Een getergde honderdjarige
Éiffil
•flPfü*
ZATERDAG 2 FEBRUARI 1985
EXTRA
PAGINA 27
Het Scheveningse Kurhaus
viert dit jaar zijn
honderdjarig bestaan.
Nog niet zo lang geleden
zag het er niet naar uit dat
dit eeuwfeest gehaald zou
worden. De slopershamer
hing al dreigend boven de
koepel en slechts door een
reddingsoperatie van
Monumentenzorg kon
afbraak van het gebouw
worden voorkomen. Des
te meer reden om feest te
vieren in het hotel waar
in het begin van de eeuw
Duitse vorsten kwamen
kuren, waar Churchill en
Truman sliepen, waar
grootheden als Elisabeth
Schwarzkopf, Yehudi
Menuhin, Mariene
Dietrich en de Rolling
Stones optraden en waar
bijna honderd jaar is
gevochten tegen de wet op
de kansspelen.
Al voor de bouw van het Kurhaus
kan Scheveningen zich erop
beroepen een kuuroord te zijn. In
1818 verrijst op het Scheveningse
Duin het badhuisje van Jacob
Pronk. In vier kamertjes kunnen
zieken er hun kwalen laten
behandelen met verwarmd
zeewater.
Een beter geneesmiddel is er niet.
Althans volgens de Arnhemse huisarts
Moll, die zeewaterkuren aanraadt voor:
'reumatische pijnen, verslapping der
buikzenuwvlechten en der spiervezelen
in het darmkanaal, buikverstoppingen,
verlammingen, verzwakking van het
gezicht, huidziekten, hardhorigheid,
bloedophoping naar het hoofd en
scherpte in de vochten,
kwaadsappigheid en klierziekten'.
Hoogtepunt van de kuur is de gewaagde
stap in het onverwarmde zeewater,
veilig tegen nieuwsgierige blikken
beschermd dooreen badkoetsje.
Het badhuisje wordt enkele jaren later -
vervangen door het Gemeentelijk
Badhuis. Daar kunnen gasten
overnachten en er is een terras waarop
de gegoede Haagse burgerij zich in de
zomer komt verpozen. Het badhuis
trekt, net als het latere Kurhaus, veel
vorstelijke gasten, maar leidt toch een
enigszins kwijnend bestaan. Dat komt
vooral omdat Scheveningen slecht
bereikbaar is vanuit Den Haag. Vanaf
1864 rijdt er wel een paardetram, maar
die is voor de minder gegoeden niet te
betalen.
Het Kurhaus in vroeger jaren, gezien vanaf het in 1901 gebouwde wandelhoofd Koningin Wilhelmina, dat tijdens de oorlogsjaren sneuvelde en in de jaren zestig werd vervangen door een nieuwe pier.
Ramp
De grote bloei als badplaats begint pas
echt na de bouw van het Kurhaus, dat
niet alleen als kuuroord maar ook als
middelpunt van culturele evenementen
gasten trekt. In het hotel is een
concertzaal, waar in de loop der jaren
vele beroemde orkesten en musici
hebben opgetreden. Tot spijt van de
hoteldirectie lukt het alleen niet om
toestemming te krijgen voor die ene
grote attractie waar andere badplaatsen
bezoekers mee trekken: een casino.
Een jaar na de feestelijke opening door
prinses Wilhelmina in 1885 overkomt
het hotel een ramp. Een gaste die wat
onvoorzichtig is met de spiritusbrander
waarmee ze haar krultang verwarmt,
steekt een gordijn in brand. Even later
staat het hele gebouw in lichterlaaie.
Gelukkig is het tegen het einde van het
zomerseizoen. Het lukt om het hotel
binnen een halfjaar te herbouwen. Die
snelheid zal zich een eeuw later nog
wreken tijdens de restauratie, die door
de slechte staat van het gebouw zeer
kostbaar wordt.
Kuren aan de Noordzeekust is aan het
eind van de vorige eeuw zeer populair.
Het gastenboek, dat nog steeds in ere
wordt gehouden, geeft een indruk van
het publiek uit die eerste tijd. Veel
Duitse adellijken, bekende industriëlen
zoals de wapenfabrikant Krupp, prinses
Wilhelmina, de Japanse kroonprins
Hirohito en een Chinese kroonprins die
zijn dank in fraaie karakters heeft
gecalligrafeerd.
Er is heel wat veranderd sinds de vier
badkamertjes van Jacob Pronk. Het
Kurhaus beschikt over koude en warme
zee- en zoetwaterbaden, baden met
Kreuznacher zout, jodium, kruiden of
stijfsel, zitbaden, sponzenbaden,
lakenbaden, lichtbaden, elektrisch
baden, stortbaden en horizontale
douches. Op het in 1901 gebouwde
wandelhoofd Koningin Wilhelmina
wordt radioaktief bronwater verkocht
uit bekende Duitse en Franse bronnen.
Na de Tweede Wereldoorlog is nog wel
eens geprobeerd om de badplaats als
kuuroord te heropenen omdat vooral
onder de Duitsers kuren nog steeds erg
populair is. De pogingen stranden
echter op metingen waaruit blijkt dat
zee en lucht te zeer vervuild zijn.
De badplaats Scheveningen
groeit snel rond de eeuwwisseling. Er
komen meer hotels, bars, restaurants,
een winkelgalerij, het Circus en de
Exploitatie Maatschappij Schevingen
(EMS) wordt opgericht om de hele zaak
te beheren.
Het dorp maakt, zeker na de Eerste
Wereldoorlog, een tijd van culturele
bloei door. Het Haagse
Residentie-Orkest speelt elke zomer in
het Kurhaus, cabaretiers als Louis
Davids en Jean-Louis Pisuisse treden er
op, Duke Ellington staat er op de
planken evenals het Tsjechisch
Nationaal Ballet. De eerste ideeën voor
een Holland Festival ontstaan, maar
zullen pas na de Tweede Wereldoorlog
echt worden uitgewerkt.
De Duitse bezetting is een zware klap.
Aanvankelijk lukt het nog om open te
blijven, hoewel er veel problemen
ontstaan vanwege de joodse musici die
er spelen. Maar de bouw van de Atlantik
Wall (de Duitse verdedigingslinie langs
de kust) in 1942 betekent sluiting. Het
roerende goed kan nog wel elders
worden opgeslagen, maar het gebouw is
overgeleverd aan soldaten en weer en
wind.
door Runa Hellinga
Om de boel weer in orde te krijgen na de
oorlog, is dan ook veel geld nodig. Piet
van Dusseldorp, voormalig secretaris
van de Raad van Beheer van de EMS,
staat de naoorlogse tij d nog levendig
voor de geest: „Toen het Kurhaus in de
jaren zeventig werd gerestaureerd, is
gezegd dat we niets aan het onderhoud
hadden gedaan. Maar als je kijkt wat er
allemaal bereikt is in de tien jaar na de
oorlog, was het een grote prestatie.
Scheveningen was één grote puinhoop
en het was heel moeilijk om aan geld
voor het opknappen van een badplaats
te komen". Het Kurhaus krijgt zelfs
centrale verwarming, zodat het hotel nu
ook in de winter open kan blijven.
Van Dusseldorp heeft jarenlang de
zomerseizoenen in het Kurhaus
georganiseerd: „Het was een van de
weinige theaters die zich konden
veroorloven grote dingen te doen. We
hadden iedere maandag, woensdag en
vrijdag concerten en de andere dagen
balletten, recitals en dergelijke. En elke
zomer het Holland Festival".
Hij heeft onder meer de Rolling Stones
naar de Kurzaal gehaald. Een avond
waar hij angstig naar uitkeek, maar het
bemiddelingsbureau had hem verzekerd
dat er niets kon misgaan. Maar helaas:
„Het publiek brak de Kurzaal af. Ze
rukten stoelen uit de grond en gooiden
die naar de kroonluchters, er werd tegen
de muur gepist. Dat was op een
zaterdagavond en het is ons nog gelukt
om de zaak voor het concert op
maandagavond weer in orde te krijgen".
maar dat pakte al snel heel anders uit.
Het ene hotel na het andere sneuvelde
onder zijn vernieuwende plannen, tot
alleen het Kurhaus nog maar over was.
Zijn activiteiten leidden uiteindelijk tot
zijn faillissement en dat dreigde de
ondergang van het Kurhaus te worden.
Van Dusseldorp heeft dat definitieve
einde niet meer meegemaakt. Van de
ene dag op de andere werd hij ontslagen
en jarenlang heeft hij niet in
Scheveningen willen komen vanwege
de slechte herinneringen aan die laatste
tijd.
Ingrijpend!
De Kurzaal is anno 1985 weer in oude luister hersteld. Alle schilderingen en ornamenten zijn opnieuw aangebracht naar het
oorspronkelijke voorbeeld. De zaal wordt tegenwoordig vooral als restaurant gebruikt. (foio gpd>
'lei Dietrich'
Onvergetelij k zij n voor Piet van
Dusseldorp ook de twee optredens van
Mariene Dietrich: „Je moet voor haar
altijd allerlei voorbereidingen treffen.
Zo mag je haar niet in een Mercedes of
een andere Duitse auto van het vliegveld
halen. Dan weigert ze verder nog op te
treden. Er moet champagne van een
bepaald merk zijn. En er mag nergens
een peuk liggen. Een heel gedoe, maar
ze verdient al die toestanden, want het is
een geweldig mens dat een fantastische
voorstelling heeft gegeven".
Een jaar later zou het Grand Gala du
Disque in het Kurhaus plaatsvinden,
waar Dietrich ook op zou treden. „Ik
werd de dag ervoor uit Parijs opgebeld:
'lei Dietrich'. Ze had gehoord dat ze een
trap af zou moeten en met die kokeijurk
en sleep die ze droeg, kon dat helemaal
niet".
Ze wilde niet komen, maar het lukte Van
Dusseldorp haar over te halen. Alles liep
die avond mis. Dietrich kreeg een
knallende ruzie met presentator
Godfried Bomans, die duidelijk wat te
veel gedronken had. Ze moest niet
alleen een trap af, maar ook nog een
hoek om, wat met haar sleep helemaal
niet te doen was. En als klap op de
vuurpijl zat er in het voorprogramma
een zangeres die een aantal liedjes zong
die Dietrich ook op haar programma had
staan.
Van Dusseldorp denkt met zichtbaar
plezier terug aan die tijd, maar hij wordt
somber zodra het gesprek op Reinder
Zwolsman komt. Deze
projectontwikkelaar, de laatste eigenaar
van het Kurhaus voordat het gebouw
gesloopt zou worden, begon in 1961 de
aandelen van de EMS op te kopen.
Aanvankelijk zou hij zich helemaal niet
met het beheer van de EMS bemoeien,
Het had echt niet veel gescheeld of het
Kurhaus was ook gesloopt. Zwolsman
wilde de zaak sluiten en eventuele
kopers stelden sloop als voorwaarde.
Het gebouw kwam in '72 wel op de
monumentenlijst, maar er moest een
koper komen, anders zou sloop twee jaar
later onvermijdelijk worden. De
oplossing kwam, toen Bredero bereid
bleek het gebouw te kopen en te
restaureren, als er tenminste nog meer
financiers zouden komen. Uiteindelijk
legde de overheid de helft van de 110
miljoen die nodig waren op tafel, de rest
werd door een consortium (de huidige
eigenaars) van bedrijven gefinancierd.
De restauratie was zo ingrijpend dat het
huidige Kurhaus met recht het derde
Kurhaus genoemd kan worden. De
beide vleugels moesten worden
afgebroken en herbouwd. In de Kurzaal
zijn alle ornamenten en schilderingen
opnieuw aangebracht naar het
oorspronkelijke voorbeeld. De zaal
wordt tegenwoordig vooral als
restaurant gebruikt, hoewel er de laatste
tijd af en toe weer concerten en andere
culturele evenementen plaatsvinden.
Kort geleden werd een oude traditie
voortgezet met een optreden van het
Residentie-Orkest. Maar het blijft niet
bij culturele activiteiten. Ter
gelegenheid van het eeuwfeest is het
fraaie, met zilver beslagen gastenboek
uit de kluis gehaald om er een boek en
een tentoonstelling aan te wijden. Het is
een fraai boek, niet alleen vanwege de
handtekeningen, maar vooral vanwege
de schilderingen. Op verzoek van het
Kurhaus hebben destijds schilders als
Mesdag, Israëls, de gebroeders Maris,
Toorop en Gabriël het boek verfraaid
met tekeningen en aquarellen. Tijdens
conferenties in het Vredespaleis hebben
de delegaties vaak in het Kurhaus
geslapen. Hun handtekeningen staan
onder de fraai gechilderde wapens van
de deelnemende landen. Sommige
pagina's getuigen van belangrijke
momenten in de geschiedenis. Zo
hebben Israël en Egypte ooit in het
Kurhaus vredesonderhandelingen
gevoerd.
Niet zomaar
In het boek is nog ruimte voor meer
beroemde gasten. Claire Cannegieter,
hoofd public relations van het Kurhaus,
heeft er alle vertrouwen in dat de
bladzijden vol komen. Haar zorg is
eerder dat de laatste witte pagina te snel
zal naderen. Een gast mag dan ook niet
zomaar tekenen. Telkens weer wordt
afgewogen of een gast het waard is om
zijn naam in het gastenboek te schrijven.
Het Kurhaus is nog steeds geliefd onder
de groten der aarde. Maar niet alle
groten zijn overigens geliefd in het
Kurhaus. Zo zijn vorig jaar de Rolling
Stones geweigerd: „Dan staatje hele
hotel op stelten, want de heren zijn zo
gigantisch verwend".
_j Het Kurhaus thans. In het fraaie gastenboek is nog voldoende ruimte t__.
beroemdheden. Een gast mag overigens niet zomaar tekenen. aoto gpd>