Kleine winkeliers vormen
front tegen supermarkten
Amsterdam laat hoofd hangen
Geldmarkten
Beursweek
Kijk en vergelijk zelf maat
Dan ziet u
wie écht 't goedkoopst is,
Zwart bankieren:
Adam at 'n appel
ZATERDAG 18 DECEMBER 1982
DEN HAAG - De georganiseerde
groothandel, die probeert front
te maken tegen de bedreiging
door het grootwinkelbedrijf,
heeft het bij neergaande con
junctuur niet gemakkelijk.
Meer bundeling van activitei
ten stuit nogal eens op het feit
dat het om familiebedrijven
gaat, die elkaar beconcurreren
en bovendien niet graag zelf
standigheid inleveren. Er zijn
dus duidelijk „emotionele weer
standen" te overwinnen.
Binnen de Federatie van de
Groothandel in Levensmidde
len ziet men over het algemeen
wel in dat ingrijpende wijzigin
gen in het patroon nodig zijn.
En dat men daarbij verzekerd
moet zijn van de medewerking
der zelfstandige levensmidde
lendetaillisten, de afnemers
dus, want deze schakels zijn on
losmakelijk verbonden. Mede
door de uitgebreide taken van
de groothandels in samenhang
met de vele soorten van inkoop
combinaties en vrijwillige fi-
De federatie vierde juist onlangs
het 75-jarige jubileum. De leden
zijn: Centrale A 0 Nederland,
Centra Nederland, coöperatie
GIB, Kroon Levensmiddelenor
ganisatie, Makro, Spar Centra
le, Sperwer Nationaal, coöpera
tieve vereniging voor de Neder
landse Melkhandel SRV, Coop.
Groothandel TIP, Verkoopge
meenschap Végé, Vivo.
Deze organisaties moeten zich
ook verweren tegen zogenaam
de vrije grossiers, die „een gat
in de markt" hebben gezien en
daarin zijn gedoken. Reden te
meer voor de bij de federatie
aangeslotenen om behalve indi
vidueel op te treden ook geza
menlijk een „tegenoffensief" te
ontketenen. Daarover is nu de
discussie volop aan de gang in
deze toch altijd al beweeglijke
sector.
Als het aan het grootwinkelbedrijf
ligt zullen er over een aantal ja
ren alleen nog levensmiddelen-
winkels zijn, die Albert Heijn,
Edah, Dirk van den Broek of
soortgelijke namen hebben. De
ze grootwinkelbedrijven zullen
dan het monopolie hebben en de
„zelfstandige kruidenier" zal ver
dwenen zijn. Zo lijkt althans de
toekomst eruit te zien, een beetje
versimpeld, want zo eenvoudig
ligt de situatie niet.
De feiten zijn: het grootwinkelbe
drijf wist zijn marktaandeel in de
levensmiddelen van 1975 tot nu
op te voeren van 35 tot 51 pro
cent. Verwachting: over drie tot
vier jaar 60 procent. Steeds meer
zelfstandige kruideniers hieven
de afgelopen jaren hun zaak op
en vloeiden af (meestal in de ar
beidsongeschiktheidswet), velen
zitten nogal „vast" aan hun gros-
Andere zelfstandigen worden aan
getrokken door de mogelijkheid
„zetbaas" van Albert Heijn te
worden. Dit zogenoemde „fran-
chisen" houdt in dat een onder
nemer voor eigen rekening zijn
zaak volgens de AH-winkelfor-
mule exploiteert. Hij is daarbij
verplicht alle artikelen van Al-
bert Heijn te voeren, maar tege
lijkertijd ontlast hem dat ook van
veel rompslomp. Belangstelling
blijkt er genoeg voor deze formu
le, zo stelde AH-directeur Hun-
feld onlangs vast.
Er is nu een jaar mee geëxperimen
teerd en het succes bleek groot.
Er kwamen in dat jaar veertien
franchise-contracten tot stand
die in totaal 22 winkels omvat
ten; deze maand gaat de 23e
open. In de betrokken zaken
groeide de omzet met gemiddeld
40 procent. Op jaarbasis komt de
totale omzet van de franchise-
winkels op 100 miljoen gulden
uit. Albert Heijn zelf speelt met
zijn nieuwe project al ongeveer
quitte.
Na het succesrijke eerste jaar gaat
Albert Heijn nu actief r
gadigden zoeken. Het
volgt in zijn systeem in grote lij
nen het voorbeeld van de Hema,
die het al lange tijd toepast. Men
meent dat er tussen de 300 en 400
bevolkingscentra geschikt zijn
voor AH-winkels op franchise
basis.
De eersten, die krachtig tegen dit
franchisen stelling nemen, zijn
nu de grossiers. Zij zien er hun
positie door bedreigd. Voorzitter
drs. A. Pandelitschka van de Fe
deratie Groothandel in Leven
middelen wees onlangs op de
krachtige opmars van het groot
winkelbedrijf in de levensmidde
lenbranche. Die ontwikkeling
betekent een duidelijke daling
voor de zelfstandige handel,
waarvan de zelfstandige gros
siers het moeten hebben.
Pandelitschka sprak van „een dra
matische ontwikkeling". Hij
voorziet dat nogal wat grossiers
hun deuren zullen moeten slui
ten, dat het aantal winkels met 30
procent terugloopt, van 10.000
tot 7000. Het gaat vooral om mid
delgrote bedrijven. De winke
liers, die „zetbaas" van Albert
Heijn worden, beschreef de voor
zitter van de groothandelsfedera
tie onlangs als „overlopers".
Zelfstandigheid
„Deze mensen moeten duidelijk
Grootwinkelbedrijven dreigen
door hun monopolie-positie
steeds meer "kleintjes"
te verdrijven.
(foto: Jan Holvast)
beseffen dat er geen sprake van
is dat ze hun zelfstandigheid ooit
nog terugkrijgen, laat staan be
houden", zo sprak Pandelitsch
ka. „Wanneer eenmaal het em
bleem van het grootwinkelbe
drijf op de pui staat, krijgen ze
dat er nooit meer af. Bij beëindi
ging of verkoop van het bedrijf
zal er uiteindelijk slechts één se
rieuze gegadigde voor overname
zijn: het grootwinkelbedrijf'.
Dat grootwinkelbedrijf komt op
die manier wel erg goedkoop aan
zijn vestigingspunten, meent
Pandelitschka. Hij
meent dat „de goede zelfstandige
ondernemer de overstap niet
doet en zijn zelfstandigheid niet
prijsgeeft. „Dat wil zeggen dat
het aantal 'overlopers' wel be
perkt zal blijven".
Overigens noemde de groothan
delsvoorzitter de ontwikkelin-
door Kees Cornelisse
en Jan Harren
gen zowel een bedreiging als een
uitdaging voor de groothandel.
Die zal zich dus moeten verwe
ren en daarom luidt het parool:
bundeling van krachten. Pande
litschka sprak in dit verband
over gezamenlijke distributie
centra.
Opslag en vervoer zouden veel
meer gemeenschappelijk en
daardoor doelmatiger kunnen
worden. Is het eigenlijk niet te
gek, zo overwoog Pandelitschka,
dat een aantal vrachtauto's bij
wijze van spreken achter elkaar
aan rijdt om zo veel kilometers
verder detaillisten die bij elkaar
in de buurt zitten, te bevoorra
den?
Er zou ook op andere punten be
spaard kunnen worden: meer ge
zamenlijk inkopen en gezamen-
lijnlijke afspraken over prijzen,
zoals die van de zogenoemde A-
merken. Inkoopprijzen van be
paalde produkten kunnen best
omlaag.
Te groot verschil
Men heeft nu te maken met zoge
noemde A- en B-merken. Maar
de B-merken komen meestal ook
uit de fabrieken die de A-merken
leveren. Zowel groothandel als
detailhandel vindt de prijsver
schillen tussen beide „typen"
merken te hoog. Het gaat om 15
procent en meer en dat bestem
pelt de A-merken, die van ouds
her in de zelfstandige handel
worden gevoerd, bij de consu
ment als „te duur".
Daarvoor moet een oplossing ko
men, bepleitte Péndelitschka en
hij was niet de eerste. Zijn sug
gestie is: verlaging van de in
koopprijs van het A-merk door
invoering van „assortimentskor
tingen". Een grootwinkelbedrijf
krijgt nu bij afname van grote
hoeveelheden van één artikel
kortingen, ook al ligt er van dat
artikel in zijn zaken slechts die
ene, goed verkopende soort.
Maar de zelfstandige, die de hele
reeks artikelen voert, krijgt de
korting niet.
In elk geval moeten groothandel
en detaillisten veel beter samen
werken, zo is de opvatting. Dat
■geldt ook voor de industrie, die
evenzeer belang heeft bij een
sterke groothandel en zelfstandi
ge levensmiddelenhandel. Pan
delitschka: „Men is nu eerder ge
neigd om tot bundeling van acti
viteiten te raken, omdat de zaken
nu minder goed marcheren. Het
zal dus wel moéten".
Hij voegt daaraan toe: „Ik neem
aan dat meerdere bij onze federa
tie aangeslotenen op het spoor
van verdergaande samenwer
king zitten. Onze organisatie al
thans (Pandelitschka is commer
cieel directeur van de groothan
del voor Vivo en Végé in Dok
kum en Leeuwarden) komt bin
nenkort met een andere aanpak
naar de winkeliers toe. De tijd is
rijp voor veranderingen, gezien
de dreigende ontwikkelingen".
Gemeenschappelijke
centra
Ook secretaris mr. M. P. Lentink
van de Federatie Groothandel in
Levensmiddelen is die visie toe
gedaan. „We zouden moeten
streven naar gemeenschappelij
ke distributiecentra per regio",
merkt hij op. „In ieder geval zou
dat zeer wenselijk zijn". Over dit
soort zaken heeft de federatie
nauw contact met het Vakcen
trum Levensmiddelen, de be
roepsorganisatie van 2300 le
vensmiddelendetaillisten.
In dit centrum hebben in 1977 de
drie bonden van levensmidde
lendetaillisten hun leden inge
bracht. Van die drie bestaat in
middels alleen nog de Christelij
ke Kruideniers Bond (CKB). Het
centrum is uitgegroeid tot één
landelijke ondernemersorganisa
tie, waarin de krachten zijn ge
bundeld. Volgens secretaris
Schoolenaar maakt het nog
steeds groei door, sluiten zich
vooral jonge beginnende onder-
Schoolenaar: „We hebben een goe
de relatie met de groothandelsfe
deratie. Het betoog van Pande
litschka zal zeker leiden tot een
nauwer overleg over dit soort za
ken. Het is duidelijk dat de gros
siers doelmatiger moeten gaan
werken.
Op de kwestie van de AH-franchise
werpt de Vakcentrum-secretaris
een ander licht: „Albert Heijn
heeft ons benaderd over de con
tracten, het Vakcentrum heeft
die inhoudelijk bekeken en bij
gesteld. De franchise-nemers
zijn ook gebundeld in een vereni
ging, waarvoor wij de statuten
hebben gemaakt. Zo kunnen de
ze ondernemers zich losser op
stellen van het AH-concern".
Schoolenaar is het niet eens met
groothandelsvoorzitter Pande
litschka, dat degenen die met AH
in zee gaan niet de „goeden" zijn.
„Dat is niet juist; het zijn wel de
genen die nog vrij (van andere
bindingen) zijn".
"Ze hebben de vrij
heid hun zaak, als ze stoppen,
aan een andere ondernemer te
verkopen. Dat is een bepaling
die de meeste samenwerkings
contracten van grossiers met de
taillisten niet kennen. Daarin
wordt vaak bepaald dat de on
dernemer de zaak eerst aan de
grossier te koop moet bieden.
Die heeft dan drie maanden de
tijd. In de praktijk koopt de gros
sier meestal wel".
Zorgen
Directeur Donia van Konsumen-
ten Kontakt zegt: „Wij hebben
grote zorgen over deze ontwikke
ling. De tendens wordt steeds
sterker merkbaar dat de „kleine
winkelier" in het algemeen
dreigt te verdwijnen. Dat zijn
vaak juist de zaken die direct aan
een bepaalde buurt zijn gebon
den. (Volgens Pandelitschka
heeft nu meer dan een half mil
joen Nederlanders geen levens
middelenzaak meer in de woon
omgeving).
Donia: „In dit verband wijs ik op
de steeds verdergaande vergrij
zing van onze bevolking, die
vooral in de jaren '90 nog duide
lijker zal blijken. Het proces van
de verschuivende marktverhou
dingen kan betekenen dat steeds
meer mensen alleen nog met de
auto naar een winkelcentrum
kunnen. Maar grote groepen, zo
als bejaarden, zijn daartoe niet in
staat".
Donia moet echter constateren
dat de kleinere ondernemer met
zijn prijs lang niet altijd tegen
het grootbedrijf op kan. „Hier
ligt een belangrijk punt, dat men
onder ogen zal moeten zien. En
nog steeds vindt Konsumenten
Kontakt dat een instrument als
de minimumprijzen volstrekt
averechts werkt. Daarmee hou je
de kleine zelfstandige niet over
eind".
Ook in de zogenoemde bodemprij
zen, die men onlangs in de le
vensmiddelenhandel heeft afge
sproken (inkoopprijzen plus vas
te opslagen), ziet Donia geen
heil. „Dat gaat weer te veel lijken
op de oude verticale prijsbin-'
ding, die bijna is verdwenen. Ik
voel meer voor een benadering
via het oogpunt van maatschap
pelijke doelmatigheid. Je moet
kosten en baten op dit punt te
gen elkaar afwegen. Want het
streven om de zelfstandige win
kelier in stand te houden, ver
dient ondersteuning".
Twee verslaggevers van de Nieuwe Re vu zijn met een koffertje
met daarin honderdduizend gulden aan zwart geld langs een
aantal bankkantoren geweest Zij kregen daar te horen dat er
verschillende manieren bestonden om dit geld zo te beleggen
dat de fiscus er niet achter zou komen. Dit heeft nogal voor wat
opschudding gezorgd. Toch was het eigenlijk voor niemand
echt nieuws dat de banken bemiddelen bij het beleggen van
zwart geld. Het was eerder vermakelijk dat de banken zich in
hun gretigheid zo hadden laten kennen tegenover twee verslag
gevers.
De blunder van de banken is ook wel begrijpelijk. Met honderd
duizend gulden in een koffertje een bankkantoor binnengaan is
een goed voorbeeld van de kat op het spek binden.
Juist bij het aantrekken van nieuw geld zijn de banken immers
sterk met elkaar in concurrentie. Bij het uitlenen, de kredietver
strekking is het meestal niet moeilijk om aan nieuwe klanten te
komen. Maar als de banken hun zaken uit willen breiden heb
ben ze nieuw geld hard nodig en daar is moeilijk aan te komen
tegen de juiste prijs.
Wanneer dat geld zwart is wordt het daardoor alleen maar extra
aantrekkelijk. Want zwart geld is voor de banken goedkoop. De
belegger kan niet de hoogste rente bedingen, omdat hij de ban
ken nodig heeft om zijn geheim te bewaren. Hij zal zich ook niet
al te druk maken over de rente, omdat die immers toch vry van
belasting is en dus al gauw hoger dan voor andere beleggers die
hun inkomsten netjes opgeven.
De "zwarte klant" is ook volledig aan de willekeur van de banken
overgeleverd. Hij kan immers nooit bewijzen dat het geld dat hij
op valse naam heeft gestort ook inderdaad van hem is. Van de
klant hoeven de banken dus nooit moeilijkheden of klachten te
verwachten. Hij zal slechts zonder opschudding eens in de zo
veel tijd contacten op komen nemen.
Toch brengt het aannemen van zwart geld voor de banken ook een
ernstig probleem met zich mee. Het geld dat via een valse identi
teit wordt gestort, wordt in feite beheerd door de betreffende
functionaris op een bankkantoor, die als enige de belegger kent
En dat betekent dat de interne controle die de banken via hun
eigen accountantsdiensten voeren, ook nauwelijks kan controle
ren of die functionaris nu zelf met dat geld aan het speculeren is
of dat de "onbekende" klant dat doet
Het gebrek aan interne controle is ongetwijfeld bij sommige ban
ken, zoals bijvoorbeeld Slavenburg's Bank, een van de belang
rijkste redenen geweest dat de afgelopen jaren zulke enorme
verliezen zijn geleden op de financiering van onroerend goed,
toen de markt eenmaal begon in te zakken.
En juist in de onroerend-goedwereld is het zwarte geld zoals mag
worden aangenomen in grote bedragen aanwezig. Het is voor de
direkteur van een bankkantoor moeilijk een eigenlijk te hoge
hypotheek te weigeren aan een klant die een behoorlijk bedrag
aan zwart geld bij diezelfde bank uit heeft staan. Maar juist om
dat dat geld zwart is en op een andere naam staat kan het nooit
echt als onderpand dienen.
door
Paul Frentrop
In het licht van de onderlinge concurrentie is het duidelijk dat de
banken zelf geen stappen hebben ondernomen om het zwart
geld probleem aan te pakken. Maar nu de hele zaak door het
geruchtmakende optreden van de twee journalisten is aange
zwengeld, mag worden verwacht dat de banken, verenigd in de
bankiers vereniging, de kans aangrijpen, om in eigen huis orde
op zaken te stellen.
Maar wanneer de Tweede Kamer, zoals de bedoeling is, zich na het
kerstreces met de problematiek gaat bezig houden, bestaat de
kans dat er van de banken geéist zal worden, de fiscus volledige
inzage in de boeken te geven. Bij een normale groothandel kan
de belastingdienst inzage in de boeken vragen om te zien hoe
veel aan welke afnemer is geleverd en zo de aangiften van die
afnemers controleren. Hoewel het nergens zwart op wit staat,
behandelt de fiscus de banken, die eigenlijk groothandels in
geld zijn, anders. Inspecteurs mogen alleen bij uitzondering ge
gevens bij de banken opvragen. Dan moeten er al gerede ver
moedens bestaan dat er sprake is van ontduiking van dc belas
tingwet en bovendien moet de betrokken persoon of het betref
fende bedrijf met naam en toenaam worden gespecificeerd. Het
is de fiscus dus niet mogelijk een globaal overzicht op te vragen
van alle andere relaties waar de onderzochte zaken mee doet.
Nu is het onwaarschijnlijk dat het ervan zal komen dat de uitzon
deringspositie die het bankwezen in de praktijk bij de belasting
dienst inneemt volledig zal komen te vervallen. Dat komt omdat
het Nederlandse bankwezen een belangrijke schakel vormt bin
nen de internationale stromen van geld.
Voor grote multinationale ondernemingen geldt Nederland als
een soort van belastingparadijs. Vooral vanwege het gunstige
belastingverdrag met de Verenigde Staten, waarover overigens
binnenkort opnieuw onderhandeld gaat worden. Het Neder
landse bankwezen wordt voor hen veel minder aantrekkelijk,
wanneer de fiscus al deze geldstromen zomaar kan volgen. Niet
eens omdat het daarbij om zwart geld zou gaan. maar alleen al
om het vertrouwelijke karakter van veel transacties. Volledige
openheid zou zo ernstige consequenties kunnen krugen voor de
Nederlandse economie. Wat de verslaggevers van de Nieuwe
Revue nog eens aan het licht brachten is slechts een symptoom
van de gammelheid van de Nederlandse belastingwetgeving en
de lauwe belastingmoraal die daar het gevolg van is. De zorg van
de banken is nu dat er geen medicijn voor moet worden gekozen
dat zo sterk is dat de patiënt daardoor aan andere kwalen zal
overlijden.
door
C. Wagenaar
Ondanks positieve rente-ontwik-
kelingen verliep de afgelopen
week voor de Newyorkse
beurs in ongunstige zin. De
Dow Jones-koersbarometer
werd door baisse-factoren in
de eerste twee dagen tot rond
10 punten beneden de 1000 ge
trokken. De beurs van Amster
dam, die op grond van de nieu
we discontoverlaging in de
Verenigde Staten en gunstige
verwachtingen voor dc koers
ontwikkeling in Wall Street
dinsdag aanvankelijk hoog in
zette en de flauwe maandag
stemming herzag, kwam spoe
dig op haar schreden terug en
het nadien eveneens het hoofd
hangen.
De reactie in Wall Street werd
door vele factoren beïnvloed.
De belangrijkste is evenwel
het feit dat de recente hausse
langzamerhand op leeftijd
komt, na rond vier maanden te
hebben geduurd. Dan wil de
massa van beleggers, die zich
zo positief en vol goede ver
wachtingen voor de toekomst
hebben opgesteld, wel eens
wat zien om hun inzichten te
testen. Rond de komende jaar
wisseling is daar de tijd rijp
voor.
Vooral voor de koplopers in de
hausse loopt de spanning op.
Maar wat daarover tot dusver
bekend is gemaakt, is niet erg
bemoedigend. Zo werd van de
sinds augustus dit jaar fors ge
stegen IBM toch zeker een ho
ger kwartaal-dividend ver
wacht. Maar de gebruikelijke
beslissing die altijd om deze
tijd valt, is tot januari uitge
steld. Dit besluit kan op ver
schillende manieren worden
uitgelegd en blijft daarom het
mikpunt van allerlei specula
ties.
Nog teleurstellender zijn de be
richten uit de sector van de vi
deo-spelletjes geweest waar de
producent van het bekende
Atari-spel, dat over de gehele
wereld triomfen viert, er toch
aanzienlijk minder aan blijkt te
hebben overgehouden dan
Wall Street had verwacht. De
afgelopen herfst fors opgelo
pen koers maakte dan ook de
ene duikeling na de andere.
Teleurstellend was ook de traag
heid waarmee de Amerikaanse
banken de deze week doorge
voerde discontoverlaging in de
Verenigde Staten beantwoord
den. De discontoverlaging met
een half procent tot 8,5 procent
was op zich wel een verrassing,
want vorige week bestonden
nog grote twijfels of de rente
verder naar beneden zou gaan
of de opgaande lijn zou hervat
ten. President Volcker van de
centrale banken van de Ver
enigde Staten besliste echter
een verdere verlaging, die veel
sneller kwam dan de voorlaat
ste verlaging. Die duurde toen
anderhalve maand. Nu waren
er nauwelijks een paar weken
verstreken.
Met dit relatief snelle doortrek
ken van de renteverlaging
geeft het bestuur van het Ame
rikaanse centrale bankwezen
overigens wel aan nog niet erg
overtuigd te zijn van een snel
economische herstel.
Mede om die reden zijn momen
teel, nog nergens tekenen waar
neembaar die op een keer in de
rente-ontwikkeling wijzen.
De nieuwe Amerikaanse discon
toverlaging was een welkome
steun voor de dinsdag gehou
den inschrijving op de nieuwe
7,75 procent staatslening. Niet
tegenstaande deze coupon-
waarde zeer aanzienlijk bene
den de 10 procent van de voor
laatste staatslening gelegen
was, kon de inschrijving toch
nog een bedrag van 1,3 miljard
gulden opbrengen tegen zelfs
100,2 procent.
De aandelenmarkt gedroeg zich
ditmaal nogal chaotisch met
grote fluctuaties van de ene
dag op de andere. De week
werd flauw ingezet wegens het
eveneens flauwe beurss lot van
Wall Street op vorige week
vrijdag. Dinsdag voltrok zich
echter een veel forser herstel,
maar de daarbij geboekte win
sten gingen nadien volledig
verloren door Wall Streets te
leurstellend gedrag. Hierdoor
kwam het gros van de hausse
favorieten op saldoverliezen te
staan. Vooral de financiële sec
tor moest het ontgelden. Dit
deels door de betrokkenheid
van onze grote banken bij de
hulpfinanciering van de faillie
te staatsboedel van Mexico en
door het grote verhes dat de
verzekeringsmaatschappij
Am fas over 1982 verwacht
Hoewel dit Ratste naar alle waar
schijnlijkheid een eenmalige
gebeurtenis zal blijken te zijn
omdat alle misrekeningen en
stroppen uit het nabije verle
den nu zouden zijn afgeboekt,
schrok de beurs zo dat de
koers van 93 gulden op 74 gul
den terecht kwam.
Ennia zorgde voor een teleurstel
ling door over 1982 een zy het
lichte winstdaling te verwach
ten. De forse koersstijgingen
van de laatste tijd voor dit
fonds hadden dat niet ver
diend zodat ook hier een da
ling van 135 gulden op 125 gul
den optrad. ABN kwam onge
veer 10 gulden beneden het vo
rige week-slot terecht, evenals
Gist Brocades. Ook Unilever
had een slechte week met meer
dan 5 gulden koersverlies. Al
leen Wessanen bleef zich in de
gunst van de beleggen verheu
gen. Hier kon de koen na af
trek van f 1,60 aan interim-divi
dend nog een viertal guldens
aantrekken.
Dit
niet weg dat dc meeste
beurs groepen twee tot drie
punten op hun index afston
den. Het algemeen beursge-
middelde kwam op circa 97
flink beneden de 100 te staan,
na vorige week donderdag een
topniveau van 102 te hebben
bereikt Erg florissant is deze
week dus niet verlopen.