Open Universiteit van vitaal belang Studeren naast een gewone dagtaak Engeland: een doorslaand succes Duitsland: weinig mogelijkheden ZATERDAG 2 OKTOBER 1982 PAGINA 21 door Jan Geert Majoor Na enige nadenken beves tigt hij dat hij zijn eigen zoon ook wel naar de Open Universiteit zou la ten gaan. „Het komt steeds meer voor dat jon ge mensen werk en studie willen combineren. Het bezwaar van een studie aan een gewone universi teit is nou eenmaal dat de studenten gedurende hun studie leven in een geïso leerde wereld. Ze ver vreemden als het ware van de praktijk. Maar het voordeel van full-time stu deren blijft dat iemand zich er helemaal op kan conceteren. De voorzitter van het College van Bestuur van de Open Universiteit, dr.mr. G.J. Leibbrandt, voorheen direc teur-generaal van het hoger onderwijs op het ministerie van onderwijs en weten schappen in Den Haag, zetelt nu in de „centrale" vestiging van de Open Universiteit in het pand Zomerweelde (en dat is het) in Heerlen. „De kern van haar identiteit ligt in het woord OPEN", meldt een brochure over de Open Universiteit, en dan „open" vooral in de beteke nis van „vrijheid". Vrijheid in vier opzichten: geen diplo ma's als toegangseis, wie achttien jaar is kan zich als student inschrijven, vrijheid van programmasamenstel ling, vrijheid om zelf het tem po van de studie te bepalen en tenslotte de vrijheid van plaats en tijd van de studie. Aanpak Aan het begin van het gesprek komt de Open University in Engeland ter sprake. Dat zou het voorbeeld geweest zijn voor de opzet van de Open Universiteit in Nederland. Opvallend is echter dat er steeds bij gezegd wordt dat men gaat proberen de fouten die daar gemaakt zijn te ver mijden. In hoeverre wijkt on ze Open Universiteit af van die in Engeland? Leibbrandt: „Dat klinkt inder daad wat negatief. Ik moet zeggen dat we veel elemen ten van de Open University wél hebben overgenomen. De voornaamste afwijking is echter dat wij in de hele opzet van de cursussen veel meer interdisciplinair willen werken. Dat wil zeggen dat wij geen faculteiten willen met een grote mate van auto nomie". Het is duidelijk dat de Open Universiteit vooral opgezet wordt voor volwassenen die in de praktijk staan. Juist voor hen is het van belang dat ze bij de cursussen op de zelfde manier met een pro bleem leren omgaan als in de praktijk. En een probleem bestaat altijd uit meerdere deelproblemen. Vandaar die interdisciplinaire aanpak. De Open Universiteit is opge bouwd rond een groot aantal cursussen die ongeveer 100 tot 200 uur studie vereisen. Voor studenten een zeer overzichtelijke eenheid, die Het idee van een Open Universiteit, een instelling die het hoger onderwijs voor iedereen die daarvoor de interesse en capaciteiten heeft naast een dagtaak toegankelijk moet maken, is feitelijk al zo'n twintig jaar oud. In die periode ontstonden de eerste vormen van wat toen nog afstandsonderwijs werd genoemd. Engeland had aan het eind van de zestiger jaren de verst gevorderde plannen, in 1911 zou dat daar resulteren in de oprichting van de eerste Open Universiteit. Die ontwikkelingen werden in Nederland met belangstelling gevolgd, omdat ze parallel liepen met een sterk opkomende belangstelling voor de volwassenen-educatie. Een ministeriële commissie ging onderzoeken of er wellicht ook in Nederland behoefte zou zijn aan een Open Universiteit. Dat resulteerde in de nota „Een Open Universiteit in Nederland", die In 1911 door minister Van Kemenade aan de Tweede Kamer werd aangeboden. De Tweede Kamer reageerde positief op de mogelijkheden die in de nota beschreven werden. Minister Van Kemenade stelde vervolgens de Commissie Voorbereiding Open Universiteit in. Onder voorzitterschap van prof.dr. R.A. de Moor kwam die commissie tn 1918 met een interim-rapport en in 1919 met het eindrapport „De Nederlandse Open Universiteit". In oktober 1919 stuurde minister Pais een beleidsnotitie gebaseerd op de voorstellen van de Commissie De Moor naar de Tweede Kamer. De Vaste Commissie voor Onderwijs en Wetenschappen van de Tweede Kamer stemde in juni 1980 in met de oprichting van een zelfstandige Open Universiteit in Nederland. De feitelijke voorbereiding van de Open Universiteit ging van start met het aantrekken van de voorzitter en de leden van bet College van Bestuur, de aankoop van het pand Zomerweelde te Heerlen en het aantrekken van de eerste medewerkers. Daarnaast Een wat al te bonte voorstelling van een open universiteit Toch wordt ten dergelijk insittuut in Nederland vooral opgezet voor volwassenen die middenin de praktijk staan. werd een wetsontwerp bij de Tweede Kamer ingediend waarmee de Stichting Opbouw Open Universiteit werd opgericht Deze stichting zal blijven functioneren tot het inmiddels ook bij de Tweede Kamer ingediende voorontwerp van Wet op de Open Universiteit, dat de Open Universiteit haar wettelijke basis moet geven, via parlementaire behandeling de status van wet zal krijgen. De Open Universiteit start in september 1984 met programma's op het gebied van de rechtswetenschappen, economische wetenschappen, sociale wetenschappen, bedrijfswetenschappen, culturele wetenschappen, natuurwetenschappen en technische wetenschappen. In al deze programmals zal bovendien ruimte zijn voor cursussen Nederlands en informatica. Onlangs plaatste minister Deetman in Heerlen op ingenieuze wijze het eerste paneel van een noodcomplex dat straks plaats moet gaan bieden aan de eerste grote stroom medewerkers van de Open Universiteit. Hel is de bedoeling dat eind van dit jaar gestart wordt met de definitieve huisvesting waar straks ruim 350 mensen zullen komen te werken. Deze min of meer officiële gebeurtenis was de aanleiding om eens te gaan praten met de voorzitter van het College van Bestuur van de Open Universiteit, dr.mr. G J. Leibbrandt, tot eind vorig jaar directeur-generaal voor het hoger onderwijs en het wetenschappelijk onderzoek op het ministerie van onderwijs en wetenschappen in Den Haag. Onze correspondenten in Londen en Bonn, Henk Dam en Hans Amen, laten verder in het kort tets horen over de manier waarop de Open Universiteit in Engeland en West-Duitsland functioneert De Open Universiteiten in dese beide landen hebben voor een groot deel model gestaan voor de Open Universiteit die In 1984 in Nederland van start gaat afgesloten kan worden met een examen. Een deel van die cursussen ligt duidelijk op één gebied, een ander deel is meer thematisch geordend. Een toelichting van Leibbrandt maakt de opzet duidelijk: „Een thema als ruimtelijke ordening heeft juridische, economische, technische en sociale aspecten. Met een strakke indeling in facultei ten zoals die aan de universi teiten bestaat, kun je met fle xibel genoeg werken. Daar- Handicap Een ander verschil met Enge land is het feit dat er in Ne derland op bescheidener schaal gebruik gemaakt zal worden van directe radio- en tv-uitzendingen. Leibbrandt: „Wij geven de voorkeur aan cassette- en videobanden. Dan kunnen studenten op een door henzelf te bepalen tijdstip het materiaal afdraai- LONDEN - De Britse Open Universiteit, die in 1971 van start ging, is een doorslaand succes geworden. Er stude ren momenteel bijna 90.000 mensen en het is daarmee de grootste universiteit van het Verenigd Koninkrijk. Alles wijst er op dat de Britse Open Universiteit zijn voor naamste rol - de mogelijk heid bieden voor het volgen van tweede-kansonderwijs - kennelijk goed vervult. Dat veel studenten in het dage lijks leven beroepen hebben als kantoorklerk, winkel meisje of handarbeider, is nóg een bewijs. Er zijn bij de Britse Open Uni- vesiteit zes faculteiten: kun sten, sociale wetenschap pen, de pedagogische studie richtingen, wiskunde, na tuurwetenschappen en tech niek. Het volgen van een studie gaat als volgt. Eerst mag de stu dent het eens drie maanden aanzien. Voor een gering be drag „ruikt" hij aan de les stof en moeten zowel hijzelf als de aan hem toegewezen mentor (een van de 5500 leer krachten aan de Open Uni versiteit) een idee krijgen over de mogelijkheden om de gewenste studie te vol gen. Als dat goed uitpakt, wordt er een basiscursus gevolgd. In die (verplichte) basiscursus wordt globaal een idee gege ven over het totale terrein dat de gekozen faculteit be slaat. Deze basiscursus duurt van fe bruari tot oktober. Daarna kunnen er voor de volgende jaren steeds cursussen wor den gekozen naar eigen voorkeur. Elk van deze cur sussen duurt steeds een vol studiejaar en wordt afgeslo ten met een examen. Wie op deze manier zes cursus sen heeft gevolgd (en dus zes jaar lang heeft gestudeerd) heeft zijn Bachelors-degree. Dit is een universitaire graad die qua zwaarte te vergelijken is met het kandi daatsexamen in Nederland. Daar de Bachelors-degree in Engeland wordt beschouwd als een afgeronde universi taire studie (dit dus in tegen stelling tot het kandidaats examen) laten de meeste stu denten het hierbij. In princi pe bestaat evenwel de moge lijkheid om door te gaan voor de Masters-degree (zeg maar doctoraal examen) en zelfs kan er gepromoveerd worden. Bij de zes faculteiten zijn in totaal 130 verschillende cur sussen ondergebracht die in beginsel schriftelijk zijn. Er kan met de die men als men tor worden gecorrespon- deeerd, maar men kan hem ook persoonlijk spreken in een van de 260 studiecentra die de Open Universiteit door het land verspreid heeft. Voor radio en tv is een belang rijke rol weggelegd. Elke week zendt de BBC 24 uur aan lessen uit via de tv, en nog eens 35 uur via de radio, ter ondersteuning van de studie. Daarnaast staan vi deobanden, cassettes en an dere moderne communica tiemiddelen de student ter beschikking. Bovendien dienen de studen ten aan vrijwel alle cursus sen een week „zomerschool" te volgen. Die wordt gege ven op een van de twaalf re guliere universiteiten in En geland. De student verblijft die week op de campus, en de bedoeling van deze zo merschool is dat zij motive rend werkt. HENK DAM De Open Universiteit (Femstu- dium) in West-Duitsland kent in tegenstelling tot die van Nederland wel een aantal for mele toelatingseisen. Leib brandt: „Het gevolg is dan ook dat mensen met wat voor gemiste kansen dan ook toch een grote handicap houden om met een dergelijke studie te beginnen." In Nederland kan iedereen die achttien is aanvangen met een studie bij de Open Uni versiteit. Het is duidelijk dat de Open Universiteit gericht is op volwassenen met gemis te kansen, maar wordt ook de weg voor schoolverlaters zonder eindexamen niet al te makkelijk met deze drempel loze opzet? Leibbrandt: „Het gevaar dat de motivatie voor leerlingen op middelbare scholen om eind examen te doen zal vermin deren is misschien aanwezig. Maar aan de andere kant zal ook niet iedereen een cursus kunnen volgen. Een bepaal de voorkennis en ervaring is natuurlijk noodzakelijk". Concurrentie Het is de bedoeling om op de Open Universiteit over acht negen jaar onderwijs te ver zorgen voor ongeveer 30.000 studenten met een budget van ongeveer 60 miljoen gul den per jaar. Kosten die te vergelijken zijn met die van een middelgrote faculteit van een bestaande universiteit Veel studenten tegen relatief lage kosten, dat moet straks toch concurrerend gaan werken voor de bestaande universiteiten en HBO-scho- len? Leibbrandt: „Er zal zeker spra ke zijn van een facet van con currentie, maar de samen werking met de universitei ten en het HBO is uitstekend. Van de opzet van de Open Universiteit moet immers ook een vernieuwende wer king uitgaan op de bestaande instellingen. We gaan straks de cursussen samenstellen met docenten en hoogleraren van die instellingen en dat zal ongetwijfeld ook daar een uitstralingseffect hebben. Verder ben ik van mening dat dit concurrentie-facet een heilzame werking kan heb ben op de Open Universiteit én op de bestaande instellin gen voor hoger onderwijs". Op één gebied zal de Open Uni versiteit bij uitstek kunnen concurreren met de bestaan de instellingen. Dat is op het gebied van het computerge stuurd onderwijs en het werken met audio-visuele middelen. Het is de bedoe ling dat er straks om te begin nen in achttien plaatsen ver spreid over het land studie centra komen. De Open Uni versiteit zal daar lokaties hu ren van waaruit de voorlich ting. begeleiding en advise ring van studenten geregeld gaat worden. Daarnaast zal in die studiecentra apparatuur (videorecorders en terminals) opgesteld worden. Computers Leibbrandt: „We zetten de zaak helemaal nieuw op dus kun nen we gebruik maken van de nieuwste middelen. In eer ste instantie zal dat op be scheiden schaal gebeuren. Het werken met computers is erg duur, vooral het maken van programma's. In de Ver enigde Staten heeft men wat meer ervaring daarmee. Het blykt bijvoorbeeld dat voor één uur computergestuurd onderwijs nu nog 200 tot 800 uur programmatische voor bereiding nodig is. Het is dui delijk dat dat erg veel geld kost". De Open Universiteit kan nooit het verwijt krijgen een dure instelling te zyn. Zoals ge zegd zal het jaarbudget als de instelling draait voor de ver wachte 30.000 studenten tus sen de vijftig en zestig mil joen gulden liggen. Toch is dat bedrag al een aanmerke lijk verschil met de door de Commissie Voorbereiding Open Universiteit (CVOU) noodzakelijk geachte midde len. Als illustratie mag gelden dat deze commissie voor 1987 82 miljoen gulden (prijsniveau 1978) op de begroting zette, terwijl in de Ontwerpwet voor hetzelfde jaar 53,4 mil joen gulden (prijsniveau 1981) opgevoerd werd. Ook de Open Universiteit zal dus met minder toemoe ten. Zijn alle plannen wel te verwezen lijken met deze verminderde geldstroom? Leibbrandt: „Juist in een tijd van bezuinigingen waar de ruimte voor het wetenschap pelijk onderwijs en hoger be roepsonderwijs steeds gerin ger wordt en de maatschappij aan veranderingen bloot staat, is het niet verstandig op een instelling als de Open Universiteit te gaan bezuini gen. De Open Universiteit heeft een flexibel cursusaan bod en kan dus zeer snel in spelen op veranderingen die zich in de maatschappij in toenemende mate zullen voordoen." Grenzen Daarnaast benadrukt Leib brandt dat de kosten voor de Open Universiteit voor de helft uit personeelskosten be staan en dat er ook door de Vaste organisatiekosten gren zen zijn aan de mogelijkhe den om te bezuinigen. „Je moet een minimumaanbod aan cursussen hebben, want studenten moeten hun studie minimaal kunnen afmaken. Verder moet er een veelheid in cursusaanbod zijn om het interdisciplinaire karakter en een brede deelname aan de Open Universiteit te garande ren, per slot van rekening een van de doelstellingen van de ze nieuwe instelling van ho ger onderwijs". En dan vervolgt hij: „Als men op het ministerie echt over tuigd is van de noodzaak van een project komt er zelfs in moeilijke tijden geld voor vry. Dc Open Universiteit is van vitaal belang en wij heb; ben een keiharde onderbou wing van argumenten". BONN - In de Bondsrepubliek eigenlijk pas vanaf het mid den van de jaren zestig nage dacht over de mogelijkheid van een soort Open Univer siteit. Het begrip Fernstu- dium (studeren van veraf) zorgde echter voor forse te genstrijdigheden. De start van een Fernstudium, dat toch buiten Duitslands grenzen met succes werd toegepast, dreigde te mis lukken omdat men het er niet over eens kon worden hoe de zaak georganiseerd moest worden. Jaren duren de pogingen mislukten om een staatsverdrag over een Fernstudienverbund tussen de regering in Bonn, deelsta ten, instellingen van hoger onderwijs en de verschillen de publiekrechterlijke om roeporganisaties af te slui ten. In 1974 besloot de regering van de aan Nederland gren zende Westduitse deelstaat Noordrijn-Westfalen een zelfstandige Femuniuersitdt op te richten (in de Bondsre publiek ligt de verantwoor delijkheid voor het onder wijs bij de regeringen van de deelstaten en niet bij de minister van onderwijs in Bonn). Daarbij oriënteerde niè. De Fernuniversitót, die in de plaats Hagen werd geves tigd, had drie taken op het gebied van de onderwijspo litiek, namelijk bijdragen aan de hervorming van de studie, het bevorderen van de wetenschappelijke oplei ding en het verschaften van nieuwe studieplaatsen, waardoor de andere instel lingen van hoger onderwijs ontlast zouden worden. In het zevende Jaar van de Fer- nuniversitat studeren in middels ruim 36.000 mensen in Hagen. Er bestaan vier zo genaamde geïntegreerde studies: economie, wiskun de, elektrotechniek en infor matica, waarbij men bet Di plom kan behalen (te verge lijken met het doctoraal ex amen in Nederland). Daar naast wordt een zeer veel omvattend cursus- en verder vormend onderwijspro gramma aangeboden. De studenten zijn voor 90 pro cent mensen die al een be roep uitoefenen. Driekwart is ouder dan 24 jaar. Volgens de minister van onderwijs van Nordrhein-Westfalen. Hans Schwier. is bet van bij zonder belang dat de Fernu- niversitat vele tot studeren in staat zijnde mensen - die anders vanwege hun beroep, woonplaats of persoonlijke omstandigheden zeker niet hadden kunnen studeren - nu voor de eerste keer een echte studiekans heeft gege ven. De studie aan de Fernunlversi- tat wordt in hoofdzaak gege ven op basis van gedrukt materiaal, dat de studenten via de post krijgen toege stuurd. Cassettebandjes vul len bet schriftelijke mate riaal aan en worden even eens met de post verstuurd. Daarnaast staan In een groot aantal zogenaamde studie centra (28 in Nordrhein- Westfalen en enkele tiental len In de rest van de Bonds republiek, maar ook in Bre gens en Wenen) films en vi deocassettes ter beschik king. Hoewel de Fernuniversitkt In de Bondsrepubliek en zeker in Nordrhein-Westfalen als een succes wordt be schouwd. zijn er nog altijd grote tekortkomingen. Voor al het geringe aantal studie mogelijkheden wordt be treurd. HANS AMESZ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 21