Minderheid maakt de dienst uit in Koeweit "Zelfs de Klaagmuur is niet joods" E"'° Irritatie buitenlanders afgekocht met geld Chaled al Hassan, mede-oprichter van Palestijnse organisatie Fatah: ZATERDAG 13 MAART 1982 PAGINA Koeweitse parlementariërs: tegen vrouwenkiesrecht. GPD' Plotseling komt er ook nog een soort computergeluid uit. Minister Hussein, in de kabinetshiërarchie der de in rang, drukt op een aantal knoppen, maar zon der resultaat. „Net nieuw", zucht hij, „mo dern. Te modern voor mij". Ook voor een Koe- weits staatsman kan de vooruitgang wel eens wat te snel gaan. Een rijzige Arabier komt binnen. „Da's de minister van buiten landse zaken", zegt Hussein. Koeweit mag dan een van de rijkste landen ter wereld zijn, de bestuurlijke verhoudingen laten zich vergelijken met een grote Nederlandse gemeente. Rechten De minister, tevens vice-premier, Sabach Al Achmed Al Jaber Al Sabach, komt erbij zitten. Hij is een broer van het staatshoofd. Zijne Hoogheid de Emir. Net als de minister van Binnenlandse Zaken, Nawaf Al Achmed Al Ja ber Al Sabach, en de voorzitter van de zo belangrijke Koeweitse voetbalbond, Fached Al Achmed Al Jaber Al Sabach. Van allen is kroonprins, tevens premier, Saa'd Al Abdoella Al Salem Al Sabach een volle neef. De koninklijke Sabach-familie heeft in Koeweit al meer dan twee eeuwen de zaak stevig in handen, samen met de vijftien andere oude woestijnfamilies, van wie de Mutawa's na de Sa- bachs, het rijkste en dus het be langrijkste zijn. Toch is er voor hun reden tot zorg: met bijna zes honderdduizend familieleden vormen ze in eigen land een min derheid vergeleken met de acht honderdduizend buitenlanders. Die doen een groot deel van het werk, maar ze hebben geen bur gerrechten, mogen geen huis ko pen, mogen geen meerderheids- aandeel in een eigen zaak heb ben, en ook hun in Koeweit ge boren kinderen krijgen niet het staatsburgerschap. Dat geeft een snel toenemend gemor. Hoe lang denkt Koeweit deze discrimina tie nog vol te houden? Minister Hussein is een van de wei nige Koeweiti die toegeeft dat deze scheve verhouding proble matisch wordt; hij sluit zijn ogen niet af met bankbiljetten. „We zitten in een overgangsperiode. Misschien moeten we meer men sen, die hier lang genoeg zijn, het burgerschap gaan geven. Maar het gaat erg snel. Wij, Koeweiti, hebben jaarlijks een natuurlijke groei van drie procent, de buiten landers groeien met zes procent. En u moet begrijpen: we zijn maar een klein land". Royaal Tot nog toe hebben de Koeweiti, geheel in de stijl van hun land, de rust in deze samenleving-met twee-soorten mensen gekocht met geld. Want waar de koek zo groot is, zijn ook de kruimels nog royaal. Ook de niet-Koeweiti betalen geen belasting, ze verdienen meer dan in hun eigen land mogelijk is, voedselprijzen worden met staatssubsidies laag gehouden en voor zover ze bij de overheid werken, profiteren ze ook van het curieuze systeem waarin een volledige dagtaak ten burele maar vier uur duurt, 's morgens van een uur of acht tot rond twaalven, 's Middags is er dan ge noeg tijd voor de handel, die alom bloeit in een landje waar een grote meerderheid ruim in het geld zit. Onderwijs is volgens de rijk geïllu streerde kleuren folders geheel gratis, maar dat klinkt mooier dan het is.Veel niet-Koeweitse kinderen zitten op particuliere scholen en daar moet voor be taald worden. Na de lagere school is er vaak ook geen ande re mogelijkheid: want de open bare middelbare school in Koe weit laat maar een beperkt aan taal niet Koeweiti toe. De gezondheidszorg van Koeweit is geheel gratis. Vergeleken met de meeste andere landen een uniek systeem, maar binnen de Koeweitse samenleving zitten er irritante kanten aan. Rijke Koe weiti mijden de wachtlijsten door naar privé-ziekenhuizen te gaan; de buitenlandse arbeiders zitten met hun kinderen in de rij voor de staatskliniek. Die ver schillen vallen op. Geen smoes Nederlanders die niet naast een Turk willen wonen, durven dat binnenshuis of in het café nog wel te zeggen, maar voor de bui tenwereld worden er vaak mooie smoezen bedacht. Zo zijn de Koeweiti niet. Het onderscheid tussen hen en de rest is zeer openbaar. In alle statistieken wordt nauwkeurig een verschil gemaakt tussen ,,K' (Koeweiti) en „NK" (non-Koeweiti). En als Koeweiti het over „we" en „de bewoners van dit land" hebben, bedoelen ze alleen hun minder heid van Koeweiti. In het begin is dat even wennen. Iemand als Ali Al-Moessa, top ambtenaar van het ministerie voor planning, zegt geheel onbe vangen: „We zorgen dat de niet- Koeweiti hun basisbehoeften hebben, meer niet". Als ze dat te weinig vinden, of als ze niet meer kunnen werken (ziek, oud), gaan ze maar weer weg. Heel kras is hierin de oer-conserva- tieve, maar wel zeer rijke heer Jassem A. Al-Nusif, hoofdredac teur en aandeelhouder van het dagblad Al Qabas. Welwillend, maar veelal ook hoofdschud dend, staat hij me te woord in on ze spraakverwarring. Als ik het heb over de toch wel grote ver schillen tussen de twee groepen in zijn land, snapt hij eerst echt niet wat de bedoeling is. Want in zijn visie woont er in Koeweit slechts één soort mensen, de Koeweiti, en die hebben het alle maal goed, zij het in grote grada ties. De buitenlanders: die ko men alleen om „voor goed geld" te werken. In zijn krant schrijft Jassem niet over dit soort zaken, „want wij hebben hier geen pro blemen om over te schrij- Hij kan dan ook uitstekend op schieten met de koninklijke fa milie; nog onlangs mocht hij eni ge tijd met de kroonprins naar het buitenland. Irritatie Het kan nog tien jaar duren, maar toch ontploft het hier, vertellen twee jonge psychologen, die ik naamloos tref, want wezenlijke kritiek op het systeem is gevaar lijk in Koeweit. Als problemen die de irritatie ver hogen, noemen zy bijvoorbeeld het feit dat de buitenlanders het meeste werk doen, maar dat een Koeweiti altyd een overheids baan kan krijgen, waann hy door allerlei toeslagen meer verdient, terwijl hy toch zyn dagen gok kend kan doorbrengen op de ef fectenbeurs „Zo'n dertig pro cent zet alleen 's morgens even de handtekening, en vertrekt dan weer". De irritatie daarover varieert ech ter nogal Ik zat by een hevige discussie (met rode hoofden) tus sen twee Palestijnen, waarvan de een zei ..Het is een schande dat wij hier tweederangsburgers zyn". Terwijl de ander volhield ..Wat wil je nou. de rest van m'n familie zit in Jordanië en dit is het enige land waar ik snel een auto kan verdienen" Wat moet je van Koeweit vinden? Het heelt vooruitstrevende trek ken in zijn gezicht-vol-zelfbe- houd. Het eerste land op het Ara bische schiereiland dat de slaver nij afschafte. Nog steeds het eni ge land daar met een gekozen parlement Maar omdat alleen volwassen mannelyke Koeweiti stemrecht hebben, worden die vijftig parlementsleden door minder dan tien procent van de bevolking gekozen. Door een listig districtenstelsel heeft een minderheid van Sjiiti- sche moslims van 20 procent toch maar 4 zetels in het parle ment Want die Sjueten zyn van het soort als Chomeiny. en de meerderheid van de moslim- Soennieten in Koeweit is als de dood voor Iraanse toestanden in hun land vol vrije ondernemer- Waardig Op de dag dat ik in het parlement was, speelde toevallig de delicate zaak van het vrouwenkiesrecht. „Hoe durft u de helft van de sa menleving te weigeren", vraagt de geachte afgevaardigde Ach med Al T^irkaim aan de tegen standers, daarmee natuurlyk wel weer alleen doelend op de helft van de samenleving van Koewei ti. „Vrouwenkiesrecht, het is on gepast". roept Jassim Al Khura- fei terug „De vergadering moet waken over de waardigheid van de vrouw, die nu wordt aangeval len". Zeven leden stemmen vóór vrou wenkiesrecht, 27 tegen, 17 parle mentariërs hebben het niet de moeite waard gevonden om langs te komen. De volgende dag is er een protest- vergadering van vrouwen plus vrouw-vnendelyke commenta ren in sommige kranten. Want dat kan dan ook wel weer in Koe weit. De meerderheid van de 1,4 miljoen inwoners van het oliestaatje Koeweit bestaat uit buitenlanders. Ze verrichten het meeste werk, maar verdienen in eenzelfde baan minder dan echte Koeweiti, die bovendien aanzienlijk meer rechten hebben. Tot nu toe heeft het rijke Koeweit deze discriminatie afgekocht met bankbiljetten en goede vooruitzichten. Maar hoe lang nog? Tony van der Meulen bespeurde een toenemend gemor in Koeweit, en sprak daar ook met Chaled al Hassan, een van de oprichters van de Palestijnse organisatie Fatah, die deel uitmaakt van de overkoepelende PLO. Palestijnen vormen een vijfde deel van de Koeweitse bevolking. Samen met Saoedi-Arabiê en Libië vormt Koeweit de bakermat van de PLO. Door Tony van der Meulen Je kunt geen uur in Koe weit zijn zonder te praten over Israël. In de Koeweit se kranten heet Jeruzalem consequent „Bezet Jeru zalem", en in de Arabi sche nieuwsberichten ko men de woorden „Arafat", „Beiroet" en „Begin" steeds terug. Ruim twintig procent van de men sen die in Koeweit wonen zijn Palestijnen. Voor een deel de vluchtelingen van 1948, toen de staat Israël gesticht en bevoch ten werd. Ze hebben in het Koe weitse overheidsapparaat veel sleutelposities. Op alle ministe ries kom je Palestijnen tegen. In 's lands handel zijn ze ook hoog gestegen. Maar voor de echte Koeweiti blijven bijna al die 250.000 Palestijnen buitenlan ders zonder stemrecht, zonder recht op een eigen huis. Sympathie n een buitenwijk van Koeweit woont de heer Chaled al Hassan, een welvarende en invloedrijke Palestijn. Samen met Jasser Ara fat, die toen in Koeweit een be drijfje had, hoorde Chaled al Hassan in 1959 tot het groepje dat Fatah oprichtte. Fatah is ver reweg de grootste groep binnen de overkoepelende organisatie PLO, waarin Chaled al Hassan hoofd is van het comité voor bui tenlandse relaties. Levend van met name zyn beleggingen in Koeweitse drogisterijen is hij voortdurend op pad voor de PLO. Ondanks een recente operatie, waardoor hij zich wat rustig moet houden, windt Chaled al Hassan zich af en toe zeer op over „het pro-zionistische den ken in Nederland". „Maar", constateert hij tevreden, „ook in Nederland neemt de sympathie voor ons toe. Ik denk dat we dat onder meer te danken hebben aan de Nederlandse sol daten in Zuid-Libanon. Ze zien de feiten zoals ze zijn en schrij ven daar in brieven over, en ver anderen zo de publieke opinie". - Maar ik denk dat voor veel men sen in Nederland PLO nog steeds hetzelfde is als terrorisme. Al Hassan, geërgerd: „Elke revolu tie tegen het kolonialisme wordt terrorisme genoemd. Nu in El Salvador, daarvóór in Nicaragua. Maar kunt u mij vertellen hoe de joodse organisaties, die zionisten werden genoemd en die onschul dige mensen doodden, hele stra ten en moskeeën opbliezen en in 1948 bloedbaden aanrichtten on der onze mensen? Wat is uw be naming daarvoor? Is daar een an dere term voor te bedenken dan terrorisme? Maar dat werd in uw landen niet zo genoemd, want u was voor het stichten van de staat Israël". Gedood „We hébben extremistische groe pen. Maar je kunt het hun niet kwalijk nemen: hun land is hen afgenomen, hun broers en va ders en moeders zijn gedood. En: wat hebt u gedaan met de Duit sers in de Tweede Wereldoorlog? U bent nog jong, maar zou u niet het verzet tegen de Duitsers ge steund hebben?" Dan fel; „In Duitsland was er de Baader-Meinhoffgroep. Noemde u toen alle Duitsers terroristen? In Italië is er de Rode Brigade. Zijn alle Italianen volgens u ter roristen?" - Het heeft er toch wel lang op gele ken dat geweld de officiële poli tiek van de PLO was. Chaled al Hassan, hoofdschud dend: „Wat een onzin. Maar mis schien wilt u me dit eens uitleg gen: als u er de schuld van bent dat ik honger heb, en ik ga vech ten om eten te krijgen, door wie komt het dan dat ik ga vechten? Wie zet me dan aan om te vech ten, u of ik? Er is een enorm ver schil tussen een vrijheidsstrijder en een terrorist. Als een heel volk vecht is dat geen terrorisme". Het probleem met de erkenning van de PLO ts steeds weer dat u de staat Israël zou willen vernie tigen. Maar klopt dat? „Dat is het verhaal dat wij in onze grondwet een bepaling hebben staan over de vernietiging van Is raël. Maar wat er staat is dat wij het zionisme willen vernietigen". Verschil Chaled al Hassan: "Het Westen verstaat alleen de taal van de macht". dat erger is dan Hitlers i en erger dan Zuid-Afrika. Het zionisme wilde ons land afpak ken, onze mensen er uitgooien en joden uit het buitenland er naartoe halen. Dat zionisme uit de weg ruimen zou de plicht moeten zyn van iedereen die ge looft in rechtvaardigheid en de mocratie". „Begrijpt u mij goed: wy hebben niets vegen de joden. In onze ge schiedenis zult u geen enkele vorm van discriminatie kunnen vinden. Joden die samen met ons willen leven zijn welkom, we zouden samen van Palestina een democratisch, ontwikkeld land kunnen maken". „Dat is het grote verschil: jood is een geloof, zionisme een onmen selijk koloniaal systeem". - U ziet het dus wel gebeuren dat joden en Palestijnen een samen leving gaan opbouwen. „Dat moeten ze Maar de Israëli van dit moment willen het met. Ze praten over de zuiverheid van hun samenleving. Als ik terug wil naar myn eigen huis in Haifa, waar ik geboren ben, bedreig ik in de zionistische manier van denken de zuiverheid van het land. Als de joden dat zionisme maar zouden laten vallen, kon den wij weer naar huis gaan en werd Palestina een van de beste landen ter wereld. De Tweede Wereldoorlog was door u ook pas echt gewonnen, toen niet de Duitsers maar wel het nazisme was opgeruimd". In de discussie over Israël speelt ook mee dat zes miljoen joden door Hitier zijn uitgeroeid. „Ja, maar waarom moeten wij de prijs daarvoor betalen? Moeten zij daarom het recht hebben te wonen in myn eigen land? Ik heb ontzettend veel respect voor iedereen die de joden geholpen heeft. Maar toen de oorlog voor bij was, bleef iedereen weer ge woon thuis. Waarom de joden niet?" „Het is niet hón land, ze kwamen uit Rusland, uit Polen, uit Neder land. Het zijn Hollanders die He- bron nog nooit gezien hadden, ze dansen zoals u. ze eten zoals u, alleen het geloof hebben ze ge meen". „Waarom claimt u als christen niet het recht om naar Palestina terug te mogen? Christus is daar gebo ren. En wij moslims woonden achthonderd jaar lang in Spanje Waarom claimen wy niet het recht naar Spanje terug te mo gen? Van de joden is haast mets terug te vinden in Palestina, de heilige plaatsen zijn christelyke heilige plaatsen. Zelfs de Klaag muur is geen heilige joodse plaats, dat weet premier Begin ook". Begin draagt met zijn fanatieke politiek wel bij aan de groeiende populariteit van de PLO Chaled al Hassan .Afaar hebben wy dan een gek als Begin nodig om jullie sympathie te krygen"' Wy verloren alles, ons land, ons leven" ,Jk leef alleen nog omdat ik ge vlucht ben Die hoge prys heb ben wy betaald En moet dan eerst een Pool premier van myn land worden om u te schokken"»" Macht Ook de angst voor de olie heeft de sympathie t<oor Palestijnen ver groot „Zo werkt macht, en je merkt steeds weer dat h.t WMlta il leen die taal verstaat" De Nederlandse regering pro beert nu een soort middenweg te vinden tussen goede verhoudin gen met Israël en met de PLO Chaled al Hassan, hard lachend „Dat kan met, want je kunt niet tegelykertyd goede vriendjes zyn met de dief en met zyn slachtofTer. Als u het met meer af kunt met macht, gaat u een com promts zoeken Maar dat heeft natuurlyk mets te maken met be schaving"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 19