Jeugdherberg niet kapot te krijgen
Van trekkersplaats tot jongerenhotel
Fraaie aanduidingen had men
vroeger voor de jeugdherberg.
Een steun voor de opvoeding, een
veilig onderdak, een bolwerk
tegen ziekte en degeneratie, een
leermeesteres in de hygiéne, een
gids tot de natuur. Het zijn
termen die nog zijn terug te
vinden in het jubileumboek dat
de Nederlandse Jeugdherberg
Centrale (NJHC) drie jaar geleden
ter gelegenheid van het 50-jarig
bestaan uitgaf.
Dergelijke zwaarwichtige
omschrijvingen zul je nu niet
meer zo snel in relatie tot een
jeugdherberg horen bezigen. De
tijden zijn veranderd. Dat is niet
ongemerkt voorbijgegaan aan de
52 jeugdherbergen die Nederland
momenteel telt.
"De aanvankelijke
opvoedingsfilosofie is min of
meer verlaten", zegt Theo Palstra,
voorlichter van de NJHC. "Het
uitgangspunt is nog altijd het
verstrekken van goedkope
overnachtingsmogelijkheden,
zowel individueel als in
groepsverband, speciaal gericht
op de jeugd. Was het vroeger de
bedoeling om na enkele dagen
weer verder te trekken, nu is er
vaak sprake van een complete
vakantie in en om de
jeugdherberg. De huidige
jeugdherberg heeft het karakter
van een jongerenhotel gekregen".
"Vroeger was het 's morgens om
10 uur wegwezen en 's middags
om 5 uur pas weer terug. De
achterliggende idee was: de
natuur in, niet op je luie achterste
in de herberg blijven rondhangen.
Nu is de jeugdherberg de hele dag
open. Vroeger werd er ook streng
gescheiden geslapen, er was strikt
toezicht en een r
begeleiding. Rein, puur en
gezond, dat waren termen die in
verband werden gebracht met de
jeugdherberg. Vroeg naar bed en
vroeg op. Nu is alles ook
comfortabeler geworden:
kleinere slaapeenheden met eigen
douches en toiletten, meer
privacy. De tijden van de
maaltijden zijn flexibeler. De
vrijheden zijn groter geworden.
Dat moet wel, wil je in de markt
blijven. Je moet je aanpassen aan
de wensen van de gasten".
Gasten die in een steeds grotere
stroom de weg naar de
jeugdherberg weten te vinden. Er
is de laatste jaren een stijgende
tendens in het aantal
overnachtingen te bespeuren.
Werden er bijvoorbeeld vier jaar
geleden 635.000 overnachtingen
geregistreerd, vorig jaar was dat
tot 800.000 opgelopen.
Palstra:"Ruwweg 45 procent
daarvan komt voor rekening van
scholen en verenigingen,
werkweken e.d. De rest is
vakantiegebruik waarvan de
helft door buitenlanders. Ze
komen op de fiets maar ook met
de auto, trein en liftend. Het gros
van de jongeren dat
jeugdherbergen bezoekt is tussen
de 17 en 25 jaar. Vanaf 14 jaar kan
men zich laten inschrijven. De
NJHC heeft nu ongeveer 70.000
ingeschrevenen. De leeftijd van 35
jaar wordt als grens aangehouden
maar heeft men zich eenmaal
laten inschrijven dan kan iemand
z'n hele leven lid blijven. Wat de
laatste tijd sterk toeneemt is de
komst van jonge gezinnen naar de
jeugdherbergen. Ouders met
kinderen tussen de 3 en 13 jaar. De
economische situatie zal daar wel
wat mee te maken hebben".
Wim Schuurman heeft dat ook gemerkt,
jonge gezinnen die de jeugdherberg als
(goedkope) uitvalsbasis voor hun vakantie
gebruiken. Schuurman is beheerder van
herberg De Duinark aan de Langevelder-
laan in Noordwijk.
De jeugdherberg is schitterend
gelegen temidden van bos en
duin met het strand 'binnen
handbereik'. De Duinark, be
schikkend over 132 bedden,
is ook tamelijk luxueus ver
geleken bij andere jeugdher
bergen.
Schuurman is al een oude rot in
het vak. Met zijn vrouw is hij
in 1953 in Wieringen begon
nen. Dat jaar staat nog in hun
geheugen gegrifd omdat de
watersnoodramp zich toen
voordeed en ook de jeugd
herberg in Wieringen daar
door werd getroffen.
"Er werd toen een internationa
le actie gevoerd om onze her
berg op te knappen. Zwit
sers, Denen, Amerikanen en
anderen kwamen een week
bij ons werken. Sommigen
kwamen fietsend naar Neder
land, werkten zich dan een
week uit de naad, betaalden
daar nog voor ook en fietsten
dan weer terug naar huis.
Ach, in die tijd was het één
bonk idealisme bij de jeugd
die de herbergen bezocht",
Trekkerstijd
De Duinark werd 6 oktober
1960 geopend. "Het was des
tijds enorm modern, een pa
radijsje. Je kon je toen zelfs
de vraag stellen of dat fraaie
gebouwtje wel aansloot bij de
filosofie van eenvoud rond
het trekkersgebeuren". "In
die tijd gingen-we overdag
van 10 tot 4 uur dicht. Dan
was het trekkerstijd. Daar
was toen een bekend rijmpje
voor: Trekkerstijd, waarin de
trekker d'herber'g mijdt, de
vader spons en bezem slijt en
moeder zich aan het eten
wijdt. We heetten destijds va
der en moeder. Nu gelukkig
niet meer. Nu zijn we gewoon
meneer en mevrouw of de be
heerders. Jongere collega's
laten zich wel bij de voor
naam noemen. In Duitsland
bestaat het nog wel: de Her-
bergsvater en mutter. Voor
ons hoeft het niet. We werden
ook wel pappie en mammie
genoemd. Afschuwelijk.
Sommigen gingen er satire
van maken"
"In de trekkerstijd maakten we
de herberg schoon. Je had
praktisch geen hulp en werk
te dag en nacht. We waren
ook eigenlijk altijd open, met
Pasen, met Kerst, met Pink
steren. Dat ging allemaal uit
puur ideele overwegingen.
Door ons lage salaris en het
ontbreken van personeel
konden de jeugdherbergen
een heel goedkoop tarief
draaien. Het ontbreken van
personeel werd weer gedeel
telijk opgevangen door de be
zoekers die als vanzelfspre
kend gingen vegen of zwab
beren. Nou, dat is er niet
meer bij. Ja, Engelsen die
hier komen doen het nog wel.
Daar leven de tradities van de
jeugdherberg nog altijd
voort. Daar wordt ook heel
meedogenloos vastgehouden
aan de trekkerstijd. De her
berg gaat van 10 tot 5 uur
dicht".
Veranderd
"In Nederland is in de loop der
jaren veel veranderd. Allerlei
regels werden als hinderlijk
ervaren, ze vormden een rem
op het bezoek. Langzaam
maar zeker zijn we naar een
volledige service overgescha
keld. De prijzen zijn wel om
hoog gegaan omdat de jeugd
herbergen personeel in
dienst hebben moeten ne
men om alles te kunnen run
nen. Overigens komt de
jeugd niet meer uit idealisme
om hier te zingen en te spe
len. Ze komen nu omdat het
nog redelijk goedkoop is.
Datzelfde geldt voor het lid
maatschap van de NJHC.
Vroeger werd je lid van de
NJHC omdat je dat als een
club zag, nu ben je lid omdat
je anders de jeugdherbergen
niet inkomt".
"We zijn meegegroeid in de
loop der jaren. Toch raken we
het padvinderimago, het idee
dat je in de jeugdherberg
moet corveéen maar niet
kwijt. Dat zijn ouderwetse
ideëen uit de geiteharensok-
kentijd".
"We hebben in onze herberg nu
zo'n 20.000 overnachtingen
per jaar. Daarvan komen 7000
8000 op naam van trekkers
op de fiets. We hebben de pe
riode van de motors gehad,
van de scooters, van de brom
mers. Daar werd je gek van,
dat geknetter. En het volley
balveldje lag de hele dag vol
onderdelen, ze zaten maar te
knutselen aan die brommers.
Nu komen er weer steeds
meer fietsers. Dat is een ge
zonde ontwikkeling. De fiet
senstalling staat weer vol.
Dat hadden we nooit ge
dacht. Een aantal jaren gele
den hadden we eerder aan
parkeerplaatsen dan aan uit
breiding van de fietsenstal
ling gedacht. Er komt ook
weer iets van het oude trek
ken terug. Men blijft een paar
dagen en gaat dan weer ver
der".
Spelletjes
"Ook spelletjes komen een
beetje terug. Vroeger was dat
normaal. Er werden allerlei
spelletjes gedaan, wandelin
gen gemaakt, volksdansen
georganiseerd. Elke avond
hadden we wel wat anders op
het programma staan. Wij
zijn hier in De Duinark op
een gegeven moment met ge
woon dansen begonnen. Dat
was heel revolutionair. Het
gaf in het begin wel weer
standen. De jongelui willen
nu naar de disco, al lijkt die
rage ook over z'n hoogtepunt
heen. Wij zijn er niet rouwig
om want het is maar een
hoop herrie. Toch doen we er
niet moeilijk over en remmen
het niet af. Als een school-
groep ter afsluiting van de
werkweek in het gebouw dis-
comuziek wil draaien en wil
dansen dan gaan ze hun gang
maar".
"Wij organiseren niet meer zo
nadrukkelijk. Steken wel de
helpende hand toe bij het in
elkaar zetten van program
ma's, reiken de mogelijkhe
den aan. Maar er is weer eni
ge vraag naar spelletjes, voor
al van de kant van de Neder
landers. Nederlanders zijn
een gezelligheidsvolk. Bui
tenlanders vragen daar niet
om, die gaan meestal rustig
in een hoekje zitten".
"We proberen met onze accom
modatie bij te blijven. We
hebben naast slaapzalen van
30 personen nu ook kamers
met 8 bedden, eigen sanitair,
wastafels en per vleugel zoge
naamde leiderskamertjes. Er
is steeds meer vraag naar pri
vacy. Misschien moeten we
in de toekomst wel naar ka
mers voor twee personen.
Het is zoeken naar een juiste
balans tussen jeugdherberg
en hotel. Mede door onze goe-
Eindje varen
de accommodatie hebben w«
ook 's winters een behoorlij
ke bezettingsgraad. Heel
voudige jeugdherbergen
kunnen 's winters beter slui
ten".
De Trekschuit
Dat gebeurt onder meer met
jeugdherberg De Trekschuit
op het Kaageiland. Van no
vember tot april gaat dit een
voudige onderkomen dicht
voor trekkers en vakantie
gangers. Het gebouw, een
voormalige school, doet dan
dienst als buurthuis.
De Trekschuit dateert al van
voor de oorlog. Het mag dan
oude en tamelijk eenvou
dige jeugdherberg zijn, door
zijn ligging op het Kaagei
land is het vrij uniek. Gerda
van Leeuwen is de beheer
ster van de 90 bedden tellen
de herberg.Zes jaar geleden
is ze begonnen in Eist.
"Ik kende de beheerder en toen
hij iemand nodig had voor
het administratieve werk kon
ik aan de slag. Het was daar
heel bedrijf met 400 bed
den. Na driejaar heb ik gesol
liciteerd naar een eigen
jeugdherberg. Ik werd toen
geplaatst in Reeuwijk. Daar
heb ik ongeveer twee jaar ge
zeten. Toen werd de huur op
gezegd en werd het gebouw
weer gewoon woonhuis. Ver
volgens kon ik in het Kaag-
dorp beginnen omdat de vo
rige beheerster er mee stopte.
Ik vind datje de jeugdherber
gen niet met elkaar kunt ver
gelijken. Elke jeugdherberg
heeft z'n charme".
"Je kunt hier natuurlijk ideaal
watersporten. En de buiten
landers zijn helemaal weg
van het feit dat de jeugdher
berg op een eiland ligt. Velen
weten dat aanvankelijk niet
eens. Het is dan wel een oud
gebouw maar degenen die
hier naartoe komen accepte
ren dat".
"Vorig jaar waren hier 9500
overnachtingen, zo'n 5700
buitenlanders en 3800 Neder
landers. Gezinnen met jonge
kinderen komen hier ook
wel. Die probeer ik onder te
brengen in de twee vierper-
soons kamers die ik heb.
Maar zijn die vol, dan moeten
ze evenals de anderen op de
grote slaapzalen. Een over
nachting plus ontbijt kost
11,50 gulden. Voor een war
me maaltijd komt daar een
tientje bij".
Surfkampen
"De buitenlanders komen
vooral in het voorseizoen.
Groepen Fransen, Duitsers
en Engelsen. Die maken
overdag uitstapjes naar Am
sterdam, Den Haag, de Flo-
riade. In de zomer worden
hier veel surfkampen gehou
den en komen er ook veel in
dividuele trekkers, meer
meisjes dan jongens. De gas
ten hebben over het alge
meen een redelijk contact
met elkaar. Men is op het ei
land op elkaar aangewezen.
In het naseizoen komen er
vaak wat oudere groepen of
studenten. Die kunnen dan
wat mij betreft gemengd sla
pen. In het hoogseizoen kan
zoiets niet".
"Nee, hoor. Ik word geen moe
der genoemd. Dat is er hele
maal uit. De jongens en meis
jes zijn blij dat ze even niet
onder de hoede van vader of
moeder zijn. Ik laat me bij
noemen".
"Overdag gaan we eigenlijk
dicht, al hoeven degenen die
willen blijven niet per se weg.
Maar je moet wel de tijd ne
men om alles goed schoon te
houden want het is hier zo
een troep, 's Zomers werken
er vijf assistenten in de
jeugdherberg. Corveewerk
zaamheden worden niet meer
gedaan door degenen die hier
komen. Althans niet wat be
treft het schoonmaken van
het gebouw en het klaarma
ken van het eten. Er wordt
wel geholpen bij het afwas
sen. Dat moet ook wel want
ik heb geen afwasmachine.
Over dat afwassen wordt
trouwens nooit moeilijk ge
daan. De jongens en meisjes
vinden het wel gezellig".
"Agressiviteit of vernielzucht?
Ik merk er weinig van. Ten
eerste valt er hier weinig te
vernielen en ten tweede is de
sfeer op het Kaageiland er
niet naar. Misschien word je
vanzelf wat vernielzuchtiger
als je in een grote stad als
Amsterdam zit, maar hier in
het Kaagdorp niet. Als je met
de pont oversteekt dan is de
rust daar Er gaat een heel
rustgevende invloed van de
ze omgeving uit".
"Daarnaast zijn er genoeg mo
gelijkheden voor vertier op
het eiland of hier in de buurt.
Schoolgroepen gaan naar het
strand of Madurodam, 's
avonds gaat men naar de dis
co. We hebben in de jeugd
herberg ook een bar en een
gelegenheid om te dansen.
Als beheerster ben je niet
verplicht spelletjes te organi
seren of te volksdansen. Wat
ik wel regelmatig doe is een
eindje varen met de gasten.
Ik heb de beschikking over
een boot, De Kwaak. Na het
eten ga ik de Kaag op, varen
langs de molens. Dat vindt
men prachtig. Er wordt heel
wat afgezongen op de boot
Ik maak dan een rondvaart
van een uur en als ze dat wil
len zet ik ze af bij Warmond,
Sassenheim of Leiden. De
buitenlanders zijn altijd erg
onder de indruk van de om
geving. Het is hier ook zo'n
schitterend Hollands land
schap".
Het kennismaken met een
stukje puur Hollandse natuur
past nog altijd uitstekend in
de gedachtengang van de
NJHC. Voorlichter Theo Pal-
stra:"De NJHC wil een goed
en verantwoord onderdak
bieden, maar ook bevorderen
dat de natuur wordt ontdekt.
De ligging van jeugdherber
gen duidt daar op. En daar
naast is het leggen van con
tacten belangrijk Het opvoe
dingsaspect, het vriend
schappelijk met elkaar om
gaan en het ontdekken van
de natuur wordt er tegen
woordig minder van bovenaf
opgeplakt. Het moet zitten in
de wijze van aanbieding".
Vernielzucht
In tegenstelling tot Gerda van
Leeuwen komen Palstra nog
al eens geluiden over verniel
zucht en nonchalance bij de
herbergbezoekers ter ore.
"Dat soort geluiden hoor je
ook op scholen en in jonge
rencentra. Dus komt het ook
bij ons voor. De jeugd die
naar jeugdherbergen gaat
vormt geen aparte kaste".
Of de jeugdherbergen op de
huidige, redelijk goedkope
basis kunnen blijven door
werken is een groot vraagte
ken. Palstra:"Het vaste per
soneelsbestand van de NJHC
ligt tegen de 500 mensen, 's
Zomers staan er zelfs 700 me
dewerkers op de betaallijst.
De NJHC krijgt wel subsidie
van de overheid maar dat
geld is bedoeld voor de bouw
en verbouw van accommoda
ties".
"De subsidie van de overheid
bedraagt voor dit jaar één
miljoen gulden. Het is een
welkom maar gering bedrag.
Tien jaar geleden is de laatste
nieuwe jeugdherberg ge
bouwd. Als jc nu een nieuwe
wilt bouwen kost dat dne
miljoen gulden. Dat is niet op
te brengen. Temeer daar bij
de overheid de neiging be
staat de subsidie af te bou
wen. Al dne jaar lang zijn er
rond Prinsjesdag problemen.
De laatste keer was de subsi
die zelfs van de begroting af
gevoerd. Via lobbyen in de
Kamer is het toen alsnog op
de begroting terecht geko-
Maar subsidie of niet, het insti
tuut jeugdherberg lijkt voor
alsnog niet kapot te krijgen.
De jeugdherbergkaart is nu
al in 57 landen, in en buiten
Europa, geldig. De economi
sche teruggang en de toene
mende populariteit van de
fiets spelen de jeugdherber
gen in de kaart. Palstra "Die
fietsers, dat is toch wel een
verheugende zaak. Tien jaar
geleden werdm IhlWfl
stallingen afgebroken Die
moeten we nu weer overeind
zetten".