Jammer dat het voorbij is'
De sterrenhemel van Michelin
Fz
Vier streekgenoten over het ondergaan van alternatieve straf
ZATERDAG 14 APRIL 1984
PAGINA 2!
Steef is 21. Honderd vijftig uur
bracht hij eten rond in een
ziekenhuis. Eerst een halve
dag bij z'n baas werken, dan
25 kilometer in de auto op
weg naar de alternatieve
werkgever. De benzinekos-
ten kwamen voor zijn eigen
rekening.
"Daarom", mompelt hij, "werd
je er steeds weer aan herin
nerd waaróm je in de wagen
zat. Zeker als je dat wijzertje
van de benzinemeter snel
naar nul zag gaan en je kreeg
er geen cent voor terug. Ja,
dan stond je heus wel even
stil bij wat je had gedaan."
Een jaar lang was Steef op de roof-
toer. Geen auto-onderdeel was
veilig voor hem. Of het nu een
radio was of een sierstrip, het
maakte weinig uit. Steef kon al
les gebruiken. De politie pakte
hem en de rechter veroordeelde
hem tot vier maanden gevange
nisstraf. Steef ging in hoger be
roep. De celstraf werd omgezet
in een alternatieve straf: hon
derdvijftig uur dienstverlening
in een ziekenhuis.
Alle arrondissementen experimen
teren volop met alternatieve
straffen. De veroordeelden hoe
ven niet de cel in, maar verrich
ten hand- en spandiensten in zie
kenhuizen, bejaardenhuizen,
kindertehuizen. Kortom, in veel
gevallen sociale instellingen die
klusjes te doen hebben waar zij
zelf niet aan toekomen. De alter
natieve strafformule blijkt een
succes te zijn. In negen van de
tien gevallen worden de strafu-
ren uitgediend. Maar de proeftijd
loopt gewoon door. Als stok ach
ter de deur.
Koffie
De politie had al zeker een kwar
tier op nauwelijks een steenworp
afstand staan kijken. Maar Tom
(21) en zijn makkers hadden niks
in de gaten. En ook niet de maat
die op de uitkijk stond. Het busje
werd tot het laatste pak koffie
leeggehaald. Toen Tom en zijn
vrienden de buit in hun auto
laadden, grepen de agenten in.
Tom, een rustige en bescheiden
jongen zo op het eerste gezicht,
draagt in het linker oor een rin
getje. Als hij lacht wordt een
gouden hoektand zichtbaar. Be
scheiden, alsof hij er zelf niets
aan kon doen, haalt hy z'n schou
ders op. "Wat moest ik?", vraagt
hij verontschuldigend. "Ik kon
niet werken, omdat ik een onge
luk bij mijn baas had gehad. De
arts weigerde me arbeidsonge
schikt te verklaren. Echt, ik zat
met m'n handen in het haar. De
huur van mijn flat kon ik niet
meer betalen en ik had nog
veel meer schulden. Het was
kiezen of delen. Achteraf zeg ik:
ik heb voor het slechtste geko
zen. Maar ik was dolblij dat ik
voor een alternatieve straf in aan
merking kwam. Alles is beter
dan opgesloten zitten in een cel.
Je was 's avonds thuis, je kon op
een baan af, noem maar op. Een
zegen, die dienstverlening."
Tom kwam in een kindertehuis te
recht. Deed wat schilderwerk en
reed later zelfs met de kinderen
naar een zwembad in de buurt.
Speelde daar een uurtje met ze
en bracht ze met z'n eigen wagen
weer thuis. De contacten zijn er
nog altijd. Af en toe wipt Tom 's
middags even binnen en drinkt
samen met de leiding van het te
huis een kop thee. Pas nam hij
nog een paar blikken verf mee.
Voor een andere alternatief ge
strafte die het estafettestokje van
Tom heeft overgenomen.
Ingeburgerd
Alternatieve straf. Anders gezegd:
de gestrafte doet boete zonder
dat hij wordt opgesloten of een
geldbedrag moet betalen. Het be
grip raakt langzamerhand inge
burgerd. Tien jaar geleden wer
den de eerste gedachten over de
ze vorm van straf op papier ge
zet. Van een tekort aan cellen
was toen nog geen sprake. Dat
ging pas in het begin van de ja
ren tachtig een woordje mee
spreken.
Aanvankelijk was de dienstverle
ning voor volwassenen bedoeld,
maar nu komen ook minderjari
gen er voor in aanmerking. De
opgelegde straf mag sinds kort
de drie maanden (was een half
jaar) niet overschrijden. Bij de
kinderen (12 tot 18 jaar) staat
vooral het opvoedkundig aspect
voorop. Direct en zinvol straffen.
En als het even kan de kinderen
confronteren met hun wange
drag.
Meestal lukt dat niet. Een enkele
keer werd een zogenaamde 'po
tenrammer' - iemand die een ho
mofiel in elkaar had geslagen -
tewerkgesteld bij het COC. Maar
die werkzaamheden zijn omstre
den. Omdat het van de rechter
moet, accepteren de 'rammer' en
het COC elkaar. Maar'verder ook
niet. Reclassering en justitie pra
ten overigens liever niet over die
problemen.
Emoties komen opnieuw naar bo
ven als Tom (37) zijn verhaal
doet. Zijn vrouw liet hem voor
een ander in de steek. Tom
moest zijn werk opgeven. De
zorg voor zijn twee kinderen -
een van vier jaar en een van zes
maanden - kwam nu op zijn
schouders terecht.
De gedachte dat zijn vrouw hem
liet vallen kon hij niet verkrop
pen. Intensief zocht Tom. Maak
te gebruik van zijn 'bakkie' en
kwam heel snel achter de ver
blijfplaats van zijn vrouw en haar
nieuwe minnaar. Geen moment
dacht hij aan de gevolgen, stapte
in z'n auto en stoof naar het adres
waar beiden op dat moment ver
bleven. Tom koelde zijn woede
op zijn rivaal.
Alweer vier jaar
experimenteert het
ministerie van justitie
met het opleggen van
zogenaamde
alternatieve straffen.
Dat experiment houdt
in dat
onvoorwaardelijk
gestraften in plaats
van een verblijf in een
cel zich nuttig maken
in bijvoorbeeld de
bejaardenzorg of de
natuurbescherming.
Zo'n twintig procent
van de
onvoorwaardelijk
gestraften kwam tot nu
tóe in aanmerking voor
deze vorm van
gedwongen
dienstverlening; over
het algemeen mensen
die voor het eerst met
justitie in aanraking
kwamen. Rechters,
officieren van justitie,
advocaten en
reclasseringsmedewer-
kers noemen het
experiment tot nu toe
een redelijk tot groot
succes. Wat vinden de
gestraften er zelfvan?
Jan Westerlaken sprak
met vier streekgenoten
die een alternatieve
straf ondergingen.
door
Jan Westerlaken
Zes weken
De rechter veroordeelde hem tot
zes weken cel. Tom vroeg om een
alternatieve straf. Zo geschiedde.
In het plassengebied van Nieuw
koop moest hij acht dagen kar
weitjes opknappen.
Over die straf is Tom alleen maar
enthousiast. "Op" deze plek had
den ze me best een half jaar mo
gen neerzetten. Wat wens je nou
nog meer? Werken aan het water
middenin de natuur. Prachtig
toch? Bovendien was de sfeer
onderling prima. Wanneer je
diep in m'n hart kijkt, dan zeg ik:
eigenlijk was dit geen straf. Weet
je wat ik zo leuk vind? De men
sen hebben gevraagd of ik van de
zomer nog eens terugkom om
een handje te helpen. Op vrijwil
lige basis, hè? Ik ben vast van
plan om daar gehoor aan te ge
ven. Tenminste", voegt hij er met
enige reserve aan toe, "als mijn
uitkering niet in gevaar komt."
Enthousiasme, zij het wat gematig
der, ook bij Rob. Hij is negentien
en kwam al eens eerder met jus
titie in botsing. De cel was voor
hem geen onbekende omgeving.
Rob stal en verkocht. Tot iemand
hem verlinkte. De poütie reken
de hem in. De officier van justitie
vroeg drie maanden gevangenis
straf maar kon zich uiteindelijk
verenigen met achttien dagen
dienstverlening. Een verpleeg
huis voor demente bejaarden
had wel wat voor hem te doen.
Rob, nog immer zonder werk, leeft
van een uitkering. Geld dat hij
tot de laatste cent thuis moet in
leveren. Ook toen hij werd ge
straft was dat het geval. Zijn
moeder, die gescheiden van z'n
vader leeft, zat krap bij kas. Elke
cent was welkom. Om wat geld
op zak te hebben ging Rob op het
dievenpad.
Kaartje
Het opgelegde baantje vervulde hij
naar behoren. Met een van de be
woners van het verpleeghuis
groeide een band. Rob ging af en
toe eens met de bejaarde man va
ren in zijn speedboot en tracteer-
de hem wel eens op een borrel.
Soms ging hij met hem naar Am
sterdam en maakte een boot
tochtje door de grachten. Maar
aan de dienstverlening kwam
een einde. Heeft hij nog altijd
contact? "Met de feestdagen",
vertelt Rob, een forsp knaap met
blonde haren, "stuurt die man
me nog geregeld een kaartje. Ja,
dat stel ik erg op prijs. Echt waar.
Toen ik daar kwam werken heb
ik ook meteen verteld waarom.
Niemand heeft me ooit'scheef
aangekeken. Ik kan niet anders
zeggen dan dat ik uitstekend ben
opgevangen. Daar heb ik bijzon
der veel waardering voor."
Steef deed precies hetzelfde. Ver
telde zijn directe 'collega's voor
tijdelijk' waarvoor hij kwam. An
deren, op wat grotere afstand,
liet hij gissen. Zowel Rob als
Steef viel in de smaak. Rob kon
zo blijven, maar miste tot zijn
grote spijt de nodige papieren.
Steef, zo liet men weten, kon in
dienst treden zodra er een baan
tje vrij was.
Alternatieve straf. Voor het viertal
uit de Leidse regio was het een
uitkomst. Allemaal hebben ze
een dwaling gemaakt. Een dwa
ling die zij zo gauw mogelijk uit
hun leven willen bannen.
Moesten ze hard werken? Harder
dan de andere werknemers?
"Nou, nee", reageert de 21-jarige
Tom, "dat kan ik niet zeggen. Je
werkt gewoon door, net als ieder
een. Kijk, je hoeft je niet te plet
ter te werken, maar andersom,
de kantjes eraf lopen, is natuur
lijk ook niet nodig. Lekker bezig
zijn stond bij mij voorop. Dan
was de tijd voorbij voordat je er
erg in had."
Extra straf
Beide werkloze 'Tommen' dienden
hun alternatieve straf met plezier
uit. Mochten even ruiken aan
wat werken was. Daarna was het
afgelopen. Gedwongen terug
naar het niets doen. Was die erva
ring voor hen niet een vorm van
éxtra straf?
De jongste Tom schudt wat met
het hoofd. Na enige aarzeling:
"Ik vond het wel jammer dat ik
daar weg moest. Je was net aan
het ritme gewend: vroeg naar
bed, op tijd opstaan, op geregel
de tijden eten. Ja, en dan is het
plotseling voorbij. Val je weer in
je oude doen en laten. Uitslapen,
ongeregeld leven. Nee, absoluut
niet leuk. Zo nu en dan ga ik nog
wel eens een keertje op bezoek,
maar dat is toch anders dan wan
neer je daar voor vast werkt."
De oudste Tom: "Bij mij Ligt het
allemaal wat anders. Ik kwam
van de ene op de andere dag met
twee kleine kinderen alleen te
staan. Ik héd werk, maar kon die
kleintjes toch niet aan hun lot
overlaten? Aan de andere kant
ben ik zielsgelukkig dat ik er zo
genadig van af gekomen ben.
Stel je voor dat ik inderdaad zes
weken de gevangenis in had ge
moeten. Waar had ik in die tijd
mijn kinderen moeten onder
brengen? Geen idee. Als je het
goed bekijkt ben ik een spekko-
per."
Dienstverlening als straf. De kos
ten die men moet maken om bij
de 'alternatieve baas' te komen,
moet men zelf betalen. Voor het
werk wordt geen salaris uitge
keerd. Terecht?
Drie van de vier huldigen hetzelfde
standpunt: ze hebben iets ge
daan dat de wet verbiedt, daar
moeten ze voor bjoeden. Er beter
van worden, in de vorm van een
salaris, hoeft voor hen niet. "Je
ondergaat een straf', oordeelt de
oudste Tom, "daar hoef je toch
niet beter van te worden? In mijn
ogen zou het te zot zijn als je voor
die dienstverlening ook nog eens
een keer geld zou incasseren."
Beter
De beurzen moeten gesloten blij
ven, aarzelt de jongste Tom. "Al
ternatieve straf is in alle gevallen
beter dan de bajes in. Daar kun je
voor misschien een piek per dag
knijpers gaan zitten maken. Ik
denk dat je daar ook geen kick
van zal krijgen."
Steef komt wat feller uit de hoek
op dit punt. "Mensen die een
normale baan hebben, net als ik
dus, worden dubbel gestraft. Al
heb ik maar een baan voor halve
dagen, 's middags moest ik er
toch mooi op uit. Tot diep in de
avond. Ik maakte in die tijd der
tien uur op een dag. En ik moest
ook nog zelf voor de reiskosten
opdraaien. Nou, dat gaat me net
iets te ver."
Steef beseft echter wel, dat wan
neer hij niet in aanmerking zou
zijn gekomen voor alternatieve
straf, hij zijn baan wel eens kwijt
geweest zou zijn. Toch houdt hij
staande zwaarder belast te zijn
geweest dan het drietal dat op
dat moment niets anders om
handen had dan er voor te zorgen
dat de dienstverlening naar be
horen werd uitgevoerd.
Steef heeft wél de -wrange vruch
ten van zijn daden mogen proe
ven. Zijn vorige werkgever liet
geen mogelijkheid onbenut om
hem aan zijn 'verleden' te herin
neren. Hij verdiende minder dan
het minimum; als er een ex
traatje werd uitgekeerd werd
Steef overgeslagen. Vroeg hij
naar het waarom daarvan, dan
kreeg Steef steevast te horen:
"Je mag blij zijn dat je hier nog
werkt".
Nu zegt Steef: "Ik ben er gewoon
weggetreiterd. Zelfs bij m'n laat
ste afrekening probeerden ze me
nog te pakken. Ik kreeg twee
honderdvijftig gulden te weinig
in mijn loonzakje. Pas toen ik er
mee naar het hoofdkantoor stap
te, verontschuldigde men zich
met de opmerking, dat de boek
houder zich had vergist."
Referentie
Stel dat zij in het burgerleven een
baan aangeboden zouden krij
gen, zouden ze dan de alternatie
ve baas als referentie gebruiken?
De oudste Tom heeft er een uit
gesproken mening over. "Dat
kun je niet maken. Waarom niet?
Omdat die baas je echte baas niet
is. Je hebt wel bij hem gewerkt,
maar dat was gedwongen. Als je
nu een jaar of drie bij hem in
'dienst' zou zijn geweest, ja, dan
lag het wat anders. Dan kon die
baas weten wat hij aan je had. Na
zo'n korte periode is dat niet mo
gelijk. Zoals in mijn geval
(slechts acht dagen dienst verle
nen) zie ik dat zeker niet zitten.
Kijk je naar de andere kant, dan
moet je je toch ook afvragen of
die alternatieve baas het wel
goed zou vinden als je zijn naam
als referentie zou gebruiken.
Nee, er zitten te veel haken en
ogen aan om dat te doen."
De jongste Tom denkt daar anders
over. Wat aarzelend: "Wanneer ik
een waterdichte afspraak met die
baas zou kunnen maken, waar
om zou ik daar dan geen gebruik
van mogen maken? Als me dat
een baan zou opleveren vond ik
dat best het overwegen waard.
Maar er moeten duidelijke af
spraken worden gemaakt: je
hebt vrijwilligerswerk voor hem
gedaan en over het verleden
moet niks gezegd worden. Een
baas die hoort dat je met justitie
in aanraking bent geweest, knalt
direct de deur dicht." Relative
rend voegt hij er aan toe: "Het is
natuurlijk wel een uiterst gevoe
lige kwestie. Het vertrouwen tus
sen de alternatieve baas en de ge
strafte moet optimaal zijn. Lekt
er van die 'overeenkomst' ook
maar een druppel uit, dan kun je
een boel narigheid krijgen."
De bedoeling van alternatieve straf
is dat de gestrafte iets doet voor
de mens die hij, in de ogen van
de wet, kwaad heeft gedaan. Vin
den beide 'Tommen', Rob en
Steef dat hun dienstverlening
iets te maken heeft gehad met de
aard van het delict dat zij hebben
gepleegd? De antwoorden zijn
ontkennend. De jongste Tom
voegt er nog aan toe: "Ik vind dat
dat wel zou moeten. Dan zie je
tenminste waarvoor je die alter
natieve straf hebt gekregen. Een
voorbeeld? Iemand die oude
mensen berooft zou eigenlijk te
werk moeten worden gesteld in
een bejaardenhuis of in bejaar
denflatjes. Laat hem daar maar
een poosje werken. Kan hele
maal geen kwaad. Bovendien
kan hij dan in de juiste omgeving
eens rustig nadenken wat hij
heeft uitgevoerd. Misschien
krijgt hij dan wel berouw."
Genoegdoening
Genoegdoening aan hem of haar
die slachtoffer was? De menin
gen lopen uiteen. De oudste Tom
windt zich opnieuw op. "Ik sla
die kerel liever nog op z'n bek.
dan wat voor hem te doen."
De jongere Tom voelt er al even
min wat voor. "Wat zou je voor zo
iemand moeten doen?", vraagt
hij zich af. "Z'n huis opknappen
of de plantjes een paar keer in de
week water geven? Nee, vergeet
dat maar."
Rob gaat op een andere toer. "Als
ik van een rijke wat zou stelen,
dan hoef ik daar toch niet naar
toe voor genoegdoening? Laat
me niet lachen zeg. Die lui bar
sten van het geld en dan zou ik ze
ergens een handje mee moeten
helpen? Te gek natuurlijk."
Steef zwijgt en luistert.Zyn mening
houdt hij voor zich.
De reclassering sluit, wat korte on
voorwaardelijke vrijheidsstraf
fen betreft, in geen enkel geval
dienstverlening uit. Zijn zó het
daarmee eens? Of zijn er geval
len die in hun ogen absoluut niet
in aanmerking mogen komen
voor alternatieve straf? "Ver
krachting", flapt de oudste Tom
er uit. "Als je zoiets doet ben je
ziek." De anderen knikken. Om
aan te geven dat ze het helemaal
met hem eens zijn.
Terwijl de koopkracht daalt,
houdt de Fransman vast aan
twee onvervreemdbare rech
ten. Het eerste is het recht op
een goed restaurant. Het
tweede is het recht op een au- De 'nouvelle
to om erheen te rijden. Is aan
deze voorwaarden voldaan,
dan zijn er de eetgidsen die
het leven nog aangenamer
maken. De serie voor 1984 is
pas uit. Ze wekken niet de in
druk dat het slecht gaat met
de Franse keuken, of met de
Franse portemonnee.
Op eenzame hoogte voor wijsheid
in welbehagen staat de Michelin-
gids, die zijn nabootsers ieder
jaar weer achter zich laat. Be
roemd om zijn één, twee of drie
sterren waarop de beste koks
van Frankrijk recht hebben en
ieder jaar weer is er de rel over
het restaurant dat een van zijn
sterren is kwijtgeraakt. Ditmaal
is dat 'Lasserre' in Parijs, een van
de culinaire heiligdommen van
de hodfdstad en eerlijk gezegd
begrijpt niemand waarom de
anoniem blijvende keurmeesters
van Michelin met Lasserre zo on
aardig zijn omgesprongen.
buchon is namelijk een mijlpaal.
Hij staat aan het einde van de
'nouvelle cuisine' en symboli
seert de terugkeer van 'la cüisine
classique'.
Onbetaalbaar
Keukenpraat kent in dit land geen
ideologische grenzen en Le Ma-
tin, het lijfblad van de socialisti
sche partij, roept dan ook zonder
enige schaamte opgewonden in
zijn keukenrubriek uit: .Miche
lin is weer groot en Robuchon
zijn profeet". Nu behoeft het be
grip Robuchon enige uitleg. Ro
buchon is een steile man van in
de dertig, die een pijlsnelle car
rière heeft gemaakt in de sterren
hemel van de Michelin. Dit jaar
kreeg hij er zijn derde ster bij.
Dat is geen gebeurtenis waaraan
je zomaar voorbij kunt gaan. Ro-
(ofwel de
keuken') was een uitvin
ding van de gebroeders Troigros
en Roanne. Ze verwierpen de tra
ditionele loodzware sauzen en
creëerden gerechten waarbij het
heel goed mogelijk was de afzon
derlijke ingrediënten in niet—
doodgekookte staat te herken
nen. Het succes Van deze lichte
keuken was zo groot dat ze prak
tisch onbetaalbaar werd. Boven
dien waren de nieuwe keuken
koks steeds meer uithuizig om
elders in de wereld hun formule
in klinkende munt om te zetten.
Als de kok niet in de keuken
stond, dansten er de muizen, wat
weer tot gevolg had dat de eeU
gidsmakers steeds slechtere cij
fers gingen uitdelen. Met deze
decadentie kwam het einde van
de 'nouvelle cuisine' in zicht.
De zich slechts mompelend uiten
de Robuchon staat gewoon ach
ter zijn fornuis en hij heeft de tra
ditie m ere hersteld. Zijn gerech
ten worden niet verpletterd on
der sauzen, die tot hartvervetting
en zwaarlijvigheid leiden, maar
hij wijst ongerechtvaardige grap
pen met jong en zuiver voedsel
van de hand. Wie het precies wil
weten, kan het beste naar zijn
restaurant gaan dat gelegen is op
nummer 52 in de Parijse Rue
Longchamps. Er is nog een me
nu van 135 francs, maar dat zal
wel niet lang meer duren, Overi
gens heet de gelegenheid 'Chez
Jamin', wat Nederlanders niet
hoeft af te schrikken. Tien dagen
tevoren bespreken, valt aan te ra
den.
Toespraak
Een andere bekende eetgids is die
van de heren Gault en Millau. De
charme ervan is dat aan elk res
taurant (maar ook aan hotels) een
klein opstelletje wordt gewijd in riBCrlGttC
de trant van de toespraak die de
hoofdonderwijzer houdt bij de
uitreiking van het rapport.
Om een voorbeeld te geven van de
uiteenlopende smaak van de gid-
senmakers, deed ik een steek
proef in een Frans dorp dat ik
toevallig ken, het in de Provence
gelegen St. Rémy. De Michelin
vermeldt er .zonder ster, maar
met de aanduiding van een zeker
comfort, de 'Villa Glanum' en de
'Jardin de Frédérique'. Ook
Gault en Millau hebben ze opge
nomen. Le Jardin werd in hun
jargon onder meer gekenmerkt
door „een eenvoudige en warme
ontvangst" en de keuken is er
„verzorgd". In de Villa Glanum
moet je volgens de heren gaan
eten louter om het genoegen van
een schaduwvry terras op twee
stappen van de 'Antiques-' (een
Romeinse triomfpoort en een
grafmonument) en de opgravin
gen van Glanum.
Zelf ondervond ik de ontvangst in
de 'Jardin de Frédérique' eerder
„eenvoudig" dan „warm" en ik
hoorde dat men er het personeel
uitbuit. De charme van de Villa
Glanum is niet een terras, maar
een grote tuin waar je onder de
olijfbomen eet en vergeet dat de
keuken geen ster verdient.
Het aardigste restaurant van St.
Rémy is het 'Café des Arts' langs
de boulevard die Van Gogh er.
schilderde. De Michelin noemt
het Café des Arts in het geheel
niet, Gault en Millau wel. Ze
spreken van „een heel aardige
eetzaal versierd met doeken van
moderne meesters". De 'mees
ters' zijn overigens niet modern
en ook geen meester. Geen enke
le gids noemt de beste keuken in
de buurt en in de betaalbare
Een splinternieuwe gids is dit jaar
uitgegeven door de gigantische
Hachette, met financiële steun
van de bandenfirma Firestone.
Ook daar kruist Michelin de de
gens met de concurrentie. Deze
Guide Hachette France 1984'
biedt echter veel meer dan de
eetgidsen. Ieder dorp heeft ken
nelijk recht op de typisch Franse
woorddiarree die voor poëtisch
doorgaat, maar er is gerechtvaar
digde informatie en er zijn doel
treffende kaarten. De indeling
gaat naar departement, zodat je
als automobilist tegen een boom
géreden bent voordat je de plaats
die je opzoekt gevonden hebt.
In het intussen vertrouwde St. Ré
my zorgt Hachette voor een ver
rassing. Naast de eeuwige tuin
van Frederik wordt slechts ge
sproken over drie restaurants die
de andere gidsen als restaurant
(wèl eventueel als hotel) niet noe
men: de 'Mas de Mierne', het
'Castel des Alpilles' (terecht,
maar saai) en het 'Chalet Fleuri'.
Hoewel ik er prat op ga St. Rémy
van binnen en van buiten te ken
nen, had ik van Mas de Mierne en
het Chalet Fleuri nooit gehoord.
Al met al blijft de Michelin niet al
leen de beste, maar ook de goed
koopste (frs. 71,50) gids voor zoe
kers van aangename onderko
mens. De toeristische aanduidin
gen erin zijn beknopt, maar vol
ledig.
De Frankrijkgids van Gault en Mil
lau geeft ook restaurants in Ne
derland. Het zijn er niet veel en
de prijzen in guldens die er wor
den vermeld, komen overeen
met de cijfers in francs die men
in een Frans restaurant betaalt.
De grote rage in Parijs is overigens
nu de Italiaanse keuken.
RUDÖLPH BAKKER