De kortste verhalen
Topoi op dreef in Onder Water
Zilveren kogel
van A. Alberts:
hecht bouwwerk
Florida: een
mislukte reis
Een ouderwetse, strenge winter
DE
KEER
rondvliet
Billekind
De rage van de verzamelbundels
Hollandse
nieuwe
WOENSDAG 23 JANUARI 1985
BOEKEN
PAGINA 15
Veel bedrijven hebben zo om
streeks de jaarwisseling de ge
woonte hun relaties te verblijden
met een kalender, u weet wel: die
ondingen waarop je precies kunt
zien hoe de tijd je als los zand
door de vingers glipt.
Antiquariaat Blaeu en Studio
Henk de Bruin uit Leiden heb
ben aan die kwelling niet mee
willen werken. Zij hebben hun
clientèle verblijd met een ultra
kort verhaal van de schrijver
F.B. Hotz waarin hij herinnerin
gen ophaalt aan de boekverko
pers Sweris, De Rooy en Gins
berg, namen die voor de echte
Leidse boekenwurm een bijna
legendarische bijklank hebben.
Zijn vertelling begint in het
jaar 1948. In Leiden "dreunde de
grote Blauwe Tram nog altijd
door de Breestraat en over de
Rijnsburgerweg. Het oude sta
tion stond er nog, de spoorbo
men zorgden voor lange files en
de houten luchtbrug daarbij gaf
mierachtig bedrijf te zien
gehaaste dames en heren
met hoeden, die hun zware fiet-
over de treden zeulden om
op tijd op hun werk te komen."
Het boekje telt zestien pagina's
ter grootte van een ulevel, dus als
ik nog even door blijf citeren is
het uit, maar één anekdote wil ik
i toch niet onthouden. Over De
Rooy schrijft Hotz: "Van het aca
demisch slissen van de toenmali-
WSL-leden moest hij niets
hebben. Toen zo'n keurig ge-
plooirokte studente eens zijn
pand binnenkwam en hem in
diepzinnige termen om een aan
tal titels van Jung verzocht, zei
hij met een gebaar naar zijn wan
den vol boeken:'Zèlf zoeken, bil
lekind!'.
CEES VAN HOORE
"Niet oreren, maar publiceren".
Het is een wapenspreuk die zeer
wel zou passen bij A. Alberts,
een van de eigenzinnigste schrij
vers die Nederland rijk is. De lo
vende woorden over 'Het zand
voor de kust van Aveiro' zijn nog
niet verstoven, of er ligt alweer
een roman van hem in de boek
handel, en weer een met zo'n in
trigerende titel.
Veel van Alberts' romans spe
len zich af tegen een historisch
decor. Ook in 'De zilveren kogel',
zijn nieuwste, is dat het geval.
We worden door hem meegeno
men naar Schotland, naar de pe
riode van 1679 tot 1689, een tijd
waarin de protestanten die wei
gerden de eed af te leggen op de
koninklijke suprematie in kerke
lijke aangelegenheden, de zoge
naamde Covenanters, door de re
geringstroepen werden ver
volgd. Het was de Covenanters
ten strengste verboden religieu
ze bijeenkomsten te beleggen,
maar ondanks, of misschien juist
dankzij dit verbod, in het ge
heim, glommen de kerkbanken
als nooit tevoren.
Alberts laat zijn roman met
zo'n verboden bijeenkomst be
ginnen. Predikant Alexander Pe-
den, alias Ouwe Sandie, is net be
zig met zijn preek als hij door
Claverhouse, een geduchte pro
testantenjager, wordt betrapt.
Heel subtiel maakt Alberts op de
eerste pagina al duidelijk dat
Claverhouse de Ouwe Sandie
geen kwaad hart toedraagt. Hij
schrijft over hem: "Hij trok zijn
sabel half uit de schede en liet
het gevest weer los. Het wapen
zakte terug. Het gaf niet meer
dan een doffe klik, maar de pre
dikant had het gehoord". Door
deze 'waarschuwing' krijgt ouwe
Sandie de kans om te ontsnap
pen. Dat doet hij dan ook.
Hij gaat mee met Nehemia
Welch, een dissidente predikant,
die wil uitwijken naar het noor
den van Schotland om zich aan
te sluiten bij de meer militante
broeders van zijn geloofsge
meenschap. Nehemia Welch is
een beetje huiverig voor de Ou
we Sandie, die op geheimzinnige
wijze van de dood door ophan
ging is gered door Isobel, de
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL BV
-3 Haarlemmerstraat 117
Leiden - tel. 120421
algemene- en
assortimentsboekhandel
full-time
bestelafdeling
levertijd
vanaf 2 dagen
dochter van een op de brandsta
pel omgekomen heks. Isobel
heeft een zwak voor de predikant
omdat zij hem als een van de wei
nigen heeft zien bidden voor
haar moeder.
Tijdens de achtervolging van
de Ouwe Sandie ontmoet Claver
house deze Isobel, die hij niets
wezenlijks ten laste kan leggen.
Omdat hij vreest dat ook zij zal
worden beschuldigd van 'hekse
rij' laat hij haar een uniform aan
meten en neemt hij haar mee
naar Glasgow, waar hij met zijn
troepen een opstand van strijd
lustige broeders moet neerslaan.
Ondanks zware verliezen slaagt
hij in die opdracht, en dat levert
hem een flinke promotie op.
Als er aan het hof echter een
machtswisseling plaatsvindt en
'de Hollander' aan het bewind
komt, keren de kansen van Cla
verhouse. Door trouw te blijven
aan zijn vroegere heer en mees
ter maakt hij kennis met de keer
zijde van de medaille: hij, ooit de
jager, wordt nu prooi. Hij stelt
een legertje samen uit enkele
clans die het in het noorden van
Schotland voor het zeggen heb
ben. Het is een 'wild bunch', een
troep vechtersbazen waaronder
geen enkele discipline heerst. Op
een gegeven moment wordt Cla
verhouse ervan verdacht met
Isobel een duivels pakt te heb
ben gesloten, een ontwikkeling
die voor beiden tenslotte fataal
zal uitpakken. Een oud verhaal,
vol bijgeloof, een geschiedenis
over een zilveren kogel, bezorgt
hun moordenaar een aanneme
lijk alibi.
Claverhouse en Ouwe Sandie
zijn figuren die werkelijk hebben
bestaan, Isobel is een schepping
van Alberts zelf. Met een perfect
gevoel voor timing en dosering
laat Alberts telkens wat meer
over haar los. Tegen de tijd dat
Claverhouse in ongenade is ge
vallen, wordt duidelijk dat Isobel
beschikt over een zekere gave.
Daarna krijgt elke uitlating of ge
dacht van de vrouw een voor
spellende, dreigende bijbeteke
nis, hetgeen in niet geringe mate
bijdraagt tot een. verhoging van
de spanning in deze roman. Dit
aspect én Alberts' droge humor
maakten het lezen van 'De zilve
ren kogel' tot een onvergetelijk
avontuur.
Voorin is een kaartje opgeno
men, waarop men de verrichtin
gen van Claverhouse en zijn
mannen kan volgen. Dat is hard
nodig ook, want de strategische
manoeuvres die de schrijver hem
laat uitvoeren zijn een staaltje
van hogere krijgskunde. Alberts
moet een en ander met duivels
plezier hebben uitgedacht. Zoals
bijna al zijn boeken, is ook deze
roman weer een hecht en inge
nieus geconstrueerd bouwwerk
je, waarin het als lezer aange
naam toeven is.
CEES VAN HOORE
A. Alberts, De zilveren kogel, uit
geverij G.A. van Oorschot, Amster
dam 1984.
De kat in de boekenkast, De
hond op de boekenkast, De mar
mot achter de boekenkast: ik
heb iets tegen dit soort boekjes,
werkjes die vooral lijken te zijn
ontstaan uit de wens om op een
makkelijke manier commercieel
succes te boeken. Je verzamelt
wat verhalen, laat iemand een
kort voorwoord schrijven en
klaar is Kees.
Tegenwoordig verschijnen er
steeds vaker van dit soort bun
dels op de markt. Het wachten is
nu nog op de verzameling verha
len waarin vlooien de hoofdrol
spelen. (Hoewel, zou dat niet een
leuk boek kunnen worden?)
'De kortste verhalen', zo heet
het boek waarmee uitgeverij Ta
bula nu een steentje wil bijdra
gen aan de rage om de literatuur
te plunderen op zoek naar suc
ces. Of de in het boek bijeenge
brachte verhalen ook werkelijk
dé kortste verhalen uit de we
reldliteratuur zijn, ik durf het te
betwijfelen, kort zijn ze in elk ge
val wel.
De ondertitel van het boek
luidt: 22 juweeltjes van vertel
kunst van Nederlandse en bui
tenlandse auteurs. Juweeltjes,
het is reclamejargon, en lang niet
alle verhalen zou ik juweeltjes
willen noemen. Hoewel er wel
degelijk een paar proeven van
meesterschap in deze bundel
staan: de verhalen van Joyce,
Annie M.G. Schmidt, Forster en
Tsjechov bijvoorbeeld.
Het openingsverhaal van Saki
vond ik evenwel het mooist. Een
mooi 'rond' verhaal. Wie het
werk van Saki, de voorloper van
Roald Dahl, kent zal niet raar op
kijken dat ik hem nu noem: hij is
een meester op de korte baan en
weet zelfs in kort bestek een bi
zar of absurd verhaal op zo'n wij
ze te vertellen dat je als lezer na
de laatste punt verbaast bent
over zoveel vakmanschap.
De echte verteller herkennen
we ook in het verhaal 'Eerste
droefenis', maar hij heet dan ook
Kafka: "Een trapeze-acrobaat -
zoals men weet is deze hoog in de
koepels van de grote variététhea
ters beoefende kunst een van de
moeilijkste van alle kunsten bin
nen mensenbereik - had, eerst al
leen uit een streven naar vervol
making, later ook uit een tiran
niek geworden gewoonte, zijn le
ven zodanig ingericht, dat hij, zo
lang hij bij één onderneming
werkte, dag en nacht op de trape
ze bleef'.
'De kortste verhalen' lijkt mij
een geschikt boekje voor in de
trein; het is in elk geval een stuk
leuker dan 'Tussen de rails'. Han
dige bijkomstigheid: de pagjna's
in mijn exemplaar lieten los, die
konden dus mooi uit het raam
worden gegooid na lezing. Aan
Louis Couperus.
mij kan het niet hebben gelegen:
ik pleeg boeken te lezen met sa
tijnen handschoenen aan.
WIM BRANDS
Een jaar of wat geleden kwam men bij uitgeverij Meulenhoff op
het alleraardigste idee van een reeks reisverhalen, de "Bibliotheek
voor de literaire reiziger". Het ging hier niet om Nederlandse bij
dragen, niet speciaal tenminste, al was en is de samensteller van
de bundels die inmiddels verschenen zijn (over de Dordogne, Ier
land, Leningrad, New York en Zwitserland) steeds een Neder
lands auteur.
Tot dusver heb ik van de reislustige bloemlezingen, mede door
de bekwame keuzes der verhalen, genoten. Met Florida. Verhalen
van een schiereiland, geredigeerd en met een eigen bijdrage inge
leid door Frans Kellendonk, weet ik veel minder raad - om mijn
teleurstelling zachtmoedig onder woorden te brengen.
"In de laatste week van 1981", zegt de drukke flaptekst, "be
zocht Frans Kellendonk Florida, en moest ervaren dat de
werkelijkheid maar een povere afspiegeling van zijn droom was,
van het 'paradijs' Florida zoals dat door de literatuur en de mense
lijke verbeeldingskracht is opgeroepen".
Paradijselijk Florida. Het is er warm, de natuur is mooi, stamp
vol bloemen en planten, en het krioelt er van de alligators, kroko
dillen en insecten. Een diepere indruk hebben de door Kellen
donk "thuis in de studeerkamer" bijeengesprokkelde reisbabbels
op mij niet achtergelaten.
Dat ligt mogelijk aan de keuze, of anders: het gebrek aan keuze.
Na zijn eigen, aardige maar vooral historisch-informatieve bijdra
ge Bimini biedtxde samensteller ons een reeks proza en poézie
over dit Amerikaanse schiereiland van vooral stokoude, lang ver
gane en zelden interessante auteurs. Tussen de gedichten Florida
van Elizabeth Bishop (een niet onwelluidende opening) en Walla
ce Stevens' Het Florida van de geest (waarmee we via Key West in
zee belanden) bevindt zich een chaotische verzameling bejaard,
semi-bespiegelend proza.
Historisch, en dan nog alleen voor monomane liefhebbers,
boeiend zijn misschien dc opgewonden Indianenkronieken van
'El Inca' Garcilaso de la Vega (1539-1616) en Arnoldus Montanus
(plm. 1625-1683), al is de laatste om de gehandhaafde archaïsche
spelling moeizaam leesbaar; enge en vooral véél krokodillen baren
voor de jeugdige lezer nog enig natuurhistorisch opzien in Ge
pantserde monsters van William Bartram, een Engelse 18e eeu-
wer, maar dan is de koek wel op.
Bijeengesmokkelde fragmenten van Chateaubriand, een 19e-
eeuws romantische bijdrage van Sidney Lanier, absoluut onbe
nullige roddelstukjes van de zwarte schrijfster Zora Neale Hur-
ston en afgrijselijke filosofische kletskoek van een anders toch
gewaardeerd auteur als Henry James wat is dat alles vreselijk.
Kellendonk heeft getracht zijn Florida-dromerijen in de wereld
literatuur terug te vinden, en dat tevergeefs. Zijn "verhalen van
een schiereiland" zijn literair belachelijk, zijn visie verwaait 'ins
Blaue hinein' en zijn toeristische lezer blijft met lege handen ach
ter. Moeizaam worstelt men het bundeltje door, zonder een spoor
van beloning: Florida blijft een vlek, blind, in de Bos' Atlas. Een
misiukte reis.
ROB VOOREN
Florida. Verhalen
inleidend verhaal va:
1984, 25,-.
Annie M.G. Schmió
Sinds de Russische scenario
schrijver van joodse afkomst Ed
ward Topoi in 1978 zijn vader
land verliet heeft hij drie thrillers
geschreven.
De eerste twee ('Het Bjelkin
manuscript' en 'Het Rode Plein')
kwamen, in samenwerking met
een andere emigrant Neznanski,
tot stand. Kennelijk heeft Topoi
zich van deze partner losge
maakt, want op de schreeuwend
rode omslag van nummer drie
('Onder water') staat alleen de
naam van Topoi.
Deze scheiding der geesten is
niet van invloed geweest op de
kwaliteit van Topols werk, op
nieuw heeft hij een intelligent en
fascinerend boek afgeleverd.
Door zijn achtergrond weet hij
weer het verhaal te schragen met
een opvallende kennis van za
ken. Dat is dat wel nodig, want
de gegevens waarmee hij zijn ge
schiedenis opbouwt zijn weinig
alledaags.
Een Russische immigrant in
Amerika wordt geteisterd door
heimwee. Hij blijft dromen van
een terugkeer naar Rusland. Die
droom kan werkelijkheid wor
den als hij ingaat op een aanbod
van de CIA om de plaats in te ne
men van een Russische kolonel,
die uit de Sowjet-Unie wil en
moet worden gesmokkeld. Om
het allemaal echt te doen lijken
krijgt de Amerikaanse Rus een
aardige actrice naast zich, die
voor zijn vrouw moet doorgaan.
Een pas getrouwd paartje, op hu
welijksreis naar Rusland.
Natuurlijk loopt het niet zoals
de CIA het gedacht en gehoopt
had. Oh ja, de plastische ingre
pen lukken goed. Immigrant en
kolonel zijn niet meer van elkaar
te onderscheiden. Maar het paar
tje wordt inderdaad hopeloos
verliefd, de Russische kolonel
gaat op de kritieke momenten
domme dingen doen en een Rus
sisch ambtenaartje steekt overij
verig een extra spaak in het wiel.
Maar eigenlijk zijn die gebeur
tenissen en de technische details
niet zo bijster belangrijk. Topoi
maakte een prachtig verhaal van
hoop en wanhoop, van liefde en
haat, van orde en chaos, van bit
terheid en tederheid.
Menselijke emoties in een
meesterlijke mengeling. Huma
ne gevoelens hebben geen schijn
van kans tegen de meedogenloos
malende machines van CIA en
'Onder water' door Edward
Topoi, verschenen bij Uitgeve
rij Veen, prijs 28,50.
Apeliefde
Een bekend Nederlandstalig
thrillerauteur is de Vlaming
John Vermeulen, die in 'Apelief
de' weer zijn huisheld Ansen
Wagner laat opdraven.
Deze sympathieke man loopt
lijnrecht in een wespennest als
zijn hulp wordt ingeroepen door
de directeur van een chemisch
bedrijf die in moeilijkheden is
geraakt omdat een werknemer
een uiteraard niet legale proef
met een waarheidsserum niet
heeft overleefd.
De directeur grijpt niet alleen
naast de gehoopte vette winst,
hij moet ook alle mogelijke kron
kelweggetjes bewandelen om uit
het doolhof waarin hij terecht is
gekomen, te geraken. En die weg
wordt nog moeilijker te vinden
als een vertegenwoordiger van
een zogenaamde 'dromenbank'
zich als gids opwerpt.
Het is bepaald geen rechtlijni
ge weg die Vermeulen zijn direc
teur laat volgen, temeer daar de
ze wordt omringd door nogal wat
vreemdsoortige figuren, zoals
zijn mooie, maar verre van vrien
delijke vrouw.
En Ansen Wagner heeft naast
de directionele problemen ook
nog de zoete last van een veelei
sende vriendin te torsen. Alles
bij elkaar een origneel, levendig
en actievol verhaal.
'Apeliefde' door John Vermeu
len, verschenen bij Bruna. Prijs
19,90.
'Nederlandse thriller' staat er
helder en duidelijk op de omslag
van Walravens 'Dodenherden
king'. Alsof het feit, dat we hier
met een produkt van eigen bo
dem te maken hebben, bij voor
baat een aanbeveling inhoudt.
Wat (helaas) niet altijd het geval
is.
Nu is Walravens verhaal beslist
niet het slechtste in zijn soort. In
tegendeel. Ook Walraven heeft
zijn eigen privé-detective. Deze
wat ijdeltuiterige, maar toch
kleurrijke Charlie Allard krijgt
opdracht een oud-verzetsstrijder
op te sporen 'voor een reun
Zijn wantrouwen jegens de op
dracht blijkt al spoedig terecht,
de opdrachtgever ligt de volgen
de dag vermoord in zijn woning.
Charlie 'verzuimt' de politie in te
lichten en gaat op eigen houtje
graven in het verleden.
Natuurlijk brengt hij het pro
bleem tot een overigens weinig
verheffend goed einde. Een
recht-toe-recht-aan speurders-
verhaal, in robuuste volzinnen
verteld. Voor liefhebbers van ac
tie en avontuur een boekje, waar
mee ze zich zich niet zullen ver
velen.
'Dodenherdenking' door Wal
raven, uitgegeven bij Loeb in
Amsterdam. Prijs 16,50.
KOOS POST
Illustratie van Fred de de Heij uit Een winter om nooit te vergeten.
'Een winter om nooit te vergeten'
is een mooi uitgevoerd jeugd
boek dat zich het beste met rooie
oortjes voor de cv gezeten laat le
zen. Het boek verhaalt over twee
gebeurtenissen die zich afspelen
in een klein vissersdorpje aan
een binnenzee (de oude
Zuiderzee?) tijdens een ouder
wetse, strenge winter.
In de eerste geschiedenis ma
ken we kennis met de schooljon
gen Linge en zijn familie. Tijdens
een fikse storm breekt de dijk
door en stroomt het water onge
hinderd het dorp binnen. Men
sen en dieren kunnen zich ter
nauwernood in veiligheid bren
gen.
Het tweede verhaal speelt een
paar maanden later als het flink
vriest. Het toont de plezierige
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL
LEIDEN - LEIDERDORP
OEGSTGEEST - KATWIJK
VOORSCHOTEN
Alle op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons direkt lever
baar, óf via onze TERMINAL te
bestellen en dan binnen drie da
gen verkrijgbaar.
kanten van de winter (schaat
spret), maar laat ook zien hoe
verraderlijk het ijs kan zijn. Dat
ondervindt Linge aan den lijve
als hij met zijn vader en opa de
bevroren binnenzee optrekt. Op
de grote ijsvlakte raken ze elk ge
voel van richting kwijt. En tot
overmaat van ramp gaat het ijs
scheuren
De aankleding van beide ver
halen mag duidelijk gedateerd
zijn, de strekking is dat aller
minst. Onlangs stond het nog in
deze krant: op diezelfde binnen
zee, inmiddels een meer, waren
enkele mensen aan het schaatsen
toen het ijs onder hun voeten
plotseling brak. Machteloos dre
ven zij op een schots weg.
Auteur Jan Banen geeft met
zijn boek een fraai beeld van een
winter uit vroeger tijden. Hij
richt zich op kinderen vanaf 7
jaar, die al kunnen lezen. Banen
schrijft eenvoudig, in korte'zin
nen, en vermijdt moeilijke woor
den. Forse drukletters en ruime
spatiëring vergemakkelijken het
leesbeeld. Een goede opzet die
hier en daar echter ontaardt in
een soort staccato-proza: 'Hij
staat weer. Stapt weer in de
stroom. Stapelt weer zakken.
Legt ze op elkaar'.
Dat neemt niet weg dat juist
deze simpele schrijfwijze het
boek toegankelijk maakt voor
veel kinderen, ook kinderen die
nog niet zo goed kunnen lezen.
Ondanks de beperkingen wat
woordkeus en zinsbouw betreft
heeft de schrijver kans gezien
twee onderhoudende, zelfs span
nende verhalen te maken. Verha
len waarin niet alleen de onver
mijdelijke kneuterigheid van
vroeger doorklinkt, maar die ook
iets laten zien van de saamhorig
heid van mensen in ellendige tij
den.
Over illustrator Fred de Heij
heb ik al eerder opgemerkt hem
als een groot talent te beschou
wen. Talent dat hij opnieuw met
de tekeningen in dit boek be
wijst.
Een winter om nooit te vergeten,
Jan Banen, ill. Fred de Heij, uitg.
Holkema en Warendorf, f 17,50.
Dierenverhalen
'Er ging geen dag voorbij' is
iets voor de fijnproever Een
bundel met negenveertig absur
de dierenverhalen van Toon Tel-
legen. Over de olifant, het hert,
de walvis, maar vooral over de
eekhoorn en de mier. Wie het
klassieke 'Wind in de wilgen'
met genoegen heeft gelezen, zal
zeker ook deze bundel kunnen
waarderen.
De gebeurtenissen rond de
eekhoorn zijn afwisselend ko
misch en ontroerend en voorzien
van een filosofische ondertoon.
Alle dieren vertonen diep-men-
selijke trekjes. Ze filosoferen
over de zin van het leven, vieren
feest, lijden aan Weltschmerz,
hebben angsten enzovoorts.
'Ik doe mijn ogen dicht', zei de
eekhoorn, 'en wat er dan gebeurt
is altijd wonderbaarlijk'. Hij zat
op de tak voor zijn deur en de
wonderbaarlijke dingen begon
nen meteen. De wind stak op, de
tak wiebelde en de eekhoorn viel
met gesloten ogen naar beneden.
'Heb ik geen gelijk?', zei hij te
gen zichzelf. 'Nee, je hebt geen ge
lijk', zei hij terug. Hij stoof over
eind. Hoe kan ik nou denken dat
wat er daarnet gebeurde niet
wonderbaarlijk is? Hij draaide
zich om, maaide wild met zijujjf-
men orn zich heen, maar Wmxl
zichzelf niet terug.
Geen bundel voor een breed
publiek dus. maar voor de lief
hebber van het genre uiterst ver
makelijke lectuur. Gelet op het
taalgebruik richt de bundel zich
op lezers vanaf 10 jaar, ook vol
wassenen.
Illustrator Jan Jutte dwingt
bewondering af voor de knappe
wijze waarop hij de verzinsels
van Teilegen op een geheel eigen
fantasierijke wijze heeft uitge
beeld.
Fr ging geen dag voorbij, Toon
Tellegen, ill. Jan Jutte, uitg. Queri-
do, f 19,50.
MARGOT KLOMPMAKER
"Haringen in sneeuw". Niet de
wervende tekst van een 'koek en
zopie', maar de titel van een ge
dichtenbundel van Remco Ek-
kers. 'Gedichten voor oudere
jeugd', zo luidt de ondertitel.
Voor volwassenen dus, voor 'gro
te' mensen wier geest nog niet
gekleed gaat in een krütstreepje.
Ekkers schrijft opvallend veel
over dieren, de zwijgende meer
derheid van de schepping. Een
aardig boekje, een vrolijke om
slag, maar geen schokkende poé-
zie. Misschien iets voor de lief
hebber van zeebanket. Hier volgt
het mooiste gedicht: "Twee paar
den". "Twee paarden stonden te
genover elkaar./ Het was lente en
zomer tegelijk./ Tegenover en
naast elkaar/ lente en zomer tege
lijk./ Twee paarden met het
hoofd/ tegen de hals van de an
der./ Verloren in de warmte/ van
het andere lijf/ kijkend naar de
horizon./ Zo staan en het gras
vergeten".
Remco Ekkers. Haringen in de
sneeuw, gedichten voor oudere
jeugd, uitgeverij Leopold, Den Haag
1984, f 14.90.