Jammer dat het voorbij is' De sterrenhemel van Michelin Fz Vier streekgenoten over het ondergaan van alternatieve straf ZATERDAG 14 APRIL 1984 PAGINA 2! Steef is 21. Honderd vijftig uur bracht hij eten rond in een ziekenhuis. Eerst een halve dag bij z'n baas werken, dan 25 kilometer in de auto op weg naar de alternatieve werkgever. De benzinekos- ten kwamen voor zijn eigen rekening. "Daarom", mompelt hij, "werd je er steeds weer aan herin nerd waaróm je in de wagen zat. Zeker als je dat wijzertje van de benzinemeter snel naar nul zag gaan en je kreeg er geen cent voor terug. Ja, dan stond je heus wel even stil bij wat je had gedaan." Een jaar lang was Steef op de roof- toer. Geen auto-onderdeel was veilig voor hem. Of het nu een radio was of een sierstrip, het maakte weinig uit. Steef kon al les gebruiken. De politie pakte hem en de rechter veroordeelde hem tot vier maanden gevange nisstraf. Steef ging in hoger be roep. De celstraf werd omgezet in een alternatieve straf: hon derdvijftig uur dienstverlening in een ziekenhuis. Alle arrondissementen experimen teren volop met alternatieve straffen. De veroordeelden hoe ven niet de cel in, maar verrich ten hand- en spandiensten in zie kenhuizen, bejaardenhuizen, kindertehuizen. Kortom, in veel gevallen sociale instellingen die klusjes te doen hebben waar zij zelf niet aan toekomen. De alter natieve strafformule blijkt een succes te zijn. In negen van de tien gevallen worden de strafu- ren uitgediend. Maar de proeftijd loopt gewoon door. Als stok ach ter de deur. Koffie De politie had al zeker een kwar tier op nauwelijks een steenworp afstand staan kijken. Maar Tom (21) en zijn makkers hadden niks in de gaten. En ook niet de maat die op de uitkijk stond. Het busje werd tot het laatste pak koffie leeggehaald. Toen Tom en zijn vrienden de buit in hun auto laadden, grepen de agenten in. Tom, een rustige en bescheiden jongen zo op het eerste gezicht, draagt in het linker oor een rin getje. Als hij lacht wordt een gouden hoektand zichtbaar. Be scheiden, alsof hij er zelf niets aan kon doen, haalt hy z'n schou ders op. "Wat moest ik?", vraagt hij verontschuldigend. "Ik kon niet werken, omdat ik een onge luk bij mijn baas had gehad. De arts weigerde me arbeidsonge schikt te verklaren. Echt, ik zat met m'n handen in het haar. De huur van mijn flat kon ik niet meer betalen en ik had nog veel meer schulden. Het was kiezen of delen. Achteraf zeg ik: ik heb voor het slechtste geko zen. Maar ik was dolblij dat ik voor een alternatieve straf in aan merking kwam. Alles is beter dan opgesloten zitten in een cel. Je was 's avonds thuis, je kon op een baan af, noem maar op. Een zegen, die dienstverlening." Tom kwam in een kindertehuis te recht. Deed wat schilderwerk en reed later zelfs met de kinderen naar een zwembad in de buurt. Speelde daar een uurtje met ze en bracht ze met z'n eigen wagen weer thuis. De contacten zijn er nog altijd. Af en toe wipt Tom 's middags even binnen en drinkt samen met de leiding van het te huis een kop thee. Pas nam hij nog een paar blikken verf mee. Voor een andere alternatief ge strafte die het estafettestokje van Tom heeft overgenomen. Ingeburgerd Alternatieve straf. Anders gezegd: de gestrafte doet boete zonder dat hij wordt opgesloten of een geldbedrag moet betalen. Het be grip raakt langzamerhand inge burgerd. Tien jaar geleden wer den de eerste gedachten over de ze vorm van straf op papier ge zet. Van een tekort aan cellen was toen nog geen sprake. Dat ging pas in het begin van de ja ren tachtig een woordje mee spreken. Aanvankelijk was de dienstverle ning voor volwassenen bedoeld, maar nu komen ook minderjari gen er voor in aanmerking. De opgelegde straf mag sinds kort de drie maanden (was een half jaar) niet overschrijden. Bij de kinderen (12 tot 18 jaar) staat vooral het opvoedkundig aspect voorop. Direct en zinvol straffen. En als het even kan de kinderen confronteren met hun wange drag. Meestal lukt dat niet. Een enkele keer werd een zogenaamde 'po tenrammer' - iemand die een ho mofiel in elkaar had geslagen - tewerkgesteld bij het COC. Maar die werkzaamheden zijn omstre den. Omdat het van de rechter moet, accepteren de 'rammer' en het COC elkaar. Maar'verder ook niet. Reclassering en justitie pra ten overigens liever niet over die problemen. Emoties komen opnieuw naar bo ven als Tom (37) zijn verhaal doet. Zijn vrouw liet hem voor een ander in de steek. Tom moest zijn werk opgeven. De zorg voor zijn twee kinderen - een van vier jaar en een van zes maanden - kwam nu op zijn schouders terecht. De gedachte dat zijn vrouw hem liet vallen kon hij niet verkrop pen. Intensief zocht Tom. Maak te gebruik van zijn 'bakkie' en kwam heel snel achter de ver blijfplaats van zijn vrouw en haar nieuwe minnaar. Geen moment dacht hij aan de gevolgen, stapte in z'n auto en stoof naar het adres waar beiden op dat moment ver bleven. Tom koelde zijn woede op zijn rivaal. Alweer vier jaar experimenteert het ministerie van justitie met het opleggen van zogenaamde alternatieve straffen. Dat experiment houdt in dat onvoorwaardelijk gestraften in plaats van een verblijf in een cel zich nuttig maken in bijvoorbeeld de bejaardenzorg of de natuurbescherming. Zo'n twintig procent van de onvoorwaardelijk gestraften kwam tot nu tóe in aanmerking voor deze vorm van gedwongen dienstverlening; over het algemeen mensen die voor het eerst met justitie in aanraking kwamen. Rechters, officieren van justitie, advocaten en reclasseringsmedewer- kers noemen het experiment tot nu toe een redelijk tot groot succes. Wat vinden de gestraften er zelfvan? Jan Westerlaken sprak met vier streekgenoten die een alternatieve straf ondergingen. door Jan Westerlaken Zes weken De rechter veroordeelde hem tot zes weken cel. Tom vroeg om een alternatieve straf. Zo geschiedde. In het plassengebied van Nieuw koop moest hij acht dagen kar weitjes opknappen. Over die straf is Tom alleen maar enthousiast. "Op" deze plek had den ze me best een half jaar mo gen neerzetten. Wat wens je nou nog meer? Werken aan het water middenin de natuur. Prachtig toch? Bovendien was de sfeer onderling prima. Wanneer je diep in m'n hart kijkt, dan zeg ik: eigenlijk was dit geen straf. Weet je wat ik zo leuk vind? De men sen hebben gevraagd of ik van de zomer nog eens terugkom om een handje te helpen. Op vrijwil lige basis, hè? Ik ben vast van plan om daar gehoor aan te ge ven. Tenminste", voegt hij er met enige reserve aan toe, "als mijn uitkering niet in gevaar komt." Enthousiasme, zij het wat gematig der, ook bij Rob. Hij is negentien en kwam al eens eerder met jus titie in botsing. De cel was voor hem geen onbekende omgeving. Rob stal en verkocht. Tot iemand hem verlinkte. De poütie reken de hem in. De officier van justitie vroeg drie maanden gevangenis straf maar kon zich uiteindelijk verenigen met achttien dagen dienstverlening. Een verpleeg huis voor demente bejaarden had wel wat voor hem te doen. Rob, nog immer zonder werk, leeft van een uitkering. Geld dat hij tot de laatste cent thuis moet in leveren. Ook toen hij werd ge straft was dat het geval. Zijn moeder, die gescheiden van z'n vader leeft, zat krap bij kas. Elke cent was welkom. Om wat geld op zak te hebben ging Rob op het dievenpad. Kaartje Het opgelegde baantje vervulde hij naar behoren. Met een van de be woners van het verpleeghuis groeide een band. Rob ging af en toe eens met de bejaarde man va ren in zijn speedboot en tracteer- de hem wel eens op een borrel. Soms ging hij met hem naar Am sterdam en maakte een boot tochtje door de grachten. Maar aan de dienstverlening kwam een einde. Heeft hij nog altijd contact? "Met de feestdagen", vertelt Rob, een forsp knaap met blonde haren, "stuurt die man me nog geregeld een kaartje. Ja, dat stel ik erg op prijs. Echt waar. Toen ik daar kwam werken heb ik ook meteen verteld waarom. Niemand heeft me ooit'scheef aangekeken. Ik kan niet anders zeggen dan dat ik uitstekend ben opgevangen. Daar heb ik bijzon der veel waardering voor." Steef deed precies hetzelfde. Ver telde zijn directe 'collega's voor tijdelijk' waarvoor hij kwam. An deren, op wat grotere afstand, liet hij gissen. Zowel Rob als Steef viel in de smaak. Rob kon zo blijven, maar miste tot zijn grote spijt de nodige papieren. Steef, zo liet men weten, kon in dienst treden zodra er een baan tje vrij was. Alternatieve straf. Voor het viertal uit de Leidse regio was het een uitkomst. Allemaal hebben ze een dwaling gemaakt. Een dwa ling die zij zo gauw mogelijk uit hun leven willen bannen. Moesten ze hard werken? Harder dan de andere werknemers? "Nou, nee", reageert de 21-jarige Tom, "dat kan ik niet zeggen. Je werkt gewoon door, net als ieder een. Kijk, je hoeft je niet te plet ter te werken, maar andersom, de kantjes eraf lopen, is natuur lijk ook niet nodig. Lekker bezig zijn stond bij mij voorop. Dan was de tijd voorbij voordat je er erg in had." Extra straf Beide werkloze 'Tommen' dienden hun alternatieve straf met plezier uit. Mochten even ruiken aan wat werken was. Daarna was het afgelopen. Gedwongen terug naar het niets doen. Was die erva ring voor hen niet een vorm van éxtra straf? De jongste Tom schudt wat met het hoofd. Na enige aarzeling: "Ik vond het wel jammer dat ik daar weg moest. Je was net aan het ritme gewend: vroeg naar bed, op tijd opstaan, op geregel de tijden eten. Ja, en dan is het plotseling voorbij. Val je weer in je oude doen en laten. Uitslapen, ongeregeld leven. Nee, absoluut niet leuk. Zo nu en dan ga ik nog wel eens een keertje op bezoek, maar dat is toch anders dan wan neer je daar voor vast werkt." De oudste Tom: "Bij mij Ligt het allemaal wat anders. Ik kwam van de ene op de andere dag met twee kleine kinderen alleen te staan. Ik héd werk, maar kon die kleintjes toch niet aan hun lot overlaten? Aan de andere kant ben ik zielsgelukkig dat ik er zo genadig van af gekomen ben. Stel je voor dat ik inderdaad zes weken de gevangenis in had ge moeten. Waar had ik in die tijd mijn kinderen moeten onder brengen? Geen idee. Als je het goed bekijkt ben ik een spekko- per." Dienstverlening als straf. De kos ten die men moet maken om bij de 'alternatieve baas' te komen, moet men zelf betalen. Voor het werk wordt geen salaris uitge keerd. Terecht? Drie van de vier huldigen hetzelfde standpunt: ze hebben iets ge daan dat de wet verbiedt, daar moeten ze voor bjoeden. Er beter van worden, in de vorm van een salaris, hoeft voor hen niet. "Je ondergaat een straf', oordeelt de oudste Tom, "daar hoef je toch niet beter van te worden? In mijn ogen zou het te zot zijn als je voor die dienstverlening ook nog eens een keer geld zou incasseren." Beter De beurzen moeten gesloten blij ven, aarzelt de jongste Tom. "Al ternatieve straf is in alle gevallen beter dan de bajes in. Daar kun je voor misschien een piek per dag knijpers gaan zitten maken. Ik denk dat je daar ook geen kick van zal krijgen." Steef komt wat feller uit de hoek op dit punt. "Mensen die een normale baan hebben, net als ik dus, worden dubbel gestraft. Al heb ik maar een baan voor halve dagen, 's middags moest ik er toch mooi op uit. Tot diep in de avond. Ik maakte in die tijd der tien uur op een dag. En ik moest ook nog zelf voor de reiskosten opdraaien. Nou, dat gaat me net iets te ver." Steef beseft echter wel, dat wan neer hij niet in aanmerking zou zijn gekomen voor alternatieve straf, hij zijn baan wel eens kwijt geweest zou zijn. Toch houdt hij staande zwaarder belast te zijn geweest dan het drietal dat op dat moment niets anders om handen had dan er voor te zorgen dat de dienstverlening naar be horen werd uitgevoerd. Steef heeft wél de -wrange vruch ten van zijn daden mogen proe ven. Zijn vorige werkgever liet geen mogelijkheid onbenut om hem aan zijn 'verleden' te herin neren. Hij verdiende minder dan het minimum; als er een ex traatje werd uitgekeerd werd Steef overgeslagen. Vroeg hij naar het waarom daarvan, dan kreeg Steef steevast te horen: "Je mag blij zijn dat je hier nog werkt". Nu zegt Steef: "Ik ben er gewoon weggetreiterd. Zelfs bij m'n laat ste afrekening probeerden ze me nog te pakken. Ik kreeg twee honderdvijftig gulden te weinig in mijn loonzakje. Pas toen ik er mee naar het hoofdkantoor stap te, verontschuldigde men zich met de opmerking, dat de boek houder zich had vergist." Referentie Stel dat zij in het burgerleven een baan aangeboden zouden krij gen, zouden ze dan de alternatie ve baas als referentie gebruiken? De oudste Tom heeft er een uit gesproken mening over. "Dat kun je niet maken. Waarom niet? Omdat die baas je echte baas niet is. Je hebt wel bij hem gewerkt, maar dat was gedwongen. Als je nu een jaar of drie bij hem in 'dienst' zou zijn geweest, ja, dan lag het wat anders. Dan kon die baas weten wat hij aan je had. Na zo'n korte periode is dat niet mo gelijk. Zoals in mijn geval (slechts acht dagen dienst verle nen) zie ik dat zeker niet zitten. Kijk je naar de andere kant, dan moet je je toch ook afvragen of die alternatieve baas het wel goed zou vinden als je zijn naam als referentie zou gebruiken. Nee, er zitten te veel haken en ogen aan om dat te doen." De jongste Tom denkt daar anders over. Wat aarzelend: "Wanneer ik een waterdichte afspraak met die baas zou kunnen maken, waar om zou ik daar dan geen gebruik van mogen maken? Als me dat een baan zou opleveren vond ik dat best het overwegen waard. Maar er moeten duidelijke af spraken worden gemaakt: je hebt vrijwilligerswerk voor hem gedaan en over het verleden moet niks gezegd worden. Een baas die hoort dat je met justitie in aanraking bent geweest, knalt direct de deur dicht." Relative rend voegt hij er aan toe: "Het is natuurlijk wel een uiterst gevoe lige kwestie. Het vertrouwen tus sen de alternatieve baas en de ge strafte moet optimaal zijn. Lekt er van die 'overeenkomst' ook maar een druppel uit, dan kun je een boel narigheid krijgen." De bedoeling van alternatieve straf is dat de gestrafte iets doet voor de mens die hij, in de ogen van de wet, kwaad heeft gedaan. Vin den beide 'Tommen', Rob en Steef dat hun dienstverlening iets te maken heeft gehad met de aard van het delict dat zij hebben gepleegd? De antwoorden zijn ontkennend. De jongste Tom voegt er nog aan toe: "Ik vind dat dat wel zou moeten. Dan zie je tenminste waarvoor je die alter natieve straf hebt gekregen. Een voorbeeld? Iemand die oude mensen berooft zou eigenlijk te werk moeten worden gesteld in een bejaardenhuis of in bejaar denflatjes. Laat hem daar maar een poosje werken. Kan hele maal geen kwaad. Bovendien kan hij dan in de juiste omgeving eens rustig nadenken wat hij heeft uitgevoerd. Misschien krijgt hij dan wel berouw." Genoegdoening Genoegdoening aan hem of haar die slachtoffer was? De menin gen lopen uiteen. De oudste Tom windt zich opnieuw op. "Ik sla die kerel liever nog op z'n bek. dan wat voor hem te doen." De jongere Tom voelt er al even min wat voor. "Wat zou je voor zo iemand moeten doen?", vraagt hij zich af. "Z'n huis opknappen of de plantjes een paar keer in de week water geven? Nee, vergeet dat maar." Rob gaat op een andere toer. "Als ik van een rijke wat zou stelen, dan hoef ik daar toch niet naar toe voor genoegdoening? Laat me niet lachen zeg. Die lui bar sten van het geld en dan zou ik ze ergens een handje mee moeten helpen? Te gek natuurlijk." Steef zwijgt en luistert.Zyn mening houdt hij voor zich. De reclassering sluit, wat korte on voorwaardelijke vrijheidsstraf fen betreft, in geen enkel geval dienstverlening uit. Zijn zó het daarmee eens? Of zijn er geval len die in hun ogen absoluut niet in aanmerking mogen komen voor alternatieve straf? "Ver krachting", flapt de oudste Tom er uit. "Als je zoiets doet ben je ziek." De anderen knikken. Om aan te geven dat ze het helemaal met hem eens zijn. Terwijl de koopkracht daalt, houdt de Fransman vast aan twee onvervreemdbare rech ten. Het eerste is het recht op een goed restaurant. Het tweede is het recht op een au- De 'nouvelle to om erheen te rijden. Is aan deze voorwaarden voldaan, dan zijn er de eetgidsen die het leven nog aangenamer maken. De serie voor 1984 is pas uit. Ze wekken niet de in druk dat het slecht gaat met de Franse keuken, of met de Franse portemonnee. Op eenzame hoogte voor wijsheid in welbehagen staat de Michelin- gids, die zijn nabootsers ieder jaar weer achter zich laat. Be roemd om zijn één, twee of drie sterren waarop de beste koks van Frankrijk recht hebben en ieder jaar weer is er de rel over het restaurant dat een van zijn sterren is kwijtgeraakt. Ditmaal is dat 'Lasserre' in Parijs, een van de culinaire heiligdommen van de hodfdstad en eerlijk gezegd begrijpt niemand waarom de anoniem blijvende keurmeesters van Michelin met Lasserre zo on aardig zijn omgesprongen. buchon is namelijk een mijlpaal. Hij staat aan het einde van de 'nouvelle cuisine' en symboli seert de terugkeer van 'la cüisine classique'. Onbetaalbaar Keukenpraat kent in dit land geen ideologische grenzen en Le Ma- tin, het lijfblad van de socialisti sche partij, roept dan ook zonder enige schaamte opgewonden in zijn keukenrubriek uit: .Miche lin is weer groot en Robuchon zijn profeet". Nu behoeft het be grip Robuchon enige uitleg. Ro buchon is een steile man van in de dertig, die een pijlsnelle car rière heeft gemaakt in de sterren hemel van de Michelin. Dit jaar kreeg hij er zijn derde ster bij. Dat is geen gebeurtenis waaraan je zomaar voorbij kunt gaan. Ro- (ofwel de keuken') was een uitvin ding van de gebroeders Troigros en Roanne. Ze verwierpen de tra ditionele loodzware sauzen en creëerden gerechten waarbij het heel goed mogelijk was de afzon derlijke ingrediënten in niet— doodgekookte staat te herken nen. Het succes Van deze lichte keuken was zo groot dat ze prak tisch onbetaalbaar werd. Boven dien waren de nieuwe keuken koks steeds meer uithuizig om elders in de wereld hun formule in klinkende munt om te zetten. Als de kok niet in de keuken stond, dansten er de muizen, wat weer tot gevolg had dat de eeU gidsmakers steeds slechtere cij fers gingen uitdelen. Met deze decadentie kwam het einde van de 'nouvelle cuisine' in zicht. De zich slechts mompelend uiten de Robuchon staat gewoon ach ter zijn fornuis en hij heeft de tra ditie m ere hersteld. Zijn gerech ten worden niet verpletterd on der sauzen, die tot hartvervetting en zwaarlijvigheid leiden, maar hij wijst ongerechtvaardige grap pen met jong en zuiver voedsel van de hand. Wie het precies wil weten, kan het beste naar zijn restaurant gaan dat gelegen is op nummer 52 in de Parijse Rue Longchamps. Er is nog een me nu van 135 francs, maar dat zal wel niet lang meer duren, Overi gens heet de gelegenheid 'Chez Jamin', wat Nederlanders niet hoeft af te schrikken. Tien dagen tevoren bespreken, valt aan te ra den. Toespraak Een andere bekende eetgids is die van de heren Gault en Millau. De charme ervan is dat aan elk res taurant (maar ook aan hotels) een klein opstelletje wordt gewijd in riBCrlGttC de trant van de toespraak die de hoofdonderwijzer houdt bij de uitreiking van het rapport. Om een voorbeeld te geven van de uiteenlopende smaak van de gid- senmakers, deed ik een steek proef in een Frans dorp dat ik toevallig ken, het in de Provence gelegen St. Rémy. De Michelin vermeldt er .zonder ster, maar met de aanduiding van een zeker comfort, de 'Villa Glanum' en de 'Jardin de Frédérique'. Ook Gault en Millau hebben ze opge nomen. Le Jardin werd in hun jargon onder meer gekenmerkt door „een eenvoudige en warme ontvangst" en de keuken is er „verzorgd". In de Villa Glanum moet je volgens de heren gaan eten louter om het genoegen van een schaduwvry terras op twee stappen van de 'Antiques-' (een Romeinse triomfpoort en een grafmonument) en de opgravin gen van Glanum. Zelf ondervond ik de ontvangst in de 'Jardin de Frédérique' eerder „eenvoudig" dan „warm" en ik hoorde dat men er het personeel uitbuit. De charme van de Villa Glanum is niet een terras, maar een grote tuin waar je onder de olijfbomen eet en vergeet dat de keuken geen ster verdient. Het aardigste restaurant van St. Rémy is het 'Café des Arts' langs de boulevard die Van Gogh er. schilderde. De Michelin noemt het Café des Arts in het geheel niet, Gault en Millau wel. Ze spreken van „een heel aardige eetzaal versierd met doeken van moderne meesters". De 'mees ters' zijn overigens niet modern en ook geen meester. Geen enke le gids noemt de beste keuken in de buurt en in de betaalbare Een splinternieuwe gids is dit jaar uitgegeven door de gigantische Hachette, met financiële steun van de bandenfirma Firestone. Ook daar kruist Michelin de de gens met de concurrentie. Deze Guide Hachette France 1984' biedt echter veel meer dan de eetgidsen. Ieder dorp heeft ken nelijk recht op de typisch Franse woorddiarree die voor poëtisch doorgaat, maar er is gerechtvaar digde informatie en er zijn doel treffende kaarten. De indeling gaat naar departement, zodat je als automobilist tegen een boom géreden bent voordat je de plaats die je opzoekt gevonden hebt. In het intussen vertrouwde St. Ré my zorgt Hachette voor een ver rassing. Naast de eeuwige tuin van Frederik wordt slechts ge sproken over drie restaurants die de andere gidsen als restaurant (wèl eventueel als hotel) niet noe men: de 'Mas de Mierne', het 'Castel des Alpilles' (terecht, maar saai) en het 'Chalet Fleuri'. Hoewel ik er prat op ga St. Rémy van binnen en van buiten te ken nen, had ik van Mas de Mierne en het Chalet Fleuri nooit gehoord. Al met al blijft de Michelin niet al leen de beste, maar ook de goed koopste (frs. 71,50) gids voor zoe kers van aangename onderko mens. De toeristische aanduidin gen erin zijn beknopt, maar vol ledig. De Frankrijkgids van Gault en Mil lau geeft ook restaurants in Ne derland. Het zijn er niet veel en de prijzen in guldens die er wor den vermeld, komen overeen met de cijfers in francs die men in een Frans restaurant betaalt. De grote rage in Parijs is overigens nu de Italiaanse keuken. RUDÖLPH BAKKER

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 21