Het linkse boek zit
in de versukkeling
Japan koestert zijn bossen
Vermaarde boekwinkel Rob
van Gennep gesloten
Zure regen ondanks industrialisering vrijwel onbekend
ZATERDAG 16 MAART 1985
PAGINA 21
„Ik ben geen boekhandelaar,
maar uitgever. Het is heel
treurig, maar deze oplossing
moest gekozen worden. De
hele BV is nu nog oké, de
Rotterdamse winkel blijft
gewoon bestaan, die is
kleiner en het assortiment is
breder. Ook het modern
antiquariaat aan de Nieuwe
Zijds blijft bestaan. Waarom
deze winkel nou dicht?
Omdat de verliezen te hoog
gingen oplopen. De
belangstelling voor de linkse
boekhandel is drastisch
minder geworden. En
diezelfde verliezen kan ik er
in de toekomst niet meer bij
hebben. Dan zou het bedrijf
in z'n totaliteit in gevaar
komen. De winkel dus dicht.
Maar, ik hou er een absolute
kater aan over. Zestien jaar
heeft die winkel bestaan, dat
is niet niks. Ik denk ook nog
alsof die winkel er nog is".
door Ko van Leeuwen
Na zestien jaar sloot
uitgever Rob van Gennep
deze maand zijn linkse
boekwinkel aan de Nes 128.
De belangstelling voor het
linkse boek is dramatisch
geslonken. Maar de
uitgeverij gaat door. Acht
werknemers, inclusief Rob
van Gennep en zijn
compagnon Jaap Jansen,
zorgen dit jaar weer voor
achtentwintig nieuwe
titels. Nog voor de
Boekenweekjkerschijnen
er drie nieuwe uitgaven: 't
Is niks gedaan,
ontroerende en een beetje
gemene tekeningen van
Peter van Straaten; Bibeb
De Kunst, een serie
gebundelde interviews, en
Na verloop van tijd, een
boek met foto's en
gesprekken met oude
mensen door
Volkskrantfotograaf
Daniël Koning. Een van de
bestsellers is nog steeds
Geneesmiddelen in
Nederland, waarvan in de
laatste drie jaar 70.000
exemplaren werden
verkocht.
Dit najaar komt er een
geheel nieuwe uitgave van.
Een groots object vormt de
in boeken gebundelde
herdruk van De 8 en
Opbouw, het 14-daags
tijdschrift over het Nieuwe
Bouwen van de
architecten van De
Opbouw in Rotterdam en
De 8 in Amsterdam, dat
van 1932 tot 1943
verscheen.
Van Gennep: „4500 pagina's
architectuur, een must
voor elke architect die z'n
vak serieus neemt". Rob
van Gennep over de
teloorgang van het linkse
boek, de ombuiging, de
winkelsluiting en het
belang van Sonja Barend
als het om verkoopcijfers
gaat.
Het directiekantoor is eenvoudig
ingericht. Geen luxe. Wel
doelmatigheid. Een
bordeaux-rode drastisch
ingezeten pluche bank, een soort
driepersoons Bommelstoel,
domineert. Het paardehaar
steekt uit een armleuning van
het sleetse zitmeubel. De bank
heeft uit eigen verdienste de
status van mascotte bereikt. Van
Gennep heeft liever niet dat ik er
op ga zitten. Zegt er liefkozend
over: „Die kocht ik ooit eens op
een veiling. Jaren geleden. Hij
stond al bij van Polak Van
Gennep".
Rob van Gennep wil geen
klaagzang over de sluiting van
zijn winkel. Hij wil er we!
duidelijkheid overgeven: „De
preferentie ligt bij de uitgeverij.
In onze bedrijfsvergadering,
waar iedereen hier evenveel te
zeggen heeft, is unaniem tot
sluiting besloten. Daar waren
ook de vier mensen bij die
wisten dat die beslissing in hun
geval ontslag zou betekenen. Die
stemden ook voor de sluiting".
De boekhandel van Van Gennep
ondervond ook veel
concurrentie van specialistische
boekhandels, die steeds meer
oprukten. Van Gennep: „In
Amsterdam zijn bijvoorbeeld
twee homo-boekwinkels
gekomen. Twee in één stad maar
liefst. Dat is een stukje van onze
markt. Maar als uitgeverij komen
wij toch weer met het
homojaarboek, waarmee we al
jaren op de markt zijn. Als
vrijwel enige hebben wij heel
lang vrouwenboeken verkocht.
Als uitgeverij waren wij ook al
heel vroeg met enkele
feministische boeken. 'De
schaamte voorbij' van Aiya
Meulenbelt, daarvan verkochten
we 160.000 exemplaren. Daar zijn
nude vrouwenboekhandels voor
gekomen. In 1977 kwamen de
eerste. Je ziet de feministische
uitgeverij Sara komen. Er zijn
ook ecologische boekwinkels en
er is zelfs een ecologische
uitgeverij gekomen. Dat is dus
allemaal op het gebied waar wij
als eerste mee bezig waren. Zo
raakte je telkens weer een stukje
omzet kwijt. De belangstelling
voor het linkse boek is de laatste
jaren ook beduidend minder".
Geestdrift
'Links wil dat Van Gennep open
blijft', staat er met vette letters
op tal van affiches die in de
Amsterdamse binnenstad zijn
geplakt. Van Gennep: „Dat is
Japan roept doorgaans het
beeld op van overbevolkte
steden, vervuilende indus
trieën en te volle treinen.
Maar Japan heeft ook nog
een andere kant: natuur
schoon dat nauwelijks is aan
getast door de vooruitgang.
Tweederde van de Japanse ar
chipel is bedekt met bossen, die
slechts in geringe mate worden
bedreigd door vraatzuchtige ke
vers, bosbranden en tyfonen.
Geen spoor van zure regen.
Professor Akira Miyawaki van
de universiteit van Yokohama
brengt het grootste deel van zijn
tijd door in de buitenlucht. Hij
heeft het in kaart brengen van de
25 miljoen hectare bos in Japan
tot zijn levenswerk gemaakt. Een
man van het veld die moderne
methodes schuwt. Met luchtfo
to's kun je een bos niet in kaart
brengen, is zijn overtuiging: „Bo
men zijn net als vrouwen, je
moet ze ruiken en voelen".
Op al zijn ontdekkingsreizen
heeft hij maar heel weinig ge
merkt van aantasting van het mi
lieu. Er is één uitzondering, en
dat zijn de 'Matsukuimushi' (let
terlijk: dennenvretende insec
ten). Die komen aanzienlijk meer
voor langs de grote wegen. Miya
waki vermoedt dat dit te maken
heeft met luchtvervuiling, hoe
wel hij zich haast er aan toe te
voegen dat dit niet wetenschap
pelijk is bewezen. De omvang
van het probleem is verwaarloos
baar klein. De overheid schat dat
de vraatzuchtige kever in het jaar
1982 slechts 4000 hectare bos
heeft aangetast.
Prof. Miyawaki komt nog altijd
regelmatig in Europa, waar hij in
de jaren '50 heeft gestudeerd, on
der meer aan de universiteit van
Nijmegen. Dus hij weet wat zure
regen kan aanrichten. Hij is de
aangewezen man om te weten
waarom zure regen in Japan na
genoeg onbekend is, terwijl het
een actie van Kees Willemen,
tekenaar van De Waarheid. Een
sympathieke actie, maar het was
te laat. Je kunt wel doorgaan,
ook als links dat wil, maar de
verliezen zullen blijven oplopen,
het zou alleen maar erger
worden. Het is gewoon voorbij.
Maar ik hecht er zeer aan te
melden dat de uitgeverij met
grote geestdrift door gaat. 'Van
Gennep gaat sluiten' staat er
bijvoorbeeld boven
kranteberichten. Omdat mensen
nu eenmaal slecht lezen kan het
geen kwaad er even de nadruk
op te leggen dat het hier alleen
de boekwinkel in de Nes betreft.
Blijft natuurlijk treurig. Maar als
uitgeverij zullen we blijven
ijveren voor het politieke boek.
Als je het over het politieke boek
hebt, dan bedoel je het linkse
boek...".
Van Gennep schampert gretig:
„Er zijn nauwelijks andere
politieke boeken. Rechts denkt
niet zo na. Is ook niet zo gebrand
op publiceren. In ons land dan,
mind you! Toen wij met de
politieke uitgeverij begonnen
was er nauwelijks iets op dat
gebied. Je had Pegasus,
verbonden aan de CPN, die wat
deed. Je zag heel incidenteel een
boek verschijnen van Anton
Constandse of Ger Harmsen. Pas
midden in de jaren zestig begon
dat te veranderen. Polak Van
Gennep was er vroeg bij. Wij
kwamen met boeken uit over
Beatrix, over het veelbesproken
tv-programma Zo is het, over de
provo's en we kwamen met het
boekje tegen de KVP van Jan
Rogier. 'Tien over rood' werd een
succes. 'Hinderlijk volgen' van
Han Lammers, ook zo'n
voorbeeld. Een heel aardig
journalistiek boek was 'Wat
denken wij eigenlijk wel'.
Daarvoor hadden we aan
land net zo geïndustrialiseerd is
als West-Europa.
„Het is ook wel een beetje een
kwestie van geluk", zegt Japans
meest bekende plantenkenner.
„We hebben hier geen last van
grensoverschrijdende vervui
ling, omdat we op een eiland wo
nen. Nog niet tenminste. In de
toekomst zou China een pro
bleem kunnen gaan vormen.
Ook is de bodem zó gevormd dat
regenwater snel afvloeit naar de
zee. Eventuele schadelijke stof
fen worden meegenomen".
Streng
Puur geluk is maar een van de
redenen..Belangrijker is het kor
date optreden van de overheid.
Zelfs de felste natuurbescher
mers geven toe dat er heel veel is
verbeterd. Een lange reeks
schandalen en milieurampen in
de jaren '50 en '60, waarvan de
kwikvergiftiging in Minamata
het meest bekend is, zorgde voor
zoveel opschudding, dat de over
heid en industrie gedwogen w?-
ren er iets aan te doen.
De voorschriften van de over
heid behoren sindsdien tot de
strengste ter wereld en ze wor
den intensief gecontroleerd. In
de steden zijn honderden meet
punten die onmiddellijk waar
schuwen als de wettelijk toege
stane hoeveelheid zwaveloxyde
of stikstofoxyde wordt over
schreden. De industrie heeft zeer
omvangrijke bedragen geïnves
teerd in zuiveringsinstallaties,
allerhande journalisten gevraagd
stukken te schrijven over
bijvoorbeeld democratisering,
buitenlandse politiek, de BVD.
Polak Van Gennep werd de
uitgeverij waar 't politieke boek
de meeste aandacht had. Van
'Tien over rood' verkochten we
30.000 exemplaren, van het
'Boliviaans dagboek' 60.000. Wij
begonnen ook met de opzet van
de Kritische Bibliotheek. Later
kwamen daar de Bezige Bij en
Meulenhoff bij. Maar wij
leverden tachtig procent van de
titels".
Er is een tijd geweest, zo van
vlak na de Koude-Oorlogperiode
tot in de tweede helft van de
jaren zeventig, dat het linkse
boek goed verkocht. Van
Gennep heeft daar veel toe
bijgedragen. Rob Van Gennep:
„Ja. Toen het politieke boek
aantrekkelijk begon te worden
kwamen ook de grote
uitgeverijen er mee. Zelfs Bruna
sprong op de bandwagon. De
redacteur daar - hij zit nu bij de
Bezige Bjj - zette dat binnen
Bruna door tegen de mening van
de directie in. En in die tijd had
ik de grootste moeite om mijn
boeken in de Bruna boekwinkels
kwijt te raken. Ondanks dat het
zo goed ging met dat linkse boek.
Toen gingen ook
boekhandelaren, die eerder de
meest idiote
anti-communistische praat tegen
me verkochten als ik op
aanbieding bij ze was, zich voor
linkse boeken interesseren. De
meest krankzinnige gesprekken
waren dat vaak, vooral met
oudere boekhandelaren, die nog
helemaal in de
Koude-Oorlogssfeer dachten".
Deze tijd is de uitgever van het
specifieke linkse boek dus niet
bijster gunstig gezind. Betekent
dat ook inkrimping in de
uitgeverij?
Wij willen niet kleiner worden.
Dus moeten we ombuigen.
Impliciet het
politieke boek. Op onze
fondslijst staan nu vier thrillers.
Maar als wij thrillers uitgeven
dan hebben ze met politiek te
maken. Maar het zijn wel
gewoon ook heel spannende
verhalen. We komen ook met
romans. Nou, dan zie je een
Christoph Hein bij ons met zijn
roman 'De onkwetsbaren'. Hein
is een jonge Oostduitse schrijver.
Hij is in Berlijn ook
toneelregisseur, maar z'n eigen
toneelstukken kunnen daar
nauwelijks gespeeld worden".
„Je moet anno 1985 zeer
voorzichtig zijn met het uitgeven
van politieke boeken. Toch wil je
met je uitgaven een soort
mentaliteit continueren. Daarom
ben ik erg blij met ons nieuwste
plan: een boek over Winnie
Mandela, de vrouw van de
Zuidafrikaanse ANC-leider
Nelson Mandela. Een Westduitse
journaliste onder het
pseudoniem Anne Benjamin
heeft het in interviewvorm
geschreven. Winnie Mandela is
een zeer interessante vrouw. Ze
woont in Blanford, in zo'n zwarte
woonwijk en ze heeft een
'banning order'. Dat is haar door
het regime opgelegd en dat
betekent dat ze niet mag
spreken. Dat boek gaan we
absoluut doen. Het duurt nog tot
september voordat het uitkomt,
ik hoop dat het dan ook nog
actueel is".
Idealen
Je moet dus steeds meer
rekening gaan houden met de
toegankelijkheid van je
uitgaven. Betekent dat een
opofferen van idealen?
door Ruud Kreutzer
„Nietje idealen opofferen, maar
nieuwe vormen moetje vinden.
Veel manuscripten die nu nog
geschreven worden zijn
interessant, maar te
specialistisch. Erfenis uit de tijd
dat het theoretische politieke
boek nog goed verkocht werd. Je
was in die tijd altijd zeker van
een verkoop van twee tot
drieduizend exemplaren. Dat is
ingrijpend veranderd. Er zijn
heel veel leuke boeken die niet
verkopen. In het algemeen is het
zo - en dan citeer ik Laurens van
Krevelen van Meulenhoff - dat
je vroeger, zeg tien jaar geleden,
binnen je fonds een verdeling
had van 20 procent verkoopt
goed en tachtig redelijk tot
matig. Nu is die verhouding 5
tegenover 95 procent. Om
behoorlijk omzet en rendement
te hebben moet op dit moment 5
procent van je fonds absoluut
goed verkoopbaar zijn, dat wil
zeggen je moet er tussen dé tien
en de twintigduizend
exemplaren per jaar van kwijt
raken. Lukt dat niet, dan maak je
bijna geen winst meer".
- Die verkoop heb je zelf niet
zomaar in de hand. Je kunt
alleen adverteren... Dat is het
angstige. Wat heb je nodig om
goed te verkopen?
„Goeie recensies in belangrijke
kranten. Je moet relatief veel
adverteren en voor een aantal
boeken moetje eigenlijk iets met
een tv-uitzending hebben. Dat
betekent dat Sonja Barend heel
belangrijk is. Brieven van
Schuringa van Martin van
Amerongen verkocht heel goed
op basis van Martins
geestigheden die daar in stonden
natuurlijk, maar vooral doordat
Martin en ik daarvoor zeg maar
een kort optreden bij Sonja
hadden. Toen gingen er 25.000
exemplaren in vier maanden
over de toonbank".
„Er zijn nogal wat talkshows... Er
zijn nu meer talkshows dan ooit.
Maar met ons soort boeken is het
moeilijk daar in te komen. We
zijn nogal aan de serieuze kant.
En het komt ook voor dat als we
een boek hebben dat aardig is,
dat een auteur dan niet zo nodig
hoeft. En er zijn wat veel rechtse
praatprogramma's. Die zijn in
onze boeken niet geïnteresseerd
en ze staan helemaal niet te
springen om een serieus boek te
belichten".
- Dan is er natuurlijk de
boekhandelaar zelf die jouw
boeken kan pushen.
Van Gennep: „Niet in de laatste
plaats! De support, de
ondersteuning van de
boekhandelaren heb je nodig. En
van de serieuze boekhandel
•hebben we door de jaren heen
veel steun gehad. Zeer velen
namen ons fonds serieus. En ook
al is nu de tendens dat er minder
risico wordt genomen, dat de
boekhandel voor het verschijnen
steeds minder boeken koopt,
toch hebben wij voor ons fonds
een behoorlijk aantal
steunpunten in het land. Dat is
volstrekt noodzakelijk. Het
populaire boek, dat kunnen we
op veel meer punten verkopen.
Maar daarvoor geldt in
toenemende mate: op de
televisie en adverteren. Dat
laatste is ook een groot
probleem, want adverteren is
peperduur. Wij besteden daar
een ton per jaar aan, dat is te
weinig".
Overproduktie
Ziet Van Gennep heil in de
hausse van oorlogsboeken die
vooral in de periode 1973-1977.
Het piekjaar was 1975, toen 14
miljard gulden werd besteed aan
apparatuur om vervuiling tegen
te gaan. Dat was 17,7 procent van
de totale investeringen dat jaar.
De auto werd al even streng
aangepakt. Loodvrije benzine
werd in 1974 ingevoerd, zegt Shi-
bagaki van het ministerie van
milieuzaken. De normen voor
uitlaatgassen zijn in 1972 aange
scherpt (bijvoorbeeld 0,48 gram
per kilometer voor stikstofoxy
de), met als resultaat dat de uit
stoot van stikstof en koolwater
stof sindsdien tot minder dan 10
procent is gedaald, hoewel dat in
de ogen van Shibagaki nog altijd
te veel is, omdat er zoveel auto's
zijn. De keuring is zeer stringent:
alle auto's worden elke twee jaar
(nieuwe auto's na driejaar en he
le oude elk jaar) aan een unifor
me keuring onderworpen, die de
eigenaar tussen de 1000 en 2000
gulden kost.
Vervuiling
Een probleem dat tot nu toe re
latief weinig aandacht heeft ge
kregen is de organische vervui
ling van het oppervlaktewater.
Vorig jaar werd een internationa
le conferentie gehouden over die
problematiek, en daar werd vast
gesteld dat drastische maatrege
len nodig zijn om de Japanse me
ren te redden. Lokale overheden
hebben intussen het gebruik van
fosfaathoudende waspoeders
verboden, onder meer op scho
zich dit jaar aankondigt? „Kijk,
er komen 180 boeken over de
Tweede Wereldoorlog uit. Dat is
een afschuwelijke
overproduktie. Wij waren niet
van plan daaraan mee te doen.
En we hebben Hannie Schaft,
van Ton Kors. Dat is een
voorbeeld van een zeer succesvol
boek over de oorlog. Dat krijgt
nu z'n zevende druk en het
verkoopt nog steeds moeiteloos.
Dus wij zeiden: Laten we er niet
aan meedoen, zo'n
overproduktie, waarbij de
uitgevers zich verdringen op de
markt. Maar toen kwam het
Joods Historisch Museum. Die
maken in april een
tentoonstelling over kinderen
van joodse overlevenden. Er
komen twee televisiefilms bij de
IKON over. Wij zouden dan met
een boek daarover moeten
komen. Moetje dat nou doen of
niet? Nou dat wordt dan het
boek 'In twee werelden'.
Interviews die Hélène Weijel
maakte met de tweede generatie,
mensen van na de oorlog.
Anonieme interviews".
„Waarom anoniem? Omdat het
vaak om heel traumatische
gebeurtenissen gaat. Interviews
over en mèt kinderen, die nu
volwassenen zijn, maar die na de
oorlog geboren zijn. Hun ouders
waren joodse overlevenden. Ze
zaten in concentratiekampen,
zijn ondergedoken geweest, vul
maar in. Binnen die generatie
bestaan daar enorme problemen
over. Dat zijn kinderen van
ouders die hun hele hoop op de
toekomst geprojecteerd hadden
op die kinderen. Heel
problematisch. Door het hele
land zijn er mensen voor
geinterviewd, niet alleen maar
Amsterdamse intellectuelen,
nee, ook mensen uit Arnhem,
Groningen, noem maar op".
len en andere overheidsinstellin
gen.
De resultaten zijn voor ieder
een zichtbaar. De gelige zwavels-
mog, die tien jaar geleden nog re
gelmatig over Tokio en andere
grote steden hing, is nu zo goed
als verdwenen. Mount Fuji is
steeds vaker met het blote oog te
zien vanaf hoge gebouwen in de
hoofdstad. Op de Sumida-rivier
en in de baan van Tokio wordt
weer volop vis gevangen.
Prof. Miyawaki is ondanks al
les verre van tevreden, ook al is
de lucht en het water veel scho
ner dan vroeger: „Dat hadden we
tien jaar geleden niet verwacht".
Maar het ontbreekt nog aaneen
actieve milieupolitiek, waarmee
hij zoiets bedoelt als het verbete
ren van de leefomgeving. In de
steden een schrijnend gebrek
aan groen. Miyawaki is voorstan
der van het aanleggen van heel
veel kleine bossen in de stad.
Een bos dat zoveel mogelijk de
natuurlijke begroeiing van de
omgeving benadert, heeft onge
veer 25 maal zoveel effect op het
milieu als een plantsoen. Planten
zetten dode stoffen om in levend
materiaal, en dat is onmisbaar
voor de levenscyclus. „Zonder
bossen is menselijk leven onmo
gelijk".
Geluidsoverlast
De zorg van Miyawaki wordt
gedeeld door een groot deel van
de bevolking. Bij opiniepeilin
gen blijkt dat de meeste Japan
ners klachten hebben over hun
woonomgeving, vooral over geluid-
overlast. Herrie is overal aan
wezig: niet alleen van het ver
keer, maar ook van reclame
(luidsprekerwagens voor oud pa
pier, zoete aardappels, huisbran
dolie) en de speciale 'Karaoke'-
bars, waar de gasten om de beurt
liederen ten beste geven met be
geleiding van orkestbanden. De
meeste Japanners hebben aange
leerd om selectief te luisteren.
Wie het wat langer in Tokio wil
uithouden, doet er beter aan dat
ook te leren.