende maand in Utrecht toe te spreken, later trok hij dat verbod in. mits ook ie mand van meer behoudende vrouwengroepen het woord zou voeren). 'Vrouw en kerk' is het eens met mevrouw Halkes nu zij zich definitief uit het gesprek met de paus heeft teruggetrokken. De werkgroep had voor haar geko zen vanwege haar grote inzet en haar wetenschappelijk werk ter verbetering van de positie van vrouwen binnen de Rooms-Ka- tholieke Kerk. - In een brief aan bisschop Si monis (naar aanleiding van de kwestie-Halkes) komen de rooms-katholieke vredesorgani saties 'Justitia et Pax' en 'Pax Christi' Nederland op voor de 'vriiheid van meningsuiting'. Het aanvankelijke besluit van de bis schop om mevrouw Halkes niet te laten optreden heeft de beide organisaties 'pijnlijk getroffen'. "Wij mogen niet zwijgend toekij ken hoe iemand in Nederland het woord wordt ontnomen". De beide Pax-organisatiës prij zen de theologe om haar grote zorg voor de kerk. Over enkele dagen zullen ze definitief beslis sen of ze aanwezig zuilen zyn bij de ontmoeting met de paus op 12 mei in Utrecht. De brief is ondertekend door mevrouw dr. M. Klompé, voorzit ter van 'Justitia et Pax', en dr. J. van Kemenade, tweede voorzit ter van 'Pax Christi' Nederland. Praters. In een gesprek met het Italiaanse maandblad van de Orde der Paulijnen zegt aartsbis schop Simonis, dat de Neder landse kerk weer een kerk van gebed moet worden in plaats van praters. De grootste belemme ring daartoe is volgens hem de 'cultus van de democratie'. "Ne derland is een land waar voort durend wordt vergaderd en alles en iedereen iets heeft te zeggen", zei de bisschop. Overigens raad pleegt Simonis wel eerst leken en priesters voordat hij zelfstan dig een beslissing zou nemen, waartoe hij als bisschop gerech tigd is. Volgens hem is het Landelijk Pastoraal Concilie in Nederland mislukt doordat het te vooruit strevend werd. Het beschouwde het Vaticaans concilie als het be gin van een proces van verdere vernieuwing in plaats van als norm die moest worden uitge werkt. Hervormde Kerk: aangeno men de benoeming tot catecheet- pastoraal medewerker te Eder- veen (deelwerk) T. van de Brink Nijkerk, tot evangelist in de wijkgemeente Jacobi- en Vre- deskerk Utrecht kandidaat K. van der Scheer; beroepen te Hat- tem G. J. van Steeg Vriezenveen, te Zuidlaren H. de Wijk Delfzijl, te Driesum (Fr.) kandidaat P. Vermeer Apeldoorn; aangeno men naar Almelo K. Sluiter Ha- velte, naar Hattem Joh. Richter Gereformeerde Kerken Vrij gemaakt: beroepen te Heerde J. Bomhof Ureterp, te Meppel J. Borgdorff Axel, te Kralingse- veer-Krimpen aan de IJssel J. Janssen Loppersum; aangeno men naar Doesburg-Doetinchem kandidaat H. ten Brinke Harder wijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 6