"Harmonie tussen wetenschapper en instrumentmaker, dat is de basis" Einde aan het boerenbestaan van Jacobus en Jacoba Droogh School hei ?ft geen tijd om 8C jubileum t '-jarig e vieren Studiedag over rol van dieren in duinen All-In festival De Hutspotten Hoeve wijkt voor park LEIDEN Hoewel de in- strumentmakersschool, gevestigd in het Kamer- lingh Onnes-laborato- rium, aan haar tachtigste jaar bezig is gaat dat heu gelijke feit niet gepaard met festiviteiten. Met val se bescheidenheid heeft dat niets te maken, nee, een praktische reden weerhield de directie er van feest te vieren. Directeur ir. Blom: "De school is klein - 94 leerlingen - en we hebben ook niet zoveel leraren. Toen er een aantal oudere lera ren wegging en we moeite had den om vervangers te vinden, konden we dus niet ook nog eens keer iets gaan organiseren in verband met ons tachtigjarig bestaan. Daarvoor hadden we eenvoudig geen tijd". Hierachter gingen geen idealisti sche motieven schuil maar zui ver materialistische: een school kreeg subsidie. In de jaren twin tig viel de school onder het uitge breid lager nijverheidsonder wijs, in de jaren zestig werd het een MTS voor wat betreft het theoretische gedeelte. Tot zover, in het kort, de feiten. mijns inziens moet bezitten: gaat er wat fout dan moet hij de vol gende dag toch weer fluitend naar z'n werk toegaan. Hij mag het experiment niet schuwen". Wie Blom goed beluistert zal zich er niet over verbazen dat de in- strumentmakersschool een toe latingsexamen kent. Want aange zien je in aanleg over een extre me handvaardigheid moet be schikken zoals de directeur het zelf uitdrukt om een goed in strumentmaker te worden, kan zeker niet Jan en Alleman wor den toegelaten. Een voorselectie kan bovendien om een andere re den ook geen kwaad: meestal melden bijna zeventig mensen zich aan, terwijl de school er 'slechts' vijfendertig kan herber gen. Fabrieksgeheim Aanvankelijk voelt Blom er niet veel voor om het toelatingsexa men te beschrijven, het heeft iets te maken met een fabrieksge heim, zegt hij. "Als ik ga zeggen dat de mensen zakjes moeten plakken, dan gaan ze toch alle maal oefenen"? Hij maakt een kwinkslag? Blom: "Nou goed, laat ik dan een voorbeeld geven van wat de kan didaten in de voorgaande jaren wel eens tijdens een examen hebben moeten doen. Ik herin ner me dat we ze weieens een deurslot hebben gegeven met de opdracht: haal dit apparaat uit el kaar, teken de onderdelen en zet het slot daarna weer in elkaar". Vier jaar duurt de opleiding. Na het eerste jaar moet de leerling een specialisatie kiezen. Metaalinstrumenten, glasinstru menten of optisch glasbewerken. Blom vertelt dat de meeste men sen de eerste richting kiezen; een richting die relatief gezien het gemakkelijkst is. Blom: "Voor de andere richtingen worden ho gere eisen aan de handvaardig heid gesteld. Voor het glas moet je artistieker zijn, zou ik haast zeggen, maar laat dat maar weg, want anders gaan de mensen denken dat je hier glazen hond jes kunt maken". Wat betreft de toekomst verkeert Blom niet in een mineurstem ming. Vorig jaar verlieten zo'n twintig mensen de school, alle maal vonden ze werk. Van die twintig afgestudeerden kwamen er overigens maar weinig in Lei den terecht. Het bezuinigen op de universiteit is daar debet aan. Blom: "Als je naar de banen kijkt die onze mensen krijgen kun je zien dat er sprake is van een ver schuiving. Kwamen er vroeger veel bij de overheid terecht, nu zie je dat ze naar kleinere bedrij ven gaan. Bedrijfjes die dan vaak wel weer voor de overheid werken". Blijft de toekomst voor de instru mentmaker echter ook rooskleu rig? Valt er bijvoorbeeld geen concurrentie te vrezen van de MTS'en? Blom denkt het niet. Ambachtelijk gezien staat de MTS-er volgens hem veel lager op de trap dan de leerling van zijn school. "Iemand die op de MTS het theore tische examen heeft gehaald en bij ons komt voor verdere specia lisatie, kan na een jaar ons A-di ploma halen. Dat diploma heeft onze eigen leerling na twee jaar al op zak". Voor concurrentie is Blom dus niet beducht, sterker nog: volgens hem moeten de MTS'en zich veel meer gaan toeleggen op de fijn- mechanische techniek. "Dat is goed voor de Nederlandse indus trie". WIM BRANDS Foto's Holvast Aan het eind van de vorige eeuw begon de opleiding eigenlijk al, zij het natuurlijk niet officieel. De onderzoekers van het toen malige natuurkundige laborato rium, het huidige Kamerlingh Onnes op de hoek van de Nieuw- steeg en de Steenschuur, merk ten telkens weer dat zij een ge brek hadden aan goede instru mentmakers. Mensen die na het verhaal van de wetenschapper te hebben aangehoord in staat wa ren rap en tegelijkertijd zeer kundig een onontbeerlijk appa raat voor de geleerde te fabrice- Deze ambachtslieden moesten rond de eeuwwisseling meestal van over de grens komen, uit Duitsland bij voorbeeld. De we tenschappers van het Kamer lingh Onnes waren dit beu en be gonnen zelf mensen op te leiden. De instrumentmaker-in wor ding kreeg tijdens net werk les. Een harmonieus samengaan van theorie en praktijk zogezegd. In 1901 werd de school opgericht. Samenspraak Hoe zou ir. Blom de instrumentma ker willen typeren? Over deze vraag hoeft de directeur van de school niet lang na te denken. Hij steekt direct van wal: "Een in strumentmaker maakt geen se- rie-produkten, dat is het eerste wat opvalt. Een wetenschapper meldt zich bij hem en zegt: ik on derzoek dit en heb daarvoor een nieuw apparaat nodig. De instru mentmaker gaat vervolgens aan de slag en maakt een ontwerp. De onderzoeker krijgt hierna het ontwerp te zien en zegt of hij er mee akkoord kan gaan. Samen spraak tussen wetenschapper en instrumentmaker, dat is altijd de basis van het vak geweest. En dat betekent o.a. dat er aan de in strumentmaker hoge eisen wor den gesteld, want hij moet zich kunnen inleven in de gedachten- wereld van de onderzoeker. Nee, dat is niet overdreven gesteld. Er is nog een belangrijke eigen schap die de instrumentmaker LEIDEN - Aan het gedrag van verschillende diersoorten in de duinen is de laatste jaren zoveel onderzoek gedaan dat de stichting Duinbehoud het hoog tijd vindt al die kennis van zaken eens op een rij te zetten. Met die gedachte in het achterhoofd wordt op 13 februari in het Botanisch La boratorium van de Leidse Universiteit een studiedag gehouden waar biologen zul len spreken over hun werk in de duinen. De stichting Duinbehoud noemt zich "een onafhanke lijke organisatie die zich met actie en voorlichting inzet voor het behoud en het her stel van de duinen als natuur gebied". De stichting is van mening dat de kennis over de dieren in de duinen een gro tere rol moet spelen bij het beheer van het gebied. De bioloog drs. F. van der Veg- te van het PWN zal op de stu diedag komen vertellen in welke zin het Provinciaal Wa terleidingbedrijf Noord-Hol land gebruik maakt van de onderzoekers. Hij ziet bij het beheer van het natuurgebied ook een taak weggelegd voor onderzoekers, universiteiten en amateurs die zich interes seren in de flora en de fauna. Drs. J. Wallage van de Leidse Universiteit onderzoekt al ja ren het gedrag van konijnen in de duinen. Konijnen heb ben een belangrijke functie bij de instandhouding van karakteristieke duinvegeta ties. Drs. Wallage zal onder meer iets vertellen over de rol van de konijnen als voedsel voor roofdieren en de functie van het knaagdier in het landschapsonderhoud. Een somber verhaal komt van drs. B. van Leeuwen die in formatie geeft over de zeld zaamheid en achteruitgang van kikkers, padden, sala manders en hagedissen in het duingebied. Drs. E. Wanders zal zijn visie geven op het be heer van meeuwenkolonies en dr. Baijens heeft een on derzoek gedaan naar eksters in de duinen. Daarbij gaat het vooral om de noodzaak om het aantal eksters in de hand te houden. Drs. J. Mulder vertelt over vossen. Hij heeft het roofdier ruim een jaar ge volgd en aan de hand van een keutelonderzoek nauwkeurig kunnen uitzoeken wat de eet gewoonten van het dier zijn. De resultaten van zijn studie komt hij toelichten. De studiedag zal worden beslo ten met een algemene discus sie over het faunabeheer in het duingebied. Voor meer informatie kan de stichting Duinbeheer worden gebeld: 071-131800. Leiden "Een instrumenlenmaker mag het experiment niet schuu>en". Videocafé Het Praethuys aan de Vrou- wenkerkkoorstraat fungeert tegenwoordig drie dagen in de week als videocafé Op de ze dagen wordt er een speel film vertoond, die door de be zoekers zelf u uitgekozen. Vol gende week maandag, dins dag en woensdag staat de eerste James Bondfilm Dr. No, met Sean Connery in de hoofdrol, op het programma. Aanvang elke avond om kwart over acht. Kinderfilm Vijf vrienden gaan kampe ren" is de titel van de kinder film die woensdag in de Ka pelzaal van het K&O-gebouw wordt vertoond. De ontvoe ring van een kind door zoge heten gure types is het onder werp van deze film, die om half drie begint Inlichtingen: K&O. tel. 141141. Mens en reptiel J.B. Avé, conservator van de af deling Indonesië van het mu seum voor volkenkunde, houdt maandagavond een voordracht met dia's over het onderwerp "mens en reptiel *n het tropische regenwoud van Borneo". Hij gaat het hebben over de rol van het reptiel in de folklore, mythen, legenden en de kunst van de bos bewoner, de Day ak. De le zing begint om acht uur en ivordt gehouden in de mueeu- maula, Steenstraat I. LEIDEN - De Leidse carnavalsver eniging De Hutspotten organi seert volgende week zaterdag in de Stadsgehoorzaal een groot feest onder de noemer, All-In fes tival. Ook vorig jaar werd al een dergelijk festijn georganiseerd Volgens De Hutspotten is dit "het grootste carnavalsgebeuren boven de grote rivieren". Van dit All-In festival moet ook door een aantal genodigde caran- valsvereningen als De Leute- broeken uit Amersfoort, de For se Katers uit Voorschoten en de Deylknotsen uit Wassenaar een 'zot spektakel' worden gemaakt. Tevens geven diverse blaaska pellen acte de presence. Verder treden op de zanger Nico Haak. het duo Nico Muusse en Henny Chouffoer en de Sweetwood Di xie Stompers. Natuurlek ont breekt ook prins Marcus de eer ste met zijn gevolg niet op dit All-In festival. Dezelfde dag - maar dan 's mid dags - is er het zeker zo traditio nele Bejaardencarnaval. Ook hier de medewerking van een aantal artiesten, zoals het onver gankelijke Cocktail Trio. Confe rencier Tony Leermk praat de zaak aan elkaar. LEIDEN - Aan het einde van een doodlopende weg staat de Hoeve Cronesteyn 3 er wat verwaar loosd bij. Onder het rieten dak wil het wel eens flink waaien en ook de winterse kou is niet bui ten te houden. De boerderij ziet uit op de Vliet. Aan de overkant ligt de stad. Het achterliggende weiland strekt zich uit tot de rijksweg Amsterdam-Rotter dam. Boer Jacobus Droogh wordt dit voorjaar vijfenzestig en gaat met pensioen. Moét met pensioen. De gemeente Leiden gaat een plan uitvoeren, waar al zo'n twintig jaar sprake van is. Het weiland moet een landschapspark wor den. Niet een gewoon stadspark, maar meer een beschermd en toegankelijk landschap, bestemd voor de recreatie. Het weiland wordt in de toekomst doorkruist met fiets- en wandel paden. De recreant neemt bezit van het landschap en het uitoefe nen van een rendabel boerenbe drijf is dan niet meer mogelijk. Boer Droogh moet daarom stop pen. En om daar kracht bij te zet ten wil de gemeente de schuren rond de boerderij dit voorjaar maar meteen tegen de vlakte gooien. Het onderhoud is te duur, zo heet het officieel. Lo gisch, want in de negentien jaar dat Droogh onder een lekkend dak zit, zou de gemeente nooit iets aan onderhoud gedaan heb ben. Jacobus Droogh en zijn vrouw Ja coba wisten al die jaren al, dat het er eens van moest komen. In 1963 moesten zij uit hun boerde rij in de Bos- en Gasthuispolder (Zuid-West). De stad rukte op en de hoeve stond de verbreding van de Korte Vliet in de weg. Toen zij in Cronesteyn kwamen werd hun gezegd dat het mis schien voor tien, misschien voor vijftien jaar zou zijn. "Uiteinde lijk is het nog uitgelopen tot ne gentien jaar", zegt de boerin. Maar toen vorige maand de brief van de gemeente werd bezorgd, kwam het toch nog plotseling. Lammeren "Je kunt niet binnen zeven weken een boerenbedrijf stilleggen. De schapen moeten nog aflamme- ren. Dat is eind maart, begin april. En die jonge beesten moe ten eerst drie weken oud zijn, voordat ze kunnen worden ver handeld", vertelt Droogh. De boer houdt er zo'n zestig dieren op na; de hond, de katten en de vogels in de kooi niet meegere kend. Melkkoeien, schapen, kal veren, pinken en een paard. De hele veestapel moet verdwijnen. Per 1 april. De boer maakt duide lijk, dat men op het stadhuis niet zo veel kaas gegeten heeft van het boerenbedrijf. Maar afgezien van het feit dat het bedrijf onmogelijk op 1 april stil kan liggen, omdat de natuur zich nu eenmaal niet laat dwingen, is Droogh ongelukkig met het abrupte einde van zyn boerenbe staan. Hij had graag de zaak lang zaam afgebouwd. De veestapel Hoeve Cronesteyn 3, met op de voorgrond de Vliet. (Foto Holvast) langzaam verminderd. "Maar het was bij de gemeente allemaal nee, nee, nee. Ik had graag ge had, dat ze anders praatten". Het afbreken van de bijgebouwen maakt het ook onmogelijk om nog kippen te houden of ander klein vee. "Het is de belangrijk ste verandering van mijn leven", zegt Droogh. Hij is zijn hele le ven boer geweest, kwam ook uit een boerenfamilie in Zoeter- meer. Vijfendertig jaar lang boer de Droogh in Leiden. "We heb ben er altijd van gegeten. Er wa ren slechte jaren, maar ook goe de" Onnodig te zeggen, dat de boer ge hecht, verknocht is aan zijn die ren. "ik kan met mijn trekker op drie meter langs de koeien rijden zonder dat ze bewegen. Omdat ze me kennen". Van het gezin met negen kinderen is het merendeel de deur uit. Wat er van de hoeve blijft staan, bluft als woning dienen van de familie Droogh. Later wordt het een dienstwoning voor het park. De boer staat op. Hij heeft al weer lang genoeg zitten praten. Hij moet naar zijn dieren. "Goeie- dag". De hoeve staat er wat verwaar loosd bij, aan het einde van een weg die dood loopt, uitgezon derd voor fietsers. LEO MAAT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 3