"De VPRO is er voor vele kleine publieken" B-status is geen bedreiging voor kleinschaligheid Ledenwerfactie zorgt voor record in omroepwereld ZATERDAG 19 JUNI 1982 In allerijl moest vorige maand het uitzendbureau worden gebeld: de stroom van nieuwe leden had zulke gigantische vormen aangenomen, dat het VPRO-personeel die zelf niet kon verwerken. In amper één maand tijds wist de VPRO bijna tachtigduizend nieuwe leden te werven. Een absoluut record in de omroepwereld. Ruim de helft van die nieuwe leden werd aangebracht door mensen die al VPRO-lid waren. Ook dat is uniek in Hilversum. De B-status kan de VPRO niet meer ontgaan. Dezer dagen mag 's lands meest progressieve omroep haar driehonderdduizendste lid verwelkomen en dan zijn er nog maar dertigduizend (de veiligheidsmarge van tien procent) nieuwe leden nodig om de B-status te kunnen aanvragen. Dat moet voor het eind van het jaar gebeuren en dat zal de VPRO ook doen. Niet omdat zij zo graag B-omroep wil worden, maar omdat zij wel móét. Wil de VPRO overleven, dan is B-omroep worden het enige middel. In het geweld van naar A- en B-status oprukkende omroepen en met het oog op de algehele zendtijduitbreiding in het nieuwe televisieseizoen, heeft de VPRO geen andere keus dan mee te groeien. Doet zij dat niet, dan is de kans groot dat haar aaneengesloten tv-zendtijd versnipperd raakt, net als bij de IKON. Koste wat kost wil de VPRO haar vaste tv-avond (tot 1 oktober op zondag, daarna op woensdag) behouden. Programmaleider Roelof Kiers: "Interessante ideëen die tot dusver werden afgewezen bij gebrek o zendtijd, krijgen nu een kans". (Foto Pet< Kort gezegd komt het erop neer dat zij het huidige bestel wil len vervangen door een nieu we regeling, die zegt datje de zendtijd niet moet verdelen aan de hand van de ledental len. maar aan de hand van de mate waarin men een stro ming in onze samenleving pretendeert te vertegenwoor digen. Dit is het zogenaamde conces siesysteem. waarvan de PvdA zich al in een omroep- nota van 1980 gecharmeerd toonde, vermoedelijk uit angst dat de VARA de race niet langer zou volhouden. Hoe dan ook: ingevolge een wetswijziging moeten alle be staande omroepen op 1 fe bruari 1985 aantonen dat ze wel degelijk representatief zijn „voor een bepaalde maat- Snelle groei is voor de VPRO noodzakelijk om niet opgeslokt te worden door de A-om roepen. Toezeggingen van CRM wijzen uit dat dat gevaar steeds min der denkbeeldig wordt. Op dit moment heeft een A-omroep acht uur en twintig minuten tv- zendtijd per week en een CTomroep tweeën eenhalf uur. Met ingang van 1 oktober krijgt een A-omroep er twee uur bij, terwijl de C- omroep op tweeëneenhalf uur blijft staan. Per 1 ok tober 1984 zullen die ver schillen nog groter wor den. Dan zal een A-om roep over dertien uur tv- zendtijd beschikken en de C-omroep over slechts twee uur en- vijfendertig minuten. Wanneer de C-omroepen dit beetje zendtijd ook nog eens moeten gaan uitsme ren over de onaangename uren, wat zeer waarschijn lijk is omdat de A-omroe pen dit ook moeten, dan laten de gevolgen voor de VPRO zich raden. De vrij lange avondvullende pro gramma's, die doorgaan voor visitekaartjes van de ze omroep, moeten dan worden samengeperst in anderhalf uur; doodeen voudig omdat de rest van de zendtijd elders zit. Herhalingen De ledenwervingscampagne, die op 9 mei door Van Kooten en De Bie werd gelanceerd en waarvoor bijna een mil joen gulden is uitgetrokken, is zodoende onvermijdelijk, benadrukt programmaleider Roelof Kiers. Hij ziet de tv- zendtijd van de VPRO per 1 oktober volgend jaar (eerder zal de B-status niet zijn geëf fectueerd) uitgebreid van tweeëneenhalf uur naar zes uur. Twee uur daarvan is middag zendtijd. Maar voor het vul len van die zendtijd heeft de omroep geen geld. „Dat bete kent dus herhalingen", ver klaart Kiers. „Wat we er aan effectieve zendtijd bij krij gen, is eigenlijk maar ander half uur." Dat is aanmerkelijk minder dan VPRO-radio, die thans tien uur zendtijd heeft en straks ruim dertig uur krijgt. Het is aan radio-directeur Jan Haasbroek die extra zendtijd te vullen, maar volgens hem is dat gemakkelijker dan het lijkt. „We verdrinken in de voorstellen voor muziekpro gramma's. Daarvan kunnen er straks eindelijk eens enke le worden gehonoreerd. Na tuurlijk schept dat de nodige werkgelegenheid. Wij heb ben veel freelancers die al ja ren staan te popelen om een vast dienstverband. Dat kan straks allemaal worden ge realiseerd." „Meer zendtijd op de radio be tekent ook mogelijkheden voor een actualiteitenru briek. En om zoiets op poten te zetten, dat kost heus geen maanden van voorbereiding. Radio is een snel medium. Het gaat hier vrij soepel alle maal." „Je moet alleen oppassen", voegt Haasbroek eraan toe, „dat je niet minder kritisch wordt. Nu je zoveel meer zendtijd krijgt is het denk baar dat je een voorstel ac cepteert onder het mom van: ach, toch zendtijd genoeg. Dat mag natuurlijk niet." Controversieel Gevaar dat de onstuimige groei van de VPRO wel eens ten koste zou kunnen gaan van de kleinschaligheid, die zij tot nog toe zo hoog in haar vaandel heeft gevoerd, is er naar Haasbroeks mening niet. „Wij kijken wel uit. Daarmee zouden we veeleer leden verliezen dan winnen. Men verlangt van ons immers controversiële programma's. Dus maken we die." En Roelof Kiers: „Al zouden we populaire programma's willen maken, dan nóg kun nen we het niet. Daar hebben wij de mensen niet voor. Wij hebben geen André van Duin. Maar nog afgezien daarvan: onze leden zouden het niet accepteren." „Het gaat ons niet om het grote publiek, het gaat ons om de vele kleine publieken. Het is ook helemaal niet nodig om een massapubliek te berei ken. Onze programmering is op slechts één ding gericht en dat is de specifieke interesses te bevredigen. En daarvoor moet je natuurlijk een zo hoog mogeüjke kwaliteit na streven." Radio-directeur J an Haasbroek 'We verdrinken in de voorstellen C- of B-omroep, kleinschalig heid blijft gewaarborgd bij de VPRO. Directeur algemene zaken Frans de Smit heeft het al eens gezegd „Small is beautiful, maar als daar de consequentie van is dat je er op een gegeven moment niet meer bent, dan is small niet meer zo beautiful." Doorstoten naar de A-status, daar hoeft niemand bang voor te zijn, daar prakkizeert de VPRO niet over. Zodra de 330.000 leden zijn ingeschre ven. stopt ze met werven. Sterker nog: als morgen de Tweede Kamer zou besluiten het wetswijzigingsvoorstel van D'66-kamerlid W Wil- bers aan te nemen, waarbij de zendtijd volgens een andere verdeelsleutel wordt toege wezen en waardoor de VPRO ook meer zendtijd zou krij gen. dan zou die VPRO met een besluiten om geen B-om roep te worden. Door Sjak Jansen Dolkstoot Wie in Nederland een omroep wil beginnen, moet weten dat je ten minste 150.000 leden nodig hebt voor de C-status. het dubbele voor de B-status en het drievoudige voor de A- status. Een verhouding dus van 1:2:3. Voor de verdeling van de zendtijd wordt echter de sleutel 1:3:5 gehanteerd en daartegen ontstaat steeds meer verzet. Kamerlid Wilbers zou die ver deelsleutel graag gewijzigd zien in eveneens 3:2:1, maar zolang CDA en PvdA in de Kamer de zijde kiezen van de grote omroepen maakt Wil bers' voorstel weinig kans. Belangwekkender teel het plannetje dat de KRO. VARA en NCRV iv.-r enigd in de Federatie van Omroepverenigingen) ge drieën hebben uitgebroed. Zij willen dat er een einde komt aan wat het weekblad De Tijd deze week noemde "het neuzen tellen in omroep land" schappelijke, culturele of godsdienstige dan wel geestelijke stroming in het volk." Voor kleinere omroepen bete kent dit plan een dolkstoot in de rug. De EO zou worden in gelijfd door de NCRV en de VPRO door de VARA. Jan Haasbroek noemt het plan schaamteloos. En Roelof Kiers: „Het zou de VPRO on herroepelijk wegvagen." Argumenten Kortom: voor de VPRO een re den te meer om een leden- wervingsactie te ontketenen. Alle leden kregen een per soonlijke brief, waarin ze werden opgeroepen familie leden. vrienden en kennissen vriendelijk ertoe te bewegen lid te worden van de VPRO. De respons overtrof de stoutste verwachtingen. De tientjesle den meldden zich met dui zenden tegelijk. En nu maar hopen dat zij volgend jaar dat tientje opnieuw zullen beta len. Roelof Kiers verwacht niet anders: „Onze leden la ten zich niet door foefjes overtuigen maar door argu menten. Als zij lid worden, doen zij dat uit waardering voor onze programma's of omdat ze overtuigd zijn van de bijzondere functie die de VPRO in het omroepbestel vervult." Volgens onderzoeken van de Universiteit van Amsterdam zouden zich onder de Neder landse televisiekijkers zes honderdduizend potentiële VPRO-leden bevinden. Er zou dus nog een heel terrein braak liggen. Al te veel activi teiten tot ontginning daarvan hoeven wc van de VPRO evenwel niet te verwachten. Over het algemeen is een VPRO-lid van linkse signa tuur. Een enkeling is lid om dat hij zij het interessant vindt staan tegenover vrien den en kennissen, maar ver reweg de meesten hebben voor de VPRO gekozen om dat men vindt dat er in ons zuilensysteem een buiten beentje moet zijn. Steekproeven bevestigen dat hy/zy een meer dan gemid delde opleiding heeft met een meer dan gemiddeld inko men. Hy/zy leest de Volks krant en/ol NRC-Handels- blad en naast die krant Vrij Nederland. Het zyn veeleer zaken als het milieu en ont wapening die zijn/haar be langstelling genieten dan de kleine criminaliteit of sport. Filmplan Over sport gesproken „Daar doen wij dus niet aan", zegt radio-directeur Haasbroek. „Daar wordt op radio en tv al zoveel aandacht aan besteed, dat slaan wij maar over. Van daar ook onze totale ontken ning van het disco-gebeu- „K wissen doen Om dezelfde reden Wat an dere omroepen doen, dat zijn wij geneigd met te doen. Wij zijn de meest vernieuwende omroep. Gemiddeld hebben onze programma s ook maar een loopduur van hooguit twee jaar Dan is het weer tijd om met iets nieuws te ko- „Nu die zendtijduitbreiding voor de deur staat denken we aan thema-programma's, die we over een reeks uitzendda gen uitsmeren Ook zullen nu, denk ik, doelgroepen aan bod kunnen komen, waaraan we tot nog toe bij gebrek aan zendtijd geen aandacht kon den besteden Eigenlijk is die dertig uur radio niet zo veel hoor. Als je bedenkt dat er zo'n 500 radio-uren per week zijn, dan mag dertig uur best voor de VPRO Wat de televisie betreft: daar zal volgens Roelof Kiers ge varieerdheid worden nage streefd Dankzij de op han den zijnde zendtijduitbrei ding zullen zaken als drama, amusement en muziek meer aandacht krijgen. „Interes sante ideeën die tot dusverre werden afgewezen bij gebrek aan zendtijd, krijgen nu een kans. Ikzelf ben een warm voorstander van een film- plan. Elke week op dezelfde tijd een film. waarvoor alle genres in aanmerking ko- Kiers ziet de VPRO niet naar de andere omroepen toegroeien. Veeleer verdacht hij een te gengestelde ontwikkeling. Er zal naar zijn overtuiging een steeds grotere scheiding ko men tussen massa-omroepen en kwahteitsomroepen. „De kijkcijfers bij de VARA voor kwalitatieve programma's als De Onderste Steen zyn nu al zo teleurstellend laag dat ik vermoed, dat er voor die pro gramma's en de makers in de toekomst steeds minder plaats zal zijn by de VARA. Er is immers een hevig wor dende concurrentiestrijd. Kijkcijfers, enfin..." Kwaliteit „Nu stel ik me zo voor dat de programmamakers die daar in de knel komen, by ons te recht moeten kunnen, zodat je bij de VPRO een nog grote re samenbundeling van kwa liteit krygt Maar willen wy die ruimte kunnen scheppen, dan moeten wc wel de B-sta tus hebben Daarom, ik 1Mb het al eerder gezegd, is met het gedoe om onze B status niet alleen het VPRO belang gediend. Ook de kwaliteit op de tv is in het spel „Je ziet het ook in Amerika. Daar neemt de vraag naar kwaliteit alleen maar toe Daar ontstaan naast de grote netwerken steeds meer ka beltelevisie-staüons omdat de kijkers een betere klPBÜ teit wensen dan zy van de netwerken krygen. De kwali teit, daar gaat het om En de VPRO"* Zeventig procent van onze ducumentaires maken we zelf Elke maand tenmin ste één of twee Dat is waan zinnig veel. Vertel my eens waar vind je dat dynamische nog meer'' Ik zou het zo gauw niet weten

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 17