Economie Extra Fokker: 1982 het jaar van de waarheid? Handel bleef op laag pitje Beursweek E"" I Door Wim Fortuyn ZATERDAG 12 JUNI 1982 Fokker moet, daar gaat het om. Wil de Nederlandse vliegtuig bouwer zijn volwaardige rol in de (burger)luchtvaart blij ven spelen, dan is deelname in de produktie van een toe stel voor de jaren '90 een ab solute voorwaarde. Met al leen Friendship (F 27) en Fel lowship (F 28) kan het bedrijf met zijn 9700 werknemers zich niet zo heel lang meer handhaven. De bedrijfsleiding zelf schat dat deze twee vlaggeschepen nog een jaar of tien meekun nen, mits zij aan een drasti sche vernieuwing worden on derworpen. Zuiniger moto ren en mogelijk een nieuwe vleugel moeten beide toestel len nieuwe aantrekkings kracht bezorgen. Vooral de Friendship is toe aan een totale herziening. Vorig jaar werden slechts 16 F 27's verkocht tegen 25 het jaar daarvoor. Een terugslag die voor een belangrijk deel toe te schrijven is aan financiële problemen van de afnemers (drie annuleringen), maar wellicht ook een oorzaak vindt in de komst van moder nere concurrenten, zoals de Frans-Italiaanse ATR 42. Een gelukkige omstandigheid is dat de Friendship een bre de markt bestrijkt door zijn veelzijdigheid. Het toestel leent zich zeer goed voor het ontwikkelen van speciale uit voeringen en kan ook onder uiterst primitieve omstandig heden opereren. De F 27 ook heeft daardoor populariteit verworven in de Derde We reld, maar ook in militaire kring. De maritieme uitvoe ring is zeer geschikt gebleken voor kustbewaking. De Fellowship heeft minder van concurrentie te vrezen. British Aerospace is met de BAe 146 weliswaar op dezelf de markt verschenen, maar tot een verkoopsucces lijkt dit toestel niet uit te groeien. Meer last heeft Fokker op dit moment van 'tweedehands jes' in de iets grotere klasse (Boeing 737, DC 9), al wist de F 28 (85 zitplaatsen) zich vo rig jaar met 19 verkopen te handhaven op het niveau van 1980. Zonder al te ingrijpende veranderingen - Fokker denkt met name aan een stil le motor kan de Fellowship zich naar verwachting hand haven. Werk is er vooralsnog voldoen de, zolang het produktietem- po niet hoeft te worden terug geschroefd. Maar daarmee is het voortbestaan van Fokker als vooraanstaand en zelf standig vliegtuigbouwer niet mee veiliggesteld. Met toch verouderende toestellen kaq geen brug worden geslagen naar de verdere toekomst. Het is als met auto's. Het suc ces van de nog immer popu laire Kever had Volkswagen niet geholpen als niet bijtijds de modernere Golf was ont wikkeld. Handicap De door Fokker ontworpen F 29 is in beginsel een schot in de roos. Er is dringend be hoefte aan brandstof en per soneel besparende vliegtui gen en alleen voor een 150- zitter is nog een duidelijk gat in de markt: in de iets grotere klasse (tot 200 plaatsen) heb ben Boeing en Airbus de koek al verdeeld met respec tievelijk de 757 en de A-310, beide al in produktie. Een vliegtuig voor afstanden van Zeven jaar lang al werkt Fokker aan de ontwikkeling van een nieuw verkeerstoe- stel voor de middellange afstand, dat alleen bij samenwerking met een andere vliegtuigbouwer werkelijkheid kan worden. Na het mislukte avontuur met het Amerikaanse concern MacDonald-Douglas is het zoeken nu naar een nieuwe partner. Het Europese consortium Airbus lijkt de meest waarschijnlijke kandi daat. Maar ook Boeing is, zeker wat Fokker betreft, in de markt. Een beslissing wordt met enige nervositeit afgewacht. De voorsprong in techni sche kennis - vrucht van vele jaren onderzoek - slinkt, terwijl het moment snel nadert dat vliegtuigen als de DC 9 en de Boeing 737 vervangen zullen worden door een volgende generatie. En dan moet Fokker erbij zijn met de eigen troef, de stille, zuinige en technisch geavanceerde 150-zitter die op de tekentafel al gestalte kreeg. Eerst nog als F 29 met 138 zitplaatsen; later, tijdens de kortston dige verbintenis met MacDonald-Douglas. als MDF-100. ongeveer 900 kilometer, dat per zitplaats veertig procent minder brandstof gebruikt dan de bestaande types voor die afstand, déér zijn vol doende orders voor te ver- wachten. Het grote probleem voor Fok ker is dat vervaardiging van een dergelijk teostel de mogelijkheden van het be drijf te boven gaat. Een forse handicap in de concurrentie strijd, want de noodzaak om met een grotere vliegtuigbou wer samen te werken plaatst Fokker bij voorbaat al in een ondergeschikte rol en be paald niet in een positie om eisen te stellen. De enige uit weg: het opbouwen van zo'n voorsprong in kennis op het gebied van bezuinigende (vleugel)technieken, dat Fok ker in feite bepaalt wie als eerste de nieuwe markt mag bespringen. Mét, en voor een belangrijk deel op voorwaar den van, Fokker zelf. Een politiek die vorig jaar zijn vruchten leek af te werpen, toen MacDonald-Douglas el kaar op 'fifty-fifty' basis von den in het project MDF-100. En toen een rondgang op de (Amerikaanse) vliegtuig- markt ruim voldoende vraag opleverde om er een winstge vende zaak van te maken, leek 'the sky' helemaal 'the li mit'. De concurrentie was op achterstand gezet. Ook Air bus, dat zich haastig meldde op de blootliggende markt met het ontwerp van een ei gen 150-zitter, de A-320. Klappen Het vervolg is bekend: de we reldwijde economische te rugval bracht tal van lucht vaartondernemingen aan de rand van de afgrond. De be reidheid om miljarden te in vesteren in nieuwe toestellen verdween als sneeuw voor de zon, waarbij in de Verenigde Staten ook het massale ont slag van stakende verkeers leiders een rol speelde. Lij nen werden opgeheven, vliegtuigen de deur uitge daan. Het aanbod van twee de-hands toestellen, zoals de DC-10-vloot van het failliete Laker Airways, is enorm. Dat ook de fabrikanten - en niet in het minst MacDonald- Douglas - klappen kregen zal duidelijk zijn. Zelfs het enige lichtpuntje keerde zich tegen een voor spoedige ontwikkeling van nieuwe vliegtuigen: de stabi lisatie van de olieprijzen, ge volg van de recessie, had een negatieve invloed op de be langstelling naar brandstof- besparende toestellen. Eén en ander leidde ook weer tot besluiteloosheid bij de mo torfabrikanten waarmee on derhandeld werd over het ontwerpen van een geschikte motor voor de MDF-100, Rolls-Royce/japanese Aero Engines en Ltd Pratt Whit ney. In februari van dit jaar liep de samenwerking van MacDo nald-Douglas en Fokker in het MDF-project op de klip pen. Onvermijdelijk? Dat is maar de vraag. De economi sche situatie zal wel toe lei den dat er wat langer dan ver wacht zal worden doorgevlo gen met de 'oudjes' of verbe terde versies daarvan, zoals de DC 9 'super 80' en de Boeing 737-300. Maar uitstel zal zeker geen afstel zijn bij een groeiende olieschaarste en steeds strengere geluidsei- sen. Het is daarom niet zo verwon derlijk dat sinds februari hardnekkige gerucht de ron de doet als zou MacDonald- Douglas genoeg weten: de overeenkomst zou alleen maar een dekmantel zijn ge weest teneinde Fokker een voudig van zijn geheimen te kunnen beroven. Een jaar lang hebben de Amerikaanse deskundigen immers in de aërodynamische Fokkerkeu ken rondgeneusd. Het is wel iswaar 'duidelijk tweerich- tingverkeer' geweest, zoals directeur Frans Swarttouw het uitdrukt, maar feit is dat MacDonald-Douglas eventu eel alleen verder kan - Fok ker niet. Tijdsdruk Kwetsbaar is Fokkers toe- komstpolitiek is elk geval. De De F 29. Een toekomstdroom die snel werkelijkheid moet worden, wil Fokker zijn voortbestaan veilig stellen. Linksboven de Friendship, daarnaast de Fellowship. Beide zijn aan vernieuwing toe. PAG!NA 2* aanvankelijk zo sterke troel technische voorsprong krijgt steeds minder beteke nis. nu de ontwikkeling van nieuwe vliegtuigen op een la ger pitje is komen te staan. De grotere vliegtuigbouwers kunnen de tijd nemen om de achterstand in te halen en daarmee dreigt de gok ver keerd uit te pakken. Wezen lijk element m de Fokkerstra tegie is steeds de fijdsdruk geweest - 1986 als streefjaar Die pijler is door de economi sche malaise ernstig aange tast. Nu nog is er optimisme en wordt de bij MacDonald- Douglas opgedane ervaring, tesamen met de eigen kennis, als 'zeer aantrekkelijk' gepre senteerd voor andere fabri kanten. Maar intussen gaat Fokker er wel van uit dat van volledige gelijkwaardigheid geen sprake meer zal zijn bij het vinden een nieuwe part ner. Een realistische opstelling, want bij Boeing kreeg Swart touw ruim een jaar geleden al te horen dat samenwerking alleen mogelijk was op voor waarden van de Amerikaanse vliegtuiggigant. Ook nu is Fokker weer 'in gesprek' met Boeing, dat overigens de han den nog vol heeft aan nieuwe toestellen in andere markt sectoren zoals de B 767 en de B 757. Op de markt van 150- zitters denkt Boeing zich voorlopig te kunnen handha ven door de B 737 te verlen gen tot de '300'. Airbus Industries dan. Pogin gen tot samenwerking zijn bij eerdere projecten afgeketst op de voorwaarden van Fok ker. dat op grond van erva ring en histone een leidende rol voor zichzelf dacht te kun nen opeisen. De bemoeienis sen van Fokker zijn daardoor vrijwel beperkt gebleven tot wat aangenomen werk, zoals het produceren van (vleuge- Donderdelen in voor de A 300 en de A 310. Voor de produktie van een nieuwe 150-zitter lijkt Fokker welhaast aangewezen op het Europese consortium, dat, vrijwel als enige groter con cern nog serieuze plannen lijkt te hebben in die richting. Airbus zal wellicht genegen zijn om in het A 320-project samen te werken. Omdat Fokker energiebesparende vleugeltechnieken in huis heeft, maar ook omdat daar mee de (kans op) concurren tie verminderd. Bovendien past samenwerking in de ge dachte van Europese front vorming tegenover Amerika en Japan Minderheidsbelang Anderzijds zal ook Airbus niet zo'n haast meer hebben in onzekere tijden, temeer nu de MDF-concurrentie is verdwe nen. Zelfverzekerd hoge ei sen stellen is er daardoor niet meer bij voor Fokker, dat in elk geval genoegen zal moe ten nemen met een minder heidsbelang. Niet erg, zolang Airbus maar niet gaat tornen aan zelfstandigheid en on afhankelijkheid. Daar ligt de grote angst van de Neder landse vliegtuigbouwer. De komende maanden kunnen daarom beslissend zijn voor de toekomst van de NV Ko ninklijke Nederlandse VUeg- tuigenfabriek Fokker. Wat doet de markt7 Een kwellen de vraag die de bedrijfslei ding zichzelf dagefijks stelt 1982 kan wel eens een beslis send jaar worden. In deze voor het beurswezen zo belangrijke week, met veel ingrijpende gebeurtenissen, bleef het koerspeil in Amster dam, maar vooral in New York, onverminderd teruglo pen. Hierdoor kwam de in dex voor het algemene beurs- gemiddelde van Amsterdam, dat een maand geleden op een top van 95 stond, bene den de 90 te liggen. Wat ver geleken met de val van Wall Street nog als een matige reactie kon worden aange merkt. Op onze beurs was het dan ook eerder een kwestie van een kopersstaking, door gebrek aan belangstelling. In Wall Street echter zijn de veel forsere dalingen met hoge omzetten gepaard gegaan. Ook deze week namen de koersdalingen een grote om vang aan zodra er meer werd omgezet. Dat wijst op een zwakke ondergrond en op een groot gebrek aan vertrou wen. Sinds Wall Street begin mei op 869 zijn voorjaars hausse beeindigde, zijn nu rond 75 punten verloren ge gaan. De beurs viel afgelopen woensdag zonder moeite door de 800 en bereikte daar bij een stand van 795; de laag ste notering die dit jaar, even als een paar dagen in maart, werd aangeslagen. De week begon met het verwer ken van de resultaten van de top in Parijs. Zoals gebruike lijk op dit soort topbijeen komsten, werd de Ameri kaanse president over de ex treem hoge Amerikaanse ren te duchtig aan de tand ge voeld. Zoals gebruikelijk schoof hij de verantwoorde lijkheid daarvoor af op de monetaire autoriteiten, waar op de regering weinig of geen invloed zou hebben. Gevoeliger waren de Amerika nen echter voor de Europese problemen met de door de hoge rente sterk stijgende dollar. Hierdoor wordt in West-Europa de inflatie aan gewakkerd. Vele grondstof fen luiden in dollars en dat kan de Europese bijdrage tot de NAVO bedreigen, zo werd er in Parijs betoogd. En daar krijgen de Amerikanen kip- pevel van. Daarom werd er op valutair gebied een zekere afspraak gemaakt, waarbij de Amerikanen hun medewer king toezegden om hun eigen munt in het buitenland op een stabieler niveau te hou den. Gezien de direct op deze toe zegging volgende forse prijs stijging van de dollar in vele valuta-centra (in Amsterdam deze week tot f2,67) lijkt ook deze belofte weinig zoden aan de dijk te zetten. Waar schijnlijk weigeren de Ameri kaanse monetaire autoritei ten hun medewerking, want een enigszins fors ingrijpen kan de hele inflatiebestrij- ding in de Verenigde Staten op zijn kop zetten. Veel hoop op een snelle rente daling is er nu ook niet meer, want in dit verband heeft de Amerikaanse president in Parijs niets toegezegd. Wall Street had daarop nog enige hoop, maar liet die nu duide lijk varen, waarbij het koerspeil van de beurs, zoals opgemerkt, geluidloos door de 800 viel. Een Amerikaanse bank verhoogde zijn rente zelfs van 16 op 16,5 procent, waardoor de City Bank van New York nu in feite nog de enige bank is die 16 procent aanhoudt. Ook voor de Amsterdamse beurs was er belangrijk nieuws. Op de eerste plaats publiceerde het Centraal Plan Bureau een somber Centraal Economisch Plan 1982, met vele bedenkelijke verwachtingen. Vooral op fi- nancieringsgebied is er wei nig hoop op soelaas door steeds nieuwe tegenvallers. Het begrotingstekort kan dit jaar tot 30 miljard gulden op lopen, of bijna 9 procent van het nationale inkomen. Het Centraal Plan Bureau sluit enig economisch herstel later in 1982 niet uit, maar meent dat er meer kans op verbete ring bestaat m 1983. Even daarna presenteerde het tussenkabinet-Van Agt III zijn werkprogramma, dat grotendeels gebaseerd zal zijn op verdere rendements verbetering van het bedrijfs leven. Afgewacht moet wor den, of dit kabinet de Kame mee krijgt. Weinig perspec tief dus voor de beurs op kor te termijn. Met de twee poli tieke crises in de wereld (Falkland en Midden-Oos ten), een aanhoudende beurs- baisse in Wall Street, de na derende zomervakantie en nog weinig zicht op econo misch herstel, bleef de han del op een laag pitje Het meest opvallende was evenwel de blijvende druk op de obligatiemarkt. Ook nu er weer een regering in Den Haag zetelt, is het buiten landse vertrouwen niet terug gekeerd en meldden er zich nauwelijks kopers van over de grenzen voor onze obliga ties. De index van deze marktsector kwam dan ook bijna anderhalve punt lager te liggen, wat eigenlijk met strookt met de enorme over schotten die het Centraal Plan Bureau op onze beta lingsbalans verwacht, het enige lichtpuntje van ons toe komstig economisch bestel door C. Wagenaar Maar ook de aandelensector kreeg een flinke duw. Vooral donderdag moesten vele aan delen het ontgelden. Alleen Koninklijke Petroleum hield zich uitstekend, op f90. Uni lever daarentegen moest f5 afstaan, evenals Nedlloyd, ABN en IHC Inter Ook Océ van der Gnnten, die dl d ste tijd flink is opgelopen, moest zo'n f5 in reactie tre den Elsevier-NDU. die aan vankelijk door beleggings aankopen tot f 157 wist aan te trekken, wijzigde naderhand deze koers m noteringen dicht bu de f 150.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 25