'Gifsla': afrekening met een dubbelganger c Naipaul en Portnoy: verhalen uit de krant gebundeld Lofwaardig literair debuut Ik sta nog droog" Kinderboeken in 't kort De nobele kunst van beledigen WOENSDAG 23 NOVEMBER 1983 Varia Laat daarover geen twijfel bestaan: V.S. Naipaul is één van de beste Engelse schrijvers van dit mo ment. "Een tropische Dickens, de Gogol van de Caraibische we reld", werd hij genoemd door Newsweek. Ik heb dit soort taal lief als het betrekking heeft op een groot schrijver. In de winkel ligt nu 'Proloog voor een autobiografie', uitgegeven door de Arbeiderspers, in de reeks Privé-Domein. 'Proloog voor een autobiografie' vormt een onderdeel van de autobio grafie waaraan Naipaul thans werkt. Het verscheen als feuille ton in de Sunday Times, en in Nederland in De Tijd. Het is een mooi boekje, in alle op zichten: mooi uitgegeven en goed geschreven. Naipaul vertelt o.a. over zijn jeugd op Trinidad, zijn studie in Oxford en het arm zalige freelancersbaantje dat hij by de BBC had. De mooiste passages in dit boek hebben betrekking op de vader van Naipaul, een man die een tijdje journalist is geweest op Trinidad. Op boeiende wijze ont leed Naipaul het schrijverschap van zijn vader. Vanzelfsprekend: in wezen doet Naipaul in dit werk niets anders dan het analyseren van zijn eigen schrijverschap, de wortels wor den blootgelegd. Hij vertelt bij voorbeeld wanneer en onder welke omstandigheden hij begon te werken aan zijn eerste roman. Ook bezoekt hij een vaag familielid dat ooit model heeft gestaan voor zijn debuut. Aan het eind van 'Proloog voor een autobiografie' constateert Nai paul dat de 'terugtocht' naar Tri nidad welbeschouwd is begon nen toen zijn schrijverschap con touren begon te krijgen. In dit boek is ook een aantal foto's afgedrukt. De mooiste foto is die waarop je de student Nai paul op een besneeuwd plein in Oxford ziet staan. Hoe intensie ver je kijkt, hoe meer je in de macht van de verbeelding komt: de schrijver in wording die na denkt over het straatleven in het zonnige Port of Spain, terwijl hij de sneeuwvlokken van zijn dik ke, duffelse jas slaat, de Engelse kilheid en kou vervloekend. Proloog voor een autobiografie, V.S. Naipaul, uitg.: De Arbeiderspers, prijs: f21,50. Portnoy Ook de verhalen van Ethel Port noy, nu gebundeld in 'Vliegende Vellen', werden eerder afgedrukt in kranten. Ondergetekende las ze altijd gretig. Meer krantelezers zullen dat genoegen wel kennen: op een bepaalde dag snel de krant doorbladeren omdat je weet dat op pagina zoveel een verhaal staat van je geliefde co lumniste). Dit ritueel is te verge lijken met het bezoeken van je favoriete café in een stad die je regelmatig aandoet. De column die Portnoy een tijdje geleden wekelijks schreef heette 'Vliegende Vellen'. Een titel die de schrijfster als volgt verklaar de: overal in haar huis lagen pa piertjes waarop ze aantekenin gen maakte, 'bouwstenen' voor haar verhalen. Sommige kranteverhalen mogen nooit in boekvorm verschijnen. Het zijn eendagsvliegen. Helaas komt het uitgeverswezen daar meestal pas achter als het kwaad al is geschied, het boeKje al in de winkel ligt, smachtend naar de ramsj. 'Vliegende Vellen' is niet zo'n mis kleun. Portnoy's verhalen zijn goed geschreven, helder. Tijdens het lezen merk je dat er is nage dacht over woordkeus en de op bouw van de verhalen. Mijn favo riete stukken: 'Eén berg vet, twee gedichten', 'In memoriam Roland Barthes' en 'De kosmi sche stofzuiger'. Hoogtepunt in dit boek is echter het gedicht over kinderen, geti teld 'Bezoekers uit de ruimte'. Troostrijke lectuur voor ouders, zou ik bijna zeggen. Een frag ment: Ze hebben lege ogen en daarachter een brein met bijna niets er in. Ze hebben gezichten als Japanse samoerai: hun voorraad gezichtsuitdrukkingen is heel be perkt. Als ze van streek zijn gaan ze sput teren als een kapotte computer. WIM BRANDS 'De mensen thuis' van Thomas Roosenboom Er zijn weinig schrijvers in Neder land die zo systematisch te werk gaan als Jan Wolkers. Het heeft er alle schijn van dat hij met zijn produktie een schema volgt dat, in grote lijn, al jaren geleden is vastgesteld. De titel van zijn nieuwe roman Gifsla is al in 1980 aangekondigd in De perzik van onsterfelijkheid. In 1981 en 1982 werd deze aankondiging her haald. Gifsla is het verhaal van een schrij ver, Robert Dilling. Hij woont al leen, is gescheiden en heeft een volwassen dochter, die in Am sterdam woont. Voorts heeft hij een opvallende hang naar een lu xueuze levensstijl. Hij overweegt of hij de laatste dagen van het jaar maar niet liever zal door brengen in Londen of New York, „weg uit de duisternis en het iso lement naar licht en luxe". In bizarre tegenstelling hiermee blijkt hij verslaafd aan Engelse drop, een lekkernij die hij met handen vol in zijn mond propt, zodat hij voortdurend een hoe veelheid „zwarte blubber" in zijn mond heeft. Robert Dilling werkt aan een ma cabere misdaadroman, die De zetpil van de dood moet gaan he ten. Hij spreekt hele passages in op zijn bandrecorder, passages die hij later uittikt op zijn elek tronische schrijfmachine. Hoofdpersoon in dit verhaal is een vogelkenner, die net als Dilling alleen woont en die, bij het waar nemen van vogels, het lijk ont dekt van een jonge vrouw. Zij is het slachtoffer geworden van een lesbienne, die haar een giftige zetpil in de anus heeft gestoken. De vogelkenner vergrijpt zich aan de dode en pi-obeert zich vervol gens van het lijk te ontdoen. Hij zaagt het in twee stukken en be graaft het bovendeel op een modderig eiland („zwarte blub ber") in de Nieuwkoopse pias- Twee rechercheurs, die hem al eens hebben ondervraagd - het verhaal doet hier even denken aan Edgar Allan Poe - ontmaske ren hem twee jaar later: het meis je was vermoord in een veld gifs la en het moddereiland blijkt op eens ook vol gifsla te staan. Het dode meisje heeft het zaad van deze plant met zich meegedra gen. Kenners van Wolkers' werk zullen zich hier ongetwijfeld zijn vroege verhaal Gevederde vrienden her inneren, waarin ook het lijk van een vrouw op ingenieuze wijze wordt weggewerkt. Deze over eenkomst kunnen we opvatten als een vingerwijzing. Robert Dilling is de schrijver die Wol kers had kunnen worden als hij zich had ontwikkeld in de rich ting, die Gevederde vrienden leek aan te geven - als hij een hor rorschrijver was geworden naar Amerikaans model. Niet voor niets had „Robert Dilling" de naam van een Amerikaan kun nen zijn. Dit zou Wolkers met zijn bijna- dubbelganger hebben bedoeld: alsnog proberen gestalte te ge ven aan een verzuimde mogelijk heid van zijn schrijverschap. Een poging die twee opgaven stelt, ten eerste: hoe zou het werk eruit hebben gezien als Wolkers de horrorkant was opgegaan, en ten tweede: wat voor een schrijver zou hij zijn geworden als hij de horror tot zijn métier had ge maakt? Voor het antwoord op de eerste vraag zullen we moeten wachten op een volgend boek, maar voor de tweede vraag kunnen we te recht in Gifsla. Robert Dilling gaat Oudejaar vieren met zijn vriendin, een meisje uit een su permarkt, en zijn lesbische doch ter Ellen. Ook Ellens vriendin Nancy komt, na enige strubbe lingen, naar het eiland. De met veel realisme getekende supermarkt, het domein van de filiaalchef (een machteloze eroti sche rivaal van Dilling!), vormt de komische tegenhanger tot de moordfantasie. De drie vrouwen lijken Dillings behoefte aan luxe te schragen, maar zijn benen kunnen deze weelde niet meer dragen: als hij teveel heeft ge dronken krijgt hij een black-out en wordt door het drietal in bed gestopt. In de armen van zijn dochter blaast hij ten slotte, toch nog onverwacht, de laatste adem uit. Het is alsof Wolkers hiermee een vonnis heeft uitgesproken over zijn tweelingbroer. Hij had hem alleen nodig om zichzelf te bewij zen dat hij, door zichzelf inder tijd niet als horrorschrijver te profileren, dé goede keus heeft gedaan. Deze moerassige schim, niet meer dan een persiflage op Jan Wolkers (Foto gpd> de „echte" auteur, kan ter helle varen. HANS VAN STRATEN Jan Wolkers, Gifsla. De Bezige Bij. Als paperback f 22,50, gebonden f 32.50. Het gebeurt niet zo vaak dat een literair debuut al bij voorbaat met veel lof en wierook onder de aandacht wordt gebracht door de uitgever. Zoiets is ris kant, zelfs al is men overtuigd van kwaliteit en succes. Met 'De mensen thuis', een bundel met drie lange vertellingen van Thomas Roosenboom, is het schallen van de loftrompet in elk geval harmonieus overgeko men. Fascinerend is al meteen De jon gen met de viool, waarin de 12- jarige Timon - net als in de ove rige verhalen een hoogst won derlijke hoofdrol speelt. Timon, een wonderlijk ventje wiens hoogdravende gedachtengang en contrastrijk handelen door de lezer half geamuseerd, half geër gerd gevolgd wordt, ontmoet in het park de oude mevrouw Van Benthem, aan de wandel met het door de tand des tyds afgeknaag de en overvoede hondje Zicco. Timon vat een warme genegen heid voor haar op en is - als zij hem vioolles geeft en tenslotte voor haar vriendinnen wil laten optreden - bereid tot het uiter ste te gaan om haar maar niet te leur te stellen. Aanvankelijk is Timon een en al fantasierijke verwatenheid. Tenslotte, zijn viooltechnische on volkomenheid beseffend, besluit Timon aan het nade rende optreden een ludieke draai te geven. Gestimuleerd door het boek "Alleen op de wereld" ver momt hij zich als het zwervertje Rémi en ook het hondje Zicco mag op akelige wijze, zo blijkt, een besmeurde bijrol vervullen. Een en ander loopt onvermij delijk - uit op een gruwelijk fias co, waarbij de lezer benen en te nen vol plaatsvervangende schaamte samenknijpt... Ook Bedenkingen is vol schrij ning, wreedheid en misplaatst verheven (en daardoor steeds met onderhuidse, komische ef fecten) taalgebruik. Deze keer treffen we Timon als ik-figuur aan in het alledaagse schoolge bruik, en wéér valt op hoe de wijsneus telkens exact de ver keerde dingen op de verkeerde momenten weet te zeggen of te doen. Eerst door zich tussen de jassen in de schoolgang te ver schuilen (natuurlijk wordt hij door joelende bendes kinderen betrapt en beschuldigd van dief stal), later door het afscheidsge schenk van Ben, een dommige lobbes van een makker, te ver gruizelen. De buitenproef tenslotte is mis schien wel het fascinerendste van de diie verhalen. Samen met zijn moeder en achterlijke broer tje is Timon in een armere buurt komen te wonen, weer geken schetst door dat absurde, plecht statige taalgebruik dat zo sterk aan Reve doet denken: "Och Lie ve Heer, dat ik maar een goede jongen mocht blijven, mijn moe der tot steun en een vader voor mijn broertje die van het leven nog niets wist... Dat ik maar goed mijn best mocht blijven doen, vooral ook op school, zodat we hier misschien ooit nog eens weg zouden kunnen komen...". Timon komt op een nieuwe school vol somberheid, hiërarchische gebruiken en verholen sadisme. In zijn klas bevindt zich één en kel meisje, met wie hij vriend schap sluit en die zijn ontluiken de sexualiteit aanwakkert. Dan is daar de "buitenproef', een ge heimzinnige inwijdingsrite, waaraan hij onderworpen zal Ida, illustratie van Doortje Han- nig uit de Ida-boeken. met lezen zijn er verschillende series op de markt. Een daarvan is de Streepjesserie van Ploegs- ma, die niet duur is (f 9,90) en aantrekkelijke verhalen bevat. Bovendien zijn de boekjes uitge breid voorzien van tekeningen. Geen geld Wie boeken te duur vindt, hoeft ze ker niet met een grote boog om de boekwinkel heen te lopen. Veel uitgevers zijn zo vriendelijk geweest goede boeken uit hun fonds opnieuw uit te brengen te gen aantrekkelijke prijzen rond een tientje, zowel voor de jeugd als voor ouderen. Prima boeken voor een spotprijsje. De koper moet dan wel genoegen nemen met een eenvoudige uitvoering van het boek (geen tekeningen, pocketvorm, goedkoop papier), maar het voordeel van de prijs weegt duidelijk tegen deze nade len op. Een kijkje in de boekwin kels naar deze goedkope series is zeker de moeite waard. worden. En wéér kan Timon, ge hinderd èn voortgedreven door zijn morbide fantasie en van so ciaal instinct gespeende intelli gentie, de juiste uitweg niet vin den. Integendeel... Drie absurde, soms sublieme ver halen over een buitenissig ventje dat er niet in slaagt de levens dans te ontspringen. Een bijzon der geslaagd debuut. ROB VOOREN Thomas Roosenboom, De mensen thuis. Uitg. Querido, Amsterdam 1983, 25,- (v.a. 1 januari a.s. 29,50). "Er zijn boeken waarvan de rug en de omslag verreweg de beste gedeelten zijn", schreef Charles Dickens, de Engelse Godfried Bomans, eens in een grappige bui. Dat is niet het geval met het boekje '"t Zal je gezegd worden", een door W.F. en W.A. Buddingh' sa mengestelde verzameling schimpscheuten en schofferin gen uit heden en verleden, waarin ik deze uitspraak aantrof. Om aan te tonen dat de nobele kunst van het bele digen nog lang niet dood is hebben de auteurs het werk van vele schrijvers uit bin nen- en buitenland geplun derd. Het resultaat: een reeks hatelijkheden waarmee men in de werkkring, op het sport veld of aan de kerstdis zijn voordeel kan doen. Eén van de - nu weer actuele - uitspraken in dit boekje stamt van mr. Jaap Burger, ex-minister en oud-leider van de PvdA-fractie: "Afspraken maken met de confessionelen. Dat is scheten laten in een netje". Goed voor een daverende lach mijnerzijds was ook deze van Willem van Hanegem, die scheidsrechter Gans tijdens een wedstrijd waarschuwde met de woorden: "Ik zou maar uitkijken met Kerst- Eén van de grootste leveran ciers van beledigingen in de ze verzameling is Winston Churchill, die tussen het si- gaarlurken door menige sne dige opmerking maakte. Maar om dichter bij huis te blijven - ook uit de mond van Harry Mulisch flitst soms de addertong. Over critici schrijft hij: "Men voelt zich soms een acrobaat, wiens prestaties beoordeeld worden door leden van het plaatselijk reumacentrum". Als commentaar op een tweere gelig gedicht van een anonie me auteur schreef ene Antoi- ne de Rivarol eens: "Heel aar dig, hoewel het saaie passa ges bevat". De operette is in de afgelopen decennia vaak het mikpunt van spot geweest. Een onbe kende auteur bracht zijn waardering voor deze vorm van kunst als volgt onder woorden: "Ik hou wel van de operette. Vooral van die ge deelten waarin rondborstige dienstmeisjes, op hun knieën gezeten, de vloer aan het boe nen zijn". Van een verkwikkende slecht heid getuigt dit bon-mot van W C. Fields: "Iemand die klei ne kinderen en kleine hondjes haat kan niet helemaal slecht zijn". Lord Byron schreef dan wel: "Men kan nog beter een vrouw of een grafschrift gelo ven dan een criticus vertrou wen", toch koester ik de stille hoop dat u mij gelooft, wanneer ik zeg dat dit een erg leuk boekje is. CEES VAN HOORE Zal Je gezegd worden, venijn en vitriool, schimpscheuten en schofferingen, uit heden en verleden", samengesteld door W.F. en W.A. Buddingh', Van Gennep, Amsterdam 1983, 9,90. Kinderpoëzie Schrijven voor kinderen is niet zo simpel als het lijkt. Zeker niet als het bestemd is voor kinderen onder de 10 jaar en helemaal niet als het gedich ten betreft. De bundel 'Een hele grote badkuip vol' van Theo Olthuis is dan ook een openbaring. Olthuis voelt aan wat kinderen bezighoudt, hij doorgrondt de manier waarop kinderen denken en doen. Bovendien is hij in staat hun belevenis sen, gedachten en emoties in fraaie dichtvorm weer te ge ven. Zijn gedichten zijn knap gecomponeerd en verrassend van vormgeving en inhoud. Nergens vervalt Olthuis in een kinderachtig toontje. De kinderpoëzie van Olthuis staat heel dicht bij het kind zelf. Geen kneuterige rijmela rij, maar gedichten die thuis horen in de rij van Miep Diekmann, Nannie Kuiper, Willem Wilmink en Karei Eykman. Er zit een pleister op mijn knie ja, kom en kijk maar goed, Ik viel vanmorgen van de wip, en er was heel veel bloed. En denk je dat ik heb gehuild? En denk je dat ik heb gebruld? Dacht je dat 'k zo iets doe? nou en öf! En hóé.... Olthuis' gedichten zijn voor kinderen vanaf 6 jaar. Elk ge dicht is door Joost Roelofsz op fraaie wijze geïllustreerd. MARGOT KLOMPMAKER Nieuw brievenboek van Gerard Reve "In de zomei; van het jaar 1968 maakte ik in de dier gaarde van" het genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam voor het eerst kennis met Wim B., die zich in gesprek bevond met de sprekende vogel Beo: dezelfde, die het hoesten van de oppasser zo goed nadeed. Mijn lievelingsvogel was een raaf, die mij goed kende. Ik gaf die door de tralies voorwerp jes, die het dier op een andere plaats aan mij terug gaf'. Er is maar één Nederlandse schrijver dit dit fragment kan hebben geschreven. Denkt u gerust even na. Adriaan van Veen? Hoe verzint u het! Bovenstaande tekst is vanzelfsprekend afkomstig van Neerlands meest humoristische literator: Gerard Reve, voor heen markies, en nog steeds rooms-katholiek. Bij uitgeverij Veen verscheen onlangs 'Brieven aan Wim B.\ Als Reve en Wim B. met elkaar gaan corres ponderen studeert laatstgenoemde nog biologie. Vooral van buitenlandse dieren, schrijft Reve. "Op het strand van Australië vond hij later een schelp, die nog door niemand was beschreven, en aan welke hij zijn naam gaf'. Onderhand zijn er al aardig wat brievenboeken van Reve verschenen. Je hoort wel eens iemand mom pelen dat de auteur op een dag ook zijn briefjes aan bakker, slager en melkboer wel zal publiceren. Als dat zou kunnen! Ook de korte briefjes in dit boek zijn lezenswaardig. Eén eindigt als volgt: "Het stormt hier al drie dagen bij 0 graden, uit het Oos ten. Maar ik sta nog droog". En ook in dit boek blijft het natuurlijk tobben: "Als ik de drank weg doe, kan ik de eerste paar dagen haast geen pest meer zien - ik bedoel letters en cijfers. Van mijn kop is niet veel meer over. Mijn Geheime Deel daarentegen funktionneert nog op volle kracht. Als op alles maar Gods Genade rust, dat is de hoofd zaak". Laten we Reviaans eindigen: kop op, lezer, kopen dit prachtboek van de volksschrijver die hopelijk nog eens het boek 'Zelf Kamperen' zal schrijven. WIM BRANDS Brieven aan Wim B., Gerard Reve, uitg.: Veen, prijs: f24,50. Voor kinderen vanaf 4 jaar: 'Hannes en Kaatje, wat is dat voor praatje?', Miep Diekmann met tekeningen van The Tjong Khing (Querido, f 19,50). Verhaaltjes voor kleuters, uitgezonden voor de NCRV-radio. Prachtig voor leesmateriaal voor kleuters. 'Dag sinterklaasje', Jacques Vriens met tekeningen van Dagmar Stam (Unieboek, f 14,90). Sin terklaasboek met verhaaltjes, liedjes, tekeningen en een trek pop om zelf te maken. 'Aap en beer', tekst en tekeningen Wim Hofman (Unieboek, f 16,90). Origineel abc-boek met een ko misch verhaal over de twee die renvrienden aap en beer. Terwijl zij op zoek zijn naar een verbor gen schat passeert het hele alfa bet de revue. Een prima boekje dat doordacht in elkaar steekt en fraai is uitgevoerd. 'Met Ida' en 'Wat denkt Ida', Maud Reutersward met tekeningen van Doortje Hannig (Leopold, Voor weinig geld ook goede boeken te koop Illustratie Joost Roelofsz uit Een hele grote badkuip vol. f 19,90). Twee boeken over de be levenissen van de 6-jarige Ida, een fantasievol, ondernemend meisje. Ida heeft een speciale band met haar grootvader. Haar verdriet is dan ook groot wan neer deze hertrouwt. Mooie voor leesboeken. Voor kinderen vanaf 8jaar: 'Oma waar blijft de taart?', Veroni ca Hazelhoff met tekeningen van Sylvia Weve (Sjaloom, f 14,50). Humoristisch verhaal over een oma die zich kleedt en gedraagt als een punkmeisje, tot verbijste ring van haar familie. 'Ik houd van de natuur', Björk/An- derson, (Ploegsma, f 19,90). Uit gebreid geïllustreerd boek over de natuur waarin kinderen op speelse wijze wordt verteld wat in de natuur het hele jaar door gebeurt. Er wordt vooral uitge gaan van wat kinderen aan spreekt: vogels voeren, verpot ten van planten, zelf zaadjes planten. 'De GVR', Roald Dahl met tekenin gen van Quentin Blake, (Fon tein). Als u geen flauwe notie heeft wat u met Sinterklaas ca deau moet geven, koop dan dit boek. Succes bij voorbaat verze kerd met dit verukkelijke ver haal over een goedmoedige reus die samen met het weesmeisje Sofie afrekent met een aantal bloeddorstige monsters. Voor kinderen vanaf 10 jaar: 'Meneer Beek gaat even een krant kopen', Gerard Brands met teke ningen The Tjong Khing (Queri do, f 18,50). Een prima boek voor wie van gekke, rare, ongelooflij ke en raadselachtige verhalen houdt. De auteur heeft een groot aantal vreemde gebeurtenissen op een rijtje gezet. Het mooie is dat de meeste geschiedenissen niet zijn verzonnen. 'Hasse Simonsdochter', Thea Beekman (Lemniscaat, f26,50). Must voor de vele fans van Beek man en de liefhebbers van dikke, spannende geschiedenisverha len. 'Samen schuilen', Corrie Hafkamp met tekeningen van Ietje Rijns burger, (Christofoor, f 19,95). Ontroerend, mooi verhaal over de vriendschap tussen een dro merig meisje en een oudere vrouw, 't Klinkt sloom, maar is dat zeker niet. Speciale boeken: Voor blinde en slechtziende kinde ren is een tweede 'voelboek' ver schenen: 'Pak me dan' van Virgi nia Allen Jensen met illustraties van Mia Okkels (Ploegsma, f17,90). Het bizondere van dit boek is dat de illustraties voor zien zyn van reliëf, dus voelbaar voor de vingers. Ook voor ziende kleuters is het een leuk boek. Terwijl de tekst wordt voorgele zen kan de kleuter zelf de illu straties meevoelen. Voor kinderen die moeite hebben Illustratie The Tjong Khing uit Meneer Beek.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 21