Rapport van de gemiste kansen Onder invloed van Duitsland Dagdromen over „zachte" gulden DONDERDAG 12 AUGUSTUS 1982 Meningen PAGINA 13 De invloed van West-Duitsland op het economisch beleid van Nederland liegt er volgens de WRR niet om. Wat bijvoorbeeld te denken van de zinsnede in de toelichting van het rapport dat 'een sterke mate van gevoeligheid van Nederland naar voren komt voor ontwikkelingen in de Bondsrepubliek" en dat "geconstateerd kan worden dat de beleidsruimte van de Nederlandse regering op de on derzochte gebieden (veiligheidsbeleid, economisch be leid) betrekkelijk gering is". Dat is allemaal niet alarme rend in geval van verenigbare belangen, maar levert spanningen op als de wegen uiteen gaan lopen. De we tenschappelijk raad is nagegaan in hoeverre dat laatste in de relatie West-Duitsland/Nederland aan de orde is. Eén van de droomwensen van bondskanselier Helmuth Schmidt is naar verluidt een massale demonstratie tegen het monetaire beleid van de regering Reagan. "Het is onbegrijpelijk dat Europa wel op de been komt om te protesteren tegen de gevaren van het Amerikaanse defensiebeleid en de plaatsing van nieuwe kernwapens en niemand zich zorgen maakt over de rampzalige gevolgen van de hoge Amerikaanse rente voor het Europese bedrijfsleven", verzuchtte >5 >5 hij aan de vooravond van de in Versailles gehouden economische topconferentie van grote, westerse industrielanden. Voorspellingen van belangrijke economische instituten wezen vrijwel allemaal in de richting van een bescheiden herstel van de Europese economie. Dat herstel zou echter vertraagd worden, bij een blijvend hoge rente in de Verenigde Staten, aldus de bondskanselier. Schmidts opmerking heeft zowel opportunistische, als reèle kanten. Kritiek op bijvoorbeeld het kernwapenbeleid richt zich niet alleen op president Reagan, maar zeker ook op de "plaatsingsgezindheid" van zijn eigen regering. Bij een wijziging van het "aandachtsveld" van actiegroepen is Schmidt daarom zelf ook gebaat. Aan de andere kant is het curieus dat de kritiek op de dominantie van de Verenigde Staten in de wereld, zich toespitst op defensie- en buitenlandse politiek. Weliswaar is die politiek ingegeven door economische motieven, zo erkennen ook vele actiegroepen, maar in de straten van Europese hoofdsteden zijn spandoeken met een "lagere rente nu" tot nu toe niet te zien geweest. Zo is er op het Amsterdamse Museumplein of op het Haagse Binnenhof ook nimmer een demonstratie geweest tegen de gevolgen van de overheersing van West-Duitsland voor Nederland. Ook een invloed die niet onderschat mag worden, zo blijkt althans uit de vorige week verschenen studie van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, die heel toepasselijk de naam "Onder invloed van Duitsland" meekreeg. De WRR heeft onderzoek gedaan op zowel het terrein van het veiligheidsbeleid als op dat van het economisch beleid. In bijgaande artikelen wordt ingegaan op de bevindingen van de wetenschappelijke raad. Door Wim Wirtz en Ton van Brussel De relatie tussen Nederland en West-Duitsland treffend gesymboli seerd: premier Van Agt in de scha duw van bondskanselier Schmidt bij een bezoek aan ons land. CD A-lijsttrekker en premier Van Agt gaf vorige week de kernwapendiscussie in poli tiek Den Haag een nieuwe impuls toen hij in het partij blad CD-Actueel schreef dat er in de loop van 1983 maar eens een beslissing moest worden genomen over de plaatsing van 48 kruisraket ten op Nederlands grondge bied. De bondgenoten in de NAVO hebben daar recht op, vond hij. En als het tot een beslissing zou komen, zou Nederland niet alleen bij zichzelf te rade moeten gaan. Dat zou "onwijs" zijn. Want: er moet ook gewicht worden toegekend aan het oordeel van onze bondgenoten over "de internationale politieke situatie van alsdan". De boodschap van de CDA-leider was onmiskenbaar van politieke aard. Niet alleen gaf hij de Partij van de Arbeid te kennen onder welke voorwaarden deze partij straks mag meeregeren in een coalitie met het CDA. Ook richt te hij de aandacht op de positie van Nederland in de Noordatlan- tische Verdragsorganisatie, die volgens Van Agt niet al te best is. Sinds Nederland een voorbehoud maakte bij het beroemde NAVO- dubbeibesluit van detember 1979 (produktie en plaatsing van 572 kernwapens voor de middel lange afstand en daarover onder handelingen op gang brengen met de Sowjet-Unie) is de Neder landse invloed in de NAVO. vol gens de CDA-lijsttrekker. afge nomen. Het voortdurende ge hakketak over de atoomraketten wordt in Brussel niet meer be grepen. De Nederlandse geloof waardigheid staat op het spel Daarom vind Van Agt het hoog tijd worden dat Nederland een beslissing neemt en zich bij voor keur als loyaal bondgenoot (dus vóór plaatsing) gaat opstellen. Deskundigen Inmiddels moet Van Agt met enige vreugde hebben vastgesteld dat zijn bezorgdheid door deskundi gen wordt onderstreept. Een dag na zijn publikatie in CD-Actueel verscheen de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) met zijn rapport over de verwevenheden tussen Neder land en West-Duitsland op het gebied van economie, veilig heidsbeleid, ecologie en ruimte lijke ordening. Het hoofdstuk "Veiligheidsrelaties" kreeg grote aandacht in de pers en vooral de zinsnede waar het de auteur niet primair om was begonnen. Na melijk deze: "de Nederlandse in vloed in het bondgenootschap is ook verminderd doordat de Ne derlandse regering tot op heden geen beslissing heeft genomen ten aanzien van hoofdonderde len van het veiligheidsbeleid (lees: de plaatsing van de 48 kruisraketten wwl". In sommige bladen werd deze op merking uitgelegd als een steun in de rug van Van Agt. die. zoals gezegd, de invloed van Neder land in de NAVO als politiek argument gebruikt om zijn op vattingen over de.plaatsing van de atoomraketten te rechtvaardi gen. En die uitleg is niet onlo gisch. De wetenschappelijke raad heeft tenslotte tot taak de regering "wetenschappelijk ge fundeerde informatie te ver schaffen". doet dat aan de hand van feitelijke bevindingen en niemand kan om die feiten heen. Zwakke argumentatie Wie echter het rapport van de WRR doorleest, moet constateren dat feiten omtrent de invloed van Nederland in het bondgenoot schap volledig ontbreken Met name de vraag hoe de raad de Nederlandse invloed heeft geme ten, blijft onbeantwoord. Wel licht heeft de auteur, overeen komstig de loyalitcitsgcdachte van de NAVO. gedacht; wie niet meedoet (met de atoomraketten), valt af. Maar met evenveel recht had hij kunnen zeggen dat Ne derland aan invloed heeft ge wonnen door een definitieve be slissing over de plaatsing van de atoomraketten uit te stellen. Ten slotte zijn de NAVO-partners er zeer op gebeten dat Nederland meedoet Zij vrezen dat hun on derhandelingspositie ten opzich te van de Sowjet-Unie wordt ver zwakt als het bondgenootschap niet als een eenheid naar buiten treedt. En het is dus niet denk beeldig - maar dat wordt even min door feiten gestaafd - dat zij er alles aan zullen doen om Ne derland vriendelijk te stemmen en ons land nadrukkelijk bij de besluitvorming in het bondge nootschap te betrekken (dus in vloed). De zwakke argumentatie en onvol ledigheid in het rapport van de WRR op dit punt zijn ook bij an dere onderdelen terug te vinden. Bovendien zijn de meeste, door de raad gesignaleerde knelpun ten en gevoeligheden in de be trekkingen tussen Nederland en de Bondsrepubliek niet nieuw Zo zyn er in 1977 en '79 diverse lezingen en studieconferenties aan dit onderwerp gewijd, waar aan tal van deskundigen deelna men en waarvan de tekst later beknopt is weergegeven in het boekje "In de schaduw van Duitsland". Bij die gelegenheid is ook aandacht besteed aan de "opties" van het Westduitsc vei ligheidsbeleid en aan de rol die Nederland daarbij zou kunnen spelen. Veel van wat daar toen is besproken, is nu terug te vihden in het WRR-rapport Verwevenheid De verwevenheid tussen beide lan den is bekend: Nederland en West-Duitsland hebben een we derzijdse veiligheidsrelatie door hun beider lidmaatschap van de NAVO. De Bondsrepubliek heeft er belang bn dat het NAVO-lid- maatschap van Nederland wordt voortgezet omdat ons land de aanvoerhaven is voor de militai re strijdkrachten van het bond genootschap en bovendien een steunpunt vormt in de directe verdediging Door deze verwe venheid is de ruimte voor Neder land om een eigen veiligheidsbe leid te voeren dat afwijkt van het huidige gering, meent de WRR "Als men teveel afwijkt van de tot nu toe aangehouden Atlanti sche koers, dreigt een internatio naal politiek isolement. Als de Nederlandse regering daarente gen onverkort de in NAVO-ver- band gevraagde verplichtingen nakomt, loopt ze het gevaar bin nenslands onvoldoende onder steuning te vinden" De WWR komt vervolgens met de. op zichzelf niet onaantrekkelijke suggestie dat Nederland "be staande Westduitse plannen" in de richting van een sterkere Westeuropese samenwerking (binnen de NAVO) op hot gebied van veiligheid en buitenlandse politiek zou kunnen steunen. Dilemma Volgens de raad zyn deze plannen ingegeven door het grote dilem ma waarvoor de Bondsrepubliek zich in het bondgenootschap ge steld ziet. Aan de ene kant wil West-Duitsland, vanwege zyn grote economische belangen in de Oostblok landen, de diploma tieke lijnen naar Moskou zoveel mogelyk openhouden via de zg. Ostpolitik Aan d«- andere kant komt het daarmee in conflict met de Verenigde Staten, die. vooral sinds de regering-Reagan in het zadel zit, aan een harde koers ten opzichte van de Sowjet-Unie de voorkeur geven (boycotmaatre gelen) en zich bovendien weinig gelegen laten liggen aan de eco nomische en monetaire belangen van West-Europa. Een zelfstandi ger Wc•steuropees optreden (ook) in NAVO-verband - "Europeise- ring", zoals de WRR dat noemt - zou de problemen die dit voor de Europese bondgenoten oplevert, kunnen verzachten. Hoewel deze gedachte aan de inter nationale conferentietafels al meermalen is geopperd, heeft de WRR verzuimd aan te tonen dat er in de Bondsrepubliek concre te plannen in deze richting be staan. De raad volstaat slechts met vage aanwijzingen die kun nen duiden op een verlegging van het Westduitse veiligheids beleid in de richting van een zelf standiger Westeuropees optre den in het bondgenootschap Bo vendien blykt niet uit M NB port in hoeverre een dergelijke koers levensvatbaarheid heeft, by voorbeeld in relatie tot Frank ryk waarmee de Bondsrepubliek nog steeds een soort erfvyand- schap onderhoudt. Het is jammer dat een en ander niet beter is uitgewerkt Het maakt het WRR-rapport tot oen document waarmee de Neder landse regering nauwclyks uit de voeten kan. Meningen op deze pagina zijn voor rekening van de auteurs De auteurs zijn respectievelijk re dacteuren binnenland en econo mie van deze krant. Ter informatie De Bondsrepu bliek is Nederlands belangrijkste handelspartner Het handelsver keer tussen beide landen leverde ons land vorig jaar een positief saldo op van 15.1 miljard (29.4% van onze export was op West- Duitsland gericht. 21.4** van on ze import kwam daar vandaan). Praktijk Die positie is op het oog florissant, maar in de praktijk wat zorgwek kender. Nederland levert vooral die goederen landbouwproduk- ten. brandstoffen, consumptiear tikelen. investenngsgoederen) die nogal coqfticfumftwmMg zyn. In een tijd van economische crisis is dat pakket kwetsbaar Daarbij komt dat het grootste deel van du- export g.-richt is op de deelstaat Noord-Rijn Westfa- len, een gebied waar de bestedin gen onder invloed van de reces sie een dalende lyn vertonen en ook een gebied dat naar ver wachting niet snel uit het dal om hoog zal krabbelen. De WRR signaleert dat als een be langrijk knelpunt en komt met de suggestie dat Nederland en zijn exportpakket moet herzien, én nieuwe markten moet zoeken Dat klinkt allemaal heel logisch, maar nieuw is het niet. Dat het exportpakket van Nederland in het algemeen een zekere mate van eenzydigheid vertoont, wordt ai vry lang als een handi cap ervaren en is ook als zodanig aangegeven in het twee jaar gele den uitgebrachte WRR rapport "Plaats en toekomst van de Ne derlandse industrie". In dat rap port werd ook uitvoerig gerept van de noodzaak voor Nederland om nieuwe buitenlandse mark ten te zoeken Herhaling Wat het handelsverkeer met de Bondsrepubliek betreft, heeft dit nieuwe WRR-rapport dan ook veel van een herhalingsoefening Weliswaar ging het twee jaar ge leden om het industrie- en ex portbeleid van Nederland in het algemeen, maar gezien de om vang van de handel met de Bondsrepubliek vielen de lijnen eenvoudig door te trekken, zeker als de aanbevelingen van toen te gen de achtergrond werden ge plaatst van bijvoorbeeld de be vindingen van de immer actieve Nederlands Duitse Kamer van Koophandel. Het is dan ook nauwclyks verras send dat het deze week versehc nen rapport van de WRR. wat de economische paragraaf betreft, in brede knng met gevoelens van teleurstelling is ontvangen De concrete nieuwe aanbevelingen waarop was gehoopt, zyn achter wege gebleven. Op éen onderdeel is de studie wel prikkelend In het eidnverslag wordt met zoveel woorden een relatie gelegd tussen economisch beleid en monetair beleid en hoe wel ook die relatie voor menig een nogal voor de hand ligt. gaal het hier toch om een in elk geval voor het parlement, onontgon nen beleidsterrein. Belangrijkste- vraag in dit verband is of de waarde van de gulden hoog of laag moet zyn en tocg spitst op West-Duitsland zyn gulden en D-mark concurreren de valuta of gaat het om een losse band"* Sterkste In de dagelykse praktijk is het eer ste aan de orde Nederland en West Duitsland behoren samen tot de sterkste economieën van Europa. Dat blykt byvoorbeeld als er spanningen zijn in het Eu ropecs Monetair Stelsel, een af spraak om koersschommelingen van Europse valuta te beperken. Die afspraken staan nogal eens onder druk en dat maakt koers aanpassingen nodig. Stecvaast zyn het Nederland en West- Duitsland die dan hun munt op waarderen. Steevast is de toe lichting van minister van finan ciën Van der Stee dat Nederland, gezien de handelsrelatie, Wcst- Dui Island moest volgen De Nederlandse gulden is "hard" zoals dat m het vakjargon heet Dat wil zo veel zeggen als sta biel. betrouwbaar en dus popu lair by (buitenlandse) beleggers Dat laatste is belangrijk omdat Nederland het zonder vreemd kapitaal moeilyk kan stellen Schaduwzydc van die harde (dure) gulden is dat die de prys van on ze produkten ook hoog maakt en dat kan nadelig zyn voor onze exportpositie. Voordeel daaren tegen is dat wc met die harde gulden goedkoop in het buiten land kunnen kopen. De Neder landschc Bank, by wie parle ment en regering het monetaire beleid zo ongeveer hebben uitbe steed, heeft de voordelen altyd zwaarder laten wegen dan de na delen In het parlement beslaat op dat beleid, vooral ter linkerzij de en in het centrum, wel kritiek, maar op een koerswijziging heeft een kamermeerderheid nog mm mer aangedrongen De autoriteit van de N'ederlandschc Bank, die het gcldbclcid het liefst in de techniek (en dus buiten de poli tiek) houdt, is daar ongetwyfeld debet aan. Twijfel De wetenschappelijk raad laat nu als eerste ofneeel en eveneens gezaghebbend instituut wat twy- rel horen en vraagt zich af of zo langzamerhand niet eerder voor een minder harde gulden geko zen moet worden De WRR be roept zich daarby net als Van der Stee op de handelsrelatie met de Bondsrepubliek Gevolg van een "zachte" gulden zou een verscherping van de Ne derlandse concurrcntei positie betekenen Nederlandse pr»>duk ten worden voor het buitenland goedkoper Voordeel versneld herstel van dc Nederlandse in dustrie. Onbeantwoorde vraag is na tuurlijk of Nederland een verscherping van de concur rentiepositie met West-Duits land aan kan. Op dat punt blijft het rapport van de WRR opnieuw in het vage. Mis schien is dat wel de grootste teleurstelling van de studie. Een zindelykc politieke dis cussie over de doeleinden van monetair beleid, is na tuurlijk onmogelijk als een analyse van de gevolgen van een koerswijziging ont breekt Ook op dit punt is het rapport van de WRR er een van de jammerlijk gemiste kansen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 13