Postbank: stokpaard af
Beurs blijft in zomerslaap
Beursweek
Zelfs Hans Wiegel laat banken in de steek
V
Ongebruikelijk is het zeker in
Nederland: de overheid die
het terrein van de vrije markt
betreedt als concurrent van
het particuliere bedrijfsle
ven. Rijkspostspaarbank
(RPS) en Postcheque- en Gi
rodienst (PCGD) zijn oor
spronkelijk opgezet als open
bare nutsbedrijven met uit
sluitend een aanvullende
taak in de financiële dienst
verlening.
De RPS kwam er een eeuw ge
leden omdat het particuliere
spaarbankwezen tekort
schoot voor de 'kleine man',
zodat de overheid besloot dat
gat zelf maar te dichten. De
oprichting van de PCGD zo'n
zestig jaar geleden vloeide
voort uit de behoefte aan
goedkoop en veilig betalings
verkeer.
Vast staat dat de handelsban
ken zich in de loop der jaren
steeds meer hebben ontwik
keld in de richting van RPS
en PCGD. terwijl de wet de
PTT-gelddiensten verkeer in
omgekeerde richting ver
bood. Branchevervaging
heeft van de banken een
soort financiële supermark
ten gemaakt waar van alles te
koop is: van verzekeringen
tot hypotheken en zelfs rei
zen toe. Zeker. RPS en Post
giro hebben hun servicepak
ket eveneens aanzienlijk uit
gebreid - voor hypotheken,
reisverzekeringen en straks
buitenlands geld kan men
hier ook aankloppen. Maar
het verstrekken van krediet
aan bedrijven is nog steeds
verboden terrein, slechts te
betreden door de particuliere
banken.
Daardoor dreigt voor RPS en
PCGD toch het lot van de
kleine middenstander die het
moeten afleggen tegen de su
perkruidenier. De RPS zag
haar marktaandeel in het to
tale spaartegoed in de perio
de van 1970 tot 1981 dalen van
25 naar 17 procent. De PCGD
wist wel de particuliere reke
ninghouder aan zich te bin
den, maar is in dezelfde pe
riode weggedrukt op de
markt van zakelijke girale te
goeden: een teruggang van
tien procent. De zakenman
heeft zijn geld liever op de
bank dan bij de postgiro van
wege de mogelijkheden om
rood te staan of het geld tijde
lijk tegen rente uit te zetten
(termijn-deposito's). De giro,
met haar wettelijke keurslijf,
kent die mogelijkheden niet
of nauwelijks.
Juist die zakelijke tegoeden,
die door hun omvang veel
minder administratieve
rompslomp per gulden ver
gen, zijn de kurk waarop de
PCGD drijft. Vorig jaar draai
de de PCGD al voor het eerst
verlies: 33 miljoen. Als het
bedrijfsleven zich nog verder
terugtrekt, dreigt een regel
rechte ramp voor de geld-
diensten van de PPT en de
11.000 mensen die er werken.
En de dreiging van die ramp
wordt eerder groter dan klei-
Nu nog maken tal van bedrij
ven regelmatig grote bedra
gen oven van bank naar giro,
ondanks het veelbeklaagde
verlies van tijd en dus rente.
De reden daarvan is dat
werknemers met een postgi
rorekening hun salaris an
ders een week later zouden
ontvangen dan collega's met
een bankrekening. Op het
moment dat overboeken van
bank naar postgiro zonder
tijdverlies kan geschieden,
zal het zakelijke tegoed dus
vrijwel geheel naar de ban
ken verdwijnen
Dat moment breekt aan met de
komst van het Nationaal Be-
Een rood stokpaard waar niemand op zit te wachten of een noodzakelijke tegenpartij voor
de al te machtige banken? De Postbank. Inzet van een politieke strijd die al tien jaar
duurt en eigenlijk langer. Waar liberalen beducht zijn voor concurrentievervalsing ten
opzichte van de particuliere handelsbanken en de Postbank beschouwen als socialistisch
breekijzer, wijzen socialisten op een ongezonde monopoliepositie van de handelsbanken.
Het eerste concrete plan voor de Postbank ligt er sinds 1977 in de vorm van een wetsont
werp, ingediend door de toenmalige PvdA-minister Duisenberg. Niemand keek verbaasd
op toen een volgend kabinet, gevormd uit WD en CDA, dat plan in de prullenbak depo
neerde.
Meer opzien baarde het huidige interim-kabinet van CDA en D'66, dat dichter bij de WD
dan bij de PvdA lijkt te liggen, door het politiek zo gevoelige wetsontwerp weer op te
diepen om het begin deze maand zonder wezenlijke veranderingen aan de Tweede Kamer
te presenteren.
Dat leidt tot de vraag of de Postbank nog wel zo omstreden is. Er zijn tekenen die op een
kentering duiden. De eerste vooraanstaande liberaal die zich opstelde bij de 'tegenpartij'
stond in 1977 al op. Hij heeft inmiddels gezelschap gekregen van de Rabobank en de
voormalige leider van de WD-oppositie, Hans Wiegel.
taüngscircuit (NBC), dat de
circuits van bank en giro in
een zal doen vloeien. Als be
ginjaar voor het NBC is 1985
genoemd. Niet voor niets is
1984 het jaar waarin, volgens
de huidige kabinetsplannen,
de Postbank er moet zijn. Het
gevaar van leegloop moet zijn
ingedamd voordat het beta
lingscircuit van stapel loopt.
Tot zover is men het in politiek
Den Haag niet oneens. Zelfs
de banken onderschrijven de
nuttige functie van de PTT-
gelddiensten en daarmee het
recht op overleving door
middel van service-uitbrei
ding, een beperkte mogelijk
heid tot 'rood' staan inbegre
pen. De scheiding der gees
ten begint een stap verder;
bij de vraag of RPS en PCGD
moeten worden samenge
voegd tot een concurrerende
(staats)handelsbank, die zich
actief gaan bezighouden met
kredietverlening aan bedrij
ven. Daarmee wordt voor de
banken en, in Den Haag, voor
de WD de grens overschre
den. Zeker als de door de
staat te creëren Postbank
'concurrentiebevordering'
meekrijgt als doelstelling. De
WD ziet het rode spook van
nationalisatie al schemeren.
Immers, zo luidt de redene
ring, die doelstelling zal er
toe leiden dat de Postbank
onder de prijs van de vrije
markt zal (mogen) werken
met als gevolg ondermijning
van het particuliere bankwe
zen en uiteindelijk naasting
door de staat.
De Postbank als breekijzer van
links. Gegrond wantrouwen
of koudwatervrees van libe
rale zijde? Om te beginnen is
de vraag of het reëel is om de
Postbank aan een kortere lijn
te houden dan Amro, ABN,
Rabo, NMB. Aannemelijk is
dat de zakenwereld dan toch
massaal kiest voor het rijkste
pakket - voor een bank die
ook kredieten verstrekt. Dat
verklaart waarom het huidige
interim-kabinet van CDA en
D'66 kiest voor een volwaar
dige Postbank. Maar het ver
klaart nog niet waarom de
ministers Van der Stee (CDA,
financiën) en Zeevalking
(verkeer en waterstaat, CDA)
vasthouden aan concurren
tiebevordering als doelstel
ling. Daarvoor dient een
tweede vraag te worden
beantwoord. En die luidt of
er reden is te twijfelen aan
het zelfregelend mechanisme
van de vrije markt: functio
neert het particulier initiatief
wel naar tevredenheid, zoals
de banken en liberalen bewe
ren?
Die reden is er. Het samenvoe
gen van handels- en spaarac-
tiviteiten en de betreding van
andere marktgebieden - ver
zekeringen, hypotheken, rei
zen - is gepaard gegaan met
een groot aantal fusies. Ge
volg daarvan: een steeds klei
ner aantal elkaar beconcurre
rende banken. ABN, Amro
en Rabo hebben ongeveer
zestig procent van de markt
in handen, terwijl de eerste
twee banken bij geen trans
actie in aandelen of obligaties
ontbreken en vaak samen op
treden. Daarbij komt dat de
banken elkaar ook nog eens
hebben gevonden in een ge
zamenlijk antwoord op de
postgiro: de bankgirocentra
le.
Gelijke belangen voegen de ge
zamenlijke handelsbanken
samen tot éën gevestigde
macht, die nieuwe concur
renten buiten de deur kan
houden of opslokt. De ban
ken hebben een monopolie
positie, die zijn uitwerking
vindt in - elkaar bescher
mende kartelafspraken.
Het bewijs daarvan ligt in de
op papier vastgelegde "tarie
ven en minimumcondities"
voor provisies: de banken
spreken onderling af welke
(minimum)prijs zij vragen
voor administratieve hande
lingen bij de handel in bui
tenlands geld, het verwerken
van Eurocheques en effec
ten-bemiddeling. Een offi
cieel kartel, waaraan de Post
giro tot ergernis van de ban
ken niet meedoet.
Is tegen die prijsafspraken
niets te doen? Jazeker, zo
haasten tegenstanders van
een volwaardige Postbank te
melden. Er is tenslotte een
wet op economische mede
dinging, die kartelvorming
verbiedt. Vorige week nog
gehanteerd door ex-minister
Andriessen, nu lid van de Eu
ropese Commissie, die hoge
boetes opgelegde aan sigaret-
tenfabrikanten die hun prij
zen teveel op elkaar afstem
den.
Een ingreep via de wet heeft
evenwel nadelen. In de eerste
plaats kunnen alleen de be
wijsbare kartels worden aan
gepakt. Het officieuze circuit
zal blijven bestaan. Boven
dien zal de regering uiterst te
rughoudend zijn de banken
op dezelfde wijze aan te pak
ken als de sigarettenfabri-
kanten. Reden: niemand
ook de concurrent niet is
gebaat bij het bankroet van
een bank. Het spookbeeld
ontstaat van een run op de
banken door spaarders, die
bij nader inzien toch meer
vertrouwen hebben in de ou
de sok dan in de bankkluis.
Dat betekent ontwrichting
van het totale financiële ver
keer ofwel het bankroet van
de Nederlandse economie.
Dat geeft de banken nogal wat
speelruimte. Teveel speel
ruimte, getuige de klacht van
het midden- en kleinbedrijf
dat het bankwezen steeds
meer het zekere voor het on
zekere nemen en tekort
schiet bij het verlenen van
krediet aan kleine, beginnen
de ondernemers. En dat is
ook weer niet de bedoeling
van de overheid, die uiteinde
lijk de taak heeft de belangen
te bewaken van de consu
ment, de burger.
Het zou daarom een uitkomst
zijn als er plotseling een con
current verschijnt die zich
niet houdt aan de onderlinge
afspraken van de gevestigde
handelsbanken en die onder
dezelfde condities met lagere
tarieven blijkt te kunnen ope
reren. Zo'n concurrent, die
het evenwicht zonder wette
lijk forceren herstelt, kan al
leen in het leven worden ge
roepen door een instantie die
het betalingscircuit van de
machtige handelsbanken kan
omzeilen. Door de staat zelf
dus.
Alleen de Postbank kan zich op
de financiële markt dringen
en uitwassen bestrijden, zon
der dat de handelsbanken be
zwaar kunnen maken. Veel
zeggend is in dit verband de
opvatting van mr H.C. Oort,
lid van de Raad van Bestuur
van de ABN, voormalig thé-
saurier-generaal (schatkist-
bewaarder), ondertekenaar
van het wetsontwerp Duisen
berg, sterk voorstander van
de Postbank enovertuigd
lid van de WD. Zijn opvat
ting is dat het uitermate wen
selijk is dat er een Postbank
komt om de concurrentie te
bevorderen, juist vanuit zijn
liberale overtuiging.
Er rest dan slechts één
werkelijk hangijzer, dat de
politieke strijd rond de Post
bank nog warm houdt. De
stelling dat de Postbank op
geen enkele manier mag wor
den voorgetrokken. Een
voorwaarde waaraan volgens
het huidige kabinetsvoorstel
geheel zal worden voldaan.
Minister Van der Stee heeft
in alle toonaarden verzekerd
dat de Postbank onder vol
strekt gelijke condities zal
opereren als de private ban
ken. Toch ligt daar nog
steeds de grote vrees van,
met name, de WD waarop
de handelsbanken hun tac
tiek dan ook hebben afge
stemd. De vrees dat de staat
de Postbank financieel over
eind zal houden, terwijl de
particuliere banken in het
moeras verdwijnen, zeker in
de huidige economische si
tuatie. De handelsbanken
zien in het wetsontwerp nog
aangrijpingspunten voor het
spelen van hun enige troef
kaart:
De ambtelijke status van het
personeel van RPS en PCGD
blijft, na samensmelting tot
Postbank, gehandhaafd.
Voor de Postbank zal voorlo
pig het (lagere) belastingta
rief gelden dat voor alle
spaarbanken geldt: 36 pro
cent. De handelsbanken be
talen 48 procent.
De staat blijft vooralsnog
garantie geven op verplich
tingen die de Postbank zal
overnemen van de RPS.
Overtuigend zijn de drie ge
handhaafde bezwaren be
paald niet. Wat de ambtena
ren betreft: dit kan gemakke
lijk worden uitgelegd als een
vervelende erfenis waarmee
de Postbank zal worden op
gezadeld. De loonsom zal, in
vergelijking met de handels
banken, alleen maar groter
zijn. Concurrentienadeel
dus. Het kabinet handhaaft
de ambtenarenstatus voor
het personeel uitsluitend uit
vrees voor tegenwerking van
binnenuit. Als er een partij is
die van die ambtenarenstatus
afwil, is het de overheid. Een
complete werkgroep heeft
zich hier dan ook over gebo
gen, maar de conclusie was
dat het loslaten van de amb
tenarenstatus teveel verzet
zal oproepen en de oprich
ting van de Postbank ernstig
zal belemmeren. In het wets
ontwerp is nu wel bepaald
dat het personeelsbeleid bij
de Postbank in de toekomst
zal worden afgestemd op de
ontwikkeling bij de private
banken teneinde "een zoda
nig beleid te voeren dat ver
eist is voor een slagvaardig
optredende, concurrerende
marktpartij".
Dan het lagere tarief (36 pro
cent) voor de vennootschaps
belasting. Dit geldt niet blij
vend, maar slechts voor zes
jaar. Dat heeft te maken met
het feit dat de handelspoot
van de Postbank nog hele
maal moet worden opgericht.
Daardoor zullen de spaaracti-
viteiten de eerstkomende ja
ren nog overheersen en dat is
aanleiding voor de wetgever
om voorlopig dat lagere 'tus-
sentarief te kiezen, dat bij
voorbeeld ook voor de Rabo
bank wordt gehanteerd. Een
tarief tussen spaarbanken
(geen vennootschapsbelas
ting) en handelsbanken (48
procent) in.
Het is bovendien niet onmoge
lijk dat de Tweede Kamer als
nog besluit tot een tarief van
48 procent. PvdA-(O-staatsse
cretaris Kombrink had im
mers voor het uiteenvallen
van het kabinet Van Agt-II al
serieuze plannen om alle ban
ken (ook spaarbanken) te be
lasten met die 48 procent.
En tenslotte de staatsgarantie
op financiële verplichtingen.
Ook hier geldt, dat dit tijde
lijk zal zijn. De Postbank zal,
zo zegt het wetsontwerp,
geen staatsgarantie kennen.
Er is slechts sprake van een
afbouwperiode van zeven
jaar. Een termijn, die over
eenkomt met de langste loop
tijd van bestaande RPS-
spaarcontracten.
Per saldo ziet het er niet naar
uit dat de de vrees voor valse
concurrentie nog enige grond
heeft. Eerder is het zo dat een
einde zal worden gemaakt
aan bestaande concurrentie
vervalsing met de komst van
de Postbank, doordat de be
staande banden tussen over
heid en PTT-gelddiensten
volledig zullen verbroken.
Dat onderderkent ook de Ra-
bo-bank, die zich, gelijk libe
raal Oort, opstelt als dissi
dent in eigen kring. De Rabo
bank is voorstander van de
Postbank omdat daarmee
een einde zal worden ge
maakt aan de "onduidelijke
positie" van RPS en PCGD
binnen het bankwezen.
De Postbank al$ rood stok
paard lijkt een gepasseerd
station. Met de Rabo-bank en
ABN-commissaris Oort zijn
de eerste schapen over de
dam. De tijd voor algehele
consensus lijkt nabij, nu de
man die tot voor kort de libe
rale oppositie tegen de Post
bank leidde een opmerkelij
ke ommezwaai heeft ge
maakt. Hans Wiegel, tegen
woordig commissaris van de
koningin in Friesland, maakt
zich momenteel sterk voor
vestiging van de hoofdkan
toor van "de Postbank in
Leeuwarden. Hij moet zich
maar eens verstaan met de
PvdA, die ook een 'zwakke
regio' verkiest boven Amster
dam, de plaats waaraan het
kabinet dat hoofdkantoor
heeft toebedeeld.
Hoewel de beursstemming
overwegend niet onvriende
lijk was, kon Amsterdam de
ze week toch niet zijn zo
merslaap kwijtraken. De han
del bleef zelfs bij licht oplo
pende koersen op laag ni
veau. Geheel anders ging het
toe in New York, waar de
beurs dagelijks zeer hoge om
zetten scoorde zonder dat dit
echter op koerstechnisch ge
bied veel opleverde. Na vier
dagen kwam de Dow Jones-
index nauwelijks drie punten
hoger te staan.
Toch was de week niet zonder
betekenis, want afgelopen
dinsdag verscheen topman
Paul Volcker van het Ameri
kaanse centrale bankwezen
voor een senaatscommissie
van het Congres om daar zijn
beleidsplannen te ontvou
wen. En de gehele internatio
nale financiële wereld keek
ademloos toe. Maar zoals va
ker bij dit soort gelegenhe
den, veel wijzer werd men er
niet van.
Zeker, Volcker zegde toe de
toename van het geld in om
loop, waarvoor een grens van
2 tot 5 procent is aangelegd,
tot de hoogste stijgingslimiet
van 5 procent te tolereren,
maar hij bleef bij het aanhou
den van een straf kredietbe
perkend regime. Dit wordt
door hem gezien als het enige
afdoende middel om de infla
tie te bestrijden, waarvoor de
huidige Amerikaanse rege
ring kennelijk nog altijd stij
gende werkloosheid, de har
de recessie en zelfs de ruzie
met de bondgenoten op de
koop toe neemt.
Wel stak Volcker zoals gewoon
lijk zijn bestraffende vinger
uit naar de Amerikaanse be
groting, die volgens hem veel
te hoge tekorten vertoont en
daarmede dé grote boosdoe
ner blijft voor de hoge rente.
En zoals gewoonlijk liet pre
sident Reagan zich bij derge
lijke vertoningen horen noch
zien, ook al ging het toch om
zeer wezenlijke en voor de
hele westerse wereld ook
zeer belangrijke dingen.
Want de wrevel neemt zien
derogen toe nu de hoge rente
zich hardnekkig voortzet en
daarmee enig conjunctureel
herstel in de kiem smoort.
Vooral op economisch gebied
neemt de spanning tussen
Amerika en de Europese Ge
meenschap toe. De Amerika
nen bedrijven daarbij een
hoogst gevaarlijk spel, door
te bevorderen dat hun econo
mische belangen worden ver
dedigd ten koste van de poli
tieke saamhorigheid binnen
de Europese Economische
Gemeenschap. Zoals Estel
als binding tussen Hoogo
vens en de Duitse Hoesch in
de huidige staalcrisis het
loodje heeft moeten leggen,
zo dreigt nu de EG te worden
opgeofferd in de harde staal-
ocrlog tussen Amerika en
West-Europa. Veel wat in de
afgelopen twintig jaar werd
opgebouwd, kan hierdoor
verloren gaan.
Geen wonder dat de effecten
beurzen niet van de grond
kunnen komen. Want, on
danks weinig toezeggingen
en aanknopingspunten in de
rede van Volcker liet de rente
deze week toch enige teke
nen van daling zien. Een dag
voor hy voor het Congres ver
scheen, liet Volcker het Ame
rikaanse disconto een half
procent tot 11,5 pet vallen,
iets waarmee Wall Street ove
rigens al een paar weken re
kening had gehouden, maar
dan met tenminste een vol
procent. Dit weinig scheutige
gebaar was dus in feite al
weer een teleurstelling.
Ook in ons land lijkt de rente
zijn dalingen van april, die in
mei door de val van het twee
de kabinet-Van Agt werden
gestopt, te hervatten. De obli
gatie-index kon in drie dagen
ruim een vol punt stijgen en
een aantal staatsfondsen liep
flink op. De 11,5 pet-lening
van de Algemene Bank Ne
derland werd ook op 100,5
pet een groot succes, zodat
dit rentepercentage voorlo
pig weer een top is geweest.
Volgende week kan weer een
staatslening worden ver-
door
C. Wagenaar
wacht, maar het ziet ernaar
uit dat de coupon lager zal
worden dan de 11 pet van de
laatste geplaatste staatsle
ning.
Onze obligatiemarkt bleek deze
week snel weer tot winstne
mingen over te gaan en
werkelijke rijzingskracht kon
dan ook niet worden ge
toond. Ook de aandelen
markt liep na drie dagen van
lichte stijging met verbete
ringen op de index tot rond
anderhalve punt weer terug,
omdat het publiek het zeker
voor het onzekere wilde ne
men.
De onrust rond de banken was
eveneens nog niet beëindigd.
De Nederlandse Midden-
standsbank viel zelfs terug
van f113 op f108, waarna
enig herstel volgde. ABN
zakte van f 278 op f 273, maar
Westland-Utrecht Hypo
theekbank kon toch een paar
gulden herstel overhouden.
Na de schok van betalingsuit-
stel voor Schuttersveld
moest het aandeel bodem
loos terug en gevreesd werd
dat het aandeel pas rond f5
opgevangen zou kunnen wor
den.
Gelukkig waren er vele koers-
verbeteringen, ook al haal
den winstnemingen daar een
deel vanaf. Zo kon Océ-van
der Grinten op beleggings-
vraag na de forse winststij
ging in de eerste helft van het
lopend boekjaar verder door
lopen van f 115 tot f 120. Ook
voor Unilever deed zich een
stijging van f 5 voor dank zij
beleggingsvragen van vooral
buitenlandse zijde. Gelatine
Delft herstelde zich van f 155
tot f185, maar IHC Inter
moest, evenals Audet, zo'n f 5
terug. En ook Verenigde Ma
chinefabrieken Stork raakte
vrijwel alle winst van f 5 van
de vorige week kwijt.