'Ik ben meer dan ooit vastbesloten om door te gaan' Henk Chin a Sen, verzetsleider tegen wil en dank ZATERDAG 12 MEI 1984 Extra PAGINA 23 Nu Suriname balanceert op de afgrond van een financieel-econom- isch bankroet, onder meer door de opschorting van de Nederlandse ontwikkelingsgel den, is er een nieuw offensief tegen voormalig premier en president Chin a Sen ingezet. Hoofdrollen daarbij worden gespeeld door mr. André Haakmat en de Nederlandse journalist Willem Oltmans. De eerste proclameerde enkele weken geleden het „Amsterdams Volksverzet" en sprak zich bij die gelegenheid uit voor een dialoog tussen Bouterse en het Surinaamse verzet in Nederland. In dat verband pleitte Haakmat voor een alomvattend onderzoek naar de toedracht van de moorden van december 1982, waarbij ook de betrokkenheid van Chin a Sen en Roy Horb bij de CIA-plannen om Bouterse uit de weg te ruimen betrokken zouden moeten worden. Oltmans schreef in februari van dit jaar een boekje over Bouterse, waarin de Surinaamse bevelhebber omstandig mocht uitleggen dat Chin a Sen en Horb met de CIA tegen het militair gezag aan het ageren waren. Vorige week verscheen in het weekblad Panorama een 'dossier' van dezelfde Oltmans waarin hij opnieuw beweert dat „oud-president Henk Chin a Sen en wijlen majoor Horb nauwe contacten onderhielden met de Amerikaanse inlichtingendienst CIA teneinde met vereende krachten de Surinaamse revolutie de nek om te draaien". Na lang aarzelen heeft Chin a Sen besloten te praten. Een exclusief interview over de reis van Horb naar Pittsburg, over de zogenaamde banden met de CIA, over Haakmat, over zijn regeringsperiode en over zijn ambivalentie als verzetsleider. Henk Chin a Sen: "Vroeg of laat zullen ze allemaal door de mand vallen door Ruud de Wit „Die man verkeert in dezelfde positie als ik. Hij is ook op zoek naar iemand die bereid is deze hondenbaan te ver richten". Henk Chin a Sen (50) ondersteunt het hoofd met zijn handen en kijkt nauwlettend naar de televi sie. PvdA-fractieleider Joop den Uyl becommentarieert in het NOS-journaal het bericht dat zijn gedoodverfde opvol ger Van Kemenade niet be schikbaar is om zijn plaats in te nemen, mocht hij deze zo mer besluiten terug te treden uit de Tweede Kamer. Ambivalentie kan Chin a Sen niet ontzegd worden. Politiek oner varen werd deze internist, ver bonden aan het Sint-Vincentius- ziekenhuis te Paramaribo, na de staatsgreep van 25 februari 1980 aangezocht als minister-presi dent. Na het gedwongen aftre den van Ferrier werd hij op 13 augustus van hetzelfde jaar ook president. Bijna twee jaar lang trachtte hij de militairen onder leiding van Bouterse en hun linkse adviseurs in toom te hou den. Maar zijn streven om in ok tober 1982 verkiezingen te laten plaatsvinden werd hem fataal. Bouterse dwong hem af te treden en liet hem met een lening van 40.000 gulden naar Pittsburg in de Verenigde Staten vertrekken om zich daar verder te bekwa men als internist. Na de moord op 15 Surinamers in december '82 kwam Chin a Sen naar Nederland om zich aan het hoofd van het verzet te plaatsen. Sindsdien wordt hij door Bouter se als staatsvijand nummer één beschouwd en stelselmatig uit gemaakt voor handlanger van de CIA en ondersteuner van het im perialisme. Het is met tegenzin, dat Chin a Sen op de beschuldigingen ingaat. Er is volgens hem een duidelijke lijn in te bespeuren. „Het enige wat nu nog moet gebeuren, is dat ze kunnen aantonen dat ik met behulp van de CIA op 8 decem ber 1982 in het geheim ben door gedrongen tot Fort Zeelandia en daar eigenhandig die vijftien mensen heb doodgeschoten". „Ik heb overigens nog nooit zoveel reacties gehad op een artikel als op die publikatie van Oltmans in Panorama. Ze moeten heel wat extra exemplaren hebben ver kocht. De telefoon heeft hier roodgloeiend gestaan. Span een proces aan tegen die man, zegt men. Maar wat moet ik met een proces? Het gaat allemaal over de hoofden van de Surinaamse bevolking, die het toch al zo moeilijk heeft onder de dictatuur van Bouterse". Leugens Vervolgens over André Haakmat: „Iedereen zegt dat ik wat tegen die man moet doen. Ik vind het vervelend tegen hem in te gaan. Het is net alsof je rechtvaardi ging zoekt. Maar dat niveau van die man, zijn intriges, zijn machtsspelletjes, zijn leugens. Toen ik afgestudeerd was als in ternist, ben ik direct terugge keerd naar Suriname, tewijl ik mensen behandelde in de volks wijken en in het district. Toen ik ploeterde in Suriname, zat deze meneer bij de vleespotten van de welvaart van de aardgasopbreng sten. En dan beweert Haakmat nu dat hij net als Bouterse uit de onderkant van de samenleving komt. Allemaal flauwekul en re- thoriek". De jurist André Haakmat werd door Chin a Sen direct na de aan vaarding van het minister-presi dentschap als persoonlijk advi seur naar Paramaribo gehaald. Tot dat moment was Haakmat inspecteur van het onderwijs te Amsterdam. Chin a Sen en Haak mat waren oude vrienden. Ze kenden elkaar uit hun studen tentijd. Chin a Sen was indertijd voorzitter van de vereniging Ons Suriname, Haakmat was daar se cretaris en ex-premier Neijhorst was penningmeester. „Het terughalen van Haakmat naar Suriname is een van mijn groot ste fouten geweest. Wij stonden toen nog open voor nieuwe men sen. Iedereen moest een kans krijgen. Haakmat had in Surina me overigens al veel vijanden. Vakbondsleider Derby en forma teur Bruma waarschuwden me voor hem. Ze vonden hem een machtswellusteling. Maar ik was politiek onervaren en ik had ook weinig vertrouwen in Bruma. Vanaf het moment dat Haakmat in Suriname was, is hij bezig ge weest zijn eigen macht te vergro ten. Tegen mij zei hij dat ik moest aftreden omdat de militai ren me alleen maar gebruikten. Maar de militairen raadde hij aan me af te zetten omdat ik rechts was, de revolutie tegenwerkte en weekhartig was. Die man is zo verbaal begaafd. Ik heb hem eens in de ministerraad een plei dooi horen houden dat wij ons op Cuba moesten richten, want zonder Cuba zouden we verloren zijn. Een tweede week later kon hij staalhard het omgekeerde be weren, want juist met Cuba zou den we verloren zijn". Druppel Volgens Chin a Sen was het al snel duidelijk dat Haakmat er slechts op uit was zijn eigen positie te versterken. Rond augustus 1980 probeerde hij de militairen ervan te overtuigen dat hij een veel be tere premier was en dat Chin a Sen maar ceremonieel president moest worden. Die machtsgreep mislukte, maar Haakmat hield er een superministerschap aan over. Hij werd minister van bui tenlandse zaken en justitie. Gedurende deze periode van vier maanden ging hij zoveel moge lijk zijn eigen gang. Tijdens mijn afwezigheid schreef hij op een ochtend een anti-stakingsde creet, dat ik vervolgens weigerde te ondertekenen. Openlijk viel hij collega's als Kamperveen en Rusland af. De druppel die de emmer deed overlopen, was een incident begin januari 1981. Ik had opdracht gegeven om ko pieën te laten maken van alle te lexen die binnenkwamen en uit gingen. Op een gegeven moment stuitte ik op een telex van Inter pol die drie dagen oud was. Hier in werden vijf namen genoemd van mensen over wie Interpol in lichtingen vroeg vanwege een onderzoek naar een drugslijn, die liep van Amsterdam via Cu racao naar Paramaribo. Haak mat, die minister van justitie was, had hier niets mee gedaan. Ik liet hem direct komen, maar hij maakte zich er aanvankelijk van af. Toen hij uiteindelijk op zijn kantoor verscheen, had ik ondertussen het hoofd van de re cherche laten komen. In het bij zijn van de ministers Ataoellah en Kamperveen heb ik hem hier over ondervraagd. Onmiddellijk hierna gaf hij echter een perscon ferentie, waarop hij informatie over de telex van Interpol ver strekte en aankondigde dat mr. Ramnewash over twee weken naar Nederland zou afreizen in verband met dit onderzoek". 'Op 6 januari hebben we hem in de ministerraad ter verantwoording geroepen omdat hij een gerech telijk onderzoek frustreerde en de hem opgelegde geheimhou ding had geschonden. Haakmat moest vervolgens aftreden. Ik kan dc namen die op het oorspronke lijke telexbericht stonden, hier niet noemen, maar het zal duide lijk zijn dat het mensen waren die Haakmat nog uit zijn Neder landse tijd kende. Later zou Haakmat verklaren dat het hier mensen betrof die mijn vrienden waren en dat hij door de medede lingen op de bewuste persconfe rentie mij had willen bescher- Oltmans Over de door met name Oltmans aangevoerde beschuldiging dat Chin a Sen en Horb zouden heb ben samengewerkt met de CIA teneinde Bouterse uit de weg te ruimen, kan Chin a Sen slechts schamper lachen. „Ik ken die Oltmans niet. Hij heeft me nooit gebeld of dingen bij me gecon troleerd. Met deze man is er dui delijk sprake van kwaadaardige bedoelingen". "Neem die twee foto's bij zijn arti kel in Panorama. Die moeten be wijzen dat Horb en ik contact hebben gehad met de CIA. Op de ene foto staat behalve een lijf wacht van Horb en diens advi seur Seedorf ook Edgar Amanh afgebeeld, de huidige directeur- generaal van het Surinaamse mi nisterie van buitenlandse zaken. Er staat ook nog een vrouw op van wie door Oltmans wordt be weerd dat het een met de CIA ge lieerde dame is. Waarom vraagt Oltmans niet bij die Amanh in Paramaribo wie zij eigenlijk is? Die andere foto is nog fraaier. Het onderschrift luidt: Lunch in de Verenigde Staten tijdens de geheimzinnige reis van Roy Horb naar Chin a Sen, met wie de majoor hier een onbekende „Amerikaan" flankeert. Nou, die onbekende blanke Amerikaan is niemand minder dan de ook in Suriname bekende public-rela tions officer van het Amerikaan se bauxietconcern Alcoa, en dat is namelijk de Nederlander Daan Hillen". In de beschuldiging van Oltmans aan het adres van Chin a Sen en Horb over de contacten met de CIA speelt de reis van Horb naar Pittsburg in oktober 1982 een be langrijke rol. Chin a Sen woonde op dat moment al in Pittsburg. „Begin september 1982 ben ik vanuit Pittsburg naar Paramari bo gevlogen en wel om twee re denen. Allereerst moest ik een aantal financiële zaken regelen. Mijn huis was verkocht en ik had nogal wat spullen in Suriname achtergelaten. Maar ik was ook ingeseind dat er een lastercam pagne tegen mij was begonnen. Vrienden van mij zouden geld hebben ontvreemd bij het zoge naamde Jaikreek-Phedra-pro- ject, en dat geld zouden zij naar mijn adres in Amerika hebben overgemaakt". "Ik heb hierover met premier Neij horst gesproken en met de waar nemend president Ramdat Mis- ier. Ik heb gezegd: Jullie moeten deze kwestie tot de bodem uit zoeken en de uitslag publiceren. Het is uitgezocht, maar de resul taten zijn nooit in de openbaar heid gekomen. Later heb ik ver nomen dat de minister van ener gie en opbouw, Tjon Kie Sim, schriftelijk aan het Amerikaanse bedrijf dat belast was met de uit voering van het project, heeft la ten weten dat er niets onregelma tigs had plaatsgevonden". Vakantie „In een gesprek met Bouterse en Horb kwam toen ook ter sprake dat Roy Horb er zo slecht uitzag en totaal uitgeput was. Ik heb hem toen uitgenodigd om bij mij in Pittsburg op vakantie te ko men. Roy was ook nog nooit in het buitenland geweest. Bouter se was het hiermee eens. Kijk, het is niet zoals Oltmans beweert in zijn stuk in Panorama. Ik heb zijn familie nooit behandeld, maar Horb woonde tegenover mijn schoonmoeder en die woonde weer twee blokken bij ons vandaan. Toen ik als pas af gestudeerde arts in Paramaribo terugkeerde, deed hij wel eens klusjes voor me of kwam bij ons babysitten". ,In oktober '82 kwam Horb dan naar Amerika. Hij was op terug reis uit Noord-Korea. In zijn ge zelschap' bevonden zich vijf lijf wachten, zijn adviseur Seedorf en gedurende enige dagen ook de fotograaf-uitgever Dubois, die al jaren voor Bouterse actief is. Toen Horb uit het vliegtuig stap te, zwaaide hij met een envelop. Ik heb een verrassing voor je, zei hij. Dat was het zogenaamde Ak koord van Wedersorg, dat de te rugkeer naar de democratie zou moeten inluiden. Haakmat, Horb en Bouterse waren tien punten overeengekomen toen de sta kingsacties van vakbondsleider Daal dreigden te escaleren. Horb wist dat ik mets liever had dan de terugkeer naar de democra tie". .Natuurlijk hebben wij in Pitts burg gepraat over de situatie in Suriname. Horb vertelde over de grote invloed van de PALU en de Revolutionaire Volkspartij. Hij heeft nooit onder stoelen of ban ken gestoken dat hij een hekel had aan die linkse jongens, maar het woordje coup heb ik nooit uit zijn mond gehoord, en van CIA- contact is helemaal geen spra ke". „Tijdens zijn verblijf in Amerika belde Horb dagelijks met Bou terse. Bouterse wist als het ware wanneer Horb naar de super markt ging. Wat me opviel in Pittsburg, was de trouw van Horb aan de bevelhebber. Het was in diezelfde tijd dat de pre mier van Grenada, Maurice Bi shop, een bezoek aan Suriname bracht. Daal hervatte toen zijn acties en de chaos in Suriname was groot. Bouterse vond het niet nodig dat Horb terugkeerde naar Paramaribo, maar Horb stond er op. Als tweede man van Suriname, want zo noemde hij zich graag, kan ik niet afwezig zijn als mijn land door zo'n crisis gaat". Doe iets „Bij zijn terugkeer kreeg hij van Bouterse groen licht om met Daal en de Moederbond een op lossing te creëren. Pas toen bleek dat Daal Haakmat, die toch advi seur was van de Moederbond, in het geheel niet op de hoogte had gesteld van de inhoud van het Akkoord van Wedersorg Daal zou vervolgens aan Horb verkla ren dat hij, als hij op de hoogte was geweest van het Akkoord van Wedersorg, zijn stakingsac ties achterwege had gelaten. Uit eindelijk is dit akkoord niet doorgegaan, omdat Horb er wei nig voor voelde om Haakmat de nieuwe minister-president te la ten worden". „Ondertussen hadden de linkse ad viseurs van Bouterse deze zo ver weten te krijgen een andere weg in te slaan dan die van de terug keer naar de democratie. De di recte aanleiding was het bezoek van Bishop. Dit was voorbereid door diens minister Coard, de zelfde die vorig jaar Bishop liet vermoorden. Deze Coard had in Paramaribo openlijk verklaard dat de regenng-Neijhorst geen revolutie maakte en dat er drasti sche maatregelen moesten wor den genomen. Bishop zei het zelf nog eens duidelijker: The revolu tion is no tea-party. We have to eliminate those who are not with you, otherwise they eliminate you. En de Cubaanse ambasa- deur Cardenas voegde hier nog aan toe, verwijzend naar vak bondsleider Daal: Bevelhebber, you have to do something with this man. Toen Bishop terug keerde naar Grenada, heeft Bou terse hem uitgeleide gedaan. Toevallig stond er een microfoon open, en terwijl Bouterse Bishop de hand drukte, zei hij dat er op korte termijn wel degelijk maat regelen zouden worden geno men tegen zogenaamde contra revolutionairen". „Als ik terugkijk op die periode, kan ik niet anders dan constate ren dat wat op 8 december 1982 is gebeurd, gegroeid is in de geesten van die mensen. Op een bepaald moment moeten de mili tairen en die PALU/RvB-jongens hebben gezegd: Inderdaad, er moet iets gedaan worden. Ver volgens is er een selectie van slachtoffers gemaakt, waar schijnlijk op basis van haat en angst". Veel gebeurd Over de periode dat Chin a Sen premier en president was, laat Oltmans zich eveneens laatdun kend uit. „Juist tijdens mijn be wind is er veel gebeurd. De echte Surinaamse revolutie werd door ons gemaakt. We hebben 2054 volkswoningen opgeleverd, ter wijl er slechts duizend waren be loofd. Er is een nieuw grondbe leid gekomen, waardoor ruim vierduizend kleine boeren titel op hun grond kregen. We zijn ge start met het staatsziekenfonds en hebben de sociale uitkeringen verhoogd. Er is een rechtvaardi ger belastingsysteem ingevoerd en we hebben een concept grondwet aangeboden. Op mijn verjaardag, in januari 1982, kon digde ik aan dat het einde van mijn interimperiode nabij was en dat ik weer terug wilde naar het ziekenhuis om mijn beroep als internist te hervatten. Het was toen, dat Bouterse zei dat ik niet mocht verdwijnen, maar twee maal twee jaar zou moeten aan blijven". „Op diezelfde verjaardag kwamen zo'n 20.000 Surinamers mij felici teren. In feite werd mijn verjaar dag aldus een politieke manifes tatie tegen de militairen, want of ficieel was er een vergader- en demonstratieverbod. De volgen de dag stonden de adviseurs van Bouterse reeds bij hem op de stoep en zij hebben hem ervan kunnen overtuigen dat er sprake was van een massabeweging on der mijn leiding tegen de bevel hebber. En daarom moest ik weg en verdween mijn concept grondwet in de prullenbak". „Natuurlijk heb ik in mijn regeer periode ook fouten gemaakt. Neem bijvoorbeeld het bijzonder rechtscollege. Ook al zo'n brouw sel van Haakmat. Dat moest zich bezighouden met corruptiege vallen. Ik ben daar mede schul dig aan geweest. Er is veel leed aan mensen toegebracht, terwijl het niets heeft opgeleverd behal ve een klein aantal flutgevallen". Door de mand De afgelopen maanden heeft Henk Chin a Sen op het punt gestaan uit de voorlinie van het verzet te rug te treden. „Als voorzitter van de Raad voor de Bevrijding van Suriname sta je onder grote druk. Je wordt aangevallen en bekritiseerd Je verwaarloost je gezin en je privéleven. Je moet ook leven. Ik ben bezig geweest met een baan in Indonesië. Maar elke keer gebeurde er weer wat waardoor het onmogelijk was op te stappen. Nu ben ik meer dan ooit vastbesloten om door te gaan met het verzet. Van mijn spaarcenten kan ik het nog wel twee jaar volhouden. Nu de ter reur in Suriname toeneemt, kan ik niet zomaar van het toneel ver dwijnen". „Ik had het ongetwijfeld beter kunnen hebben als ik had mee gedaan met Bouterse. Direct na de decembermoorden liet hij me via Herrenberg, de huidige am bassadeur van Suriname in Ne derland, weten dat ik naar Suri name kon terugkeren in welke baan dan ook. Ik heb echter voor de moeilijke weg gekozen en ik ben ervan overtuigd dat het ver zet in Suriname groeit. Want dat is de tragiek van Bouterse. Hij heeft de massa nooit achter zich kunnen krijgen. De mensen die hem steunen, lopen rond met een historisch trauma waar ze niet bovenuit 'kunnen groeien. Die roepen geesten op die ze straks niet kunnen bezweren. Dat zyn de mensen die aan ne gers leren dat iedereen die blank is een uitbuiter en een imperia list is". „En dan praat ik nog niet eens over die narcissusfigurcn die verliefd raken op hun eigen spiegelbeeld, waardoor ze vervreemd raken van zichzelf en hun medemens. Het zijn allemaal toneelfiguren. Voor mij is het leven als een soort toneel dat aan ons voorbij trekt. en je herkent dan al deze figuren. Dit zijn de mensen die liegen. En ze zullen zich op den duur te veel moeten onthouden, want vroeg of laat zullen ze alle maal door de mand vallen". „De laatste tijd heb ik veel gelegen heid gehad om te lezen. Van Freud en Darwin heb ik geleerd dat iedere generatie weer zal moeten vechten tegen barba-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 23