Dorp vond in tal landen navolging Mia's wil was 'n kwart eeuw wet De nacht van dokter Klapwijk Da's waar ook "Huisvrouwen van Nederland..." ZATERDAG 16 JULI 1983 Zijn geesteskind bracht dokter A. Klapwijk twintig jaar gele den in één klap nationale roem en bekendheid. Sedert die tijd is Het Dorp onlosma kelijk aan zijn leven verbon den geweest Nog altijd wordt de nu 61-jarige arts aangeklampt. Zijn gezicht, maar vooral zijn indringende stem staan blijkbaar in het geheugen van vele Nederlan ders gegrift. Al loopt hij ver momd met zonnebril en zwembroek rond, de mensen houden hem staande: Bent u dokter Klapwijk, wat leuk u te ontmoeten, bedankt dat u ons dat gevoel van verbon denheid weer gaf, dat we in de oorlog ook hadden. De televisiemarathon 'Open Het Dorp', die Klapwijk samen met Mies Bouwman leidde, sloeg dan ook in als de bekende bom. De RAI, middelpunt van de nationa le tv-actie, was die dag volstrekt onbereikbaar. Het geld stroomde binnen. Klapwijk: "Ik heb gezien dat mensen door de spleten van de ramen briefjes van duizend naar binnen duwden". Luciferdoosjes De rest van Nederland zat die no vemberdag 1962 aan de buis ge kluisterd om de dokter en Mies Bouwman in de weer te zien. Hoogstens ging men de straat even op om een stoffelijke bij drage te leveren aan het te stich ten dorp voor gehandicapten in Arnhem. Met lucifersdoosjes vol geld naar het postkantoor of de kruidenier om de hoek: de actie moest simpel en doeltreffend zijn en werd dan ook een weerga loos succes. De droomwens van dokter Klapwijk, jarenlang ge koesterd, kon door de bijeenge brachte 25 miljoen gulden in ver vulling gaan. "Ik heb het altijd een afschuwelijk idee gevonden dat teveel gehandicapten ge doemd waren om aan een bed ge kluisterd te zijn, zonder enige vorm van privacy. Het idee dat gehandicapten met z'n zessen op een kamer zouden liggen. Dat ve len in een bed tegen een blinde muur aankeken liet me niet meer los sinds ik als revalidatie-arts met een boottocht van het Rode Kruis meevoer. Al toen ik m'n eerste ronde aan boord deed werd ik bedankt. En dan te we ten dat de mensen na die feest- week weer terug zouden gaan naar hun kamertjes..." Zijn vage plannen begonnen vaste vorm aan te nemen toen Klap wijk in 1959 werd benoemd tot geneesheer-directeur van het ob servatie- en revalidatiecentrum Johanna Stichting in Arnhem. Van zijn bestuur kreeg hij carte blanche om dit revalidatiecen trum te ontwikkelen tot een dorp waar alle mogelijke voorzienin gen voor gehandicapten zouden door Miep Hoenson Simpel Dokter Klapwijk: "En ik bleef maar met die gedachte zitten dat "gehandicapten zeker ook recht hebben op een eigen ruimte, op werk, op goede verzorging die hun alle eer aandoet, op ontspan ning. Dat is Het Dorp - zo sim pel, maar door z'n eenvoud aan trekkelijk". De ontwikkeling van de Johanna Stichting was 'planklaar' toen de dokter daadwerkelijk de boer op ging met zijn geesteskind. Bij wie hij ook aanklopte, hij vond - en dat verbaast hem heden ten dage nog altijd - steeds een ge willig oor. Twee jaar lang reisde hij het hele land af om voor een gehoor van 500.000 vrouwen van de Vereniging voor Vrouwelijke Vrijwillige Hulpverlening zijn verhaal af te steken. Via via ("ik zat helemaal niet in die tv-we- reld") vernam de dokter dat de AVRO op zoek was naar een goed doel, waarmee het veertig jarig bestaan luister kon worden bijgezet. Op zijn rechttoe-recht- aan wijze wist Klapwijk het vol tallige bestuur en de directie van de AVRO naar de Johanna Stich ting te krijgen. "En weer onder ging ik diezelfde sensatie. Ze hadden het meteen al niet meer over de vraag of ze zouden mee doen, nee, de hamvraag was: hoe wilt u het liefst dat we mee doen?" In die fase van de actie voegde Mies Bouwman zich bij het groepje bezielden. Klapwijk werd door de AVRO gevraagd om de leiding over de inhoudelij ke kant op zich te nemen. Om de aanloopkosten van de actie te kunnen betalen werden er zilve ren sleuteltjes vervaardigd, die menig kind in die tijd aan het be- delarmbandje zou gaan dragen. Hoge heren van de PTT werden door Klapwijk bepraat om de postkantoren die avond open te houden; de kruideniersorganisa ties verleenden ook alle mede werking. Zwolsman Maar gerust op het welslagen van de actie was dokter Klapwijk in dat stadium nog lang niet. Er was immers niets waarmee het Ne derlandse volk 'lekker' kon wor den gemaakt? Zouden de men sen wel geven, zolang ze hele maal niet wisten of Het Dorp ooit gerealiseerd kon worden? Er diende iets concreets te komen. Dat houvast werd een lap grond in Arnhem, op een steenworp af stand van de Johanna Stichting. Een ideale plek om een dorp voor gehandicapten te stichten, juist vanwege de faciliteiten die de Stichting de toekomstige be woners zou kunnen bieden. Er was één maar: de grond (waar de: anderhalf miljoen gulden) was in handen van projectont wikkelaar Zwolsman, die er flats zou gaan bouwen. Dus werd de destijds zo machtige inwoner van Wassenaar door de dokter benaderd met de vraag of er niet iets geregeld kon worden. Het vervolg laat zich raden. Klap wijk: "Op Tweede Kerstdag 1961 werd ik opgebeld. Dokter Klap wijk, u krijgt de grond voor niets, zei Zwolsman. Ik had die man wel kunnen omhelzen. En wat ik het meest treffend vond is dat hij er nooit prat op is gegaan. Er wa ren natuurlijk bedrijven die het doel wilden steunen, maar voor wie het mes dan wel aan twee kanten sneed. Daarvoor had ik ook alle begrip. Maar uitgere kend Zwolsman is zelf geen se conde op de tv gekomen. Hij heeft de burgemeester van Arn hem gevraagd om het op de buis mee te delen" Klapwijk: "Dat de grond er al was bleek voor de mensen een ont zettend grote psychologische steun in de rug. Dat had ik na die twee jaar voorbereiding wel no dig. Want begrijp me goed: een uitstekend idee is dan wel de helft van de zaak, maar de andere helft houdt in datje je er rot voor moet werken.". Dokter Klapwijk heeft.zich ook na het welslagen van de actie lange (vrije) uren moeten 'rotwerken' voor Het Dorp ("gelukkig had ik in die tijd aan vier uur slaap per nacht genoeg"). Vraagbaak Hij kon er als geestelijk vader niet onderuit om die beginjaren als directeur op te treden. Boven dien ontving hij een stortvloed aan post van (ouders van) gehan dicapten, die met zo ongelofelijk veel vragen zaten. "Die brieven heb ik allemaal beantwoord. Het was zo eenvoudig om met drie minuten aandacht iemand te hel pen en te verwijzen. De mensen zien door de veelvoud aan instel lingen en mogelijkheden door de bomen het bos niet meer". Het onlangs opgezette informatie centrum bij de Johanna Stich ting, het sluitstuk van zijn func tie als geneesheer-directeur, is een regelrecht uitvloeisel van Klapwijks behoefte aan een vraagbaak en samenwerkings verband voor alle mogelijke soorten gehandicapten. "Hoe eerder de handicap van een kind wordt vastgesteld", zegt hij, "des te meer mogelijkheden heb je om die ontwikkelingsstoornis sen te behandelen". Klapwijk beaamt grif dat zijn leven er zonder Het Dorp heel anders had uitgezien. "Ik heb er zo ont zettend veel contacten aan over gehouden, heb mensen leren kennen die ik anders nooit zou zijn tegengekomen. Neem alleen al dat ik in alle mogelijke landen ben geweest om over Het Dorp te vertellen. In Denemarken, Italië, de Verenigde Staten, Suriname, Japan, Engeland en Ierland. Ja, ook buiten Nederland was zo'n woonvorm voor gehandicapten uniek. Niet dat andere landen het idee zouden moeten imite ren, nee, maar het gaat om de fi losofie erachter: dat je gehandi capten waardig moet behande len. En de resultaten? Dit jaar zal er in Schotland een dergelijk dorp worden geopend. Japan volgt ook. In Oostenrijk mocht ik al zo'n woonvorm openen. Ze speelden daar toen het Wilhel mus. Nou, daar kreeg ik het wel even koud van". "En dat herkennen, nog altijd. Heel vaak horen de mensen aan m'n stem dat ik het ben. Want je gezicht wordt ouder, maar je stem verandert natuurlijk niet. De psycholoog professor Rutten heeft me destijds al voorspeld dat dat beeld van mij nooit meer weg zou gaan uit de harten van het Nederlandse volk. Zo'n posi tieve emotie, zei hij, wordt er in gebrand". Kritiek De periode in zijn leven dat dokter Klapwijk wat meer tijd krijgt om achterom te kijken - hij heeft zijn functie als geneesheer-direc teur onlangs neergelegd valt sa men met de aanzwellende kritiek waaraan zijn 'kind' blootstaat: 'Ze' zouden teveel geld over de balk gooien. Klapwijk zegt dat hij zich verplicht voelde tegen over de gevers om Het Dorp in sneltreinvaart te ontwikkelen. Er moest iets moois van worden ge maakt. Die 25 miljoen gulden gingen dan ook schoon op. Het 400 woningen tellende Dorp zou volgens recente geluiden veel te sober, te grootschalig en te on persoonlijk zijn. Reden waarom het nu, vijftien jaar nadat de eer ste bewoners er introkken, voor de helft zou leegstaan. Klapwijk zegt Het Dorp "zeker nooit als oplossing te hebben ge zien voor alle mensen met een handicap. Ik kon en kan me heel goed voorstellen dat sommige gehandicapten graag in een aan gepast huis in een gewone straat willen wonen. Ook voor de min der ernstig gehandicapten moe ten we alternatieven aandragen, dat heb ik van meet af aan geroe pen in diverse commissies waar in ik zit. Er zijn gehandicapten die Het Dorp te groot en te druk vinden, ja. Zij willen liever iets kleinschaligere, iets gezelligere. Sommige bewoners zijn door Het Dorp veel zelfstandiger ge worden en konden na een aantal jaren verhuizen naar een meer gewenste woonvorm. Maar een leegloop? Minder dan vijf pro cent van de huizen staat leeg, en dat percentage ligt ver onder de stelregel van het ministerie. God dank hebben de mensen nu een grotere keuze. Het Dorp functio neert, het zal altijd in een behoef te blijven voorzien. Maar waar om zou er alleen Het Dorp moe ten zijn?" Er was een nacht van Schmelzer maar ook een nacht van dokter Klapwijk, tijdens welke het Nederlandse volk welgeteld 25 miljoen gulden op tafel legde. En intussen was Mia Smelt op de radio een legende aan het worden. door Miep Hoenson Vraag tien Nederlanders van boven de 30 of ze zich iets herinneren over 'Moeders wil is wet' en negen van hen zal direct de naam Mia Smelt te binnen schieten. De peetmoeder van het befaamde KRO-radioprogramma van weleer brengt bij tal van vrouwen nog altijd een schok van herkenning, teweeg. Niet iedereen is er nu, bijna tien jaar nadat Moeders wil geen wet meer is, onverdeeld positief over. Maar hoe tuttig sommigen het vrouwenprogramma ook vonden: Mia Smelt zelf is gewoon een aardig mens. Niet voor niets is ze Nederlands meest geïnviteerde vrouw. Zo'n 25 jaar lang kreeg Mia Smelt (69 thans) wekelijks honderden uitnodigingen om eens langs te komen. Tel dus maar na. Toch nam ze er nooit één aan. Waar had het brein achter 'Moeders wil is wet' de tijd vandaan moeten halen? Drie vier keer per week besprak ze in het eerste vrouwenprogramma dat ons omroepbestel rijk was de praktische en huishoudelijke probleempjes. Wat is de groente weer duur. Met welke moeilijkheden hebben de bakkerevrouwen te kampen? Dames, als u een matras koopt, neem er dan één van kapok of veren. Wat praktisch geen mens weet is dat ze in al die jaren nog een dozijn andere radioprogramma's maakte als 'Onder Ons', 'Vrouwen van het platteland', 'Huisvrouwen houden hun stand op' en 'De Vraagbaak'. Aan veel meer dan haar radiowerk kwam ze nooit toe. Domein Toen Mia Smelt aan de KRO verbonden voor het maken van klankbeelden voor het programma werd gevraagd hapte ze niet al te gretig toe. De KRO dwong haar min of meer. Ze was in die tijd zo ongeveer de enige vrouw bij de omroep, en men vond dat tegemoet moest worden gekomen aan de honderden verzoeken om een vrouwenprogramma te brengen. En zo geschiedde. Vijfentwintig jaar 'Moeders wil' werd ingeluid met de inmiddels historische woorden: "Huisvrouwen van Nederland. Tot tien uur bent u baas in etherland in een programma dat vóór u is samengesteld door u". Het enthousiasme kwam met de jaren. Mia Smelt ontdekte hoe - heerlijk het was om onbekommerd haar gang te kunnen gaan. Achteraf zegt ze dan ook volmondig het "een ontzettend leuke baan" te hebben gevonden. "Wantje kon toen nog lekker pionieren. Het ging er wel even anders aan toe dan nu met al die productiegroepen zus en zo. Alles deed je zelf. 's Nachts zat ik te monteren, 's Morgens gingen we live de ether in. En verder las je brieven en ging je op pad, op zoek naar leuke onderwerpen. Ik ontmoette zoveel verschillende mensen. Nee, ondanks dat ik verschrikkelijk hard moest werken zou ik dié tijd niet hebben willen missen. Ik kon ook altijd m'n eigen gang gaan. Alles kon". De archieven leren evenwel dat alles maar tot op zekere hoogte kon. 'Moeders wil' begon als een soort verzoekplatenprogramma voor de stofzuigende huisvrouw. Maar wat bleek alras? Dat ook mannen hun favoriete plaatjes gingen aanvragen. Dat ging de KRO te ver. In de radiogids stelde de omroepleiding onomwonden "dat er alleen platen kunnen worden aangevraagd voor de huisvrouw of daarmee gelijk te stellen personen. De heren des huizes hebben geen toegang tot ons domein". Staken Niet dat deze maatregel de brievenstroom deed droogvallen. De typekamer van de KRO bezweek er nog altijd onder. In april 1951 'Moeders wil' draaide toen nog geen twee jaar - dreigde de KRO-leiding de uitzendingen te staken. Er moest rigoureus het mes in de verzoekjes worden gezet. Vanaf die tijd ontwikkelde 'Moeders wil' zich tot een informatief radioprogramma (Is de wasmachine een luxe? Mogen we zonder hoed naar de kerk?). Mia Smelt noemde geen namen meer. Ze begon met het belichten van steeds andere beroepen, een (archieffoto) oneindige reeks. Mia Smelt wilde de andere (menselijke) kant van de medaille laten zien. De vrouwen lieten nu gegroepeerd van zicfc horen. Ze schreven massaal hoe het was om getrouwd te zijn met een bakker, doodgraver, predikant of directeur. Predikant? Jazeker. Mia Smelt had de drie K's (Kerk, Keuken en Kinderen) hoger in het vaandel staan dan de eerste letter van de Katholieke Radio Omroep. Dat zij ook de vrouwen van dominees aan het woord liet werd haar lang niet door alle luisteraars tere in dank afgenomen. Schande werd ervan gesproken. "Dat soort gelovigen" moest maar naar de NCRV gaan. Omgekeefd evenredig waren reacties als: "Ik ben protestant, kan ik nu wel in uw programma komen praten?" Of: "Lieve Mia, ik ben niet katholiek, maar toch luister ik altijd naar je". En als Mia het onderwerp godsdienst ter hand nam, dan had ze het net zo goed over de gereformeerden en de joden als over de katholieken. Stormen 'Moeders wil' maakte samen met de Nederlandse vrouwen in 25 jaar stormachtige ontwikkelingen mee. Toch liet het programma zich door geen Dolle Mina of feministe van de wijs brengen. Wel moesten items over opvoedkunde ('Het Gezinspraatje') en tuinieren schoorvoetend plaatsmaken voor betogen over voorbehoedmiddelen en sexuele problemen. Als geen ander besefte ze dat veel van wat in de loop der jaren in 'Moeders wil' was beweerd, intussen hopeloos achterhaald was. "Maar vergeet niet dat in die naoorlogse jaren veel informatie die nu als tuttig wordt bestempeld uitermate nuttig was. De vrouwen wisten niets af van veel zaken die nu vanzelfsprekend zijn. Tips datje een kind geen zes borstrokken moet aandoen waren net zo noodzakelijk als een opmerking datje bij het ontbijt het gezin geen gebakken aardappelen dient te schotelen. Echt, zo lag dat toen. Ik bracht gewoon het dagelijks leven". Als geëmancipeerde werkende vrouw - ze had voor haar plekje bij de radio moeten vechten - kon Mia Smelt er oprecht blij om zijn dat er eens wat meer naar de dames werd geluisterd. En met haar hoogtonige stem bleef ze een degelijke pijler temidden van alle stormen die de vrouwenbeweging teweegbracht. Over abortus praten? Prima, maar een drammerig of van de KRO afwijkend standpunt werd niet ingenomen. Er diende met liefde en mildheid over te worden gesproken. Bovendien was Mia zich ervan bewust voor wie ze werkte. Haar muzikale keuze bleef trouwens onveranderd. Mia Smelt hield nu eenmaal van "mooie, religieuze liederen" en ze bleef ervan overtuigd dat ook jongeren een ouderwets muziekje wisten te waarderen om er de dag mee te beginnen. Daar kwam bij dat rock roll of andere popplaatjes nimmer werden aangevraagd. Liedjes met banale teksten kwamen er sowieso niet voor in aanmerking. Traditie mmm Ook de aanvechtbare en beladen titel van haar programma bleef. Uit de postzakken met brieven wist Mia Smelt dat sommige vrouwen en niet te vergeten mannen - zich erdoor belaagd voelden. Maar de traditie hield ook die titel in stand. Wat op den duur wel veranderde waren de luistercijfers. Mede doordat de Nederlandse vrouwen uithuiziger werden daalde het legioen van twee miljoen luisteraars (gemeten in 1968) naar 500.000 in 1974. Maar toen was 'Moeders wil' toch al geen ijzeren wet meer. Mia Smelt bereikte in dat jaar de voor vrouwen pensioengerechtigde leeftijd van 60 jaar. Toen zij vertrok, wankelde de laatste pijler uiteindelijk echt. Of een ander het niet kon gaan presenteren? Daarover werd niet eens gepraat. Na al die jaren was 'Moeders wil' teveel vereenzelvigd met die van Mia. Om niet direct in een groot, gapend gat te vallen stemde Mia Smelt erin toe om met Kees Schilperoort nog een seizoen lang het zondagavondprogramma 'Landgenoten, ik heb u lief ten gehore te brengen. Daarna was de koek echt op. Mejuffrouw Smelt trok zich uit het Hilversumse terug op een riante stek in Oostvoorne ("ik heb me hier echt een beetje verborgen"). Het buitenleven bevalt haar uitstekend. Ze rommelt lekker in haar tuin van gigantische afmetingen en vervelen doet een nog zeer vitale Mia Smelt zich nooit. Ze geniet met volle teugen van de herwonnen vrijheid. "Zo vind ik het echt héérlijk om 's morgens niet vroeg te hoeven opstaan. Vroeger dacht ik: hoe brengen die mensen het op om naar de radio te luisteren? Moeten ze niet van alles doen? Nu pas weet ik dat het leuk is om onder het aardappelen schillen naar een gezellig programma te luisteren. Vroeger luisterde ik alleen als ik in de auto zat".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 17