"Politiek laat mensen te weinig leefruimte" Anti-Amerikaanse storm zal snel luwen EMS in rustiger vaarwater Ina Brouwer (32) nieuwe gezichtvan CPN? DONDERDAG 17 JUNI 1982 Meningen PAGINA 11 DEN HAAG-"Dat is nog lang niet beslist", bezweert Ina Brouwer (32) haar omgeving als haar opvolging van Marcus Bakker als lijsttrekker van de CPN wordt aangenomen. "In feite ben ik nog niet kandidaat gesteld", zegt ze formeel. Maar Marcus Bakker heeft al wel. nadat hij zijn heengaan aankondigde, gezegd dat zij een prima opvolger zou zijn. En tijdens het interview komt hij demonstratief een agenda brengen aan Ina Brouwer. Waarop de omgeving constateert dat "de overdracht" een feit is. Bakker toont een van zijn breedste grijnzen: "Zij mag dat nu behandelen". Mr. Ina Brouwer uit Groningen wil zelf nog een beetje op Den Uyl blijven lijken: ze zegt herhaalde lijk dat ze er nog over moet nadenken. Deze week wordt in de CPN vergaderd over de lijsttrekker. Op 26 juni wordt er beslist. "Iedereen praat er nu over en daarbij is mijn naam genoemd." Maar omdat de CPN de laatste jaren opener werd en tevens de bekendheid van Ina Brou wer van vrijwel nul tot zeer landelijk steeg, wil ze best praten over het "als" van het lijsttrekkerschap. Ze zou het "slecht vinden als een lijst trekker en fractieleider zich alleen maar met parlementai re stukken en -werk bezig zou houden. Dat heeft Mar cus nooit gedaan. Hij is al 25 jaar kamerlid maar hij onder houdt wel contacten met al lerlei bewegingen. Zoiets moet je blijven doen". Bij "réchts" in de PvdA is men tamelijk ongerust over de kans dat de jonge feminis te Brouwer de CPN-lijst gaat aanvoeren. Dat zou wel eens stemmen kunnen weghalen bij PvdA en wellicht andere partijen. Is dat opzet? "Nee, ik heb helemaal niet geambieerd dat ik ooit in de ze positie zou terechtkomen. Vorig jaar toen ik kamerlid zou kunnen worden, heb ik wekenlang gezegd: ik doe het niet. Ik kwam in de Kamer, Joop Wolff viel uit enan komt er die kabinetscrisis, die wij niet zo ingeschat hebben. We dachten aan 1983. Daarom heeft het helemaal niet ge speeld dat ik lijsttrekker moest worden. Ik ben niet ie mand die zegt: dat lijkt me zulk leuk werk". - Je zou het wel willen zijn? "Ik heb geen nee gezegd, maar ik heb ook nog geen ja ge zegd. Kijk, het gaat allemaal heel snel. Ik had gerekend dat Marcus nog een of twee jaar lijstaanvoerder zou zijn. Nu Marcus dat heel serieus aan de orde stelde, ben ik wel geschrokken, moet ik zeg gen. Ik dacht toen hij wel zei dat hij wilde ophouden: dat zal nog wel een paar jaar du ren. Die kabinetscrisis maakt dat mensen beslissingen moeten nemen. Ikzelf vind eigenlijk dat ik-nog veel te kort in het parlement zit om het te gaan doen. Maar ik wil er wel over nadenken. Als fractieleider en als opvolger van Marcus Bakker moet je op een collectief kunnen te rugvallen. Feministische overwegingen spelen heel sterk mee bij mij. Ik ben niet bereid mijn hele privé-leven en alle keuzen die ik daarin nog wil maken, geen kinde ren bijvoorbeeld, om die daaraan op te geven. Dat moet ter discussie worden gesteld, ook in de partij". - Met een feministe als lijst trekker wordt de aantrekke lijkheid van de CPN wellicht wat vergroot. Daarbij ge voegd het pleidooi van Mar cus Bakker voor samenwer king van linkse partijen. Wat betekent dat? "Het gaat om samenwerking door lijstverbindingen tot het samenwerken voor een rege ringsvorm. Ik denk niet aan één partij of zo. Dat is een il lusie. Verbindingen kunnen verstevigd worden. Stel dat PvdA, CPN, PSP en PPR nu voor de verkiezingen zouden uitspreken: wij zijn het over een aantal punten eens, we willen er gezamenlijk voor optreden, dan zou dat het perspectief voor de kiezers om links te gaan stemmen, vergroten. Nu had je het weg blijven van mensen: ze den ken dat het toch maar een rotzooitje in Den Haag is. Door samenwerking vergroot je het perspectief'. "De op stelling van de PvdA in het kabinet Van Agt heeft nogal wat schade toegebracht aan links. En dat links groeide was omdat de PvdA door het uitstappen een duidelijke streep heeft getrokken. Dat geeft een startpunt. Als je dan tot een linkse meerder heid komt, graag, we streven er wel naar". Ina Brouwer komt van oor sprong uit een wat ze eerst "burgerlijk" maar later ge woon VVD-milieu noemde. "Ach", zegt ze, "die dingen moeten eigenlijk geen rol spelen". - Bij een lijsttrekker speelt dat verleden natuurlijk wel mee. Is dat geen handicap om de grote groep oudere CPN'ers te binden? "Als je bij ons in de partij kijkt, dan zul je zien dat veel men sen uit veel verschillende mi lieus komen. Ik kom uit een milieu waaruit veel meer communisten voortkomen van de jongere generatie. Dat milieu heeft wel eens een tijd een rol gespeeld. Maar het gaat toch om de vraag hoe mensen het in de partij doen. Van dat milieu merk ik niets meer. Eerder dit: Marcus Bakker is een zeer vertrouwd gezicht van de partij. Van mij en andere jongeren denken ze dan: kunnen die dat wel aan. Marcus Bakker was ook begin dertig toen hij in de Ka mer kwam". "We zijn natuurlijk met een heel proces bezig. Onze ver oordeling van de ingreep in Polen. Het ontwerp-beginsel- programma. Discussie over het verleden van onze partij. Alles komt tegelijkertijd. Er zijn best wel mensen die moeite hebben met de ver nieuwing. Mensen die al ja ren lid zijn, vanuit het verzet. Die altijd zagen dat socialisti sche landen bij voorbaat goed waren en gesteund wer den. Waar mensen inspiratie uit putten. Dat beeld is ont zettend aan het rollen". Marcus Bakker (l) en Ina Brouwer: gaande man en komende vrouw veel fouten er in dat systeem zitten. Niet alleen mijn gene ratie, maar ook ouderen vra gen zich af hoe zit dat? Ik kom oudere mensen tegen die heel blij zijn met de dis cussie, hoe moeilijk ze het hebben. Een soort bevrij ding, toch uiteindelijk wel. Emancipatie van de CPN om dat die zelf uit de sectarische hoek is getreden. Maar ook emancipatie van het parle ment en de maatschappij die de CPN als een democrati sche partij zijn gaan zien. Dat gaat niet zonder spanningen. Toen Marcus in het parle ment kwam, liep het hele par lement weg behalve de VVD. Als andere partijen ons nu niet zien zitten, gaat het om zakelijke meningsverschil len. Ze schetst de goeie motieven waarom mensen van uit de oorlog, het verzet in de CPN kwamen. "Maar er zijn din gen, die zijn fout geweest. Dat rooie boekje bijvoor beeld. Dat boekje (over het "verkeerde" verzetsverleden van sommige CPN'ers, date rend uit 1958) kwam uit de ideologie dat er maar één goeie analyse van de maat schappij was, de rest waren mensen die afwijkingen ver toonden, ook in je eigen par tij. Dus meningsverschillen werden alleen beoordeeld op afwijkingen van de juiste lijn". "Er zijn mensen geroyeerd in die tijd waarvan je nu zegt dat is heel slecht geweest dat dat zo is gegaan. Diezelfde mensen stonden allemaal voor idealen. En nog. Het da gelijks bestuur stelt nu voor dat rooie boekje in te trek ken. Toen is er geschiedenis geschreven door het congres. Discussie daarover is nu noodzakelijk. Wil je verder komen is het noodzakelijk je eigen geschiedenis te verwer ken. De waardevolle dingen eruit halen en afkeuren wat afkeurenswaardig is. Je zult moeten zeggen: er zijn men sen uitgezet, maar dat is onte recht geweest" "Het rooie boekje was een sym bool van methodes in een communistische partij die ik afwijs. Wat ik ervan weet, ik ken niet alle details, maar meningsverschillen in onze partij werden toen opgelost door "één lijn". Dat was de ware en de andere was fout. Royement of mensen die weg gingen. Die methode wijs ik volstrekt af. Je moet het niet opnieuw ophangen aan één of twee personen. Maar aan de methode die de partij toen hanteerde en de ideologie. Wat ik fout'zou vinden is de schuld van het rooie boekje geven aan één persoon en als die dan weg is, zou het opge lost zijn. Dat zou nu dus neer komen op precies hetzelfde als wat ze toen deden. Er zijn personen die verantwoorde lijkheid hebben gedragen. Maar het is uiteindelijk de aard van de methode die in de partij is gehanteerd". Het wordt dus een feministi sche partij? "Als het aan mij ligt wel, ja. Als politieke partij ben je bezig om zaken in de maatschappij te veranderen. Een van de doelstellingen is opheffing van de onderdrukking van de vrouw, niet meer de vrouw als tweederangs wezen. Dat heeft gevolgen voor de ma nier waarop de partij zich or ganiseert en men met elkaar omgaat. Eén belangrijke fi guur in de partij mag dan niet 100 of 80 uur werken, of zich niet druk maken over privé- problemen, of geen kinderen hebben. Ik vind het een vermenselij king. Een mens is niet alleen een politiek wezen, maar heeft ook een menselijk pri vé-leven. De hele partij moet zorgen dat bijvoorbeeld niet van 5 tot 10 vergaderd wordt, maar er rekening gehouden wordt met vrouwen. Die zit ten met kinderopvang. Geza menlijk moetje bekijken hoe je dat dan opvangt." "Je ziet hier ook het mannelij ke gedrag van vergaderen: als je nou maar flink en aar dig. met kwinkslagen en stoer vertelt, dat is de werkelijke politiek. Vrouwen hebben een andere wijze van praten". Ze vertelt van het gedrag van enkele mannelij ke kamerleden bij een de monstratie van Vrouwen voor de vrede, waaraan zij met vrouwelijke kamerleden meedeed. Bij het overhandi gen van een petitie schoten mannen naar voren omdat ze op de foto wilden komen. "Dat is typisch politiek zon der inhoud, maar je wel laten zien... je als persoon profile ren. Daar heb ik toen even ru zie over geschopt. Dat vond ik slecht. Er zijn ook manne lijke kamerleden die een ver haal houden bij een vrouwe lijke voorzitter en dan drie keer zeggen "meneer de voorzitter". Subtiele dingen, maar bepalend voor het ge drag van mannen". Met de „devaluatie" van de Franse frank en de Italiaanse lire en de „revaluatie" van de Duitse mark en de Nederlandse gulden is althans voorlopig de rust weergekeerd binnen het Europese Mo netaire Stelsel, het EMS. Ik schrijf de woorden devaluatie en revaluatie tussen aanhalingtekens omdat ze in het kader van het EMS wat oneigenlijk zijn. Het gaat om een aanpassing van de zogenaamde spilkoersen of middenkoersen. Het EMS trad in maart 1979 in werking. Het was voorafgegaan door iets soortgelijks, het zogenaamde Slangarrangement van 1972. Dat was een reactie op het verloren gaan van het systeem van vaste wisselkoersen dat de wereld sinds de Tweede Wereld oorlog tot het begin van de jaren '70 kende. De valuta's gingen toen „zweven", dat wil zeggen hun koersen werden op de wissel markten bepaald door vraag en aanbod. Zwevende wisselkoer sen hebben het bezwaar dat ze door allerlei zaken, ook niet- economische, sterk kunnen worden beïnvloed en dus vaak enorm schommelen. Dit is bijzonder hinderlijk voor landen die in hoge mate onderling handel drijven, zoals de landen van de Europese Gemeenschap pen. Hun handelaren en ook fabrikanten enzovoorts moeten we ten waar ze met de waarde van de diverse geldeenheden aan toe zijn. Er mogen geen grote risico's van plotselinge en hevige koersschommelingen inzitten. Om voor de geldeenheden van de EG-landen de schommelingen binnen zekere grenzen te hou den, werd besloten tot een monetaire samenwerking. Vast Om redelijk vaste wisselkoersen te bereiken, is voor ieder van de muntsoorten van de EG-landen, behalve Engeland en Grieken land. die (nog) niet meedoen aan het EMS, een spil- of midden koers vastgesteld ten opzichte van elk van de andere deelne mende munten. Dus voor de gulden zijn er spilkoersen ten op zichte van de Belgisch-Luxemburgse frank, de Deense kroon, de Duitse mark, de Franse frank, het Ierse pond en de Italiaanse lire. Als nu een munt meer dan 2,25 procent (bij de lire 6 procent) naar boven of naar beneden afwijkt van zijn spilkoers ten opzichte van een andere munteenheid, dan moet er in die andere munt eenheid worden geintervenieerd, dat wil zeggen dan moet door steunverkopen respectievelijk aankopen de verhouding tussen de beide munteenheden weer in het gareel worden gebracht. De Franse frank kan als voorbeeld nu dienen. Die stond de laatste tijd op de wisselmarkt weer zwaar onder druk. Telkens als op de wisselmarkt de koers van de gulden door de bovengrens van de frank (spilkoers plus 2,25 procent) heenschoot, moest de Neder- landsche Bank franken kopen (is guldens aanbieden) om de koers van de frank weer binnen de marge te krijgen. Verhouding Er is dus voor de koersen tussen de diverse aan het EMS deelne mende munteenheden een redelijke verhouding vastgesteld. Het uitgangspunt daarbij is en kan natuurlijk ook niet anders zijn, de verhouding in economische betekenis en kracht tussen de deelnemende landen. Er is een referentie voor: de Europese valuta-eenheid, ECU, die tevens dient voor het berekenen van wat het ene land aan het andere schuldig is. Aan deze „papieren munt" ga ik verder voorbij. Het is duidelijk dat het EMS staat en valt met een stabiliteit in de economische krachtsverhoudingen van de deelnemende lan den. Een verzwakking van de economie weerspiegelt zich snel in een daling van de wisselkoers van de munteenheid van dat land. Overschrijdt de koersval de grenzen dan moet er gènterve- nieerd worden. Is de verzwakking erg groot dan is er voortdu rend de noodzaak van ingrijpen door de centrale banken op de wisselmarkten Dat kan niet onbeperkt doorgaan. In dat geval moeten de spilkoersen worden aangepast. Dat is nu in het afge lopen weekeinde gebeurd, op verzoek van Frankrijk, en dat heet dan devaluatie en revaluatie, maar zoals gezegd is dat een wat oneigenlijke terminologie. Dit was trouwens al de zesde keer sinds het voorjaar van 1979 dat de spilkoersen binnen het EMS moesten worden aangepast. Dat was de bedoeling niet en de president van onze centrale bank, dr. W. Duisenberg, vroeg zich dan ook af of het EMS wel in staat is te zorgen voor redelijk stabiele wisselkoersen in Europa. Er is al wel eens voorgesteld de marge te vergroten (zoals voor Italië al geschiedde), dan hoeft er minder snel (en vaak?) te worden ingegrepen. Zo'n oplossing maakt het stelsel misschien wel minder onrustig, maar verbloemt het kernprobleem. Het kernprobleem is het uit elkaar drijven van de economische kracht en betekenis van de acht deelnemende landen. De Fran sen gingen onder Mitterrand over van de strijd tegen de inflatie op de strijd tegen de werkloosheid. Dat is nu aan hun economie goed te zien en helaas niet in gunstige zin. Onmacht In de noodzaak om in ruim drie jaar zes keer de spilkoersen aan te passen, weerspiegelt zich de onmacht van de Europese gemeen schappen om werkelijk tot een gecoördineerd economisch be leid te komen. Misschien gaat het nu dagen. De regering in Pa rijs heeft krasse maatregelen genomen, waarvoor het woord om mezwaai best gebruikt mag worden Daarmee komt het econo mische beleid in Frankrijk meer in de pas met dat van met name Duitsland en ons land. In februari jl., bij de vorige aanpassing van de spilkoersen, toen op Belgisch en Deens verzoek, besloot de regering in Brussel noodgedwongen ook tot aanvullende maatregelen om de economie in de hand te houden, beter ge zegd te krijgen. Of het in Frankrijk nu lukt, de tyd zal het leren. Ook in het land zelf is men er niet gerust op en wordt een volgende „devaluatie" van de frank niet voor onmogelijk gehouden. Of wordt er om tijdelijke voordelen op gehoopt7 Het EMS mag dan niet best functioneren, zonder het EMS zouden de schommelingen van de Europese wisselkoersen nog groter zijn en de coördinatie van beleid nog geringer, tot schade van de Europese Gemeenschap. BOTE DE BOER (Van onze correspondent Rob Spren kels) MEXICO-STAD - „Het is tijd dat er een Latijns-Amerikaans samenwerkings verband wordt opgericht zonder de Verenigde Staten". Woorden uit de mond van de Panamese president Aristides Royo, maandag, tijdens de ontwapeningsconferentie van de Verenigde Naties in New York. En dinsdag opnieuw een uiterst felle aanval van de Argentijnse minister van buitenlandse zaken, Costa Men- dez, aan het adres van Washington vanwege de Amerikaanse steun aan de Britten inzake het Falkland-con flict. Niettemin ziet het er naar uit dat de an ti-Amerikaanse storm die de oorlog in de Zuidatlantische Oceaan de af gelopen weken door Latijns-Ameri ka heeft doen razen spoedig zal gaan liggen. Het enige lidteken dat de Reagan-regering wellicht zal irrite ren is het verlies van de mogelijkheid om een beroep te kunnen doen op het Tiar-akkoord (het inter-Ameri- kaanse verdrag van wederzijdse mili taire bijstand) om de Salvadoriaanse burgeroorlog te kunnen beslechten. Een organisatie van Amerikaans staten zonder de VS lijkt op het eerste ge zicht een onhaalbare zaak. En wat betreft El Salvador zal Washington ongetwijfeld wel een mechanisme vinden om, indien nodig een even tuele vredesmacht uit de grond te stampen, hoewel Argentijnse deelna me eraan natuurlijk voorlopig mag worden uitgesloten. Maar ondanks alle anti-Westerse gelui den heeft het Argentijnse regime in feite alle voorzorgsmaatregelen ge troffen om niet met het Westen te hoeven breken. Waarom? Met name vanwege de import en de financiën. Voor het begin van de oorlog stond Argentinië bij het Westen maar liefst 35 miljard dollar in het krijt. En zon der verdere financiële zuurstoftoe voer, waarvoor het Oostblok gezien zijn magere deviezen beslist niet kan zorgen, zal de Argentijnse economie nog voor het einde van dit jaar com pleet failliet zijn. Om nog maar te zwijgen over de desastreuze gevol gen van een eventuele aanhoudende Noordamerikaanse boycot voor een land waar een militaire dictatuur de afgelopen zes jaar korte metten heeft gemaakt met de kleine en middelgro te nationale industrieën en de consu ment vrijwel geheel heeft overgele verd aan multinationale importgoe deren. De Latijnsamenkaanse landen die Ar gentinië in het Falklandconftict steunden zijn onder te verdelen in twee groepen. Allereerst de belang rijkste vanzelfsprekend anti-Ameri kaanse landen: Cuba, Nicaragua en Panama. En in de tweede plaats de pro-Amerikaanse landen: Bolivia, Peru, Guatemala, El Salvador, Hon duras en Venezuela, die zich vanwe ge de Amerikaanse steun aan de Brit ten bij de anti-imperialistische spreekkoren van de eerste groep voegden Alle landen van die tweede groep zijn, evenals Argentinië zelf, voor een eco nomisch voortbestaan voor bijna honderd procent afhankelijk van de VS. Allen hebben immense schulden bij de Westerse banken en behalve Venezuela gaat het om uiterst zwak ke economieen. Dat een land als Bo livia, na twee jaar van smeekbedes om het herstel van de betrekkingen met Washington, zich nu plotMUDg voorgoed tegen de VS zal keren, lijkt uiterst onwaarschijnlijk. Het nieuwe Guatemalteekse bewind op haar beurt is uit op militair hulp van Was hington. Het Salvadoriaanse regime leeft er van Venezuela, van de pro-Amerikaanse landen na Argentinië wellicht het meest anti-Amenkaans tijdens het Falklandconflict, zit wat Middcn- Amerika en Cuba betreft op één lijn met de Reagan-rcgenng en is na en kele NAVO-partners, Egypte en Is rael het eerst land aan wie Washing ton ultra-moderne F-16-vliegtuigcn heeft verkocht In totaal maar liefst 24 stuks waarvan de eersten eind 1983 zullen worden afgeleverd. Nu Argentinië geen potentiele kandi daat meer is om een eventuele vre desmacht voor El Salvador te leiden lijkt die taak op het lijf geschreven van Venezuela, ook al zou die vredes macht voor de rest slechts zijn sa mengesteld uit Middenamerikaanse legers, bijvoorbeeld door een herle ving van de Condm a, liet mal Socno- za ter ziele gegane Middenameri- kaan akkoord inzake wederzijdse militaire bystand. Washington zal ongetwyfeld al zijn economische pressiemiddelen doen gelden om de door de Panamese pre sident Royo gewenste organisatie van Amerikaanse staten zonder de VS te voorkomen, mocht daarvoor in Latyns-Amenka nog interesse be staan nu de Falkland crisis is beslist. Verwacht mag worden dat de anti- Amerikaanse storm in Latyns-Ame rika snel ai luwen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 11