c
3
"Leerlingen weerbaar maken
Jongens zijn een stimulans
Bouw Stevenshof
bedreigt herstel
Leidse binnenstad
In de
gaten
Twee directrices weg
bij "huishoudscholen"
NOG EEN PAAR UITSLAGEN
PvdA
ZATERDAG 19 JUNI 1982
Door de activiteiten, die collega's hebben georgani
seerd, kunnen ze niet op eikaars receptie verschij
nen. Via de telefoon hopen ze elkaar op zes juli ge
luk voor het verdere leven te wensen.
Twee directrices, die nog de oude huishoudschool
hebben meegemaakt, keren het nieuwe schooljaar
niet meer terug. Mevrouw Oosten verlaat 't Steene-
Leiden
velt, een school voor lager huishoud- en nijver
heidsonderwijs en mevrouw Visser neemt afscheid
van Boshuizen, school voor lager en middelbaar
beroepsonderwijs. Wat beide dames karakteriseert
is dat ze de telefoon opnemen met mejuffrouw. Een
andere overeenkomst is, dat ze worden opgevolgd
door heren. Een gesprek over meisjes, huishouden,
leerplicht en toekomst.
Door
Saskia Stoelinga
Foto's
Holvast
LEIDEN - In het begin van het ge
sprek merkt ze op het jammer te
vinden dat er geen vrouwelijke
opvolger voor haar is. Niet om
dat ze het feminisme aanhangt,
maar mevrouw C. Oosten, direc
trice van de school voor Lager
Huishoud- en Nijverheidsonder
wijs 't Steenevelt aan de Suma-
trastraat, vindt dat er op scholen
te weinig vrouwen in een leiden
de positie zitten. "Het komt dik
wijls voor, dat als ik vergaderin
gen bijwoon stilletjes om me
heen kijk en denk: zo, hier zit ik
weer in mijn eentje".
Het komende schooljaar gaat 't
Steenevelt een samenwerkings
verband aan met "De Nieuwe
Vaart" aan het Lammenschans-
park, een school voor Lager Eco
nomisch en Administratief On
derwijs. Het teruglopend leerlin
genaantal noopt daartoe. De re
den van die achteruitgang
schuilt volgens Oosten in het feit
dat het huishoudonderwijs nog
steeds niet zo'n geweldig aanzien
heeft. "Wij worden beschouwd
onder aan de ladder te staan. Al
les beter dan het LHNO-onder-
wijs".
Mevrouw Oosten betreurt de om
mekeer. "Vroeger ging zo'n 65
procent van de meisjes naar onze
scholen en 35 procent naar de
Mulo en middelbaar onderwijs.
Tegenwoordig is dat andersom.
Jammer, want ik denk dat heel
wat van die meisjes er meer aan
zouden hebben als ze bij ons op
school zouden zitten".
Haar bril, die verankerd zit aan een
parelmoeren-ketting, pakt ze op.
Ze kijkt er even door en laat hem
dan weer hangen. "We doen in
dit type onderwijs heus niet al
leen aan koken en naaien. Er
heeft ook hier een grote ver
schuiving plaatsgevonden in het
voordeel van de algemeen vor
mende vakken. Naar mijn me
ning moet dat ook weer niet te
ver worden doorgevoerd. Het
lijkt er af en toe op dat met de
handen werken en huishouding
als minderwaardige activiteiten
worden gezien, terwijl toch het
gezin nog steeds het fundament
van de maatschappij is. In deze
tijd kritisch zijn, zuinig met geld
kunnen omspringen en een goed
huishouden kunnen draaien is
toch heel belangrijk? De school
moet proberen de leerlingen
weerbaar te maken. Ja, dat is,
denk ik, de voornaamste doel
stelling
Directrice Oosten begon haar loop
baan in 1946 aan de "Vakschool
voor Meisjes" aan 't Rapenburg,
alwaar zij kookonderricht gaf.
Later is dat een scholengemeen
schap voor lager- en midelbaar
beroepsonderwijs geworden. Na
negen jaar adjunct-directrice op
deze school te zijn geweest, werd
ze in '73, toen de nieuwe school
in Leiden Noord gereed was, di
rectrice van 't Steenevelt.
In die periode heeft ze ook ver
schillende leerplichtwetten mee
gemaakt. Van twaalf jaar en acht
maanden naar veertien jaar. En
nu zestien jaar. Van verdere ver
lenging van de leerplicht is Oos
ten beslist geen voorstander. "Ik
geloof met dat de leerlingen
daarmee gebaat zijn. Een kind
dat werkelijk niet wil, maakt
zichzelf het leven zuur en ook dat
van de leerkracht.
Ik heb het nu wel over een kind,
maar in de meeste gevallen zijn
het op vijftien- of zestienjarige
leeftijd al jonge vrouwen, die
heel goed beslissingen kunnen
nemen. Ze leren niet voor ons,
maar voor zichzelf. Ja...ik spreek
liever over leerrecht. Op latere
leeftijd zijn er tegenwoordig veel
mogelijkheden voor mensen die
verder willen leren. Die kans
moeten ze dan wel krijgen.
Wel zeg ik ze: nu wil je niet leren, je
moeder heeft de mogelijkheden
niet gehad en daar klaag je al
over. Later, als jij kinderen hebt,
kunnen ze je dat ook voor de voe
ten werpen, maar houd dan goed
in de gaten dat het je eigen
schuld is geweest".
Door de fusie gaat straks de naam
't Steenevelt verdwijnen en zal er
een bord met het opschrift 'De
Nieuwe Vaart' aan de gevel prij
ken. Het gebouw blijft in ge
bruik, alleen zullen er minder
meisjes binnengaan. Stonden
vroeger de jongens voor het hek
te smachten tot hun geliefden
naar buiten kwamen, volgend
schooljaar kunnen ze gewoon
naar binnengaan, want opvallen
zullen ze niet meer.
Oosten: "Naast het voordeel van
twee nieuwe richtingen (admini
stratief en verkoop) denk ik dat
het ook een belangrijk voordeel
is, dat het niet meer strikt een
meisjesschool blijft. Want dat is
toch eigenlijk uit de tijd. Nee, dat
zal niet meer problemen opleve
ren, eerder minder. Als jongens
en meisjes bij elkaar in de klas
zitten, gaan ze ook gewoner te
gen elkaar aankijken en dat lijkt
me heel gezond".
Directrice Oosten neemt afscheid.
Niet met pijn. "Ik heb altijd voor
de mogelijkheid gepleit, (zonder
succes overigens) dat onderwijs
krachten met hun zestigste met
pensioen kunnen gaan. Door een
samenloop van omstandigheden
is mij dat nu gelukt. Een groot
feest hoef ik niet. Ik heb er te
veel gezien die niet zijn ge
meend. Voor mij is het genoeg
nu met de gelukkige gedachte te
kunnen leven, dat ik straks met
meer hoef te hollen en buiten het
schoolseizoen op reis kan gaan".
Directrice Oosten "in deze tijd kritisch zijn. zuinig met geld kunnen
omspringen en een goed huishouden draaien is toch heel belangrijk"?
LEIDEN - Mevrouw M.C. Visser,
directrice van Boshuizen, school
voor lager- en middelbaar be
roepsonderwijs, is verrast door
de vraag waarom geen vrouwelij
ke opvolger? Eenvoudig zegt ze
"Ze dienden zich niet aan". Snel
er achteraan: ...en je moet daar
ook helemaal geen punt van ma
ken. Ik heb nooit verschil ge
maakt tussen mannen en vrou
wen. Het belangrijkste is dat er
iemand komt, die leiding kan ge-
Toen mevrouw Visser in 1961 di
rectrice werd van Boshuizen, ge
vestigd aan de Toussaintkade,
telde de school 375 leerlingen.
Eenentwintig jaar later zijn dat
er ruim zevenhonderd gewor
den. Na enige jaren verspreid te
hebben gezeten in allerlei nood-
lokalen, beschikt Boshuizen nu
over een tweede gebouw aan de
Potgieterlaan.
Die groei heeft de school voorna
melijk te danken aan de vele mo
gelijkheden en richtingen om
verder te studeren. Visser: "Ik
wilde dat woord huishoud
school, in vroegere tijden ook
wel heel denigrerend 'spinazie-
academie' genoemd, uitbannen.
Dat lukt heel langzaam. Zelfs nu
krijg ik nog verontruste ouders
die met een heel treurig gezicht
weten te vertellen dat er van hun
dochter wel niets terecht zal ko
men. Immers, met de huishoud
school kun je toch niets, redene
ren ze".
Uitleggen
Ze schudt haar hoofd en lacht be
minnelijk. "En het zijn niet al
leen de ouders, maar ook de de
canen van scholen weten van
niets". Ze komt met een voor
beeld. "Laatst was ik aanwezig
op een vergadering van rectoren,
wordt er gesproken over de in
richting van scheikundelokalen.
Ik doe zo ook mijn zegje. Eerst
zie je ze denken, waar heeft dat
mens het over. Ze hebben daar
toch helemaal geen scheikunde?
Even later zeiden ze dat ook. En
ik maar uitleggen. Elke keer op
nieuw, want de mensen onthou
den slecht hoor"
Ze komt iets naar voren en zegt
met nadruk: "De tijd dat het la
ger beroepsonderwijs, een verza
melplaats was voor de meest
domme kinderen, is echt voorbij.
De leerlingen hier zijn beslist
niet meer gedoemd om op de on
derste ladder terecht te komen.
We hebben veel laatbloeiers, die
er langs een iets geleidelijker
weg ook komen. De aanpak is de
eerste jaren wat minder theore
tisch".
We hebben
hier veel
laatbloeiers
en met ons te hebben gevoerd
ging het natuurlijk toch. Nu wor
den deze leerlingen met open ar
men ontvangen".
Jongens
Met enige trots vertelt de directrice
over de jongste loot aan de oplei
ding: het voorbereidend hoger
beroeps onderwijs (VHBO). Wie
dat diploma haalt staat gelijk
met het niveau van een havoleer
ling. Het is wel steeds vechten.
Toen de eerste VHBO-leerling
zich aanmeldde bij een Pedago
gische Academie met de bedoe
ling onderwijzeres te worden,
werd er wel geroepen: kom je
van de huishoudschool dat kan
je hier geen opleiding volgen. Na
enkele telefoongesprekken met
het het ministerie van onderwijs
Op Boshuizen zitten ook jongens
Het is nog niet veel, maar ze ko
men. Mevrouw Visser krijgt de
indruk dat het een stimulans is
voor de meisjes. "Ze gaan wedij
veren en willen ook verder stu
deren. Je merkt duidelijk veran
deringen. Meisjes laten zich niet
meer van alles aanleunen. Ja.
trouwen staat nog wel hoog in
het vaandel, maar niet zonder dat
ze de opleiding hebben voltooid
Ze zijn veel zelfstandiger en vol-
wassener in hun denken. Ja...ze
zijn ook vrijer, maar daar heb ik
niet zoveel moeite mee. Het zijn
kinderen van deze tijd en die zijn
dat gewend, dat moetje accepte-
Uytterdijk
Boshuizen heeft de plannen al
klaar voor een fusie met Uytter
dijk, een school voor opleiding
tot gezins- en bejaardenverzor
ging met de richting middelbaar
sociaal, pedagogisch onderwijs
(MSPO). De achterliggende ge
dachte van deze samenwerking
is dat de keuzemogelijkheden
voor de leerlingen nog groter
gaan worden. Als alles volgens
plan verloopt staat dit in 1984 ge
beuren. De school zal dan Bos-
huizen-Uytterdijk gaan heten.
De grootste wens van mevrouw
Visser is dat er een tijd komt dat
het lager beroepsonderwijs
wordt geaccepteerd. "En op de
juiste waarde wordt geschat",
voegt ze er aan toe. "De scholen
moeten daar zelf ook voor vech
ten. Het is toch onzin dat voor de
functie van verkoopster een
meisje dat mavo heeft, verkozen
wordt boven een LHNO-meisie
met haar diploma verkooprich
ting in de zak. Vaak alleen omdat
ze denken dat mavo hoger en dus
beter is".
Onlangs is mevrouw Visser ver
huist naar Alphen aan de Rijn.
Dit heeft ze gedaan om het af
scheid nemen van 'haar' school
makkelijker te maken. "Het was
mijn tweede huis geworden. Ik
weet het van menzelf. als ik in
Leiden blijf wonen, kom ik niet
van die school los. Ik ga nu ky-
ken of ik in Alphen voor andere
mensen van mijn leeftijd iets kan
betekenen".
LEIDEN - De woningnood
in Leiden zal voorlopig
niet zijn opgelost. Alle
goede voornemens ten
spijt begint het er steeds
meer op te lijken dat het
volkshuisvestingsplan
van de gemeente, voor be
strijding van het woning
tekort, is gebouwd op
drijfzand. Met name de
stadsvernieuwing, het
bouwen in gaten in de bin
nenstad, dreigt daardoor
in de knel te raken.
Nog geen half jaar geleden presen
teerde wethouder Tesselaar van
volkshuisvesting een plan waar
in hij zei te streven naar de bouw
van duizend woningwetwonin
gen per jaar. Het is nu al zo goed
als zeker dat die aantallen niet
gehaald zullen worden. De ge
meente is door het rijk in een
keurslijf geperst. Dit jaar mag
Leiden van de minister van
volkshuisvesting niet meer dan
660 woningen bouwen (Tesselaar
had om 1200 woningen ge
vraagd). De laatste geluiden uit
Den Haag duiden er op dat de
hoeveelheid (het zogenaamde
contingent) woningen dat vol
gend jaar gebouwd mag worden
nog lager uit zal vallen. Het wo
ningtekort in Leiden zal daar
door eerder toe- dan afnemen.
Bijna 10.000 woningzoekenden en
zeker 1000 werkloze bouwvak
kers in de regio Leiden zullen er
maar weinig van begrijpen. Op
talrijke open plekken in de bin
nenstad, of op terreinen waar
leegstaande of leegkomende ge
bouwen (zoals scholen en fabrie
ken) aanwezig zijn, kunnen veel
huizen worden gebouwd voor
Leidse woningzoekenden. De ge
meenteraad heeft indertijd uitge
maakt dat eerst die open plekken
volgebouwd moeten worden en
dat daarna de bouw van nieuwe
wijken ter hand zal worden geno
men. De binnenstad kreeg dus
prioriteit, zoals dat heet, boven
het volbouwen van de Stevens
hofjespolder.
ADVERTENTIE
In onze verkiezingskrant van juni J.l. stond een prijsvraag. De win
naars zijn: 1e prijs, een gloednieuwe flets, Dhr. P.J. de Wolf, 2e
prijs, een cadeaubon t.w.v. 100,- Fr lts Blesjot en de 3e prijs, een
fruitmand voor de Hr. H.P. v.d. Reljden. Zelf Is de P.v.d.A. ook niet
ontevreden. Mede dankzij de stem van velen konden we met 13
zetels terugkomen In de gemeenteraad.
Alsnog onze dank aan ledereen
die de P.v.d.A. gesteund heeft!
Niet op gang
Volgens de gatennota, die in 1979
verscheen, konden vóór 1985
zo'n 1400 nieuwbouwwoningen
binnen de singels worden neer
gezet. Tot dusver is daarvan nog
niet de helft gerealiseerd. In feite
is de bouwstroom in de binnen
stad net goed op gang gekomen.
Het aantal bouwplaatsen is bo
vendien nog toegenomen. De
bouw in gaten is dus nog lang
niet voltooid. Maar het grote
werk in de Stevenshof, waar 4500
woningen gebouwd kunnen wor
den, staat al wel voor de deur.
Op 1 december gaat de eerste paal
de grond in voor de bouw van
157 woningen in deze polder. In
de komende jaren moeten zeker
600 huizen per jaar gebouwd
worden om de exploitatielasten
van de Stevenshof, en daarmee
de huren, zo laag mogelijk te
houden. Het is duidelijk dat bij
een verlaging van het aantal wo
ningen dat Leiden van het rijk
mag bouwen, nu 660 per jaar,
niet veel overblijft voor de Leid
se binnenstad.
Er zullen de komende jaren dus
niet alleen te weinig woningen
worden gebouwd maar boven
dien zal de prioriteit voor het
herstel van de binnenstad van de
baan te zijn. Al enige tijd is er
sprake van een competentie
strijd tussen de wethouders Waal
(stadsvernieuwing) en Tesselaar
(volkshuisvesting) over de wo
ningbouw. Tesselaar vindt dat
Waal nu lang genoeg in de schijn
werpers heeft gestaan met zijn
stadsvernieuwingsbeleid en
heeft zich ten doel gesteld de
Leidse woningnood op te lossen
door de bouw van grote aantal
len woningen in de Stevenshof-
jespolder.
Of Tesselaar daarin slaagt hangt
Op open plekken In de Leidse
binnenstad, of op plaatsen
waar leegstaande of leegko
mende fabrieken staan. kun
nen de komende jaren bonder
den woningen worden ge
bouwd. De bebouwing van de
ze "gaten" heeft de afgelopen
jaren voorrang gekregen bo
ven de bouw van een nieuwe
woonwijk in de Slevensbofjes-
polder.
In een serie artikelen besteden
we de zomermaanden aan
dacht aan de woningbouw
plannen die nog voor de bin
nenstad op stapel staan. Niet
alle plannen zijn even hard,
sommige zelfs twijfelachtig.
De gemeente zal in de komen
de jaren alles op alles moeten
zetten op alle "gaten" in de
binnenstad bebouwd te krij
gen.
dus in de eerste plaats af van het
rijk (hoeveel mag Leiden bou
wen). De gemeenteraad dient
vervolgens af te wegen hoeveel
gebouwd gaat worden in de pol
der en hoeveel in de binnenstad.
Maar van een echte keuze is nau
welijks sprake. Zoals gezegd,
Tesselaar weet wat hij wil: be
taalbare woningen bouwen voor
Leidse woningzoekenden, liefst
zoveel en zo snel mogelijk, zon
der gehinderd te worden door
lastige inspraak. Dat lukt het
best in de Stevenshofjespolder.
Bouwen in de binnenstad blijft,
hoe dan ook, een moeizame zaak
en lost de woningnood niet op.
Ook zonder dat de gemeente door
het rijk in een keurslijf wordt ge
perst zijn er legio problemen die
het bouwen binnen de singels
bemoeilijken. Steevast zijn de
bouwprogramma's van de laatste
jaren dan ook blijven steken in
schone voornemens. De harde
cijfers: In 1979 werden in de bin
nenstad slechts 32 woningen op
geleverd. 1980 bleef achter bij de
verwachtingen maar werd toch
een topjaar door de oplevering
van 240 woningen. Volgens de
planning zouden in 1981 zo'n 450
nieuwe woningen verrijzen op
open plekken in de binnenstad.
Het werden er maar 127. Dit jaar
zouden 411 nieuwe woningen ge
reed komen. De verwachting is
dat het er niet meer dan 119 zul
len zijn.
Opgeteld zijn dat 518 woningen in
vier jaar. Bij een verminderde
aandacht voor de binnenstad ligt
het niet voor de hand dat de 1400
woningen die, volgens de gaten
nota in de binnenstad gebouwd
konden worden, inderdaad vóór
1985 van de grond zullen komen.
Bedacht moet worden dat na
tuurlijk ook elders in de stad nog
wel het één en ander gebouwd is
en wordt, met name in de stads-
vernieuwingswijken De Kooi en
Noorderkwartier. Maar ook bui
ten de singels loopt de nieuw
bouw stroef. De Coebel, de Leeu
wenhoek, Roomburg en het
Schuttersveld worden jaren later
aangepakt dan gepland.
De bouwkosten en daarmee de
huurprijs wordt hoe langer hoe
duurder naarmate de nieuw
bouw vertraagd wordt. De 'nor
male' kale huurprijs voor een
'goedkope' woningwetwoning
ligt de laatste jaren op zo'n vijf
honderd gulden per maand. Een
heleboel zaken maakt het bou
wen in de binnenstad nog eens
extra duur. De grond in de bin
nenstad is duurder. Het bouwter
rein is vaak moeilijk bereikbaar
(denk eens aan de grachten en
smalle straatjes) en te beperkt
om zwaar materiaal in te kunnen
zetten Het bouwen in een histo
rische binnenstad eist heel wat
meer afwisseling en variatie dan
de bouw van flats m de buiten
wijken. Maatregelen tegen ver
keerslawaai en het creëren van
parkeerplaatsen in de binnen
stad jagen de bouwkosten ook
nog eens flink op.
Al met al zou een binnenstadwo
ning gauw zo'n dertig procent
meer gaan kosten dan een wo
ning in een buitenwijk. De wo
ningbouw op de hoek Lange-
gracht/Oostdwarsgracht is daar
een sprekend voorbeeld van. Op
57 woningwetwoningen zitten
daar maar liefst dertien verschil
lende woningtypen en een par
keerdek. Het is wel duidelijk dat
deze woningen onbetaalbaar
dreigen te worden voor mini
mumlijders of bijstandtrekkers.
Alleen met veel kunst en vlieg
werk (extra subsidies) is het tot
dusver gelukt de nieuwbouw in
de Leidse binnenstadsbuurten
betaalbaar te houden.
Er zijn nog tal van andere proble
men die een snelle bebouwing
van gaten in de binnenstad in de
weg staan. Voordat het bankstel
en het televisietoestel in een
hoek van de kamer staan is heel
wat tijd verstreken in het laby
rint van ambtenaren, aktiegroc-
pen, architecten, aannemers, wo
ningbouwverenigingen en raad
commissies. De voopbereidings
procedure voor een nieuwbouw
project kan soms wel één tot
twee jaar duren.
Afspreken
De komende tijd zal dat allemaal
iets eenvoudiger worden Dit
jaar zijn voor het eerst afspraken
gemaakt met het rijk over een
vaste som geld dat de gemeente
ter beschikking kr\jgt voor de
woningbouw. Dat vastgestelde
budget kan de gemeente zelf ver
delen over de diverse plannen,
zonder eerst over elke cent met
het ministerie te hoeven praten
Daardoor wordt het mogelijk om
met de toekomstige bewoners
harde afspraken te maken over
de huren en om snellere afspra
ken te maken met aannemers.
Bovendien heeft de gemeente de
vrijheid om wat meer geld uit te
geven aan het bouwen op 'dure'
plaatsen en wat minder aan
goedkopere locaties zodat de hu
ren in de Stevenshofjespolder en
in de binnenstad niet te ver uit
een zullen lopen Daar komt nog
bij dat, door het inzakken van de
bouwmarkt, makkelijk.r tot
prijsafspraken is te komen met
aannemers De huidige marktsi
tuatie is zo dat de gemeente te
gen aannemers fan NQH v.»'r
die prijs kun je bouwen, zeg
maar ja of nee.
Eenvoudiger bouwprocedures en
prijsafspraken kunnen echter
niet verhullen dat de vooruit
zichten voor de nabue toekomst
weinig rooskleurig zijn. Aan de
ene kant heeft de gemeente de
vrijheid gekregen om zelf te be
slissen over de Leidse bouwplan
nen Aan de andere kant is men
met handen en voeten gebonden
aan de hoeveelheid woningen
het contingent) dat men jaarlijks
krijgt toegewezen.
Alleen als Leiden van het rijk 1000
woningen per jaar mag bouwen
kan men het woningtekort lang
zaamaan inlopen en de huidige
aandacht voor de binnenstad
prolongeren. Mogen er minder
huizen worden gebouwd dan
krijgt de volkshuisvesting (Ste
venshofjespolder) prioriteit bo
ven de stadsvernieuwing (bou
wen in de binnenstad)
Als de voortekenen niet bed negen
zal het woningtekort de komen
de jaren toenemen en het herstel
van de binnenstad stagneren. De
regenng wil best dat er meer ge
bouwd wordt en dat meer aan
stadsvernieuwing wordt gedaan,
maar aan de andere kant acht
men drastische bezuinigingen
noodzakelijk Of en hoe dat met
elkaar te rijmen valt zullen we de
komende jaren wel merken in
Leiden jan rijsdam