In de slag om een boterstaaf Betere student vraagt Hermans Kerkdiensten in het Nederlands Hegels zijn regels ZATERDAG 13 NOVEMBER 1982 Extra Het zaaltje van de Neder landse kerk in Londen barst haast uit zijn voe gen. Het is er overvol, honderden mensen lopen elkaar en vooral zichzelf in de weg, en de hitte is bijna ondraaglijk. Flarden van gesprekken maken de reden van de drukte snel duidelijk. „Waar moet ik mijn lege bordje snert neerzetten?" „Hebben ze hier geen bloembollen? Vorig jaar nog wel". „Ik ga maar eens in de rij staan voor speculaas". „Ze hadden geen chocoladeletters meer, ten minste, geen W meer. Heb ik maar een B voor je gehaald". r de Plaats van handeling: de jaar lijkse bazaar van de Neder landse Vrouwenvereniging alias de 'Dutch Ladies Club' in de Nederlandse Kerk, mid den in de City, het Londense zakencentrum. Tijd: de och tend van een koude novem berdag. Aanwezigen: bijna al lemaal Nederlanders. Satésaus De bazaar bestaat uit een aantal kraampjes waar in hoofdzaak Nederlandse etenswaren te koop zijn. Niet gelijk denken aan drop en Leidse kaas; gre tig aftrek vinden ook blikjes soepballen, blikjes schelvis lever, gestampte muisjes, pakken hagelslag, potten sa tésaus. Allemaal niet te krij gen in het goede Albion. We lijden hier wat af. Andere kraampjes hebben zich gespecialiseerd in de lekker nijen die rond Sinterklaas en Kerst in de Nederlandse huiskamer thuishoren: taai taai, kerstkransjes, specu laaspoppen, marsepein, ban ketstaven en andere door de Bond van Tandartsen op de zwarte lijst geplaatste goede- De rij wachtenden voor de kraam met speculaas en taai taai kronkelt als een veel kleurige slang door de zaaL En bij het stalletje met fon dant, marsepeinen worsten en chocoladeletters breken bijna schermutselingen uit, waarbij vooral oudere dames met royale boodschappentas sen zich als tijgers weren. Onvoorstelbaar, wat de mede mens over heeft voor het be machtigen van een zakje kruidnootjes. Zeer on-Brits ook, al die mensen die voor hun beurt trachten te gaan in een poging een van de laatste boterstaven te bemachtigen. Maar gezellig is het wel. De Britten die zich later op de dag bij de kerk melden, om dat ze hun lunchpauze best wel willen gebruiken om eens wat eigenaardige Neder landse etenswaren te kopen, hebben pech: om 12 uur (een uur nadat de vrouw van de ambassadeur de bazaar ge opend heeft) zijn de meest courante goederen al uit de kraampjes verdwenen. Leeg- gekocht. Neerlandia De Nederlandse Vrouwenver eniging is maar een van de vele Nederlandse clubs die er in Londen te vinden zijn. Er is een jongerenvereniging, geheten 'Open Huis'. Er is de Anglo-Dutch Society. Er is een Dutch Club. Er is een be- zoekgroep van dames die langs zieken en alleenstaan den gaan. Er is een liefdadig heidsfonds, voor behoefti- gen, en er is de vereniging 'Neerlandia'. Die laatste club is veruit de r Ne- jnigd Koninkrijk. Er zijn thans meer dan 1100 leden, oftewel een verdubbeling van het le dental vergeleken met twee jaar geleden. En dat allemaal dank zij een slimme zet van het bestuur. Dat bestuur vroeg aan de Ne derlandse ambassade of men genegen was een briefje te stoppen bij de nieuwe pas poorten die zo nu en dan door in Engeland wonende Neder- Er wordt wel gezegd dat je geen uithoek van de wereld kan bereizen of je komt er Nederlanders tegen. Landgenoten vind je overal, van Fort Yukon (Alaska! tot Ushuaia (Patagoniê), en van de stranden van Kailua (Honolulu) tot de bergen van Pokhara (Nepal). Is er dus al een Pietersen in Kuala Lumpur te vinden, en een De Waard in Luanda, dan kun je wel nagaan wat er in zo'n nabij gelegen metropool als Londen rondloopt aan mensen wier wieg in de lage landen langs de uiteinden van de Rijn heeft gestaan. Het telefoonboek van Londen biedt wat dit betreft overtuigende bewijslast, met name het deel waarin de 'V staat, de "V' van Van Dam, Van Muiden, Van Zwijndrecht, Van Houten en Van Bennekom. Die zijn door de Britse PTT allemaal keurig bij elkaar gezet, als een Hollandse kolonie in vreemd gebied. Niemand weet precies hoeveel Nederlanders er aan de verkeerde kant van de Noordzee wonen, maar schattingen houden het op 40.000 tot 50.000. Vaak gaat het om landgenoten die door bedrijven als Shei en Unilever zijn uitgezonden, vaak om Nederlanders die met Engelsen zijn getrouwd, en ook wel om mensen die in de oorlog naar Engeland zijn gevlucht en daar maar zijn gebleven. Niet alleen als gevolg van hun Nederlandse naam zijn deze landgenoten in den vreemde met elkaar T verbonden. Er heerst in Londen, maar ook in steden en dorpen daarbuiten, een bloeiend en typisch Hollands verenigingsleven. Er zijn Nederlandse kerken, Nederlandse bazaars en Nederlandse theekransjes. Het staatsbezoek van koningin Beatrix aan Groot-Brittannië was voor onze correspondent in Londen aanleiding zich in de Nederlandse kolonie te storten. Hierbij zijn impressies, en tevens antwoorden op vragen als: Waarom was de erwtensoep op bet feestje van 'Neerlandia' door Henk Dam landers moeten worden aan gevraagd. Een briefje waarin op het bestaan van 'Neerlan dia' wordt gewezen. Dat mocht, en sindsdien zit de vereniging op rozen. De ver enigingsavonden worden drukker dan ooit bezocht, en 'Neerlandia Nieuws' ('Offi cieel Orgaan van de Vereni ging Neerlandia'), moet in een steeds groter wordende oplage worden gedrukt. On dernemend gedrag wordt in het Engeland van Thatcher rijkelfjk beloond, dat blijkt hier maar weer. Verzekerd Neerlandia is een echte gezel ligheidsvereniging, en houdt tegelijkertijd de Nederlandse volkscultuur (nou ja) in ere. Zo wordt er begin december een sinterklaasfeest gehou den, met alle gebruikelijke toeters en bellen. Er is een echte sinterklaas (daarvoor komt merkwaardigerwijs een meneer uit Nederland over) en het pak dat deze draagt, is voor een bedrag van 1000 pond verzekerd, zo kunnen wij als resultaat van enig speurwerk melden. Eten en drinken staan bij de le den van Neerlandia in hoog aanzien- Er worden erwten soepavonden gehouden. Lei- dens Ontzet wordt jaarlijks gevierd, al was het alleen maar omdat er dan weer eens haring, hutspot en jenever te savoureren valt. Deze culinai re uitspattingen komen op vallend genoeg tot stand dank zij Britse koks, en dat levert nog wel eens proble men op. Op de feestavonden van Neer landia wordt nóg gesproken over die keer toen er potten met orar\je drap op tafel kwa men, terwijl er snert op het menu stond. Een van de le den: „Had die arme kok zich vergist. Hij wist niet dat er groene erwten in moesten en had een soort linzen ge bruikt. Niet dat het vies was hoor, maar ja, eh, oranje erw tensoep, dat kan niet, hè". Bij de algemeen gangbare vooroordelen onder Nederlan ders hoort zeker ook dat hun taal zo moeilik te leren is. „Nederlands en Chinees, dat zijn de moeilijkste talen die er zijn", wordt er dan met nauwelijks verborgen trots gezegd. Prof. R. P. Meijer, hoogleraar Nederlandse taal- en letterkunde, heeft voor die mening geen goed woord over. „Ik kan maar niet begrijpen hoe dat ooit in de wereld gekomen is. Het is echt de grootst mogelijke onzin om te beweren dat Nederlands zo'n moeilijke taal is". Meijer kan het weten. Hij doceert nu al jaren Nederlands aan bui tenlanders, eerst in Australië, en sinds tien jaar in Londen, waar hij hoofd is van de Nederlandse faculteit aan het Bedford-colle ge, dat deel uitmaakt van de Universiteit van Londen. Zachte g Het is niet de enige universiteit in Engeland waar Nederlands ge doceerd wordt. Ook in plaatsen als Sheffield, Newcastle, Hull en Liverpool wordt leergierige jonge Britten kennis bijgebracht zo als het verschil tussen de zachte en harde 'g', de betekenis van 'Karei ende Elegast' voor de Middeleeuwse literatuur, en de juis te spelling van het woord 'consequentie', dat volgens Van Dale overigens ook als 'konsekwentie' mag worden geschreven. Prof. Meijer heeft thans ongeveer zestig studenten onder zijn hoe- de, van wie de helft een min of meer Nederlandse achtergrond heeft (een van de ouders van Nederlandse herkomst, bijvoor beeld). Waarom hebben de studenten zonder een dergelijke ach tergrond Nederlands gekozen? Meijer: „Er zijn twee motieven. Bij één groep is de keuze voor Nederlands tamelijk toevallig. Het gaat om jongeren die goed in talen zijn, daarmee iets willen doen en dan in feite willekeurig voor een taal kiezen. Ze zouden net zo goed Zweeds of Turks kunnen nemen". „Een tweede groep maakt een duidelijk doelbewustere keus. Dat zijn jongeren die met de Nederlandse maatschappij in aanraking zijn gekomen en daardoor gefascineerd zijn geraakt. Wat ik vaak hoor is dat ze de openheid, de democratie, en het recht-voor-z'n- raap in Nederland bewonderen. Die gaan Nederlands studeren om i s te weten te komen", aldus Meijer. Vertaler mhhmbbhm De studie duurt drie tot vier jaar. Prof. Meijer is er een warm voorstander van dat zijn studenten dan naar Nederland overste ken om er op straat, in de kroeg, in de tram of waar dan ook praktijkervaring op te doen. De meeste studenten komen ver volgens uiteindelijk terecht in de artibtenarij (op de vertaalafde- ling van het ministerie van buitenlandse zaken bijvoorbeeld), of bij de EG, ook als vertaler. Bij de studie aan het Bed ford-college is flink wat plaats ingeruimd voor de letterkunde. Wat vinden Britse jongeren goede Neder landse schrijvers? In ieder geval niet de hele moderne scriben ten. Schrijvers die in de jaren '60 hun beste tijd hadden liggen wél goed in de markt. Meijer: „Wolkers, dat vinden ze prachtig. En de betere student houdt van Hermans". Het is aan de beruchte vrouwenjager en vechtersbaas ko ning Hendrik de Achtste te danken geweest, dat er al in de eerste helft van de zestiende eeuw een uitgebreide Nederlandse kolonie in Londen gevestigd was. Deze Ne derlanders hadden ook spoedig de beschikking over een eigen kerk. Dat kwam zo: Hendrik de Achtste liep in 1538 uit de rooms-katho- lieke kerk, omdat de paus een van zijn vele echtscheidingen niet wilde goedkeuren. In die dagen was 's konings wil nog wet, dus al gauw ging heel Engeland over tot Hendriks redelijk alterna tief, de Anglicaanse kerk. Kolonie Deze kerk had sterk protestantse trekken, en Engeland werd daar door een toevluchtsoord voor tal van protestanten die op het continent zuchtten onder de meedogenloze vervolgingen van de Inquisitie. Dat betrof vooral de inwoners van de Lage Landen. Toen Hendrik de Achtste in 1547 stierf, was er sprake van een hele vluchtelingenkolonie. Deze protestantse vluchtelingen kregen in 1550 een eigen kerkgebouw cadeau van de zoon van Hendrik, Edward de Zesde. Het ging om de geconfisqueerde kloosterkerk van de Augustijner monniken, middenin de City van Londen (het huidige fmanciêle centrum van de stad). Vanaf die tijd, tot op de dag van vandaag, hebben Nederlanders op datzelfde plekje hun godsdienstoefeningen gehouden. Het is evenwel niet meer hetzelfde gebouw: in de nacht van 15 op 16 oktober 1940 werd het oude kerkgebouw bij een Duitse lucht aanval volledig vernield. Maar in 1950 werd de eerste steen voor het huidige gebouw gelegd, als het ware op de puinhopen van de historische kerk. Au-pair Er heeft een aparte gereformeerde kerk bestaan. Die startte na de oorlog, vooral met het oog op het zieleheil van de vele honder den gereformeerde meisjes die in Engeland als au-pair kwamen werken. Maar in die 'markt', om het oneerbiedig te zeggen, kwam de klad, en in '79 hield de gereformeerde kerk het in Londen voor gezien. Ook het aantal bezoekers van de Nederlandse kerk in Londen is niet bijster groot. De predikant van deze gemeente, mevrouw Johanna J. Vogel, schat het aantal kerkgangers op gemiddeld 50. „Met de Kerst komen er uiteraard meer. Dan loopt het bezoe kersaantal op tot honderd". Het is niet watje noemt een vooruitstrevende gemeente. Mevrouw Vogel: „Je moet hier niet met al te drastische vernieuwingen willen komen. Er zijn mensen, oudere mensen vaak, die één tot anderhalf uur moeten reizen om op zondagochtend hier te ko men. Die kun je niet een hele progressieve liturgie voorzetten als ze dat niet willen". De diensten worden in het Nederlands gehouden. Dat is niet voor alle kerkgangers even gemakkelijk Vooral voor kinderen levert het problemen op. „Veel Hollandse kinderen kunnen niet goed Nederlands lezen. Ze hebben bovendien op school alleen maar Engelse kerkliederen geleerd, dus die Nederlandse teksten zeg gen hun niets", aldus mevrouw Vogel. Waar gebeurd verhaal. On langs gehoord van een Ne derlandse dame in Lon den. Ze wilde, nadat ze uitgebreid boodschappen had gedaan, met haar 3-ja- rige zoontje nog even een hapje eten bij de cafetaria van een vestiging van Bri tish Home Stores, een wa renhuisketen. Op het menu stond onder meer: patat, bonen in toma tensaus. 2 worstjes. Dat was nu juist het lievelingsgerecht van haar zoon. En omdat het ventje zich die middag voor beeldig had gedragen, bestel de ze dat Eén worstje „Maar wilt u er maar één worst je bij geven, want twee is te veel voor hem", zei ze tegen de verkoopster terwijl die een bordje vol schepte. „Dat kan niet, mevrouw", ant woordde deze. ,,'s Middags na drie uur serveren wij geen kinderporties meer". „Dat hoeft ook niet", zei de Neder landse dame, „ik betaal wel voor de gewone portie, maar ik hoef maar één worstje". De verkoopster keek haar niet- begnjpend aan. „Maar dat kan helemaal niet. Als u voor een volledige portie betaalt, knjgt u die ook". Het ant woord: „Ik zeg u toch dat ik dat niet hoef. Eén worstje wil ik, voor twee betaal ik". De cheffin van de cafetaria kwam op het geluid van de woordenwisseling af en liet zich het probleem uitleggen. „Mevrouw, de verkoopster heeft gelijk. U moet krijgen waar u voor betaalt Zo zijn de regels hier, en daar moe ten we ons aan houden. U krijgt dus twee worstjes", zo zei de cheffin en drukte de stomverbaasde dame het bordje met de vette inhoud in handen. De rest van het verhaal is dat het jongetje helemaal niets hoefde, omdat patat én bo nen in tomatensaus én worst jes tijdens het gebekvecht koud waren geworden, maar dat doet er nu even met toe. Waar het om gaat is dat wij hier een opvallende Britse ei genschap hebben gesigna leerd. Bankrekening Het is onvoorstelbaar hoe bu reaucratisch de inwoners van het Verenigd Koninkrijk kunnen zijn. Als de gevrees de woorden 'regels zijn re gels' eenmaal gevallen zijn, dan is er geen redding meer mogelijk. En helaas vallen die woorden nogal gauw. Zoiets simpels als het openen van een bankrekening is in Engeland een administratief en juridisch hoogstandje, dat volgens een vast ceremonieel dient te .verlopen en onver mijdelijk een kleine maand duurt Erger nog zyn de con tacten met belastinginspec teurs. die ten koste van alles vermeden dienen te worden. Onlangs werd een rapport uit gebracht door Larsen Swee ney Publications, een bedrijf in het Engelse Maidstone. In dat rapport staan de resulta ten van een onderzoek onder meer dan 2600 bedrijven, die in een voor hen vreemd land hadden geinvesteerd. Ge vraagd werd naar hun erva ringen in het gastland. Engeland komt er in dit onder zoek zeer slecht van af. met name dank zij de functiona rissen van de belastingdienst en andere ambtenaren. Om een in het rapport geciteerde Nederlandse ondernemer te citeren „Ik weet niet of Brit se ambtenaren gewoon dom zijn. sadistisch, of dat ze rege ringsinstructies opvolgen Wie? ■mhmhm Iets van het 'bloody foreigner'- syndroom zal wel altijd bij de Engelsen blyven. Zoals die Nederlander (hij woont al 20 jaar in Londen) merkte die naar zijn Britse buurman stapte op de avond dat de Ar gentijnen op de Falkland ei landen zich hadden overge geven. „Prima hé", zei hg en thousiast, „we hebben go- wonnen!" Waarop zijn buur man hem even aankeek en koel zei: „Nee. toy hebben gewonnen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 29