Fitheid als status en mode "Daar rent geen halve gare, maar een trendsetter" E"" ZATERDAG 9 JANUARI 1982 PAGINA Toon mij uw etiket en ik zal zeggen wie u bent. Zelfs een knettergek geworden reclameman had enkele jaren geleden niet durven dromen wat nu een geaccepteerd feit is. Namen en merken die vroeger alleen op de verpakking zaten of heel discreet verstopt op het produkt zelf, worden nu door de consument frank en fier op borst en bil of hoofd en voet naar buiten uitgedragen. Tal van produkten worden vandaag de dag behandeld als idolen, met eigen fanclubs van consumenten. Levensstijl-communicatie heet dat. Het uitdragen van bepaalde merknamen heeft voor consumenten dezelfde functie als hetuitdragen van clubkleuren door supporters van die club. Het gaat om het herkennen van OSM (Ons Soort Mensen) en het onderscheiden van ASM (het Andere Soort Mensen). En nergens vindt deze vorm van communicatie zo nadrukkelijk plaats als in de sector sportieve recreatie. Je bent watje draagt, en als je daar niet goed op let hoor je niet tot de jofele club van OSM. Of het nu gaat om squash of stadionloop, „wild" wielrennen of lange-afstandwandelen. Marcus zit ook in Dallas, en u weet nu hoe het daar hoe gaat. Er zitten inderdaad een hele boel lachwekkende aspecten aan de huidige hevige inte- resse in fitheid en slankheid. Nergens ter wereld zijn zo veel dieetprodukten te koop als in Amerika. Toch zijn er nergens zoveel dikke men sen. De verklaring? Gesust door het idee dat een dieet- produkt minder calorieën (joules, heet dat tegenwoor dig) bevat, eten de mensen er meer van. In Duitsland, ook bekend om de meer dan mo dale omvang van de modale burger, heeft men ontdekt dat het juist de sportbeoefe naars zijn die na afloop van hun excercities het op een eten en drinken zetten van heb ik jou daar. Alle verloren gewicht wordt er dus weer dubbel en dwars bijgespij kerd. Tragisch Toch zit er ook een tragisch as pect aan het onvermogen om in praktijk te brengen wat men met zijn uiterlijke ver schijning suggereert, name lijk „ik doe aan sport". Welis waar is het aantal bij de Ne derlandse Sport Federatie in geschreven leden de afgelo pen tien jaar ongeveer ver dubbeld tot het waarlik enorme aantal van ruim 4 miljoen, toch moet een groot deel van die mensen tot de zogenaamde „slapende" le den worden gerekend. Het lidmaatschap Ujkt voor veel mensen pnmair de functie te hebben van „aflaat", van ge- wetensusser dus. Door lid te worden maakt men zichzelf wijs dat men actief aan sport doet, terwijl daar in feite geen sprake van is. Het büjft bij een vorm van lippendienst, zoals je op zoveel terreinen ziet in onze maatschappij an no heden. Lekker vrybUjven- d. Toch zijn er ook tekenen die er op wijzen dat een aantal men sen best actief aan recreatie ve sport zou willen doen, maar die ervan weerhouden worden door wat je het best zou kunnen omschrijven als „drempelvrees". Als ik onze Nederlandse volksaard goed taxeer, dan denk ik dat we te maken hebben met een con flict tussen de bekende zegs wijzen „maak je niet dik, dun is de mode" en „doe maar ge woon, dan doe je al gek ge noeg". Als je ineens gaat hardlopen of snelfietsen, ter wijl je nooit eerder zulke nei gingen gehad hebt, dan kijkt je omgeving daar van op en is er grote kans dat je „gepest" wordt. Het grote voordeel van al die modesportkledirtg is in elk geval dat een deel van die be zwaren worden weggeno men Als je in je doordeweck se kloffie gaat hardlopen, ver klaart iedereen je voor mes- jogge. Maar als je een spe ciaal joggingpak aantrekt, dan rust er op je activiteit een soort sociale goedkeuring. Bgna zoiets als „Goedge keurd door de Nederlandse Vereniging van Huisvrou wen", maar dan voor joggers. En wie bang is dat er, on danks de enorme publiciteit, nog omstanders zijn die deze boodschap met begrijpen, die trekt een pak aan waarop in grote letters het woord .jogging" geborduurd staat. Dan is het voor iedereen dui delijk: daar rent geen halve gare. maar een trendset ter Troost Maar hoe moet het nu met de mensen die helemaal geen zin hebben om zich door de fitheidsindustne te laten aan kleden uitkleden (doorhalen wat met van toepassing is)? Ook aan hen wordt gedacht. Zo zijn er reeds verscheidene geruststellende boeken op de markt, die uitleggen hoe je wel degelijk gezond kunt blij ven zonder je overdreven te bewegen En zo is sinds kort het meest succesvolle schrijf instrument een vulpen met de naam „Safari", verpakt in een soort bivak doosje, zodat je ook achter het bureau je zelf een ruig image kunt aan meten. Modder Net als de spuitbussen „Saha- ramodder" die vorig jaar in Duitsland op de markt kwa men om de stadse bezitters van terreinvoertuigen in de gelegenheid te stellen (als de buren niet keken) hun auto het uiterlijk te geven alsof er écht safari's mee waren gere den. Een overeenkomstige dienst wordt thans geleverd aan mensen die wél een jogging pak kopen, maar geen zin hebben om zich ook echt li chamelijk te vermoeien. De Amerikaanse cosmeticafirma Jovan is enkele maanden ge leden op de markt gekomen met een parfum die ruikt naar menselijk zweet Een paar druppels van dat spul op je modieuze joggingpak, en het lijkt of je uren hebt rond gerend. Het voorlopig toppunt in de commerciële fitheidsmode lijkt me het aanbod in de kerstcatalogus van het be faamde warenhuis Neiman- Marcus ..His it Hers" jog gingpakken van zuiver nerts bont Vijftienduizend dollar per stuk. Maar ja, Neiman- beeld heeft zich onlangs voorgedaan in de buurt waar ik woon. Onze plaatselijke hengelkampioen, die al zo n 15 jaar lang bij elke wedstrijd eerste, tweede of een enke le keer - derde wordt, omdat hij, met een eenvoudig hen gel wel heel goed kan henge len. Hy reageert zo gevoelig, dat ik hem eens 8 vissen heb zien verschalken met hetzelf de aas! Enfin/ deze man is thans verslagen door een nieuwbakken patser die voor 10.000 gulden hengelappara- tuur bij zich had en vóór hij begon 5 kilo aas d 80 gulden in het water kieperde om de vissen te lokken Minder patserig, maar toch wel een beetje lachwekkend zijn de voorbeelden van mannen die wel 7 verschillende soor ten en merken kostbare sportschoenen hebben (naast de befaamde Nikes, ook Le Coq Sportif en niet te verge ten Brooks voor dat hele veerkrachtige, alsof je op de maan loopt), terwijl je weet dat ze hoogstens in de vakan tie eens een keertje een eind je rondhollen om vervolgens met aan een hartverlamming grenzende uitputting bij te komen met een paar whisky- Er zijn er ook die, meestal uit Amerika, allerlei instrumen tjes meebrengen om tgdens het joggen tempo, ademha ling, ritme en nog allerlei an dere zaken te meten of te re gistreren. Allemaal status symbolen met converesatie- waarde, die alleen maar pro fijt opleveren voor de desbe treffende fabrikanten. Wie zich vroeger op eni gerlei wijze met sport bezighield, besteedde weinig aandacht en nog minder geld aan de ma nier waarop hij er uit zag. Zelfs een sim pel gymbroekje voor gymnastiekles op school werd door veel moeders nog als een overbodige aanschaf gezien, „want je kan toch ook wel voetbal len in 'n oude broek". Als er al sprake was van image-vorming dan werd dat image al tijd gevestigd en beves tigd door prestaties Zo heeft Adidas wereldfaam verworven via promotion door topsporters, wat het be drijf weer een entree ver schafte bij sportleraren die op hun beurt weer hun leer lingen... Enfin, u snapt hoe zo'n proces gaat. Natuurlijk wordt het hoe langer hoe commerciëler „bestuurd". Dan gaat zo'n bedrijf z'n spul len gratis beschikbaar stellen aan veelbelovende sporters, vervolgens komt er nog geld aan te pas, sponsoring Profijt Adidas investeert per jaar zo'n 300.000 gulden in het Neder landse voetbalelftal, afgezien van de bevoorrading van meer dan de helft van de Ne derlandse eredivisieclubs. Daardoor werd een prof-ima go gecreëerd, waarvan het bedrijf enorm heeft geprofi teerd toen duizenden, tien duizenden, nee honderddui zenden amateurs aan sport gingen doen en er voor hen eigenlijk maar één naam be stond waar ze zich in goed vertrouwen aan vast durfden klampen, en dat was Adidas. Hee merk met de drie stre pen. Wettig gedeponeerd in de hele wereld. Jarenlang heeft Adidas die unieke positie kunnen be houden. Iedere kantoorklerk, kamergeleerde en kroegloper, die de indruk wilde vestigen dat hij ook aan sport deed, liep met een tas waar Adidas op stond. Duurder dan een tas waar niks op stond, dus het mes sneed voor Adidas aan twee kanten: extra geld en extra reclame door al die onbezoldigde „sandwich mannen". Maar rond 1978 kwam de grote ommezwaai. Op de Spovak (sportvakbeurs) van dat jaar kon nog met enige zekerheid worden gemeld dat er dat jaar 1 miljoen paar sport schoenen werden verkocht, waarvan tweederde Adidas, die toen al zo'n 120 verschil lende modellen voerde. Nu voert elke sport- en schoe nenzaak naast de grote mer ken allerlei goedkope alter natieven en fancy imitaties, waardoor de positie van Adi das danig wordt bedreigd. Zoals vrijwel alles waarvoor in deze eeuw de rest van de we reld vrijwillig door de knieën is gegaan - van cola tot jeans, van charleston tot disco, van hamburgers tot westerns, van tv-kwissen tot pocket calculator en nog 1001 dingen meer - zo heeft ook de fit heidsrage zich vanuit Amnri- ka over de westerse wereld verspreid. Trendologen date ren het begin bij de Cuba-cri- sis toen president Kennedy het geweten van de natie wakker schudde door te spre ken over de „degeneratie van een generatie die zich met popcorn en roomijs voedt en bewegingloos voor de beeld buis hangt". Markt In 1965 werd de „President's Council on Physical Fitness and Sports" in het leven ge roepen die diploma's ging uitreiken aan mensen die slaagden voor een gestan daardiseerde fitheidstest. In het eerste jaar waren er 9000 geslaagden, in 1972 al ruim 400.000 en in 1976 werd voor het eerst het miljoen gepas seerd. In dat jaar meldde het gezaghebbende zakenweek- blad „Business Week" dat slankheid het nieuwe status symbool van de geslaagde top-manager was (dus het volkomen tegenovergestelde van het klassieke stereotiep van de dikke kapitalist met sigaar!). In steeds meer bedrijven wer den programma's ingevoerd om de fitheid van directie en personeel op te voeren, het ene boek na het andere over gezondheid en fitheid bereik te de bestsellerlijsten en toen werd het tal van bedrijven duidelijk dat zich hier een markt aan het ontwikkelen was waarvan de grenzen nog niet in de verste verte in zicht kwamen. Het gevolg? Be staande fabrikanten van „echte" sportattributen di^ de groeiende vraag niet aan konden, of niet tijdig inspeel den op de recreatieve behoef ten van een steeds groter wordende schare nieuwbak ken vrijetijds-sporters, kre gen gezelschap van bedrijven die wèl snapten dat er méér te verdienen is aan mode trends dan aan serieuze sportbeoefening. In 1962 gaven de Amerikanen rond 2 miljard dollar uit aan sportartikelen, het afgelopen jaar was dat ruim 8 miljard. Tel je er de spullen bij die eerder tot spel dan tot sport worden gerekend, zoals rol ler-skates en skateboards, dan kom je aan wel 13 mil jard. „Eén ding is in ieder ge val duidelijk", zei een Ameri kaanse zakenman snedig, „als er iets of iemand fit blijft, dan is het wel de handel in sportartikelen". In de lift Ook in Nederland is het de han del in sportartikelen die al ja ren enorm in de lift zit. Het aantal verkooppunten is in tien jaar tijds bijna verdrie voudigd van 698 tot een klei ne 2000. In 1978 stegen de uit gaven aan sportartikelen en -kleding voor het eerst boven het miljard (1,1 miljard gul den om precies te zijn) en het zou best eens kunnen (op ba sis van beschikbare kwartaal- gegevens) dat men dit jaar in de buurt van de 2 miljard komt. En een steeds groter percentage van die groeiende Allemaal bedrijven die beter begrijpen dan de sportspecia- listen, dat het de meeste van al die duizenden nieuwbak ken pseudo-sportievelingen meer gaat om de VERPAK KING van hun activiteit, dan om de activiteit zelf. Gaat het bij een echte sportman of -vrouw om de prestaties, bij een modieuze sportbeoefe naar gaat het om de suggestie diq hij wekt door de manier waarop hij er uitziet. Om het IMAGE dat hij voor zichzelf creëert met behulp van de spullen die hij zich aanschaft. En omdat de meeste mensen voor het verkrijgen van een status-strelend image flink wat geld over hebben, gaat het goed met de verkoop van dingen die daartoe bijdra gen. Mensen bezuinigen het laatst op goederen met „expressie- waarde", zoals de vakterm luidt. Dat zijn dus de goede ren waarmee je aan de bui tenwacht duidelijk maakt wie je bent. Of vaker: wie je wilt die zij denken wie je bent. Daarom hult een mana ger, die na 300 meter trim men naar de drank boer reeds amechtig naar adem snakt. Door Hans Ferrée middelde Nederlandse be roepsrenner in een heel sei zoen aan prijsjes bij elkaar trapt op een racefiets van 700,800 gulden", zo luidt een (uiteraard wat overdreven) notitie op de Bescheurkalen der van Koot Bie. Toch wordt hiermee wel de essen tie weergegeven waar het bij de fitheids-industrie om gaat. De beste klanten zijn de men sen die met geld iets probe ren te kopen wat ze met pres taties niet kunnen berei ken. Een wel zeer schrijnend voor omzet ordt behaald niet door de sportspeciaalzaken, maar door warenhuizen, textielza ken, modehuizen en discoun ters. Buikige heren kopen racefiet sen van 5000 gulden - onge veer het bedrag wat de ge- zich in een outfit die hele maal geïnspireerd is op de of ficiële tenues van de heren Tour de France-rijders, com pleet met zeemleren kruis en reclame. (Een tricot met de naam Raleigh is twee, drie keer zo duur als een tricot zónder reclame - de les van Adidas wordt vandaag de dag door velen toegepast!).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 19