Wegzenden criminelen
wekelijkse legpuzzel'
m
mm
u iiy? i
H
Öm\
99
Ha
'Geen tijd meer voor het cellenprobleem'
Officier van justitie mr. W.G.C. Mijnssen
Oud-staatssecretaris Haars:
ZATERDAG 16 MAART 1985
PAGINA 19
door Jos Heymans
Mr. Mijnssen: 'Wegzenden zeker niet de leukste taak van een officier'.
Bijlage van het Leidsch/Alphens Dagblad
De officieren van justitie in het
arrondissement Amsterdam zijn om de
beurt gedurende een week belast met het
wegzenden van verdachten voor wie geen
plaats in de cel kan worden gevonden. Een
zware klus, die de uiterste zorgvuldigheid
van de officier vraagt. Onlangs nog werd
een 30-jarige man, verdacht van poging tot
moord, door de officier naar huis
gezonden. De verontwaardiging over dat
besluit was groot. De Tweede Kamer riep
minister Korthals Altes van justitie ter
verantwoording. De bewindsman
betreurde de beslissing, maar stelde
tevens dat het de verantwoordelijkheid
van de officier is welke verdachten op
vrije voeten worden gesteld.
Onze verslaggever liep een dag mee met
mr. Wim Mijnssen, de officier die deze
week met het wegzenden van verdachten
was belast.
Ln nj| d)
Het is vrijdagmiddag 12 uur. De Amster
damse officier van justitie mr. Wim
Mijnssen begint aan een klus die hij later
zal omschrijven als een van de minder
ttige.
nssen is deze week speciaal belast
met het wegzenden van verdachten voor
wie geen celruimte beschikbaar is. Een
oneigenlijke taak voor een officier van
justitie, wiens werk juist het tegenover
gestelde behelst. Toch ligt Mijnssen daar
niet wakker van. „Het tekort aan cellen
is als gegeven een feit Wat je wel aan
ruimte hebt, moetje daarom zo optimaal
mogelijk zien te benutten".
Tegen de klok van één uur beschikt
Mijnssen over een eerste voorlopige lijst
van verdachten die in bewaring moeten
worden genomen. Hij krijgt die gege
vens van de rechter-commissaris, die be
paalt of een verdachte in voorlopige
hechtenis moet blijven. „Vandaag wor
den 23 verdachten aan de rechter-com
missaris voorgeleid. Ik schat dat er zo'n
twintig in de cel moeten blijven. Om die
groep personen gaat het. Ik moet probe
ren voor die mensen een cel te vinden.
Heb ik te weinig ruimte, dan moet ik
beoordelen wie van die verdachten naar
huis kunnen".
Het wegzenden van verdachten ge
beurt vanuit de kamer van de officier
van justitie. Wie denkt dat de verdach
ten een voor een naar binnen treden om
te horen of zij wel of niet worden vastge
houden, komt bedrogen uit. Het weg
zenden is een louter administratief ge
beuren, waarbij de verdachten in per
soon niet aanwezig zijn. Mijnssen bestu
deert alleen de stukken, op grond waar
van hij besluit of een verdachte naar
huis kan worden gezonden. Voor die
beoordeling zijn enkele regels opge
steld. Zo worden de verdachten naar de
zwaarte van het gepleegde misdrijf inge
deeld in de categorièen A, B of C. De
zwaarste gevallen zijn ondergebracht in
de A-categorie. Wie daarin is ingedeeld,
mag in principe niet worden vrijgelaten.
Op de eerste voorlopige lijst staan
veertien verdachten van wie de rechter
commissaris de in bewaringstelling
heeft bevolen. Zes horen er thuis in de
A-categorie en acht in de B-categorie.
„Nu zit ik dus al met een probleem", legt
Mijnssen uit. „Vanochtend heb ik ge
beld om te horen hoeveel ruimte er is in
de huizen van bewaring. Ik heb twee
plaatsen in de Bijlmerbajes en één in het
huis van bewaring voor vrouwen aan de
Singel. Misschien komen er in de loop
van de dag meer plaatsen vrij, maar dat
weet ik nog niet".
Voorlopig zit Mijnssen opgezadeld
met veertien verdachten, van wie hij er
maar drie kan onderbrengen. Voor de
overige elf moet hij een plaatsje in de
verschillende politiebureaus zien te vin
den. Toch is het lot hem niet ongunstig
gezind. Onder de zes verdachten in de
A-categorie bevindt zich maar één
vrouw. „Dat is dus een gelukje. Voor
haar is er plaats in het huis van bewaring
aan de Singel".
Mijnssen moet nu nog vijf verdachten
uit de A-categorie onderbrengen. Naar
de B-categorie kijkt hij nog helemaal
niet. Die komen later aan de orde. Van
de vijf verdachten bestudeert hij zorg
vuldig de stukken. „Ik kijk eerst wie van
die vijf aan drugs zijn verslaafd. Ver
slaafden kan ik in principe alleen maar
onderbrengen in een huis van bewaring.
Het ontbreekt de meeste politiebureau's
aan kennis en mankracht om verslaafde
verdachten te bewaren". Van de vijf
zware verdachten blijken er drie aan
drugs te zijn verslaafd. Twee kan Mijns
sen er kwijt in de Bijlmerbajes. Voor de
derde vindt hij een plaatsje in het poli
tiebureau van Haarlem. „Gewoonlijk
doert we dat dus niet, maar in Haarlem
zijn ze wel in staat een verslaafde te be
handelen".
Het is inmiddels half drie geworden en
het gaat de Amsterdamse officier van
justitie behoorlijk voor de wind. Voor
vier van de zes zware verdachten heeft
hij al een cel gevonden. „En ik heb nog
"Ik had de tijd niet meer om de pro
blemen rond het gevangeniswezen
op te lossen. Als ik nog vier jaar had
gezeten dat had ik er wat aan kun
nen doen". De 71-jarige mevrouw
mr. E. A. Haars knikt resoluut. In
het eerste kabinet-Van Agt
1970-1981 kwam mevrouw Haars
ruimschoots in de belangstelling
vanwege haar optreden als staatsse
cretaris van justitie belast met
vreemdelingenzaken.
Maar ook het gevangeniswezen ressor
teerde onder Haars. En wat weinigen
toen nog bevroeden voorspelde ze vijf
jaar geleden reeds: het cellentekort
wordt een van de grootste problemen
waarmee Nederland wordt geconfron
teerd. En ze heeft gelijk gekregen. Ze
voegt er aan toe voor de tweede keer
dus. Want mijn fel bekritiseerde vreem
delingenbeleid wordt nu ook als juist be
titeld".
"De problematiek rond de gevange
nissen was gewoon niet te voorzien. Het
gevolg van een veranderde mentaliteit
onder de mensen ligt hieraan ten grond
slag". Haars: "In de jaren '70 was de al
gemene mentaliteit in Nederland om de
criminaliteit terug te dringen met lage
gevangenisstraffen. Daarover was een
ieder het eens. Parallel met deze gedach
te werd het gevangenisbeleid bepaald.
Concreet betekende dat voor mij toen ik
aan mijn taak als staatssecretaris begon
dat er een aantal gevangenissen dicht
niet eens de politiebureaus gebeld om te
horen hoeveel lege cellen er beschikbaar
zijn".
Op de bureaus vindt de officier door
gaans de meeste ruimte. De gemeentelij
ke korpsen zijn best bereid om vanwege
de financiële tegenoetkoming hun cel
len aan justitie te verhuren. Amsterdam
vormt een uitzondering. Volgens Mijns
sen huldigt de Amsterdamse politie het
standpunt dat verdachten die eenmaal
zijn overgedragen aan justitie niet meer
tot de verantwoordelijkheid van de poli
tie behoren.
De telefonische ronde levert Mijnssen
drie cellen op in Huizen, twee in Amstel
veen, twee in Hilversum, een in Weesp
en een in Bussum. Eén cel in Hilversum
raakt hij terstond weer kwijt, omdat de
wegzend-officier in het arrondissement
Utrecht dringend om die plaats verlegen
zat. Met het aanbod aan cellen begint
Mijnssen aan de eerste indeling. „Ik heb
nog twee niet-verslaafde verdachten uit
was en veel huizen van bewaring een an
dere status hadden gekregen. Dat was
de situatie".
Drugsproblematiek
Aan het begin van de jaren '70 ont
stond er een andere ontwikkeling. Vol
gens Haars o.a. te wijten aan de drugs
problematiek. Door de relatief hoge
straffen die koeriers en importeurs van
met name hard-drugs kregen ontston
den er plaatsingsproblemen van de ver
oordeelden. Een ander probleem vorm
de volgens Haars de in die tijd fikse toe
name van de zware criminaliteit en de
daaraan gekoppelde langere gevange
nisstraffen. De ondercapaciteit van de
Nederlandse gevangenissen was een feit
terwijl de vraag naar huizen van bewa
ring groot was. Haars: "Na enige jaren
had ik al door dat dit mis ging. Ik ben
meteen onderhandelingen gaan voeren
met o.a. het ministerie van defensie om
trent de gevangenis in Nieuwersluis. De
resultaten daarvan zijn nog niet zo lang
geleden bereikt. Verder heb ik gepro
beerd om zoveel mogelijk gesloten ge
vangenissen en tehuizen van bewaring
open te krijgen. Maar tussen het mo
ment dat er een onderhandeling wordt
ingezet en het doel uiteindelijk bereikt is
is er veel tijd verstreken. Ik heb gepro
beerd aanzetten te geven maar ik had de
tijd niet om de problemen op te lossen
omdat ik voor een tweede ambtstermijn
doelbewust bedankt heb".
Uit eigen initiatief praat ze over de rol
van de bewaarders. "Geen bewakers,
de A-categorie. Eén kan ik er onderbren
gen in het politiebureau van Huizen. Met
de ander weet ik niet goed raad. Dat is
een hele zware jongen, die wordt ver
dacht van poging tot moord en twee ver
krachtingen".
Mijnssen zet deze verdachte liever niet
in een politiecel. In het weekeinde is de
bezetting op de bureaus gering en deze
verdachte verdient naar zijn mening een
strenge bewaking. Hij zou 'm kunnen
ruilen met een van de verslaafde ver
dachten in de Bijlmerbsges. „Het is
voortdurend een kwestie van afwegen",
zegt Mijnssen. „De twee verdachten in
de Bijlmerbajes zitten vast vanwege
opiumwet-delicten. Dat is ook niet ge
ring. Bovendien zijn ze verslaafd". Uit
eindelijk vindt Mijnssen een plaatsje bij
de Koninklijke Marechaussee in de
hoofdstad. „Ze hebben daar maar een
paar cellen. Deze verdachte kan dus
streng worden bewaakt".
'Leren op aanvaardbare wijze met
drugs te leven'. (foto gpdt
daar heb ik een heel groot respect voor.
De problemen waar deze mensen mee te
maken hebben zijn gigantisch. Ik kan
mij herinneren dat wij op een gegeven
ogenblik in totaal gedetineerden uit vijf
tig verschillende landen hadden. Er is
Nu de verdachten uit de A-categorie
zijn ondergebracht, wordt de aandacht
van Mijnssen opgeëist door de B-catego
rie. „We hebben in deze groep tot nu toe
acht verdachten, van wie er twee onder
de vreemdelingendienst vallen en moe
ten worden uitgewezen. Die worden ge
woonlijk altijd in een cel geplaatst, om
dat je het tegenover het buitenland niet
kunt veroorloven die mensen op vrije
voeten te stellen. In dit geval heb ik niets
met ze te maken, omdat ze vandaag nog
worden uitgewezen. Een meevaller
dus".
De overige verdachten uit de B-cate
gorie worden onderverdeeld in verslaaf
den en niet-verslaafden. De niet-ver-
slaafden vinden allemaal een plaatsje in
een politiecel. De verslaafden, die van
wege de zorg alleen maar in een huis van
bewaring terecht kunnen, worden op de
reservelijst voor de Bijlmerbajes ge
plaatst. „Als er vandaag geen cellen
meer vrijkomen in het huis van bewa
ring, worden deze verdachten naar huis
gestuurd". Mijnssen heeft daar geen pro
bleem mee. „Je doet je best ze allemaal
te plaatsen. Lukt dat niet, dan is dat jam
mer. Je moet er natuurlijk wel voor zor
gen dat de volgorde van vrijlating lo
gisch en verklaarbaar is".
In de loop van de middag wordt de in
deling nog een paar keer herzien, omdat
de rechter-commissaris nieuwe verdach
ten heeft toegevoegd aan de lijst van de
genen die in bewaring moeten worden
gesteld. Uiteindelijk beschikt Mijnssen
over 19 verdachten, tien uit de A-catego
rie en negen uit de B-categorie. Van
twee gevallen uit de A-categorie twijfelt
hij over de status. Die zouden naar zijn
gevoel ook in de B-groep kunnen wor
den ingedeeld. „In dergelijke twijfelge
vallen neem ik altijd contact op met de
niemand geweest die zich ooit eens heeft
afgevraagd hoe die bewaarders het op
taalgebied rooiden mer de gevangenen.
De positie van deze mensen is echt heel
moeilijk. Ik ben op een gegeven moment
ook glashard over mijn financiële marge
heen gegaan ten behoeve van deze men
sen. Doodgewoon omdat je ze nodig
hebt".
Haars spreekt resoluut tegen dat ze
vijf jaar geleden met een ander beleid de
huidige problemen had kunnen tegen
gaan. "Financieel waren er geen moge
lijkheden. Op het gevangeniswezen
werd niet ingeleverd. Maar extra geld
kwam er ook niet vrij. Ik geloof niet dat
er in directe zin iets aan te doen was.
Toch meent de voormalig staatssecreta
ris van justitie dat er hoop is. Ze consta
teert een ombuiging van de mentaliteit
onder de bevolking. En daar heeft het al
die tijd aan ontbroken legt ze uit. "We
moeten verantwoordelijkheid voor el
kaar durven dragen en dat zorgt voor
een verlichting van druk. Ik ben er blij
om dat ik met name bij veel jeugdigen
een positieve mentaliteitsomvorming
waarneem".
Aanvaardbaar
Haars verwacht niet dat een en ander
binnen korte termijn zoden aan de dijk
zal zetten. "Er gaat zeker nog wel een
jaar of tien over heen. Maar het is een
positieve ontwikkeling die duidelijke
perspectieven biedt. Want slechter als
nu kan het niet meer". Ze is er zeker van
dat in Nederland het drugsprobleem
officier van justitie die die zaak heeft be
handeld. Nu is dat niet nodig, omdat ik
deze mensen toch in een politiecel heb
kunnen onderbrengen".
Na bijna drie uur bestuderen, overleg
plegen en telefoneren zit het spel van in
delen, zoals Mijnssen dat noemt, erop.
„Het is een legpuzzel, waarbij je de stuk
jes in elkaar moet schuiven. Je leert dat»
al doende, als je maar zorgt dat je het
totale overzicht niet verliest", aldus de
Amsterdamse officier van justitie.
Mijnssen heeft voor dertien van de ne
gentien verdachten celruimte gevonden.
De overige zes, verslaafde verdachten
uit de B-categorie, moeten in principe
naar huis worden gezonden. Mijnssen
vindt dat geen slecht resultaat. „Voor de
vrijdag, de drukste dag van de week, valt
dat reuze mee. Op andere dagen wordt
gemiddeld eenderde van de verdachten
heen gezonden. Op vrijdag is dat meest
al meer. Maar vandaag is het precies een
derde".
Over de hele week genomen, heeft
Mijnssen niet slecht gescoord. Tot vrij
dag waren er 24 verdachten voor wie een
plaats in een cel moest worden gevon
den. Hij bracht ze allemaal onder. „Met
die negentien van vandaag erbij, ging
het deze week om 43 verdachten van wie
er maximaal zes naar huis worden ge
stuurd". Dat de indeling deze week vrij
probleemloos verloopt, is te danken aan
het tamelijk grote aanbod van cellen in
huizen van bewaring. „Woensdag kreeg
ik een relatief groot aantal cellen toege
wezen, zodat ik tot vrijdag iedereen had
kunnen onderbrengen. Gewoonlijk be
gin je de vrijdag met een achterstand,
moetje nog cellen vinden voor verdach
ten van voorgaande dagen. Nu startte ik
met een schone lei".
niet uitgeroeid kan worden. "Het gaat er
nu om hoe we daar op een aanvaardbare
wijze mee kunnen leven. Alcohol is min
stens zo gevaarlijk (Haars is voorzitter
van de Nederlandse Lever Stichting,
red.) en dat hebben we ook geaccep
teerd".
Ze is te veel realist om aan te geven dat
we er niet uitkomen met alleen een posi
tieve mentaliteit. "Natuurlijk is de uit
breiding van gevangenissen gewenst".
En daarnaast blijft ze een voorstander
van het met harde hand optreden tegen
importeurs van drugs. ("Een heel moei
lijk probleem"). Haars: "In mijn tijd als
staatssecretaris ben ik naar Zuidoost-
Azië en een aantal andere landen gereisd
waar papaver geteeld wordt. Het pro
bleem is dat de vele kleine landbouwers
in de buitengebieden als het ware ge
dwongen worden de papaver te telen
omdat die hen een financiële ?ekerheid
geeft. De overheid tracht nu de export
van andere produkten te stimuleren.
Maar dat stuit bij die landbouwers op
problemen omdat daardoor een stuk ze
kerheid dreigt weg te vallen.
Onder de indruk is ze van de aanpak
van drugsverslaagden in Singapore. "El
ke verslaafde heeft er een vrijwilliger die
hem of haar steunt bij het afkickproces.
En dat is een heel indrukwekkend hulp
verleningsproces dat wij hier niet ken
nen. Die hulpverlener is er speciaal voor
die ene verslaafde en die kan er altijd op
terugvallen, ook by de verdere terug
keer naar de maatschappij.
PETER CONSTANT