De kortste verhalen Topoi op dreef in Onder Water Zilveren kogel van A. Alberts: hecht bouwwerk Florida: een mislukte reis Een ouderwetse, strenge winter DE KEER rondvliet Billekind De rage van de verzamelbundels Hollandse nieuwe WOENSDAG 23 JANUARI 1985 BOEKEN PAGINA 15 Veel bedrijven hebben zo om streeks de jaarwisseling de ge woonte hun relaties te verblijden met een kalender, u weet wel: die ondingen waarop je precies kunt zien hoe de tijd je als los zand door de vingers glipt. Antiquariaat Blaeu en Studio Henk de Bruin uit Leiden heb ben aan die kwelling niet mee willen werken. Zij hebben hun clientèle verblijd met een ultra kort verhaal van de schrijver F.B. Hotz waarin hij herinnerin gen ophaalt aan de boekverko pers Sweris, De Rooy en Gins berg, namen die voor de echte Leidse boekenwurm een bijna legendarische bijklank hebben. Zijn vertelling begint in het jaar 1948. In Leiden "dreunde de grote Blauwe Tram nog altijd door de Breestraat en over de Rijnsburgerweg. Het oude sta tion stond er nog, de spoorbo men zorgden voor lange files en de houten luchtbrug daarbij gaf mierachtig bedrijf te zien gehaaste dames en heren met hoeden, die hun zware fiet- over de treden zeulden om op tijd op hun werk te komen." Het boekje telt zestien pagina's ter grootte van een ulevel, dus als ik nog even door blijf citeren is het uit, maar één anekdote wil ik i toch niet onthouden. Over De Rooy schrijft Hotz: "Van het aca demisch slissen van de toenmali- WSL-leden moest hij niets hebben. Toen zo'n keurig ge- plooirokte studente eens zijn pand binnenkwam en hem in diepzinnige termen om een aan tal titels van Jung verzocht, zei hij met een gebaar naar zijn wan den vol boeken:'Zèlf zoeken, bil lekind!'. CEES VAN HOORE "Niet oreren, maar publiceren". Het is een wapenspreuk die zeer wel zou passen bij A. Alberts, een van de eigenzinnigste schrij vers die Nederland rijk is. De lo vende woorden over 'Het zand voor de kust van Aveiro' zijn nog niet verstoven, of er ligt alweer een roman van hem in de boek handel, en weer een met zo'n in trigerende titel. Veel van Alberts' romans spe len zich af tegen een historisch decor. Ook in 'De zilveren kogel', zijn nieuwste, is dat het geval. We worden door hem meegeno men naar Schotland, naar de pe riode van 1679 tot 1689, een tijd waarin de protestanten die wei gerden de eed af te leggen op de koninklijke suprematie in kerke lijke aangelegenheden, de zoge naamde Covenanters, door de re geringstroepen werden ver volgd. Het was de Covenanters ten strengste verboden religieu ze bijeenkomsten te beleggen, maar ondanks, of misschien juist dankzij dit verbod, in het ge heim, glommen de kerkbanken als nooit tevoren. Alberts laat zijn roman met zo'n verboden bijeenkomst be ginnen. Predikant Alexander Pe- den, alias Ouwe Sandie, is net be zig met zijn preek als hij door Claverhouse, een geduchte pro testantenjager, wordt betrapt. Heel subtiel maakt Alberts op de eerste pagina al duidelijk dat Claverhouse de Ouwe Sandie geen kwaad hart toedraagt. Hij schrijft over hem: "Hij trok zijn sabel half uit de schede en liet het gevest weer los. Het wapen zakte terug. Het gaf niet meer dan een doffe klik, maar de pre dikant had het gehoord". Door deze 'waarschuwing' krijgt ouwe Sandie de kans om te ontsnap pen. Dat doet hij dan ook. Hij gaat mee met Nehemia Welch, een dissidente predikant, die wil uitwijken naar het noor den van Schotland om zich aan te sluiten bij de meer militante broeders van zijn geloofsge meenschap. Nehemia Welch is een beetje huiverig voor de Ou we Sandie, die op geheimzinnige wijze van de dood door ophan ging is gered door Isobel, de ADVERTENTIE BOEKHANDEL BV -3 Haarlemmerstraat 117 Leiden - tel. 120421 algemene- en assortimentsboekhandel full-time bestelafdeling levertijd vanaf 2 dagen dochter van een op de brandsta pel omgekomen heks. Isobel heeft een zwak voor de predikant omdat zij hem als een van de wei nigen heeft zien bidden voor haar moeder. Tijdens de achtervolging van de Ouwe Sandie ontmoet Claver house deze Isobel, die hij niets wezenlijks ten laste kan leggen. Omdat hij vreest dat ook zij zal worden beschuldigd van 'hekse rij' laat hij haar een uniform aan meten en neemt hij haar mee naar Glasgow, waar hij met zijn troepen een opstand van strijd lustige broeders moet neerslaan. Ondanks zware verliezen slaagt hij in die opdracht, en dat levert hem een flinke promotie op. Als er aan het hof echter een machtswisseling plaatsvindt en 'de Hollander' aan het bewind komt, keren de kansen van Cla verhouse. Door trouw te blijven aan zijn vroegere heer en mees ter maakt hij kennis met de keer zijde van de medaille: hij, ooit de jager, wordt nu prooi. Hij stelt een legertje samen uit enkele clans die het in het noorden van Schotland voor het zeggen heb ben. Het is een 'wild bunch', een troep vechtersbazen waaronder geen enkele discipline heerst. Op een gegeven moment wordt Cla verhouse ervan verdacht met Isobel een duivels pakt te heb ben gesloten, een ontwikkeling die voor beiden tenslotte fataal zal uitpakken. Een oud verhaal, vol bijgeloof, een geschiedenis over een zilveren kogel, bezorgt hun moordenaar een aanneme lijk alibi. Claverhouse en Ouwe Sandie zijn figuren die werkelijk hebben bestaan, Isobel is een schepping van Alberts zelf. Met een perfect gevoel voor timing en dosering laat Alberts telkens wat meer over haar los. Tegen de tijd dat Claverhouse in ongenade is ge vallen, wordt duidelijk dat Isobel beschikt over een zekere gave. Daarna krijgt elke uitlating of ge dacht van de vrouw een voor spellende, dreigende bijbeteke nis, hetgeen in niet geringe mate bijdraagt tot een. verhoging van de spanning in deze roman. Dit aspect én Alberts' droge humor maakten het lezen van 'De zilve ren kogel' tot een onvergetelijk avontuur. Voorin is een kaartje opgeno men, waarop men de verrichtin gen van Claverhouse en zijn mannen kan volgen. Dat is hard nodig ook, want de strategische manoeuvres die de schrijver hem laat uitvoeren zijn een staaltje van hogere krijgskunde. Alberts moet een en ander met duivels plezier hebben uitgedacht. Zoals bijna al zijn boeken, is ook deze roman weer een hecht en inge nieus geconstrueerd bouwwerk je, waarin het als lezer aange naam toeven is. CEES VAN HOORE A. Alberts, De zilveren kogel, uit geverij G.A. van Oorschot, Amster dam 1984. De kat in de boekenkast, De hond op de boekenkast, De mar mot achter de boekenkast: ik heb iets tegen dit soort boekjes, werkjes die vooral lijken te zijn ontstaan uit de wens om op een makkelijke manier commercieel succes te boeken. Je verzamelt wat verhalen, laat iemand een kort voorwoord schrijven en klaar is Kees. Tegenwoordig verschijnen er steeds vaker van dit soort bun dels op de markt. Het wachten is nu nog op de verzameling verha len waarin vlooien de hoofdrol spelen. (Hoewel, zou dat niet een leuk boek kunnen worden?) 'De kortste verhalen', zo heet het boek waarmee uitgeverij Ta bula nu een steentje wil bijdra gen aan de rage om de literatuur te plunderen op zoek naar suc ces. Of de in het boek bijeenge brachte verhalen ook werkelijk dé kortste verhalen uit de we reldliteratuur zijn, ik durf het te betwijfelen, kort zijn ze in elk ge val wel. De ondertitel van het boek luidt: 22 juweeltjes van vertel kunst van Nederlandse en bui tenlandse auteurs. Juweeltjes, het is reclamejargon, en lang niet alle verhalen zou ik juweeltjes willen noemen. Hoewel er wel degelijk een paar proeven van meesterschap in deze bundel staan: de verhalen van Joyce, Annie M.G. Schmidt, Forster en Tsjechov bijvoorbeeld. Het openingsverhaal van Saki vond ik evenwel het mooist. Een mooi 'rond' verhaal. Wie het werk van Saki, de voorloper van Roald Dahl, kent zal niet raar op kijken dat ik hem nu noem: hij is een meester op de korte baan en weet zelfs in kort bestek een bi zar of absurd verhaal op zo'n wij ze te vertellen dat je als lezer na de laatste punt verbaast bent over zoveel vakmanschap. De echte verteller herkennen we ook in het verhaal 'Eerste droefenis', maar hij heet dan ook Kafka: "Een trapeze-acrobaat - zoals men weet is deze hoog in de koepels van de grote variététhea ters beoefende kunst een van de moeilijkste van alle kunsten bin nen mensenbereik - had, eerst al leen uit een streven naar vervol making, later ook uit een tiran niek geworden gewoonte, zijn le ven zodanig ingericht, dat hij, zo lang hij bij één onderneming werkte, dag en nacht op de trape ze bleef'. 'De kortste verhalen' lijkt mij een geschikt boekje voor in de trein; het is in elk geval een stuk leuker dan 'Tussen de rails'. Han dige bijkomstigheid: de pagjna's in mijn exemplaar lieten los, die konden dus mooi uit het raam worden gegooid na lezing. Aan Louis Couperus. mij kan het niet hebben gelegen: ik pleeg boeken te lezen met sa tijnen handschoenen aan. WIM BRANDS Een jaar of wat geleden kwam men bij uitgeverij Meulenhoff op het alleraardigste idee van een reeks reisverhalen, de "Bibliotheek voor de literaire reiziger". Het ging hier niet om Nederlandse bij dragen, niet speciaal tenminste, al was en is de samensteller van de bundels die inmiddels verschenen zijn (over de Dordogne, Ier land, Leningrad, New York en Zwitserland) steeds een Neder lands auteur. Tot dusver heb ik van de reislustige bloemlezingen, mede door de bekwame keuzes der verhalen, genoten. Met Florida. Verhalen van een schiereiland, geredigeerd en met een eigen bijdrage inge leid door Frans Kellendonk, weet ik veel minder raad - om mijn teleurstelling zachtmoedig onder woorden te brengen. "In de laatste week van 1981", zegt de drukke flaptekst, "be zocht Frans Kellendonk Florida, en moest ervaren dat de werkelijkheid maar een povere afspiegeling van zijn droom was, van het 'paradijs' Florida zoals dat door de literatuur en de mense lijke verbeeldingskracht is opgeroepen". Paradijselijk Florida. Het is er warm, de natuur is mooi, stamp vol bloemen en planten, en het krioelt er van de alligators, kroko dillen en insecten. Een diepere indruk hebben de door Kellen donk "thuis in de studeerkamer" bijeengesprokkelde reisbabbels op mij niet achtergelaten. Dat ligt mogelijk aan de keuze, of anders: het gebrek aan keuze. Na zijn eigen, aardige maar vooral historisch-informatieve bijdra ge Bimini biedtxde samensteller ons een reeks proza en poézie over dit Amerikaanse schiereiland van vooral stokoude, lang ver gane en zelden interessante auteurs. Tussen de gedichten Florida van Elizabeth Bishop (een niet onwelluidende opening) en Walla ce Stevens' Het Florida van de geest (waarmee we via Key West in zee belanden) bevindt zich een chaotische verzameling bejaard, semi-bespiegelend proza. Historisch, en dan nog alleen voor monomane liefhebbers, boeiend zijn misschien dc opgewonden Indianenkronieken van 'El Inca' Garcilaso de la Vega (1539-1616) en Arnoldus Montanus (plm. 1625-1683), al is de laatste om de gehandhaafde archaïsche spelling moeizaam leesbaar; enge en vooral véél krokodillen baren voor de jeugdige lezer nog enig natuurhistorisch opzien in Ge pantserde monsters van William Bartram, een Engelse 18e eeu- wer, maar dan is de koek wel op. Bijeengesmokkelde fragmenten van Chateaubriand, een 19e- eeuws romantische bijdrage van Sidney Lanier, absoluut onbe nullige roddelstukjes van de zwarte schrijfster Zora Neale Hur- ston en afgrijselijke filosofische kletskoek van een anders toch gewaardeerd auteur als Henry James wat is dat alles vreselijk. Kellendonk heeft getracht zijn Florida-dromerijen in de wereld literatuur terug te vinden, en dat tevergeefs. Zijn "verhalen van een schiereiland" zijn literair belachelijk, zijn visie verwaait 'ins Blaue hinein' en zijn toeristische lezer blijft met lege handen ach ter. Moeizaam worstelt men het bundeltje door, zonder een spoor van beloning: Florida blijft een vlek, blind, in de Bos' Atlas. Een misiukte reis. ROB VOOREN Florida. Verhalen inleidend verhaal va: 1984, 25,-. Annie M.G. Schmió Sinds de Russische scenario schrijver van joodse afkomst Ed ward Topoi in 1978 zijn vader land verliet heeft hij drie thrillers geschreven. De eerste twee ('Het Bjelkin manuscript' en 'Het Rode Plein') kwamen, in samenwerking met een andere emigrant Neznanski, tot stand. Kennelijk heeft Topoi zich van deze partner losge maakt, want op de schreeuwend rode omslag van nummer drie ('Onder water') staat alleen de naam van Topoi. Deze scheiding der geesten is niet van invloed geweest op de kwaliteit van Topols werk, op nieuw heeft hij een intelligent en fascinerend boek afgeleverd. Door zijn achtergrond weet hij weer het verhaal te schragen met een opvallende kennis van za ken. Dat is dat wel nodig, want de gegevens waarmee hij zijn ge schiedenis opbouwt zijn weinig alledaags. Een Russische immigrant in Amerika wordt geteisterd door heimwee. Hij blijft dromen van een terugkeer naar Rusland. Die droom kan werkelijkheid wor den als hij ingaat op een aanbod van de CIA om de plaats in te ne men van een Russische kolonel, die uit de Sowjet-Unie wil en moet worden gesmokkeld. Om het allemaal echt te doen lijken krijgt de Amerikaanse Rus een aardige actrice naast zich, die voor zijn vrouw moet doorgaan. Een pas getrouwd paartje, op hu welijksreis naar Rusland. Natuurlijk loopt het niet zoals de CIA het gedacht en gehoopt had. Oh ja, de plastische ingre pen lukken goed. Immigrant en kolonel zijn niet meer van elkaar te onderscheiden. Maar het paar tje wordt inderdaad hopeloos verliefd, de Russische kolonel gaat op de kritieke momenten domme dingen doen en een Rus sisch ambtenaartje steekt overij verig een extra spaak in het wiel. Maar eigenlijk zijn die gebeur tenissen en de technische details niet zo bijster belangrijk. Topoi maakte een prachtig verhaal van hoop en wanhoop, van liefde en haat, van orde en chaos, van bit terheid en tederheid. Menselijke emoties in een meesterlijke mengeling. Huma ne gevoelens hebben geen schijn van kans tegen de meedogenloos malende machines van CIA en 'Onder water' door Edward Topoi, verschenen bij Uitgeve rij Veen, prijs 28,50. Apeliefde Een bekend Nederlandstalig thrillerauteur is de Vlaming John Vermeulen, die in 'Apelief de' weer zijn huisheld Ansen Wagner laat opdraven. Deze sympathieke man loopt lijnrecht in een wespennest als zijn hulp wordt ingeroepen door de directeur van een chemisch bedrijf die in moeilijkheden is geraakt omdat een werknemer een uiteraard niet legale proef met een waarheidsserum niet heeft overleefd. De directeur grijpt niet alleen naast de gehoopte vette winst, hij moet ook alle mogelijke kron kelweggetjes bewandelen om uit het doolhof waarin hij terecht is gekomen, te geraken. En die weg wordt nog moeilijker te vinden als een vertegenwoordiger van een zogenaamde 'dromenbank' zich als gids opwerpt. Het is bepaald geen rechtlijni ge weg die Vermeulen zijn direc teur laat volgen, temeer daar de ze wordt omringd door nogal wat vreemdsoortige figuren, zoals zijn mooie, maar verre van vrien delijke vrouw. En Ansen Wagner heeft naast de directionele problemen ook nog de zoete last van een veelei sende vriendin te torsen. Alles bij elkaar een origneel, levendig en actievol verhaal. 'Apeliefde' door John Vermeu len, verschenen bij Bruna. Prijs 19,90. 'Nederlandse thriller' staat er helder en duidelijk op de omslag van Walravens 'Dodenherden king'. Alsof het feit, dat we hier met een produkt van eigen bo dem te maken hebben, bij voor baat een aanbeveling inhoudt. Wat (helaas) niet altijd het geval is. Nu is Walravens verhaal beslist niet het slechtste in zijn soort. In tegendeel. Ook Walraven heeft zijn eigen privé-detective. Deze wat ijdeltuiterige, maar toch kleurrijke Charlie Allard krijgt opdracht een oud-verzetsstrijder op te sporen 'voor een reun Zijn wantrouwen jegens de op dracht blijkt al spoedig terecht, de opdrachtgever ligt de volgen de dag vermoord in zijn woning. Charlie 'verzuimt' de politie in te lichten en gaat op eigen houtje graven in het verleden. Natuurlijk brengt hij het pro bleem tot een overigens weinig verheffend goed einde. Een recht-toe-recht-aan speurders- verhaal, in robuuste volzinnen verteld. Voor liefhebbers van ac tie en avontuur een boekje, waar mee ze zich zich niet zullen ver velen. 'Dodenherdenking' door Wal raven, uitgegeven bij Loeb in Amsterdam. Prijs 16,50. KOOS POST Illustratie van Fred de de Heij uit Een winter om nooit te vergeten. 'Een winter om nooit te vergeten' is een mooi uitgevoerd jeugd boek dat zich het beste met rooie oortjes voor de cv gezeten laat le zen. Het boek verhaalt over twee gebeurtenissen die zich afspelen in een klein vissersdorpje aan een binnenzee (de oude Zuiderzee?) tijdens een ouder wetse, strenge winter. In de eerste geschiedenis ma ken we kennis met de schooljon gen Linge en zijn familie. Tijdens een fikse storm breekt de dijk door en stroomt het water onge hinderd het dorp binnen. Men sen en dieren kunnen zich ter nauwernood in veiligheid bren gen. Het tweede verhaal speelt een paar maanden later als het flink vriest. Het toont de plezierige ADVERTENTIE BOEKHANDEL LEIDEN - LEIDERDORP OEGSTGEEST - KATWIJK VOORSCHOTEN Alle op deze pagina besproken boeken zijn bij ons direkt lever baar, óf via onze TERMINAL te bestellen en dan binnen drie da gen verkrijgbaar. kanten van de winter (schaat spret), maar laat ook zien hoe verraderlijk het ijs kan zijn. Dat ondervindt Linge aan den lijve als hij met zijn vader en opa de bevroren binnenzee optrekt. Op de grote ijsvlakte raken ze elk ge voel van richting kwijt. En tot overmaat van ramp gaat het ijs scheuren De aankleding van beide ver halen mag duidelijk gedateerd zijn, de strekking is dat aller minst. Onlangs stond het nog in deze krant: op diezelfde binnen zee, inmiddels een meer, waren enkele mensen aan het schaatsen toen het ijs onder hun voeten plotseling brak. Machteloos dre ven zij op een schots weg. Auteur Jan Banen geeft met zijn boek een fraai beeld van een winter uit vroeger tijden. Hij richt zich op kinderen vanaf 7 jaar, die al kunnen lezen. Banen schrijft eenvoudig, in korte'zin nen, en vermijdt moeilijke woor den. Forse drukletters en ruime spatiëring vergemakkelijken het leesbeeld. Een goede opzet die hier en daar echter ontaardt in een soort staccato-proza: 'Hij staat weer. Stapt weer in de stroom. Stapelt weer zakken. Legt ze op elkaar'. Dat neemt niet weg dat juist deze simpele schrijfwijze het boek toegankelijk maakt voor veel kinderen, ook kinderen die nog niet zo goed kunnen lezen. Ondanks de beperkingen wat woordkeus en zinsbouw betreft heeft de schrijver kans gezien twee onderhoudende, zelfs span nende verhalen te maken. Verha len waarin niet alleen de onver mijdelijke kneuterigheid van vroeger doorklinkt, maar die ook iets laten zien van de saamhorig heid van mensen in ellendige tij den. Over illustrator Fred de Heij heb ik al eerder opgemerkt hem als een groot talent te beschou wen. Talent dat hij opnieuw met de tekeningen in dit boek be wijst. Een winter om nooit te vergeten, Jan Banen, ill. Fred de Heij, uitg. Holkema en Warendorf, f 17,50. Dierenverhalen 'Er ging geen dag voorbij' is iets voor de fijnproever Een bundel met negenveertig absur de dierenverhalen van Toon Tel- legen. Over de olifant, het hert, de walvis, maar vooral over de eekhoorn en de mier. Wie het klassieke 'Wind in de wilgen' met genoegen heeft gelezen, zal zeker ook deze bundel kunnen waarderen. De gebeurtenissen rond de eekhoorn zijn afwisselend ko misch en ontroerend en voorzien van een filosofische ondertoon. Alle dieren vertonen diep-men- selijke trekjes. Ze filosoferen over de zin van het leven, vieren feest, lijden aan Weltschmerz, hebben angsten enzovoorts. 'Ik doe mijn ogen dicht', zei de eekhoorn, 'en wat er dan gebeurt is altijd wonderbaarlijk'. Hij zat op de tak voor zijn deur en de wonderbaarlijke dingen begon nen meteen. De wind stak op, de tak wiebelde en de eekhoorn viel met gesloten ogen naar beneden. 'Heb ik geen gelijk?', zei hij te gen zichzelf. 'Nee, je hebt geen ge lijk', zei hij terug. Hij stoof over eind. Hoe kan ik nou denken dat wat er daarnet gebeurde niet wonderbaarlijk is? Hij draaide zich om, maaide wild met zijujjf- men orn zich heen, maar Wmxl zichzelf niet terug. Geen bundel voor een breed publiek dus. maar voor de lief hebber van het genre uiterst ver makelijke lectuur. Gelet op het taalgebruik richt de bundel zich op lezers vanaf 10 jaar, ook vol wassenen. Illustrator Jan Jutte dwingt bewondering af voor de knappe wijze waarop hij de verzinsels van Teilegen op een geheel eigen fantasierijke wijze heeft uitge beeld. Fr ging geen dag voorbij, Toon Tellegen, ill. Jan Jutte, uitg. Queri- do, f 19,50. MARGOT KLOMPMAKER "Haringen in sneeuw". Niet de wervende tekst van een 'koek en zopie', maar de titel van een ge dichtenbundel van Remco Ek- kers. 'Gedichten voor oudere jeugd', zo luidt de ondertitel. Voor volwassenen dus, voor 'gro te' mensen wier geest nog niet gekleed gaat in een krütstreepje. Ekkers schrijft opvallend veel over dieren, de zwijgende meer derheid van de schepping. Een aardig boekje, een vrolijke om slag, maar geen schokkende poé- zie. Misschien iets voor de lief hebber van zeebanket. Hier volgt het mooiste gedicht: "Twee paar den". "Twee paarden stonden te genover elkaar./ Het was lente en zomer tegelijk./ Tegenover en naast elkaar/ lente en zomer tege lijk./ Twee paarden met het hoofd/ tegen de hals van de an der./ Verloren in de warmte/ van het andere lijf/ kijkend naar de horizon./ Zo staan en het gras vergeten". Remco Ekkers. Haringen in de sneeuw, gedichten voor oudere jeugd, uitgeverij Leopold, Den Haag 1984, f 14.90.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 15