Heeft de I krant eenl kluit? De Heesterboom Van boom tot dagblad PAGINA VIII VRIJDAG 24 DECEMBER 1982 e maakte het later mogelijk e n gedragen weefsels. De Wim Fortuyn proces komt de vezel mooier Toekomst In samenwerking met de bos bouw zocht Van Gelder zo in Renkum de weg terug naar het evenwicht van vroeger. Maar voor het eens zo trotse, maar toen uitgemergelde Boomstammen die uiteindelijk zo plat als papier worden. Rechtsboven de rotatiepers van het LD/AD. Links de papierfabriek van Parenco in Renkum. kwam het berouw te laat. De oude Renkum I werd gesloten, de vernieuwde Renkum II werd op de drempel van de ja ren tachtig losgekoppeld van de onder een schuldenlast zuchtende papiergigant. Aanvankelijk werd de familie naam nog gehandhaafd in de Van Gelder Courantenpapier fabriek BV, die op een zelfstan dige koers werd gezet onder supervisie van een in Canada geschoolde expert, J.H. Kila. Vorig jaar volgde een definitie ver afrekening met het verle den, na de ineenstorting van het imperium Van Gelder Zo nen bij alweer een aanvraag voor rijksmiljoenen. Sinds dat moment is de familienaam ver dwenen en vaart de fabriek verder onder de vlag Parenco. Formeel - niet financieel zit van Van Gelder er nog voor 43 procent in. De rest van de aan delen is in andere handen. De staat, die grote sommen gelds in de fabriek heeft gestoken, is voor veertig procent eigenaar via de Nederlandse Investe- rings Bank, de overige aande len staan op naam van het BIJZONDERE BOMEN Een tweede ultra-moderne pa piermachine moet over een jaar of vier van stapel lopen, waarmee de totale capaciteit op 300.000 ton zal komen. On danks de magere jaren die zijn aangebroken voor de dagbla den, ziet Parenco ruimte. Nederlands Wellicht kan de fabriek een stuk je van de prijsgegeven binnen landse markt heroveren op de concurrentie uit de Noordse landen. Tweederde van het in Nederland gebruikte kranten papier komt van buiten de EG. Met de Europese Gemeen schap is meteen een tweede groeimarkt voor Parenco ge noemd. De fabriek zet nu twin tig procent (50.000 ton) van de geproduceerde papierrollen af over de grenzen, voornamelijk in Engeland en West-Duits- land, maar ook in België en Frankrijk. Exportbevordering of niet, het laat onverlet dat Parenco zich meer en meer op de eigen om geving oriënteert als het gaat om de produktie. De stand van zaken op dit moment kan nauw omschreven kan worden aan de hand van het eindpro- dukt. Het krantenpapier be staat nu uit twaalf procent uit pure, geïmporteerde stof: cel lulose, langs chemische weg verkregen houtvezels die het papier voldoende kracht moe ten geven. Een aandeel van twintig procent levert een puur in Nederland gewonnen grondstof: oud papier, dat bij Parenco van inkt wordt gezui verd alvorens weer in de pa piermachine te verdwijnen. Blijft over 65 procent houtpulp, die een steeds inheemser ka rakter krijgt. De houtpulp be staat nu voor 35 procent uit ve zels van geïmporteerd vuren hout. De rest is afkomstig van de wouden rond Renkum. Een rekensommetje leert dan, dat de uit Parenco-papier vervaar digde krant voor bijna zeventig procent een puur Nederlands produkt is. Nederland is weliswaar Karig be deeld met bos, maar het bosa- reaal neemt eerder toe dan af: van 7,8 naar 8 procent in de af gelopen vijf jaar. Gelderland, met 86.000 hectare, is veruit de bosrijkste provincie. Volgens Parenco, dat de hoeveelheid grenen verder wil opvoeren, zal dat zo blijven en kan de gro ve den zelfs de volledige Ne derlandse behoefte aan papier- hout dekken. Geen roofbouw Sprake van roofbouw is er niet, benadrukt de bedrijfsleiding. Parenco maakt vooral op dat terrein werk van zijn public re lations. Samen met marketing manager Stuurop, produktie- leider Biewenga en directeur Heinius van Parenco's houtaf deling trekt bosbouwkundige Van Hoesel gaarne ten strijde tegen de bevolkingsgroep die denkt dat houtproduktie op gespannen voet staat met na tuurbehoud. "Juist in Nederland, met zijn weinig gevarieerde bodemge steldheid, leidt verwildering tot eentonigheid. Bossen moet je onderhouden. Je begint met bomen dicht op elkaar te plan ten, maar na een paar jaar moet je dunnen om dé groei te bevorderen. Dat gaat ongeveer negentig jaar lang door, dan is het bos oud en rijp om te kap pen en kun je opnieuw begin- "Kappen in het wilde weg is niet meer mogelijk, daar zorgt een strenge Boswet wel voor. Voor elke boom die je in Nederland rooit, voor zover dat al mag, moet je er weer een planten. Als je ervoor zorgt dat in het totale bosgebied steeds alle stadia van ouderdom aanwezig zijn, krijg je ook een grote ver scheidenheid aan diersoorten. Elk bos heeft zijn eigen bijbe horende dieren- en plantenwe reld. Een betoog dat krachtig wordt aangevuld door directeur H.J. Heinsius van Parenco's houtaf deling. "Veel mensen denken, dat bossen vroeger niet wer den onderhouden. Maar wat nu gebeurt is in feite herstel van het vroegere evenwicht door de terugkeer van het eco nomisch nut. Je ziet hetzelfde met wilgen. Vroeger waren ze nuttig voor de boer, daarna moest er subsidie van de over heid aan te pas komen om ze te snoeien en overeind te houden, nu kan de boer het hout weer kwijt aan mensen met een open haard". In 1804 werd aan de Haagweg de molen De Heesterboom gebouwd door houtzager/handelaar Van Hees. De tegenwoordige eigenaar Noordman heeft dat tenminste een keer van iemand gehoord. "Het merkwaardige is natuurlijk dat een heester geen boom is", vertelt hij. "Nee, kom nou. Natuurlijk wist meneer Van Hees dat! Hij was nota bene houtzager. Nee, hij zal dat wel gewoon een mooie naam hebben gevonden, De Heesterboom". De overgrootvader van Noordman kocht de zaak in 1850 of 1860 - daar wil hij van af zijn. "Er waren toen nog twee molens: de Heesterboom dus en de Eendracht. De laatste is zo'n zestig jaar geleden gesloopt". Noordman kwam ongeveer vijftig jaar geleden in de zaak, als jongste bediende. In 1952 werd hij medefirmant. "Het timmerhout kwam in die tijd al voornamelijk uit Rusland en Scandinavië. Wij bewerkten de stammen". Tegenwoordig gaat dat anders: het hout wordt afgewerkt naar Nederland getransporteerd. De handel zelf is het belangrijkst geworden voor de Nederlandse ondernemingen. Noordman: "En met die handel is het slecht gesteld. Het evenwicht is zoek. Er is meer aanbod dan vraag. We krijgen dus nu naast de boterberg ook nog een houtberg". De mooiste houtsoort? Daar moet Noordman toch eens goed over nadenken, om vervolgens het antwoord schuldig te blijven. We staan er niet elke dag bij stil, maar de krant waarin ons kropje sla verpakt is maakt deel uit van 450.000 ton papier die jaarlijks door de 46 Nederlandse kranten wordt opgesnoept. Een voor bijna 70 procent Nederlands produkt. Kunnen we ons dat wel permitteren? Wim Fortuyn keek in de keuken van Parenco, Neerlands enige overgebleven producent van krantenpapier. Stoom wolkt op uit de uiter waarden langs de Rijn, grijpt zich met witte tenta kels vast in de Gelderse naaldwouden. Schaduw bespeelt het dorp Renkum. Parenco heet de schilder van de bizarre luchten in dit vaderlandse landschap. Een plaatselijke gigant, die zich dag en nacht zichtbaar in het zweet werkt met slechts één doel. hoe die bomen plat te krijgen. Zo plat als papier. "Dat is ei genlijk, wat we hier doen", zegt directeur-produktie Biewenga. "De houtvezels in een plat vlak brengen". De fabriek, verrezen uit de as van het ineengestorte concern Van Gelder Zonen, is producent van krantenpapier. De enige in Nederland. De modernste in West-Europa, Scandinavië niet meegerekend. De boom is hier grondstof. Jaarlijks verdwijnt er een flatge bouw (300.000 kubieke meter) aan fijnsparren en grove den nen in de fabriek, samen met 125 ton oud papier, 50.000 ku bieke meter afvalhout van za gerijen en sloten water. Dat komt er weer uit in grote rollen papier: 210.000 ton. Dat is een berg hout. Maar Ne derland heefl meer nodig, zelfs zonder meubels, vloeren en schrijfpapier mee te rekenen. Alleen de 23 uitgevers van 46 zelfstandige, dagbladen met een totale oplage van 4,5 mil joen verbruiken samen al on geveer 450.000 ton krantenpa pier. Dus ruim twee van die flatgebouwen aan hout. Kan Nederland zich dat permitte ren? Heeft de krant, gelijk de kerstboom, wel een kluit? Pap(ier) De papierindustrie is in Renkum - gelegen aan de zoom van dennenbossen en aan de oever van de Rijn in haar element. Hout is onmisbaar, water even zeer. Water, om de boom tot pap(ier) te koken. Water, in vroeger tijden ook voor het le veren van energie. De Ren- kumse beken dreven in tijden van weleer zeven papiermo lens aan, alvorens uit te mon den in de rivier die Parenco nu diensten bewijst als leveran cier van water en transport- weg. Van Gelder Zonen vestigde zich in 1907, vanuit het Noordhol landse Velzen, in het Gelderse dorp en luidde spoedig een nieuw tijdperk in voor de plaatselijke papierindustrie. Na een drastische modernise ring van de oude papierfabriek W. Sanders Tzn - later de Ren kum I - reageerde Van Gelder in 1912 op de toenemende vraag naar krantenpapier met de bouw van een voor die tijd zeer modern fabriekscomplex, de Renkum II. Machines na men de oude vaklieden vanaf dat moment het papiermaken uit handen. Jaren van voor spoed braken aan. Totdat in Amerikaanse concern Crown Zellerbach. Zonder de last van een loodzwa re erfenis kan Parenco in be trekkelijke rust aan de toe komst werken. Inmiddels is de Renkum I nu in handen van de gemeente - weer in ge bruik. Op het moment (eind vorig jaar) dat Van Gelder ook in Velzen de produktie van krantenpapier staakte, sprong Parenco in het gat door de an tieke maar nog intact zijnde fa briek te huren. Niet alleen om het resterende marktaandeel te beschermen tegen de Scandi navische concurrentie, maar ook om de kosten van de volle dig vernieuwde Renkum II te spreiden. Efficiënter gebruik van de grote hoeveelheden wa ter en energie was geboden en heropening van de Renkum I was de kans. De oude papier machine kon (en kan) volledig door de vernieuwde fabriek worden gevoed. Ruimte Het zijn in de eerste plaats ener giekosten die Parenco moet bewaken. Per jaar verbruikt het bedrijf 440 miljoen kilo watt-uur, grofweg evenwel als de inwoners van Leiden. Het leeuwendeel van de energie wekt Parenco dan ook zelf op met een aardgas-gestookte centrale in combinatie met een stoomturbine. Inplaats van 35 procent levert het dure gas zo een rendement van 60 procent. Stoom is niet alleen nodig om hout om te zetten in vezels, maar is ook zeer bruikbaar bij het drogen van het papier. Een vrijwel gesloten circuit moet zorgen voor zo weinig mogelijk energie- en waterverlies. Appa ratuur is in de maak om ook de laatste energie nog te persen uit de wolken waterdamp, die de fabriek ondanks alles blijft afblazen. Naast een eigen energiecentrale heeft Parenco tevens een eigen zuiveringsinstallatie op stads- formaat, zodat verspilling van de miljoenen en miljoenen li ters water tot een minimum beperkt kan blijven. Vooralsnog gaat het de fabriek aardig naar den vleze. De om zet steeg van 125 miljoen in 1980 via 218 miljoen vorig jaar naar ongeveer 300 miljoen in de laatste twaalf maanden. In het personeelsbestand, graad meter voor de Renkumse werkgelegenheid, zit eveneens groei. Dankzij de heropening van de Renkum I is het aantal personeelsleden weer gestegen van vier- naar vijfhonderd.Ook zijn er uitbreidingsplannen. het begin van de jaren zeven tig het verval intrad. De ineenstorting van het topzwa re papierimperium is inmid dels breed uitgemeten. Eén oorzaak was dat Van Gelder een nieuwe modernisering te lang had uitgesteld. Een ande re dat het hout steeds duurder betaald moest worden. De voor krantenpapier bij uitstek ge schikte boom, de fijnspar (vu renhout), is op Nederlandse bodem vrijwel niet te vinden, zodat Van Gelder het steeds verder over de grens zocht. Aanvankelijk in Scandinavië, totdat daar de grenzen werden gesloten als gevolg van de roof bouw die de sparrenwouden drastisch had uitgedund. Daar na in Rusland en Canada. De transportkosten voor Van Gel der liepen hoger en hoger op; de Scandinavische concurren ten drongen verder de Neder landse markt op. Van Gelder zag het binnenlandse markt aandeel slinken van 40 naar 30 procent. Schuld Pas in 1973 begon de bedrijfslei ding zich te beraden over de mogelijkheid de Renkum II te voorzien van nieuwe, door ro bots bestuurde machines. Me de dankzij garanties voor lange termijn-afname van de geza menlijke dagbladen, verenigd in de Nederlandse Dagblad Pers (NDP), kwam er uiteinde lijk een positief antwoord. In 1975 gingen de oude machines uit 1912 de deur uit om plaats te maken voor ultra-moderne Finse apparatuur, die in 1979 de eerste rollen krantenpapier afleverde. Tegelijkertijd schakelde het be drijf langzaam maar zeker over van de fijnspar op de grove den (grenenhout), wel in ruime ma te in Nederland en West-Duits- land voorhanden. De sluiting van de Limburgse mijnen, met hun enorme behoefte aan stu- thout, gaf daartoe een belang rijke impuls. Daarbij kwam dat het grofvezelige grenenhout met de nieuwe, thermo-mechani- sche houtmachine beter te ver werken is dan met de oude rondslijper: door het warmte-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 36