De terreur van de permanente deadline 50 JAAR ANP VRIJDAG 1 MAART 1985 JUBILEUMNUMMER LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 29 Het Algemeen Nederlands Persbureau - beter bekend als het ANP - bestaat op 1 juli a.s. een halve eeuw. Het ratelende telexnet van weleer mag de laatste tijd dan goeddeels vervangen zijn door een geavanceerd computersysteem dat in staat is 14.000 lettertekens per minuut uit te braken, de doelstelling is gebleven wat ze altijd al was: 'een onpartijdig en onafhankelijk bureau ter objectieve verstrekking van binnenlandse en buitenlandse nieuwsberichten aan de Nederlandse pers, radio en televisie en anderen'. Ter onderstreping van die objectiviteit hult de ANP-journalistiek zich immer in het anonieme. Met het naderende jubileum komt ze daar bij uitzondering eens achter vandaan. door Willem Schrama Op het voorhoofd van Willem Gitz (chef parlementaire redactie) ont vouwt zich een diepe rimpel. "Voor ijdelheid", zegt hy bedacht zaam, "is het ANP nooit een goede voedingsbodem geweest. We heb ben hier wel een aantal identiteits zoekers gehad, maar die zyn in de loop der jaren allemaal weer weg gegaan. Onze journalistieke opvat tingen nopen nu eenmaal niet tot egotrippery. Het gaat ons om het geschrevene, en niet om wie het schryfl". Gitz is al 37 jaar in dienst by het ANP. waarvan de laatste 18 als parlementsre- dacteur. Hoewel het Binnenhof zyn werkdomein is en niet het huidige hoofdkantoor aan de Haagse Eisenho- werlaan, heeft hg er veel zien verande ren. Niet in het minst de werkwgze. "Ik herinner me nog de tyd dat we zonder eindredacteuren werkten. Dat bete kende dat de dienstdoende redacteur binnenland ongelimiteerd stukken kon doorgeven. Ik heb het meege maakt dat er verhalen van tien meter lengte van het net kwamen rollen". Hap-snap In die naoorlogse periode was het ANP nog ondergebracht in een drietal he renhuizen in het centrum van Den Haag. Tijdens de nachtdienst leerde menig redacteur er autorijden. Een voudigweg omdat het sleuteltje van de rode directie-Mercedes publiek bezit werd nadat de chauffeur het pand had verlaten. Gitz kan zich de eerste direc teur en oprichter Herman van der Pol nog goed voor de geest halen. "Echt het type van de alleenheerser. Kwam je om loonsverhoging, dan kreeg je bij voorbeeld een paar nieuwe schoenen. De perfecte bliksemafleider, want over loonsverhoging werd dan natuurlijk niet meer geluld. Dat soort hap-snap beleid was typerend voor die jaren. Ik kwam hier een week voor de Nacht van Schmelzer. Toen deed je met twee, drie man een kabinetscrisis. En dat waren verslagen waar meer dan de helft van de Nederlandse kranten op dreef. Je was dus dag en nacht in de weer, daar kwam het op neer". "De journalistiek mag dan vreselijk verzakelijkt zijn, er is gelukkig veel ten goede veranderd. Tegenwoordig werken wij hier op het Binnenhof met zes man die het naar mijn smaak goed doen, ook gezien de afname van onze berichten in de kranten. Een onder zoek van drie jaar geleden leerde nog dat het parlementaire ANP-nieuws een score van 67 procent over alle Neder landse dagbladen haalde. Dat is ook niet zo gek voor wie bedenkt dat wij zo ongeveer alles dekken. Als andere col lega's klaar zijn, zitten wij nog achter het beeldscherm. Vergadert de RPF, dan laat de landelijke pers het wijselijk afweten want het ANP zit er toch wel. Of we daar nooit moe van worden? Och, dat word je volgens mij ook wel, eens als je levensverzekeringen ver koopt. En anderzijds is er ook weer de bevrediging. Als ik 's morgens opsta lees ik mijn eigen stuk in de ochtend bladen. En als je dan 's middags laat nog wat doorgeeft, blijkt het bij de kiosk al in de middagbladen te staan. Dat houdt het leuk". Huisstijl Wie ANP zegt, zegt kort, droog en zake lijk. Adjunct-hoofdredacteur Wibo Burgers beaamt het met een wijdse glimlach. "We zijn strikt onpartijdig en hebben inderdaad naar buiten toe geen eigen mening. Da's wel eens vervelend, maar dat is nu eenmaal onze grond slag". Hij verwijst in dit verband naar de 'huisstijl' van het ANP, vervat in een gestencild boekwerkje. Daarin krijgt ook de factor zorgvuldigheid rui me aandacht. Een ANP-bericht dient altijd voorzien te zijn van een contro leerbare bron en in controversiële za ken dient onverwijld wederhoor te worden toegepast. Om het met ge noemd 'huisbijbeltje' te zeggen: zijn er al opinies of meningen de moeite waard om in ANP-berichten te ver schijnen, dan zijn die niet van het ANP, maar van personen, instanties of partijen die met name dienen te wor den genoemd. Uitzonderingen bevesti gen overigens ook hier de regel, maar daarover later nog. Hoe dan ook, met ruim 150 journalis ten en twaalf fotografen in vaste dienst verzorgt het ANP jaarlijks een onafge broken stroom van om en nabij de 70.000 nieuwsberichten en 10.000 fo to's. De meeste verslaggevers opereren vanuit Den Haag op een groot aantal gespecialiseerde terreinen, zoals bij voorbeeld parlement, onderwijs, land bouw, de sociaal-economische sector en niet te vergeten de sport. Maar ook op bijkantoren en buitenlandse posten zijn er specialisaties ontwikkeld. Zo worden vakbeweging en volksgezond heid vari oudsher in Utrecht gecoverd, zeevaart en scheepsbouw in Rotter dam, de beurs in Amsterdam, lucht vaart op Schiphol, de omroepen in Hil versum en Europese aangelegenheden in Brussel. Rest ten slotte nog een vier tal eenmansposten in Arnhem, Eind hoven, Twente en op de Antillen ten behoeve van het reguliere nieuwsge- beuren aldaar. Huwelijk Hoezeer de Nederlandse dagbladen af hankelijk zijn van al deze nieuwsleve ranciers bleek nog eens overduidelijk op de ochtend van 4 maart 1980, toen het ANP als speerpunt was aangewe zen in het kader van de FNV-acties te gen het beleid van het kabinet Van Agt-1. Het personeel besloot die dag uitsluitend berichten aangaande de vakbondsacties door te geven, daarbij uiteraard de gebruikelijke objectivi- teitsnormen in acht nemend. Veel pa niek, en niet alleen bij de aangesloten kranteredacties maar ook bij een fu rieuze ANP-directeur Carel van Dits- huizen, die eigenhandig de stoppen er uit trok. Einde actie. Kortom: kranten kunnen niet zonder het ANP, en omgekeerd. Ze vormen dan ook een liefdevol doch gedwongen huwelijk, gesloten in december 1934, toen de Nederlandse dagbladuitgevers gezamenlijk en in eigen beheer een na tionaal persbureau oprichtten met het doel er een volledig onafhankelijk jour nalistiek bedrijf van te maken. Een half jaar later was het al zover. Op 1 juli 1935 begon het ANP (toen nog in een pand aan de Amsterdamse Heren gracht) te functioneren. De eerste re dacteuren waren voor het leeuwedeel afkomstig van het handjevol particu liere nieuwsdiensten dat ons land voor dien nog rijk was, en die door de kran tendirecteuren voor het gemak maar waren opgekocht. Het bestuursorgaan was - en is nog steeds - een Raad van Beheer waarin dagbladdirecteuren, hoofdredacteuren en vertegenwoordigers van de NOS zit ting hebben. De NOS mag dan geen mede-eigenaar zijn, ze is vanwege de vele radionieuwsdiensten (zo'n zestig per etmaal) wel een belangrijke con tractant en draagt voor ongeveer een zesde bij in de kosten. De Nederlandse dagbladen brengen het restant op tafel naar rato van het aantal abonnees. Henk Lichtenveldt (jarenlang journa list bij Het Vrije Volk, later bij de NOS) is sinds vier jaar hoofdredacteur van het ANP. In tegenstelling tot bij de meeste krantenbedrijven is zijn functie bij de directie ondergebracht. Begrij pelijk is derhalve zijn reactie als het gaat over de jaarlijkse strijd om de vaststelling van het budget, waarvan veel redacteuren menen dat het alle maal wat ruimer kan. Lichtenveldt: "Elke journalistieke organisatie heeft altijd één verslaggever te weinig. En dat is maar goed ook, want gezien de financiële positie van de meeste dag bladen kan een beetje pas op de plaats maken op dit moment geen kwaad". Hij omschrijft zijn functie als een boeiende opdracht. "Wij zijn de centra le nieuwsleverancier voor nagenoeg al le media in Nederland. Dat is natuur lijk niet niks. In dit bedrijf sta je nooit stil. Je probeert elke dag wéér de snel heid en de kwaliteit van het nieuws te verhogen. De laatste tijd proberen we het nieuws ook steeds meer context te geven. Bij de herdenking van de Jalta- akkoorden zetten we bijvoorbeeld gro te achtergrondverhalen uit, en die zag je dan over hele pagina's in de kranten terug. Daarin weerspiegelt zich ook een beetje de solidariteit die de kran ten met het ANP hebben. Men voelt zich toch een beetje eigenaar". Mening vormen Waar de buitenlandse berichtgeving van het ANP grotendeels op contract basis wordt aangereikt door de grote internationale persbureaus, daar is de binnenlandse geheel van eigen make lij. Op de redactie binnenland is de po tige James McConigal ("ja, een Schotse vader") de man onder wiens leiding ze ventien bureauredacteuren dagelijks 150 tot 200 berichten doen uitgaan, aangereikt door zo'n 70 verslaggevers en 125 correspondenten in den lande. "Vroeger hadden we tot in elk gehucht wel een veldwachter of pompbediende die ons tijdig inseinde als er wat aan de hand was", vertelt bij- "Maar tegen woordig gaat dat veel professioneler. Ons correspondentenleger bestaat vrij wel geheel uit beroepsmensen, die met z'n allen elke dag weer 'n enorme be richtenstroom produceren. Die komt vervolgens zo snel mogelijk - ingekort, en meestal herschreven - op het net". McConigal zegt zich aangetrokken te voelen door het zogenaamde 'harde nieuws\ op feiten gebaseerd en zonder omhaal van woorden. "Commentaren en subjectief geladen achtergrond, dat kan hier niet. Wel bestaat de mogelijk heid tot langere produkties, maar dan altijd weer binnen de grenzen van strikte objectiviteit. Zo is bijvoorbeeld de ABP-affaire een jaar lang door één redactrice gevolgd. Die beschikte op een gegeven moment over zoveel ken nis van zaken dat ze er een samenvat tend achtergrondverhaal over maakte, maar dan ook pertinent zonder eigen Lichtenveldt: boeiende opdracht. Van Gropsenwaarde toevoegen. (foto's Roland de Bruin) mening erin". "Want dat is toch in feite de taak van een journalist: het nieuws zodanig brengen dat de burger in het land zich er een mening over kan vormen. Een andere zaak is datje als serieus journa list ook een zodanige selectie van het nieuws moet brengen, dat diezelfde burger een zo compleet mogelijk beeld ervan krijgt voorgeschoteld. Ook dat verliezen we niet uit het oog. We bren gen een zodanig pakket dat je er in theorie een krant mee kunt vullen. Over compleet gesproken: wij zijn de enige nieuwsorganisatie in Nederland die dagelijks alle negentien rechtban ken en vijf gerechtshoven afloopt". "Wij schrijven voor zowel De Waarheid als het Friesch Dagblad, voor het Alge- meen Dagblad en het Nieuwsblad van het Noorden. Die kranten hebben stuk voor stuk verschillende belangen en toch moeten wij ze allemaal tevreden stellen. Het publiek van de ANP-jour- nalist is trouwens toch erg groot. Stel, je hebt om twaalf uur 's middags een stuk. Dan is dat om kwart over twaalf op Teletekst, om tien voor half een op de radionieuwsdienst, een paar uur la ter in de middagkranten, 's avonds op het NOS-Journaal en vervolgens weer' in de ochtendbladen". Kostbaar Die grote uitstraling maakt een fout ook meteen kostbaar, daar weet McCo nigal over mee te praten. "Tja, waar ge hakt wordt vallen spaanders. Er wor den wel eens pogingen gedaan om het ANP op het verkeerde been te zetten, bijvoorbeeld met het doel om de beurs koersen te beïnvloeden. Zo bereikten ons nog eens totaal gefingeerde be- drijfscijfers van de KLM die bijna op het net waren verschenen, ware het niet dat onze luchtvaartredactie ze nog tijdig als vals kon identificeren. Ik heb zelf nog eens iets vervelends meege maakt bij de rechtbank in Assen, waar een groenteman uit Gramsbergen we gens onzedelijk gedrag werd veroor deeld. Nou bleek er in Gramsbergen maar één groenteman te wonen, en tot overmaat van ramp was dat niet de man die veroordeeld was. Die dreef een winkel in Hoogeveen. In Grams bergen werd dus de verkeerde nagewe zen. We hebben die man geheel in stijl een fruitmand gestuurd en de volgen de dag een nieuw bericht op het net geplaatst. "Waarmee ik maar wil zeggen dat een miniem foutje hier grote gevolgen kan hebben. Ook een practical joke waarbij een dodelijk verkeersongeval wordt gemeld kun je niet altijd vóór zijn. Dan word je de volgende dag door het te recht verontwaardigde slachtoffer op gebeld, en dat is net zo vervelend. Je probeert alles zoveel mogelijk te chec ken, maar vanwege de snelheid kan er wel eens een foutje insluipen. De tele foon is nu eenmaal een essentieel hulp middel bij onze nieuwsgaring. Daarbij werken wij in feite met een permanen te deadline. Elk half uur zakt er wel een krantepagina in Nederland of is er wel weer een radionieuwsdienst of het Journaal. Wij zijn goed in plotseling opkomend nieuws en vervullen daarin een signaalfunctie naar de kranten. We falen daarentegen meestal op de twee de dag, als de kranten met hun achter grondverhalen komen. Logisch, want dan zijn we alweer met iets nieuws be zig. Dit is een continubedrijf, dat dag en nacht bemand is. Je maakt je werk bijna nooit af, je draagt het over aan anderen. En daarin zit wel eens het menselijk falen". Toegevoegde waarde Niet minder op zijn hoede is chef bui tenland Jan van Groesen, die met zijn 18-koppige deelredactie onder meer tot taak heeft de nieuwsstroom van de bui tenlandse persbureaus van een toege voegde waarde te voorzien. Van Groe sen: "We hebben hier de laatste jaren echte specialisaties opgebouwd. Afri ka, Noord- en Zuid-Amerika, het Cari- bisch gebied, het Verre Oosten, Oost- Europa en noem maar op. Maar ook de NAVO, de Oost-West verhoudingen en de Verenigde Naties. We hebben be wust gestreefd naar het binnenhalen van mensen die hun studie gericht hebben op al dit soort journalistieke specialismen. Hun kennis als toege voegde waarde is belangrijk, omdat zelfs de grote persbureaus niet altijd even betrouwbaar zijn. Is er al geen sprake van de dagelijkse kleine foutjes, dan heb je toch vaak te maken met een zijdigheid. Niet alleen bij bronnen uit landen met een onderdrukkend regi me, maar ook een Amerikaans persbu reau zal doorgaans anders over Latijns- Amerika schrijven dan bijvoorbeeld het Britse Reuter of het Franse AFP". "Daarnaast doen we ook veel zelf. Niet alleen de vaste punten als het Euro pees Parlement en de Raad van Euro pa, maar bijvoorbeeld ook de veilig heidsconferentie in Helsinki en grote internationale ontwikkelingsconferen ties als die in Madrid en Stockholm. Nieuw voor het ANP was vorig jaar nog een eigen verslaggever bij de Filip pijnse verkiezingen, omdat die nu een maal spectaculairder waren dan nor male verkiezingen elders". Van Groesen zegt overigens tot zijn spijt niet altijd indachtig de ANP- formule te kunnen werken met kei harde bronnen. "Met name in dictato riaal geregeerde landen kun je vaak niet onmiddellijk mensen vinden die met naam en toenaam vermeld willen worden. Suriname is daar een voor beeld van. Toch hebben we op het ge bied van de Surinaamse berichtgeving de laatste jaren in de voorhoede gelo pen. Bij hard nieuws zonder bron kan men er zeker van zijn dat het twee of driemaal gecheckt is, want één misser en je naam gaat er aan. Daar waken we zorgvuldig voor". Opiniëren Degenen die de bijna heilige objectivi- teitswetten van het ANP een klein beetje aan hun laars mogen lappen, zijn de sportredacteuren. Kopman is daar Piet Philippa, die met zijn vijftien redactieleden en een net van honderd correspondenten dankbaar het gat vult dat door de vaak krap bemande sport redacties van de kranten wordt ge creëerd. De ANP-versie van een topper als Ajax-Feijenoord mag dan bij de meeste dagbladen in de prullenbak verdwijnen, het feit dat bijvoorbeeld De Limburger dat verslag in extenso plaatst, stemt weer tot vreugde. En wat zouden de sportredacties zondags avonds moeten beginnen zonder de gi gantische brij van uitslagen, variërend van district West-1 tot Zuid-2? Het zijn er zo'n 2000 per weekeinde, en daar moetje vroeg voor opstaan (of laat voor naar bed, zo men wil). Maar terzake. Philippa: "Wij zijn inder daad de enigen die een beetje mogen opiniëren, zij het dan alleen op sport- technisch gebied. Dat heeft te maken met de ontwikkelingen in de sportjour nalistiek van de laatste tien jaar. Het gaat immers niet alleen om de bal, maar ook om degene die 'm trapt. Ook schryven we tegenwoordig veel be- schouwender over bijvoorbeeld de me- disch-sociale elementen in de sport. Doping en dergelijke. Zoiets geeft toch een lekker gevoel, dat vraagt toch een beetje inzicht en vaardigheid, en op dat gebied is ook het ANP niet achterge bleven". Een markant onderdeel van het ANP- dienstverleningspakket is ten slotte de dienst geestelijk leven, tot voor kort 'alleen voor abonnees' maar sinds 1 ja nuari van dit jaar voor ieder die er be lang in stelt. Deze deelredactie vindt haar oorsprong in het tien jaar geleden ter ziele gegane Katholiek Nederlands Persbureau dat vrijwel geruisloos in het ANP opging, maar onder de leiding van (de hervormde) Gerrit Tulp is er thans sprake van een aanzienlijk rui mere strekking. Tulp zelf formuleert de bijdragen van zijn driemans redac tie als volgt: "Onze aanvankelijke be richtgeving over kerk en religieuze za ken is de laatste jaren uitgebreid tot al le geestelijke stromingen in het alge meen die een bepaalde ontwikkeling vertegenwoordigen. En dat kan varië ren van de rechtervleugel der rooms- katholieke kerk tot de fascinerende wereld van Hare Krishna". Niet zonder zelfspot citeert Tulp zyn voorganger, die de dienst geestelijk le ven 'de parel aan de kroon van het ANP' noemde. "Hij bedoelde daarmee dat onze berichten doorgaans een lan ger leven leiden dan het vluchtige nieuwswerk. Ze verouderen niet zo gauw, omdat bepaalde ontwikkelingen nu eenmaal tyd nodig hebben". Spanning breken Hoewel fragmentarisch, is hierboven wellicht een beetje een beeld geschetst van die almaar doorratelende nieuws- machine die ANP heet. Willem Gitz, nog eenmaal terugblikkend op de tij den van toen: "Het was en is een hard werkend en produktief bedrijf, en dat was vroeger per definitie inherent aan onderbezetting. Ik weet nog hoe in de jaren vijftig een paar redacteuren op zondagochtend de brandslang richtten op een groepje soldaten van het Leger des Heils, dat voor de deur van het ANP stond te musiceren. De hele han del spatte uiteen, de tuba vol met wa ter, ach, hou op. 1 aprilmoppen, dat mocht ook nooit. Toch hebben we er wel eens stiekem een op het net gezet. Over een zekere Russische professor Kartovlov die naar Nederland zou ko men om aardappels te kopen. Die vormden namelijk een uitermate ge schikte brandstof voor de eerste Russi sche ruimtevaartraket. Wat gebeurde? In Zeeland vlogen de aardappelprijzen omhoog, er was op een gegeven mo ment bijna geen bintje meer te krijgen, de boeren hielden ze fijn achter voor de Grote Transactie. Achteraf moet je dit soort uitspattingen toch zien als het breken van de spanning in dit bijna asociale vak waarin er door de werkge vers lange tijd roofbouw op ons is ge pleegd. En nog steeds is er de neiging om het ANP zo goedkoop mogelijk te houden. Neem nou zo'n jubileum. Als je vijftig jaar bestaat en er is alleen maar een beetje geld voor een gedenk boekje en een feestje voor het perso neel... Dat kan toch wat sjieker, door bijvoorbeeld een extra maandsalarisje of zo. Bij onze geregelde bezoeken aan de kranten krijgen we regelmatig lof toegezwaaid voor wat we doen. Nou, dan zeg ik op mijn beurt: dan zouden die kranten het ANP ook eens op een andere manier moeten waarderen". A. Lagerwerf, Be- reklauwkreek 9, Lei derdorp: "Ik ben blij dat er hier een krant is die een ech te streekkrant is. Dat je niet, zoals bijvoorbeeld bij het Reformatorisch Dagblad, als lezer in Leiderdorp wordt opge zadeld met kerkdien sten uit Groningen. Mijn hobby is het verza melen van foto's en do cumentatie van kerken. Jammer vind ik het dat nieuws uit de Rijn- en Bollenstreek en Leiden in verschillende edities wordt opgenomen. Dan mis je toch informatie uit je naaste omgeving. Ik zou best wat meer willen lezen over pak weg Alphen en Katwijk. De opening van de Oud- hoornse kerk in de Al pheuse regio ben ik bij voorbeeld niet in mijn krante-exemplaar te gengekomen. De rubriek geestelijk leven interesseert me het meest. Ook de politiek volg ik. Maar dan erger ik me soms en gooi de krant neer. Dan denk ik wel eens: wat zijn het toch een rotlui. Ik erger me dus aan de politici, niet aan de krant. Die is niet links en niet rechts, maar neutraal. Nou,- dat is bij andere bladen wel anders". André de Jong, direc teur van de Groenoord- hallen in Leiden: "Drie rubrieken in het LD volg ik nauwgezet. Dat zijn stad, sport en cultuur. Ik begin altijd met de stadspagina's: het nieuws over de goe de stad Leiden, waarbij ik nogal eens uitlatin gen van mezelf aantref, en de berichten over Zoeterwoude waar ik woon. Dan sla ik door naar de sport, een we reldje waar ik vroeger zelf actief in ben ge weest. Die rubriek pluis ik helemaal uit. Daarna ga ik naar de achterste pagina's voor de cul tuur, de bezigheden in de schouwburg en de cijfers over bezoekers aantallen. Wat ik mis is een ach tergrondrubriek over agrarisch nieuws. Vroe ger stond er na de markt altijd een be schouwend stukje in de krant. Nu lees je alleen nog maar cijfers. Het verhaal achter die cij fers - waarom is de han del stroop, waarom is er veel aanvoer? - ont breekt. En dat terwijl de markt de afgelopen ja ren enorm is gegroeid. Er zijn trouwens veel agrariërs die het LD le zen en die het ook jam mer vinden dat die stukjes over de markt niet meer in de krant staan. Verder is me opgeval len dat de rubriek Steeds de laatste tijd niet meer zo scherp is. Ik mis de pen van Jaap Visser. Hoewel ik zelf ook wel eens het slacht offer ben geweest vond ik die scherpe stukjes ei genlijk wel zo aardig. Want ik heb Steeds nooit beschouwd als een ru briek voor schou derklopjes". LEZERS OVER DE KRANT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 55