c
School moet werkloosheid
jongeren onder ogën zien
Atoomramp: evacuatie
of vals weerbericht?
Minimumprijzen van
melk zijn er om te
worden nageleefd
LEZERS SCHRIJVEN
Centrumpartij
DONDERDAG 13 OKTOBER 1983
Meningen
Nederland telt op dit mo
ment ruim 800.000 werklo
zen. De verwachting is dat
dit aantal het komende
jaar nog verder zal stijgen
tot boven de 900.000.
Dat betekent dat van alle
Nederlanders die in aan
merking komen om te
werken, er één op de vijf
werkloos is. Geworden of
gebleven.
door
prof. dr. J.D. van der
Ploeg
Voor de jongeren in onze maat
schappij staan de zaken er nog
slechter voor. Het aantal werklo
ze jongeren beneden de 22 jaar
bedraagt op dit moment 266.000.
In deze leeftijdscategorie zal het
komende jaar de stijging verhou
dingsgewijs het sterkst zijn. Het.
is te verwachten dat in de loop
van 1984 er op elke drie
werkende jongeren minstens één
werkzoekende geteld kan wor
den.
De jongeren die het meest worden
getroffen door de werkloosheid
behoren tot degenen die zojuist
hun schoolopleiding dan wel
hun beroepsopleiding hebben
voltooid. Onder deze schoolver
laters is de werkloosheid het
grootst. Het aantal werkloze
schoolverlaters bedraagt nu
ruim 250.000. Dat getal is even
groot als het aantal jongeren dat
per jaar één of andere opleiding
heeft beëindigd.
Het werkloosheidsprobleem
neemt voor deze schoolverlaters
nog steeds toe. In de huidige pe
riode van afnemende werkgele
genheid blijken juist zij steeds
moeilijker aan het werk te kun
nen komen. De tijdsduur dat zij
zonder werk blijven neemt dan
ook de laatste jaren opvallend
toe. Het percentage jongeren dat
langer dan 1 jaar zonder werk is,
bedraagt nü 35
Angstwekkend
De werkloosheid heeft in betrek
kelijk korte tijd een angstwek
kende omvang gekregen. In min
der dan vier jaar is het aantal
werklozen ruim vier keer zo
groot geworden. Onze maat
schappij is min of meer overval
len met deze zeer grote aantallen.
Van enige voorbereiding op het
verschijnsel werkloosheid is dan
ook nauwelijks sprake geweest.
Niemand heeft voorzien dat op zo
korte termijn zo veel mensen
zonder werk zouden raken of
blijven. Niemand ook kan op dit
moment met zekerheid voorspel
len hoe de werkgelegenheid zich
in de toekomst zal ontwikkelen.
Juist die onzekerheid kan er ge
makkelijk toe leiden dat de sa
menleving een afwachtende hou
ding inneemt. Men hoopt dat de
economie zich zal herstellen en
dat daarmee ook het werkloos
heidsprobleem zal verdwijnen.
Wanneer men echter bedenkt wel
ke kwalijke gevolgen de werk
loosheid nu reeds voor een groot
aantal mensen met zich mee
brengt, kan men het werkloos
heidsprobleem niet oplossen
met passiviteit en ongegrond op
timisme.
Psychische gevolgen
Werkloosheid heeft behalve mate
riële consequenties ook psychi
sche gevolgen. Wat dat laatste
betreft blijkt dat het verlies van
een baan of het niet aan de slag
kunnen komen een uiterst
schokkende ervaring is. De ver
werking daarvan kan soms jaren
duren en gepaard gaan met ve
lerlei negatieve effecten voor de
betrokkene zelf, maar ook voor
de omgeving. Het lukt helaas
lang niet iedereen een gelukkig
en tevreden mens te blijven na
dat men zijn baan is kwijt ge
raakt. De werkloosheid knaagt
niet alleen aan het gevoel van ei
genwaarde, maar speelt ook door
in de relaties tussen mensen.
Via verschillende onderzoekingen
is vastgesteld dat de werkloos
heid het hardst aankomt bij jon
geren. Met name de schoolverla
ters die zojuist met succes hun
opleiding hebben afgerond, heb
ben de meeste moeite om te ac
cepteren en te verwerken dat zij
niet aan de slag kunnen komen.
Deze jonge mensen worden ge
blokkeerd in hun sociale en psy
chische ontwikkeling, waarin zij
zich nog volop bevinden.
Ze zijn bovendien opgegroeid in
een samenleving waarin het
werk meestal de belangrijkste
overgang vormde naar een fase
waarin men zijn plaats in de sa
menleving zelfstandig inhoud
ging geven. Werk verschafte de
jongeren de mogelijkheid onaf
hankelijk te worden en gaf hen
de kans om eigen wensen en be
hoeften te realiseren. Het hebben
van werk was zo ongeveer een
bewijs van volwassenheid.
Nu de baan niet meer vanzelfspre
kend volgt op de school, ontstaat
er voor veel jongeren een onver
wachte, bedreigende situatie.
Het blijkt dat het niet vinden van
werk allerlei gevolgen heeft die
de ontwikkeling van de jongere
ernstig kunnen schaden. Het
aanhoudend zondér werk blij
ven, vergroot over het algemeen
de kans op psychische oneven
wichtigheid en kwetsbaarheid.
Dat blijkt onder meer doordat de
jongere het vertrouwen in eigen
capaciteiten en mogelijkheden
verliest.
Maar ook het vertrouwen in de sa
menleving en in de mensen uit
de directe omgeving kan een ge
weldige deuk krijgen. Voor een
klein deel van deze jongeren
luidt de werkloosheid zelfs een
periode in, waarin men op drift
raakt, gaat zwerven en vervalt tot
gedrag waarmee men in conflict
komt met de maatschappij, zoals
vandalisme.
Zelfvertrouwen
Of dergelijke problemen zullen op
treden, hangt overigens niet al
leen af van het feit dat men zon
der werk blijft. Dit is vooral af
hankelijk van de vraag om welke
jongen of meisje het gaat en wel
ke achtergrond zij hebben. Zo
doet het er veel toe of de jeugdi
ge in de voorafgaande jaren veel
of weinig vertrouwen in zichzelf
heeft ontwikkeld. Hoe positiever
men over zichzelf oordeelt, hoe
beter men over het algemeen de
klap van de werkloosheid zal op
vangen.
Ook is van belang welke manieren
de jongere zich in de loop van de
jaren heeft eigen gemaakt om
problemen en conflicten op te
lossen. Ieder mens ontwikkelt
daarin een bepaalde stijl. Wie ge
wend is om problemen uit de
weg te gaan of te ontkennen, zal
in het algemeen meer moeite
hebben om een goede oplossing
te vinden voor het niet hebben
van werk. Daarentegen zullen
jongeren die geleerd hebben om
problemen reëel onder ogen te
zien, er niet voor uit de weg te
gaan maar zo goed mogelijk aan
te pakken, minder moeite heb
ben een uitweg te vinden voor
het zonder werk blijven.
Ten slotte is het ook erg belangrijk
of de jongere in een omgeving of
een gezin is waar veel begrip be
staat voor het werkloosheidspro
bleem. Je gesteund weten door
belangrijke personen in je nabij
heid kan van grote betekenis zijn
bij het positief verwerken van
werkloosheid.
School
Ook de school moet men tot de om
geving rekenen wat dat betreft.
Juist de school kan een belang
rijke bijdrage leveren in het ver
werken en oplossen van het pro
bleem van de werkloosheid. He
laas laten vrijwel alle scholen tot
nu toe op dat punt belangrijke
mogelijkheden onbenut. De
meeste scholen leiden hun leer
lingen en studenten nog precies
zo op als in de tijd dat er voor
iedereen werk was. Dat vandaag
de dag een groot aantal gediplo
meerden na het verlaten van de
school geen werk zal vinden,
wordt nauwelijks besproken.
Hoewel passende oplossingen niet
direct voorhanden zijn, is het
toch noodzakelijk dat op school
het verschijnsel van de werk
loosheid in alle openheid ter
sprake komt. In dergelijke dis
cussies kan de aloude opvatting
aan de orde komen, dat het heb
ben van geen werk abnormaal is.
Maar de school kan en moet meer
doen. Naast het bevorderen van
een andere houding en opvatting
over werk, kan de school ook
helpen in het ontwikkelen van
vaardigheden om de tijd te orga
niseren. Met het wegyallen van
een baan valt eigenlijk ook de
vrije tijd weg. Het gevaar is groot
dat de jongere in de zee van tijd
verdrinkt, als hij niet geleerd
heeft planmatig die tijd in te de
len.
We staan aan het begin van een
tijdperk waarin de plaats en de
waardering van het begrip
"werk" én het begrip "vrije tijd"
moet worden herzien.
Wil de school zelf niet een ouder
wets instituut worden, dan zal zij
krachtig aan die herziening moe
ten meewerken. Dat is op dit mo
ment belangrijker dan het leren
schrijven van pakkende sollicita
tiebrieven en het leren "je te ver
kopen" in sollicitatiegesprek
ken.
Het gaat er in feite om dat mensen
leren ook zonder betaald werk
bezig te zijn en gelukkig te wor
den.
(De auteur is hoogleraar in de klini
sche- en orthopedagogiek aan de
Leidse universiteit. Hij besteedde
eerder aandacht aan het probleem
van de jeugdwerkloosheid bij zijn
ambtsaanvaarding vorige week).
Van der Lubbe 1
Over de zwijgzaamheid van Van
der Lubbe (artikel 17 september
j.l.) heb ik, als vroegere vriend
van Rinus, zo mijn vermoedens.
De eerste tip die me aan het den
ken zette kreeg ik circa 20 jaar
geleden in de wachtkamer van
de tandarts. Daar las ik in Rea
ders Digest een artikel over pan
topon, een nieuw wondermiddel
van de Amerikaanse politie. Ik
kende de naam pantopon al. In
1934 probeerden A. uit Leipzig
en B. uit Berlijn samen weer een
groep op de been te krijgen. Op
een dag werd A. opgepakt en wat
later B. ook. Toen beide weer uit
het concentratiekamp waren
ontslagen wou B. niet opnieuw
met A. in zee. Commentaar van
B.: bij mijn arrestatie wisten ze
dingen van me die ze alleen van
A. konden hebben, want nie
mand anders wist die.' Ik neem
A. niet kwalijk dat hij is doorge
slagen want ik weet hoe gemeen
de nazi's zijn, maar nu hij het
blijft ontkennen vind ik.hem niet
voor 100 procent te vertrouwen.
Commentaar van A.: ze hebben me
eerst dagenlang verrot geslagen
maar zonder succes. Toen zeiden
ze, wacht maar vader, hier heb
ben we een goedje, dat heet pan
topon, daar geven we je een prik
mee en dan praat je wel.
A. was daarna in zijn cel op zijn
hurken gaan zitten en had net zo
lang bloed naar zijn hoofd ge
perst tot hij buiten bewustzijn
was geraakt. Zo hadden ze dus
niets uit hem kunnen krijgen.
Uit wraak hadden ze hem, toen
hij bij was gekomen, vreselijk ge
slagen. Ontknoping uit Readers
Digest: pantopon is een middel
dat de wil en het bewustzijn uit
schakelt, maar geheugen, ge-
hoorcentrum en spraakcentrum
intact laat. De bedwelmde per
soon beantwoordt feilloos alle
aan hem gestelde vragen.
Op dat moment was dit artikel
voor me alleen nog maar de ont
raadseling van het geval met B.
en L. Voordien wist ik van panto
pon alleen dat het in de apotheek
als slaapmiddel te koop was.
De tweede tip kreeg ik uit het ver
slag van een interview met één
van de Griekse kolonels na de
coup. Hy vertelde vol trots dat ze
vantevoren samen met de CIA
maanden lang aan de voorberei
ding hadden gewerkt. Toen ben
ik gaan denken: als voor de
Griekse coup veel maanden van
voorbereiding nodig waren, zelfs
samen met de CIA die gezien de
pantopon waarschijnlijk een
grondige studie van de nazime
thoden had gemaakt, dan was
voor de nazi's de tijd tussen de
datum dat Hitier Reichskanzler
werd en eind februari wel erg
kort geweest.
Ik denk nu dat de nazi-putsch wel
degelijk was voorbereid maar
voor een latere datum. Tevoren
waren hun pogingen steeds mis
lukt, bijv. de Kapp-putsch en de
eerste Hitler-putsch. Ze zullen
knap zenuwachtig zijn geweest,
hun plannen konden' makkelijk
uitlekken, er was bijna geen nazi
in Berlijn of hij had wel een zwa
ger of neef die communist was,
en omgekeerd. Ze waren bang
dat de communisten hun voor
zouden zijn en toen de Rijksdag
in de fik stond en daar een jon
gen met brandfakkels rondliep
met in zijn achterzak een verlo
pen lidmaatschapskaart van de
communistische partij, dachten
ze: daar heb je het gedonder al,
nu direct toeslaan anders gaat
het mis.
Ze hebben echt gedacht dat de
KPD de brand georganiseerd
had en toen een kelner kwam
vertellen dat hij Van der Lubbe
in gesprek had gezien met Po-
poff en Dimitroff dachten ze het
makkelijk te kunnen bewijzen
ook, vandaar het Rijksdagbrand
proces dat een flop werd. Van
Van der Lubbe neem ik aan dat
hij met pantopon of één of ande
re drug is behandeld om hem aan
het praten te krijgen. Als ze ge
hoopt hebben op sensationele
onthullingen met pantopon, dan
is een toestand van bedwelming
tijdens het proces verklaarbaar.
Dat de nazi-putsch moet zijn voor
bereid is wel duidelijk. Binnen
een paar uur organiseer je geen
effectieve massale overval zon
der lijsten met namen en adres
sen en zonder afspraken over wie
waar naar toe gaat, zodat er geen
20 overvalwagens tegelijk Thal-
mann komen arresteren en de
anderen weg kunnen komen.
Ook was er vooraf prikkeldraad
ingeslagen enz.
Dat de nazi-putsch gepland was
voor een latere datum is aanne
melijk als je bedenkt dat bij geen
latere fascistencoup (Grieken
land, Chili, Turkije) ooit een
Rijksdagbrand of zo nodig is ge
weest. Het zou ook kunnen vol
gen uit de woorden van Her
mann Göring die tijdens het pro
ces kwaad uitriep tegen Dimi
troff: "Hoe kun je nou zeggen dat
ik de Rijksdag zelf in brand heb
gestoken? Juist doordat ik bij
die brand ineens heb moeten in
grijpen zijn duizenden die ik ook
had willen pakken door mijn vin
gers geglipt".
Het in brand steken van de Rijks
dag is moeilijk een verstandige
daad te noemen. Wie zelf ook
veroordeeld is tot levenslang
7,44 in de week wegens het zich
laten verminken door anderen,
mag daar kritiek op hebben. Als
Rinus die brand had gesticht in
1943 in plaats van in 1933 zouden
er al in tientallen plaatsen Van
der Lubbe-straten zijn. Maar in
1933 was Hitier nog bevriend
staatshoofd en lieden als sir Hen
ry Deterding gingen in Duitsland
wonen en gaven een miljoen aan
de Winterhilfe. Rinus heeft het
ware karakter van de nazi's in ie
der geval eerder doorzien dan
Deterding, Colijn en veel ande-
Als mijn achteraf-theorie over de
duizenden die Göring door Ri
nus van der Lubbe door de neus
zijn geboord juist is, mag hij van
mij niet een straat maar een heel
plein hebben.
Piet van Albada
Constantijnstraat 29
Nuenen
(Door de redactie ingekort)
Van der Lubbe 2
Met zeer veel aandacht heb ik uw
pagina aangaande Van der Lub
be gelezen. Ik heb er daarna het
boek 'Opmars naar de galg' van
J.J.Heydecker en J.Leeb op na
geslagen, o.m. de bladzijden over
het Neurenbergproces van 1946.
Bladzijde 119: Op 25-4-46 verklaart
Gisevius (Gestapo-beambte) in
Neurenberg onder ede: 'Goeb-
bels sprak met de leider van de
Berlijnse SA-brigade Karl Ernst,
en gaf ook gedetailleerd aan hoe
de brandstichting zou kunnen
worden georganiseerd. Men koos
een bepaalde vloeistof die iedere
pyrotechnicus kent. Men ver
stuift deze en na bepaalde tijd
gaat ze tot zelfontbranding over.
Er werd een groep van tien be
trouwbare SA-lieden in gereed
heid gebracht, en toen werd Gö
ring van alle details van het plan
op de hoogte gesteld'.
'Er werd van Göring verwacht, en
hij beloofde dit ook, dat hij de
politie in de eerste opwinding
(bladzijde 120) zodanige instruc
ties zou geven dat ze op het ver
keerde spoor zou worden ge
bracht. Van het begin af aan wil
de men de communisten deze
misdaad in de schoenen schui
ven'.
Jackson (rechter): 'Wat is er van
die tien SA-lieden geworden die
de Rijksdag in brand hebben ge
stoken?'
Gisevius: 'Voorzover we hebben
kunnen nagaan is er niet één
meer in leven. De meesten wer
den op 30 juni onder het voor
wendsel van de staatsgreep van
Röhm vermoord. Brandweer
commandant Gempp wordt kort
na zijn ontslag gewurgd'.
Tot zover de zinnen uit het boek
Opmars naar de galg. Volgens
Meningen op deze
pagina zijn voor
rekening van de
auteurs
mij is Van der Lubbe onschuldig
ter dood gebracht, zijn noodlot
was zijn aanwezigheid in Berlijn.
J.K. v.d. Berg
Akkerhof 39
Leiden
De stemmenwinst van de Cen
trumpartij, behaald bij de ge
meenteraadsverkiezingen in Al-
mere, heeft nogal wat stof doen
opwaaien. In de media werd veel
aandacht aan dit onderwerp be
steed. Zo ook in uw krant van 27
september j.l.
U stelde zich achter de heer Kam-
minga, voorzitter van de WD,
die z'n gal spuwde over deze par
tij. Nu weten we allemaal dat er
een groep mensen is die de bui
tenlanders zien als opvreters van
ons werk en zij zeggen: als de
buitenlanders naar huis gaan,
komt er weer werk voor onze ei
gen mensen en Janmaat doet
daar wat aan, dus stem ik op Jan
maat.
Nu deel ik uw kritiek en die van de
heer Kamminga volkomen, al
leen deze laatste zou zich iets
meer in moeten houden en daar
had u de lezers van uw krant op
moeten wijzen. Op dezelfde
avond kwam namelijk nog een
andere voorman van de WD in
beeld. De heer Nijpels dus, voor
zitter van de Tweede-Kamerfrac
tie. Op de vraag waarom uitke
ringstrekkers zoveel meer in
moeten leveren dan ambtenaren
(ambtenaren 3V2 procent tegen
uitkeringstrekkers 13Vfc procent)
zette hij eerst grote ogen op, zo
van: hoe kun je zoiets doms vra
gen, om dan te antwoorden:
"Uitkeringstrekkers leveren im
mers geen enkele arbeidspresta
tie!".
Nu weten we ook allemaal dat er
een groep mensen is die uitke
ringstrekkers als profiteurs zien.
Ik kan me voorstellen dat deze
mensen (vaak uit dezelfde groep
als de Janmaat-aanhangers), als
zij Ed Nijpels met deze uitlating
op tv zien verschijnen, zeggen:
kijk, de WD gaat gaat die profi
teurs eindelijk eens aanpakken,
dus stem ik WD. Misschien is
hier de stemmenwinst van de
WD wel uit te verklaren.
Of je nu als Janmaat tegen buiten
landers zegt: beste mensen, jullie
hebben leuk voor ons gewerkt,
maar nu we je niet meer nodig
hebben kun je oprotten, of zoals
Nijpels tegen bijvoorbeeld men
sen in de wao, die daar terecht
zijn gekomen omdat ze zich let
terlijk kapot hebben gewerkt
voor deze maatschappij: je levert
immers geen enkele arbeidspres
tatie, dus kun je wel 13V2 procent
inleveren. Is het een meer verne
derend dan het ander?
Kees Uljé
Van Wassenaerstraat 34
Ter Aar
De bekendmaking van vorige
week dat een verkoper van melk
vijf cent per liter beneden de mi
nimumprijs ging verkopen, is als
een schok door Nederland ge
gaan. Direct worden door de con
currentie de wapens geslepen
om tot een tegenaanval over te
gaan. Een tegenaanval die even
eens verkoop beneden de wette
lijk vastgestelde minimumprijs
als doel had.
door
W.T. Herweyer
Wat was van een en ander de diepe
re oorzaak?
Al sinds enkele maanden komt er
vanuit België en Duitsland verse
gepasteuriseerde melk de grens
over. Binnen de EG is er vrij han
delsverkeer, als deze melk kwali
tatief aan de eisen voldoet, kan
dat niet worden tegengehouden.
Deze geïmporteerde melk is niet
beter van kwaliteit dan onze Ne
derlandse melk. Er moet dan ook
een andere oorzaak voor zijn dat
de importmelk hier voet aan wal
zet.
Die oorzaak zit in de inkoopprijs
van melk. Deze lagere inkoop
prijs is de reden waarom ook de
minimumverkoopprijs lager uit
komt. Zowel de minimumver
koopprijs voor binnenlandse
melk als die voor buitenlandse
melk gaat uit van de daarvoor be
taalde inkoopprijs. Daarboven
komt een kostendekkende mar
ge van 8 procent plus btw.
De kosten die drukken op de ver
koop van melk, o.m. de kosten
van energie, personeel, opslag en
winkels, zijn zo hoog dat die 8
procent niet voldoende is. Daar
uit volgt dat de verkoop van
melk tegen minimumprijzen als
verliesgevend moet worden be
schouwd. Dat dit toch gebeurt,
heeft te maken met een lokkend
effect op de consument.
Als de consument eenmaal in de
zaak is, koopt die ook wel andere
goederen. Men probeert de in
druk te wekken goedkoop te
zijn, melk is een zeer prijsgevoe
lig artikel. Niemand zal geloven
dat verkopers van melk tegen
minimumprijzen het verschil uit
eigen portemonnee bijpassen.
Dat merkt men echter goed door
dat andere goederen hoger wor
den geprijsd dan nodig is. Hier
ligt dan ook de oorzaak van het
feit dat voor andere goederen zo
veel verschillende prijzen wor
den berekend. De consument,
geeft daardoor zijn voordeel
weer terug als hij al niet slechter
af is.
In het Koninklijk Besluit waarin
door de overheid aan het Pro-
duktschap voor Zuivel bevoegd
heid is verleend om minimum
prijzen voor melk vast te stellen,
staat dat dit is "om lokprijzen te
voorkomen". Ook de overheid
ziet daarin kennelijk een be
zwaar. De consument moet op
een redelijke afstand van zijn
wpning zijn levensbehoeften
kunnen kopen. Een niet binnen
de grenzen blijvende concurren
tie zou binnen korte tijd leiden
tot een grote uitdunning van
winkels en bezorging. Veel klei
nere kernen hebben die voorzie
ning al niet meer. Consumenten
komen daardoor steeds meer in
de knel.
Het geheel zo overziende lijkt het
dan ook een slechte zaak dat mi
nimumprijzen worden doorbro
ken. Zoals hiervoor bleek, zijn
die er met een bepaald doel. De
Nederlandse Melkhandelaren
Organisatie heeft tegen het door
breken van de minimumprijzen
de strijd aangebonden. Melkbe
zorgers verkopen een kleiner as
sortiment en kunnen een verlies
op de verkoop van melk daar
door niet goedmaken via andere
artikelen.
Wettelijke regelingen moeten er
zijn in een land en ook met gezag
worden gehandhaafd. Als bur
gers zo maar zelf hun weg menen
te moeten gaan, moeten ze tot de
orde worden geroepen. In een
rechtsstaat als hier in Nederland
zijn er mogelijkheden genoeg om
op democratische wijze zyn stem
te laten horen.
Als er werkelijk iets helemaal mis
gaat met een van de twee Neder
landse kernenergiecentrales of
onderzoeksreactoren? Met een
Engelse nucleaire installatie of
met de Franse opwerkingsfa
briek in Normandië, met de Bel
gische kerncentrales bij Antwer
pen? Of - als ze in bedrijf zijn
gesteld - met de Westduitse
kerncentrale in langen, de
kweekreactor in Kalkar, de dro
ge opslag voor gebruikte brand
stofstaven in Ahaus? Als
werkelijk een grote, heftig
radioactieve wolk over ons land
trekt? Dan valt er niet veel meer
te doen dan afwachten en doden
tellen.
door
Kees Wiese
Evacuatie heeft dan eigenlijk geen
zin meer. Waar moet men heen in
dit kleine land? De radioactieve,
wolk wordt op de landkaarten al
tijd keurig uitgezet als een si-
gaarvormige pluim, die op de
plaats des onheils begint en zich
in de richting van de heersende
wind uitstrekt. De wolk zal zich
in de werkelijkheid onvoorspel
baar grilliger gedragen: win
drichting en windkracht veran
deren voortdurend: er zullen
plaatselijk radioactieve stofdeel
tjes uitzakken en uitregenen.
Waarheen moet men dan die mil
joenen bedreigde Nederlanders
dirigeren? Waar moet men ze la
ten als de radioactieve bodembe
smetting grote gebieden voor ve
le tientallen jaren onbewoonbaar
maakt en onbruikbaar voor land
bouw, veeteelt, industrie, terwijl
iedere vogel die zo'n plek be
zoekt, besmetting kan overbren
gen? Het is waarschijnlijk ver
standiger in die noodsituatie ie
dereen thuis in zijn vertrouwde
omgeving te laten. Binnenshuis,
waar nog enige beschutting is; in
plaats van buitenshuis in de cha
os en paniek van het ontwrichte
verkeer van massale evacuatie
met veranderlijke bestemming.
Evacuatie is een keus die extra
slachtoffers vergt: het voorko
men van massale verplaatsing is
De kerncentrale in Borssele.
een keus met hetzelfde gevolg.
Die keus zal moeten worden ge
maakt. Hard en duidelijk, opdat
iedereen weet waar hij aan toe is.
Men kan niet alleen degenen die
weg willen, met achterlating van
vrijwel alle bezit, uit het rampge
bied weghalen en ook nog thuis
blijvers voorzien van onbesmet
voedsel, medische hulp, van ver
zorging.
Die keus zal moeten worden ge
maakt door de regering en moe
ten worden bekrachtigd door het
parlement. Het is daarom verbij
sterend dat dit kabinet de beslis
sing niet te evacueren in april
van dit jaar verstopte in een
briefje van staatssecretaris Van
Kappeyne van de Coppello (so
ciale zaken) aan de Tweede Ka
mer. Verstopte. De keus wordt
niet genoemd. Maar hij vloeit lo
gischerwijs voort uit het feit, dat
de regering de theorie omhelst,
dat bij zo'n nucleaire ramp
slechts heel weinig radioactief
materiaal in de atmosfeer terecht
komt. De wolk veel kleiner zal
zijn dan eerder werd aangeno
men.
Het is heel terecht dat de Tweede
Kamer dit briefje van de staats
secretaris niet voor kennisgeving
heeft aangenomen. Het is aan de
orde gesteld in de kamercom
missie voor sociale zaken (veilig
heidswetgeving valt onder dit
ministerie) en doorgespeeld naar
ook de kamercommissie voor
economische zaken (kernenergie
valt onder dat ministerie). Er zal
spoedig een openbaar debat over
volgen.
De theorie, waarachter de regering
zich verschuilt, is hoogst du
bieus. Hij is in 1980 ontwikkeld
door een Amerikaans instituut
van elektriciteitsbedrijven
(EPRI) en snel overgenomen
door de Nederlandse KEMA, een
soort instelling van belangheb
benden. Hij is in 1981 verworpen
door de officiële Amerikaanse
toezichthouder op het kernener-
giegebeuren, de Nucleair Regu
latory Commission (NRC), en
vormt geen uitgangspunt in de
eveneens dat jaar verschenen
Deutsche Risikostudien Kern-
kraftwerke (DRK).
Dat de Nederlandse regering nu
die omstreden theorie wel om
helst, is des te vreemder en ver
werpelijker, omdat het niet
hoeft. Ook als men - zoals de
Amerikaanse NRC en de West
duitse DRK blijven doen uit
gaat van het by een extreem on
geval vrijkomen van een grote
radioactieve wolk, kan op te ver
dedigen gronden worden geko
zen voor het niêt-evacueren van
(grote delen van) de bevolking.
Eenvoudig omdat het niet kan en
evacuatieplannen alleen een
voos gevoel van veiligheid ge-
Over die keuze zal het kamerdebat
dan ook in de eerste plaats moe
ten gaan. Daarbij kan ook de
vraag aan de orde komen of het
niet verstandiger is het overtrek
ken van zo'n wolk voor de bevol
king geheim te houden om pa
niekreacties te voorkomen. Dat
laatste kan leiden tot - absurd
detail - de aanvaarding van de
noodzaak zelfs het weerbericht
te vervalsen...
(De auteur is redacteur bij het Nieuws
blad van het Noorden, dat net als de
ze krant is aangesloten bij de Ge
meenschappelijke Persdienst).