Het leven van onderwijzer -CL^ZD- HE9&&D< Touwtrekken om woonruimte Noorderwiek kinder)feest LEIDEN - Vroeger was het onderwijs heus niet beter, de kinderen niet liever en de ouders niet minder las tig. Wie nog steeds denkt dat de onderwijzers en on derwijzeressen van eertijds veel gedegener waren op geleid dan nu het geval is, moet het onlangs versche nen boek "Onderwijzersleven" maar eens ter hand nemen. Het tweeregelige rijmpje van mejuffrouw Guyt, die de protestants-christelijke kweekschool in Leiden bezocht, zet de door menigeen lang gekoester de uitspraak: "Vroeger was alles beter", toch wel enigszins op losse schroeven. "Aan de oever van de Slills Rijn staat de Leidse kweek. Als je er vier jaar bent geweest, weet je nog geen steek". De hervormde school aa voudige luitjes woonden'. de Middelstegracht in Leiden. 'Een oude stadswijk. Ook zij. die actief in het onder wijs waren, zeg van 1925 tot 1970, werden voor de leeuwen gegooid en moesten maar zien of ze het 'in zich hadden'. En met dat 'in zich hadden' werd bedoeld het aureool van aan zien dat boven elk onderwij- zershoofd moest verschijnen als de eigenaar ervan voor het eerst de klas betrad. Want wie dèt bezat, kon orde houden. De geringe opleiding en de weini ge pedagogische kennis wer den dan niet opgemerkt, aldus de overleveringsverhalen. De leerling kreeg het lesgeven on der de knie door het van de meester af te kijken en het in praktijk uit te proberen. Een leerproces dat aan vaste regels was gebonden en van genera tie op generatie werd doorge geven. Deze verhalen zijn gebundeld in "Onderwijzerslcven". Rond de laatste eeuwwisseling werden dertig toekomstige onderwij zers geboren, die aan vier men sen van de sectie onderwijsso ciologie (te weten: prof. Ma- nuela du Bois-Reymond, en studenten Jos Lamboo, Marc el Smits en Tamara Walaardt-Sa- cré) hebben verteld hoe onder wijzers hun beroep destijds uitgeoefend en beleefd heb ben. Wat zij zich herinneren over het Nederland van toen is haast niet meer voor te stellen. Een reden voor het onderzoeks team van het Sociologische In stituut van de Rijksuniversiteit Leiden om dit eens vast te leg gen. Hoogleraar Du Bois-Rey mond: "Vergeleken bij andere landen zyn er in Nederland nog maar weinig historische analyses van het onderwijs ge maakt. Vooral over de ontwik kelingen van het onderwijzers- beroep bestaat nagenoeg geen literatuur en de onderwijsso ciologie is er eigenlijk nog niet eens mee begonnen haar vraagstellingen ook historisch te verdiepen". Wat staan er allemaal voor op merkelijke zaken in "Onder wijzersleven"? Voor de mees ten was het onderwijs beslist geen roeping cf een voorbe schikking die je levensweg be paalde. Veel hing af van de fi nanciële middelen. Hoe werd er thuis tegen leren aangeke ken? Woonde het gezin op het platteland of in de stad? En was het erg godsdienstig? Het boekwerk, uitgeven door de Socialistiese Uitgeverij Nijme gen. is geen gortdroog relaas geworden. De conclusies van het viertal worden verluchtigd met citaten en interviews met Dertig meestersen juffen vertellen hun verhaal in boekje leerkrachten, voornamelijk af komstig uit Leiden en omge ving. Het geheel geeft een aar dig beeld van de structuren in het onderwijs destijds. Menig mens boven de veertig zal de eventuele kleinkinderen hier over kunnen informeren. Al was het alleen maar om te ver tellen hoe streng de meesters en juffrouwen toen waren. Doorleren Studeren betekende in vroegere tijden veelal doorleren voor onderwijzer. Naar de kweek school gaan was een stap. die alleen was weggelegd voor de hele knappe leerlingen. De on derwijzer van de lagere school moest er veelal aan te pas ko men om de ouders ervan te overtuigen dat hun zoon of dochter verder kon leren. De hoofden der scholen die leer lingen uit arme gezinnen sti muleerden om het onderwijs in te gaan, zorgden vaak voor de benodigde bijscholing, maar ook voor boeken, school geld en kleding. Onderwijzer Pietersen, stond met gespitste oortjes aan de deur toen de bovenmeester op bezoek kwam: "De meester haalde mijn ouders over. door dat hij beloofde de extra kos ten te zullen dragen. Vader was er blij mee, dat ik verder kon leren. Hij geloofde trouwens niet dat ik een goede arbeider zou worden, omdat ik 's avonds steeds zat te lezen". Uit de opsomming van beroepen blijkt dat de onderwijzers over het geheel genomen uit de middenklasse kwamen. Een grote 'smelkroes' van beroe pen; van winkeliers en zelf standige handwerklieden tot en met administratief perso neel. Hard werken, ijver en spaarzaamheid, dat waren de deugden van deze klasse. Er werd tegen het beroep van on derwijzer opgekeken, volgens onderwijzer De Jong. "Mijn va der had veel belangstelling voor politiek en hy had eerbied voor onderwijzers, journalis ten en toneelspelers. Dat wa ren voor hem de grote mensen. Hij redeneerde: als je onder wijzer werd, kon je nog van al les worden. Er waren genoeg kamerleden die eerst in het on derwas hadden gezeten. Ook journalisten". Prof. Manuela du Bois-Reymond en sludenl Marcel Smits. "Vergeleken bij andere landen zijn e nog maar weinig historische analyses fan het onderwijs gemaakt". Weinig praktijk Zestig jaar geleden waren er in beginsel drie manieren om on derwijzer te worden: de, kweekschool, de normaal school of een extern afgelegd staatsexamen. De opleiding duurde vier jaar en begon op zijn VToegst op veertienjarige leeftijd. Soms stapten de leer lingen zonder hun oude school te verlaten in hun rol als kwe keling en vervolgens in de rol van onderwijzer. Zij verwissel den na de zesde klas alleen maar van bank. Een ander ging eerst twee of drie jaar naar de Mulo. Mejuffrouw Maas (76) heeft één keer, voordat zij de openbare normaal school in Leiden ver liet als bevoegd onderwijzeres, een les mogen geven. "Je werd meteen in het diepe gegooid. Ik moest naar de Havenschool, de ergste school van Leiden, dat was het minste van het minste. Dan sta je wel even te kijken. Mijn grootste probleem was mijn loshangende haar, dat pas opgestoken werd op je achttiende jaar". "Mijn lievelingsvakken waren taal en rekenen", constateert de nu 77-jarige ex-onderwijzer Van de Berg, geboren en geto gen Leidenaar. Van 1927 tot 1971 had hij een vaste betrek king in zijn geboorteplaats. Pe dagogiek vond hij niets. "Dat was een naar vak. saai. Met de praktijk werd helemaal niets gedaan in de opleiding, even min aan onderwijsvernieuwin gen. Over het Daltonplan en zo kregen we wel iets te horen bij pedagogiek. Je moest het voor kennisgeving aannemen, vol komen neutraal. Discussie was er nooit. Het was: luisteren en het goede antwoord geven. Het was allemaal theorie. Je kreeg wel een beeld over je zelf als onderwijzer: zo zal ik het nooit doen, zo zal ik het wel doen". De thans 87-jarige mevrouw Van Haaren kwam uit een rooms- katholiek gezin, ze mocht be slist niet naar de openbare kweekschool in Leiden. Zij ging daarom naar de katholie ke in Den Haag bij de nonnen, waar ze een verschrikkelijke hekel aan had. Ze waren streng en hadden nogal voorkeuren. Veel verhuizen aan een beetje salaris te komen moest er steeds worden ver kast. Er was namelijk een wet telijke regeling die de hoogte van het van het salaris verbond met de grootte van de gemeen te. Een onderwijzer in een eer- ste-klasgemeente ontving 100 procent salaris, in een tweede klasgemeente 96 procent in een derde-klasgemeente slechts 92 procent. Daarnaast werden de scholen ook nog in gedeeld in klassen. Een armen school leverde weinig op. Op het platteland werd het minst verdiend. Dit had tot gevolg dat veel jonge leerkrachten eerst een baan op het plattland kregen. Ze bleven daar nooit lang, want als ze eenmaal erva ring hadden opgedaan, sollici teerden ze naar betere banen in grote gemeenten. De mannelijke onderwijzers met grote gezinnen hadden alle maal een bijbaan en studeer den. Meer scholing betekende meer salaris. Akten werden ge honoreerd door de staat met een paar gulden meer per maand. Onderwijzer de Jong. die in Wassenaar en Leiden op katholieke scholen heeft ge staan, heeft lange tijd bijlessen aan nonnen moeten geven. "Ik gaf 24 nonnen les. En die moes ten na een jaar examen doen in het Nederlands. Daar kreeg ik 1.50 gulden per uur voor en dan gaf ik twee uur les op za terdag en twee uur op woens dag. Dat was 24 gulden per maand extra. Dat zette aan". Armenschool Mejuffrouw Guyt begon in een klein plaatsje in Noord-Hol land. Ik verdiende 120 gulden per jaar, waarvan 65 gulden kostgeld afging voor een klei ne kamer zonder verwarming en een kaars als verlichting. Mejuffrouw Maas verdiende eenzelfde bedrag op een ar menschool in Leiden. De school werd bezocht door kin deren uit de buurt van de ka- toenfabriek. "Ik heb het dan over de voormalige buurten rond de Oranjegracht, Waard- gracht en de Zuid-Singel. Je had daar ontzettend veel poor ten, sloppen en stegen en ook veel ongedierte. Ik kwam met vlooien thuis". Onderwijzeres Groen (70) zegt daarover:" Ik heb altijd grote bewondering gehad voor de gewone Leidse volksvrouw, die het moreel van het gezin hooghield. Weliswaar met een grote mond, maar goed, ze de den het toch maar". "De eerste jaren voelde ik de vij andigheid van de kinderen heel duidelijk", zegt ex-on derwijzer Harteveld (76), die op een katholieke armenschool in Leiden les gaf. "De moeilijkste periode was van begin septem ber (nieuwe klas) tot 3 oktober (Leidens Ontzet). We hielden de kinderen rustig met neger- zoenen en haringen van taai taai. In de laatste twee weken van september voor 3 oktober waren ze niet meer te houden. Dan bleven veel kinderen op het Schuttersland bij kermis beden met hun woonwagens. Ze hielpen daar en bleven daar slapen onder zeildoeken. Na het feesten kwamen ze wel weer terug. Als je dit tegen een ouder zei, kreeg je te horen: "Maar meester, ze weten toch veel meer dan ik, ze hoeven toch niet meer naar school". Het standenverschil was groot. Mevrouw van Haaren heeft toen ze op de deftige Rapen- burgschool onderwijzeres was, moeders op bezoek gehad, die gewoon wilden kijken uit wat voor een milieu ze kwam. Meer kennis De oud-onderwijzers en onder wijzeressen concluderen aan het eind van hun geschied schrijving dat het een vooruit gang is dat de moderne stu dent op de Pedagogische Aca demie aanzienlijk meer erva ring op doet. Toch kunnen ze zich niet aan de indruk ont trekken dat de kennis veel minder is geworden Harteveld: "De opleiding is qua leren omgaan met de kinderen buitengeoon goed. Maar de in tellectuele kwaliteiten van het onderwijzend personeel sla ik zeer laag aan. Ze leren te wei nig". Van de Berg: "Ik heb lie ver de opleiding van vroeger, het is misschien niet zo gezel lig als tegenwoordig, maar je leerde meer". Zonder uitzondering vinden ze dat ze vroeger meer leerden, ondanks alle kritiek die som migen ook hebben op het stu pide onderwijs van destijds. Ze vragen zich af, wat het nut is van meer ervaring zonder ge degen vakkennis? Het vak leert men uiteindelijk wel in de praktijk. >.Zou dit een redene ring kunnen zijn waar jonge onderwijzers en onderwijze ressen het mee eens zijn? SASKIA STOELINGA LEIDEN - De woensdag van de Leidse Modeweek was Noor- derwiek-dag. Vanaf tien uur 's ochtends namen de leerlin gen van deze school, waar on der meer een mode-opleing kan worden gevolgd, bezit van het Waaggebouw De ochtenduren vulden zij met demonstraties van o m kle ding ontwerpen, face-pain- ting (daarvan waren de resul taten s middags nog te zien) en sieraden maken Maar het grote feest begon ei genlijk s middags pas, toen de kinderen erbij kwamen Leerlingen en docenten maakten er een dol feest van met Heer Bommel en zgn Jonge Vriend op het podium en een hele groep kleuters die voor dressmen en manne quins speelden. En als er een maal kinderen op het plan kier lopen dan is het altijd goed want wie zou er niet ver tederd raken bij het zien van twee turven hoge judoers. kleine turnsters en balle tratjes. die in hun Perry- Sport-uitrusting argeloos over het plankier wandelen. De leerlingen van de Noor derwiek zullen er hun han den vol aan hebben gehad dat kleine grut steeds weer in andere kleertjes te steken Maar, zei een van hen "Hi t in zo verschrikkelijk leuk om met van die kinderen te werken". En de kinderen zelf LEIDSE JjJ* MODEWEEK 27/3 t/m 3/4 WAAGC,EBOUV> vonden het zo te zien ook leuk. Al kon Heer Bommel, die van al dat gehuppel en ge- rollebol op het podium twee kilo afviel, een jonge fan er niet toe brengen een liedje voor hem te zingen. En hij vierde nog wel zijn verjaar dag. De avonduren in de Waag wa ren weer voor de volwasse nen. Zij kwamen kijken naar een show van Wépé (da mesklcding) en Oerlemans (schoenen). De kleding die Wépé verkoopt is niet voor de actieve modetrendvolgers maar vrouwen die er ook op hun veertigste nog goed wil len uitzien, ook al hebben ze dan een grotere maat gekre gen. Het was op het toneel min of meer een familiege beurtenis. Theo Perk, zoon van de eigenaars, fungeerde als speaker en deed dat on danks zijn betrekkelijke on bekendheid met het mode vak toch niet gek. Zijn zuster deed mee als mannequin en bracht het er van al die goed willende medewerksters van Wépé toch het beste af. Ster ke punt van Wépé is dat deze zaak ook voor vrouwen met grote maten kleding met spc ciale heupwijdten en ook speciale lengte maten ver koopt. Wépé voert merken als Heinzelmann. Lady Ham mer. Sim en Setter Lady en voor de jeugdige toon de col- lectie Shubette of London. Een andere in het oogsprin gend artikel bij dit modehuis is de lange jurk. De jurken voor de bruidsmoeder, om maar even wat te noemen. Een heel mooi voorbeeld daarvan was de gebloemde jurk met ruches langs de hals en wijde lange pofmouwen. Ook de lange feestjurk die midden voor en achter als een draperie was opgeno men, zag er goed uit. In deze show kon het publiek ook de tassenmode (Oerle mans) goed bekijken want bij al hun combinaties dragen de mannequins wel een bijpas sende buideltas of een spor tieve ronde tas. Heel mooi was de tas in de vorm van een "knip", waarin wit en goud kleur met elkaar vervlochten waren. Op de displays, die waren versierd door Artiflor stonden de heel jeugdige fel gekleurde laarsjes en Oosters aandoende platte schoentjes ook in felle kleuren. De wat meer klassieke modellen wa ren op het plankier te bewon deren Bij de vaak sportief- klassieke kleding deden de grappige herenhoedjes van Messchers Modehuis het heel goed. HENRIETTE VAN DER HOEVEN Vorderingsprocedures Van Vollenhovenplein en Marislaan LEIDEN - De vorderings commissie heeft B en W het advies gegeven de flat woning aan het Van Vol lenhovenplein 13 te vorde ren voor urgente woning zoekenden. Eigenaar Van Hagen kan de vordering ontlopen door binnen twee maanden een "illega le" verheling van de flat woningen 13 en 14 onge daan te maken. Van Hagen biedt de flat op num mer 13 tezamen met de flat op nummer 14 als één geheel voor twee ton te koop aan. Deze vraagprijs ligt aanzienlijk boven de koopprijsgrens zodat de wo ning aan de invloed van de ge meente lijkt te ontglippen. Maar de vorderingscommissie meent dat de flats helemaal niet één ge heel vormen. Weliswaar heeft de familie Van Hagen de muur tus sen de flats uitgebroken maar B en W zijn zich er niet van bewust ooit voor deze verheling toestem ming te hebben gegeven. "Die toestemming van B en W is nodig omdat zo'n verheling wo ningonttrekking inhoudt", legt P. Lek uit, de secretaris van de vorderingscommissie Als de flats apart beschouwd worden, vallen ze onder de koop'prijs grens van 150.000 gulden die voor flats geldt Ambtenaar Lek heeft de indruk dat de "familie Van Hagen een scheidingsspelletje speelt". Me vrouw Van Hagen heeft vorig jaar een forse woning in Ter Wadding in Voorschoten ge kocht. De heer Van Hagen zou nog aan het Van Vollenhoven plein wonen en werken. Buiten dienstambtenaar Plug van Bu reau Huisvesting heeft vier maanden geleden een kijkje ge nomen in de flats aan het Van Vollenhovenplein. Zijn conclu sie was dat het er veel van weg had dat beide woningen tegen de regels in als kantoor werden ge bruikt. Een telex op nummer 14 stond bijvoorbeeld in verbinding met de andere woning. Verder stond nummer 14 leeg maar nummer 13 was heel duidelijk als kantoor in gebruik. De familie Van Hagen heeft het al jaren aan de stok met de gemeen te. De gemeente beschuldigde Van Hagen ervan drie flats aan het van Vollenhovenplein te heb ben waarvan slechts één om in te wonen en twee om in te werken. Dat vond de gemeente een werkruimte teveel. Van Hagen verkocht flat 23 vorig jaar net voordat de flat gevorderd zou worden voor een woningzoekende Maar nü speelt eigenlijk hetzelfde verhaal. Van Hagen heeft volgens de vorde ringscommissie nog steeds één werkruimte teveel De familie Van Hagen heeft de gemeente er regelmatig van beschuldigd be dnjfjes om zeep te willen helpen Marislaan B en W willen de woning Marislaan 25 vorderen voor een huishou den met tenminste één kind. De vorderingscommissie had de ei genaar I. Delmeer drie maanden de tijd gegeven om zijn 'illegale' huurders eruit te krijgen en er een gezin in te huisvesten zoals dat hoort volgens de regeling woonruimteverdeling. Dit is niet gebeurd, dus hebben B en W op advies van de vorderingscom missie besloten dat Bureau Huis vesting gezinnen voor de woning aan kan dragen. Eigenaar Delmeer heeft de woning enkele jaren geleden geërfd van zijn vader. Vader Delmeer over leed vorig jaar en zijn zoon kreeg ongeveer tegelijkertijd een zware operatie te verduren. De woning kwam vorig jaar mei leeg te staan en bleef vijf maanden leeg. "In mijn omstandigheden had ik wel wat anders aan mijn hoofd", zegt Delmeer nu. Hij wilde de woning graag bewa ren voor zijn enige zoon. Van re gelingen 'woonruimteverdeling' of andere bepalingen had hu nog geen idee. Vorig jaar oktober ver huurde hij de woning voor 675 gulden exclusief in de maand aan een 19-jarige studente en haar vriend. Delmeer weet nu dat hij aan alle kanten 'fout' zat de huur lag boven de huurprijs grens terwijl de huurcommissie een maximale huurprijs van 384 gulden vaststelde Bovendien zat de studente er illegaal, zonder woonvergunning. De viiflcamer- woning die in uitstekende staat verkeert, is bestemd voor een huishouden dat al geruime tijd als woningzoekende staat inge schreven bij Bureau Huisves ting. Bureau Huisvesting wees Delmeer prompt op de regels. Hij zegt: "Ik had geen idee dat ik de een of andere wet overtrad". Delmeer probeerde zijn huurster eruit te krijgen om het pand voor 125.000 gulden te verkopen. Half maart - slechts twee weken later dan Delmeer de vorderingscommis sie had beloofd - waren de huur ster en haar vriend inderdaad de deur uit. Zij hebben woonruimte gekregen van de stichting stu dentenhuisvesting Delmeer vindt het een ongelukki ge situatie dat Bureau Huisves ting een lijst met elf gezinnen aan het samenstellen is als kan didaten voor zijn woning. "Het pand is nu dan eindelijk leeg. We hebben het pand al eerder te koop aangeboden maar je moet toch afwachten tot het leeg komt Ik heb gegadigden en er is mij veel aan gelegen het pand te verkopen. Dit pand wordt een steen om m'n nek". In de ogen van de gemeente staat het pand sinds mei '81 leeg want illegale bewoning telt niet als be woning. Als het pand gevorderd is voor een woningzoekend huis houden. betaalt dat huishouden 407 huur exclusief in de maand. De vordering kan - na de uitrei king van de zogenaamde vorde- ringslast aan de eigenaar - na een maand worden doorgezet. Het onderwijzersteam van de hervormde school de Middelstegracht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 4