1981
Alphen
Platteschor geen gewone huisarts
"In elk schip zit iets van jezelf'
Alphense dokter
won gevecht met
het ziekenfonds
Directeur van Scheepswerf De Dageraad heeft sluiting nog niet verwerkt:
DONDERDAG 31 DECEMBER 1981
S"N
Wat heeft de affaire hem ge
leerd? "Er zijn geen mensen
die schuld hebben. Het gaat
ook niet om recht in de we
reld. het gaat om recht èn
waarheid. Ik heb het geloof
in de mensen niet verloren.
Ik heb mensen lief met hun
onvolkomendheden. Er blijft
altijd een groep die Voorop
loopt, dat zijn de koplopers,
niet iedereen kan hen bijhou
den. Dat is niet erg, als het
maar geen ik-figuren worden.
Die mensen hebben een te
kort aan gevoel, die worden
egoïstisch
Lijden
"Ik vraag me weieens af hoe
veel een mens moet lijden om
wijs te worden. Lijden is een
zegen van de Schepper. Als
dat lijden er niet was geweest
dan waren we met de medi
sche wetenschap nooit zover
gekomen. Als iemand met
kanker door euthanasie uit
zijn lijden wordt gehaald,
geeft God ons tien nieuwe ge
vallen met kanker. We moe
ten blijven zoeken naar de
sleutel om ziekten te gêne-
zen. De huisarts speelt daarin
een belangrijke rol. Er moet
één geneeskundige in onze
maatschappij blijven, die van
alle markten een beetje thuis
is en dat is de huisarts.
Zo'n huisarts moet men ook
niet te snel willen vervangen
door een jongere, want dan is
er niemand meer die ervaring
heeft. Een ervaren huisarts
kent de ziekten, kent het ge
zin, de familie, de levensom
standigheden. Hij kan ver
banden leggen, hij herkent
en dan zou het wel eens zo
kunnen zijn dat de sleutel tot
de genezing of het voorko
men van kanker ergens in
een afgelegen dorpspraktijk
wordt gevonden".
Platteschor ergert zich aan de
beperkingen, die een zieken
fonds aan een huisarts op
legt: "Wij moeten vrij kunnen
werken en zonder belemme
ring ons onderzoek kunnen
doen. Het is ontmoedigend
als men de noodzaak van je
werk in twijfel trekt. Deze
tijd staat in het teken van de
openheid, maar een arts moet
in alle rust kunnen werken.
Ik geloof dat er een tijd komt
dat alle ziekten zullen zijn
overwonnen". "Als het li
chaam ziek is wordt de geest
ziek en kan het zich niet ont
wikkelen. De volksgezond
heid is vrij belangrijk. De
mens moet in staat zijn, zijn
geest te bewaren in een ge
zond lichaam. Als wij straks
als een soort landverhuizers
de kosmos ingaan, dan kun je
alleen bestaan als je geeste
lijk en lichamelijk gezond
bent".
Niets origineels
Platteschor haalt een uitspraak
van professor Mossel uit
Utrecht aan, die heeft gezegd
dat alles wat er te weten is al
bestaat. "De medische we
tenschap bestaat al 2000 jaar,
er is niets origineels meer te
bedenken. Wat veranderd is,
is de mogelijkheid van com
municatie. We weten en ho
ren veel van elkaar. Over de
hele wereld verschijnen mis
schien wel duizend publika-
ties per dag. maar die kunnen
we onmogelijk lezen.
De computer kan dat wel. Die
moet selecteren, wat wij als
wetenschappers voor de op
lossing van een bepaald pro
bleem moeten weten. De
computer kan duizenden fei
ten opnemen en verwerken,
die kan mij vertellen wat er
over een bepaalde ziekte be
kend is. Je móet geloven in
een wereld zonder ziekten.
Het is niet ondenkbaar, de di
nosaurussen zijn ook ver
dwenen en de middeleeuwen
hielden ooit eens op". Platte
schor blijkt zijn technische
en praktische kennis voort
durend te onderbouwen met
een stuk filosofie.
Fenomeen
Hoewel hij zegt van acht uur 's
morgens tot twaalf uur 's
Door
Henk Houtman
"Of ik het nu een beetje
verwerkt heb? Ach, de
teleurstelling zal altijd
wel blijven. De werf
was een stuk van mijn
leven, ik heb er tenslot
te veertig jaar gewerkt.
Dus echt verwerken
dat de werf er niet meer
is, neen, dat valt niet
mee".
In zijn woning aan de Stevin-
straat in Alphen aan den Rijn
kijkt ex-directeur Th. J. Boot
(63) van de scheepswerf Dc
Dageraad peinzend voor zich
uit. Vier maanden na het fail
lissement van zijn scheeps-
Door
Hans Veldhuizen
werf. Op 27 augustus van dit
jaar viel definitief het doek
voor De Dageraad. Toen
sprak de Haagse rechtbank
het faillissement van de werf
uit. Een week eerder was het
De Alphense arts J.K. Platteschor,
wonend en praktiserend in een
voormalige
burgemeesterswoning aan het
sjieke Burg. Visserpark, kan geen
doorsnee-huisarts worden
genoemd. Zijn hardnekkig zoeken
naar de oorzaak van ziekten en
naar het juiste medicijn hebben
hem in stevig conflict gebracht
met het plaatselijke ziekenfonds.
Per 10 februari 1980 werd hij door
het fonds aan de kant gezet.
Alle Alphense huisartsen volgden
prompt en Platteschor stond voor
zijn avond- en weekenddiensten
alleen. Een langdurige
gerechtelijke procedure volgde en
Platteschor werd in het gelijk
gesteld. Het ziekenfonds moest de
arts, die door de patiënten op
handen wordt gedragen, weer als
medewerker accepteren.
De Alphense huisartsen blijven
weigeren Platteschor weer in hun
regeling voor weekenddiensten
op te nemen. De zwaar beproefde
59-jarige dokter zet zijn
levenswerk voort en is eerder
gelouterd dan ontmoedigd. Zijn
praktijk met 2400 patiënten is
weer bijna op het oude peil terug.
Het ziekenfonds heeft het
achterstallig honorarium vanaf
10 februari 1980 in de vorm van
een schadeloosstelling alsnog
betaald.
De doorsnee-huisarts zal geen
patiënten uit Amersfoort, Den
Haag, Leeuwarden en Vught op
het spreekuur krijgen. Ook zal hij
niet tot in Toronto en Praag van
collega-medici zijn informatie
inwinnen. Waarschijnlijk zal de
doorsnee-arts ook geen 100.000
gulden per jaar uit eigen zak aan
laboratoriumonderzoek besteden,
omdat het ziekenfonds dit niet
wil vergoeden. Nee, Platteschor
kan geen huis- tuin- en
keukenarts worden genoemd. Het
niet netjes in de pas van de andere
Alphense huisartsen lopen heeft
hem een stuk van zijn leven
gekost.
Het is hard als collega's tegenover
patiënten je integriteit als arts in
twijfel trekken. Terwijl
Platteschor in tegenstelling tot
sommige artsen, wil vechten voor
elk stukje leven: hij is tégen
abortus en tégen euthanasie.
Omdat hij het leven ook voor de
opgegeven patiënt zal proberen te
behouden en niets wil weten van
iemand met een spuitje uit zijn
lijden verlossen.
die een schip wilden laten
bouwen vaak tevergeefs bij
De Dageraad aanklopten, in
die tijd moest voor elke op
dracht worden geknokt. Dat
bleef,zo tot op het laatste mo
ment. Tot een week voor het
faillissement was directeur
Boot ingespannen bezig de
order voor de bouw van twee
sleepboten voor een Belgi
sche rederij binnen te halen.
"Ik had aanvankelijk goede
hoop dat we die schepen zou
den mogen bouwen", zegt hij
nu. "Voor de bouw was alles
rond, alleen de financiering
nog niet. We werden voortdu
rend aan het lijntje gehou
den. Als ik belde dan kreeg ik
te horen dat we over een
maand uitsluitsel zouden
krijgen, maar dat gebeurde
maar niet. Ten langen leste
heb ik een telex gestuurd.
Twee uur later kreeg ik al be
richt terug. Beide boten zou
den op een Belgische werf
worden gebouwd. De Belgi
sche overheid verleende fi
nanciële steun. Toen was het
voor ons afgelopen. De bank,
die ons steeds had geholpen,
zag er geen gat meer in. Stop
er maar mee, zeiden ze".
Terugkijkend op die laatste we
ken van zijn werf zegt hij: "Ik
ben blij dat het in alle rede
lijkheid is verlopen. Dat er
geen problemen met de vak
bonden zijn ontstaan. En dat
de meeste mensen weer werk
hebben gevonden".
Wat er met de werf gaat gebeu
ren is nog niet bekend. Vol
gens een medewerkster van
het advocatenkantoor LaGro,
de curator, zal de werf te
koop worden aangeboden.
Een scheepsbouwer heeft
zich echter nog niet gemeld...
phen, waar ik een centrum
wil inrichten om zieke men
sen zeer uitgebreid te onder
zoeken.
Dit centrum krijgt de naam In
stituut van Integrale Medi
sche Coöperatie. Daarvoor
wil ik de ongeveer dertig pa
tiëntenverenigingen in ons
land aanschrijven, omdat
dparvan mensen lid zijn die
vinden dat niet voldoende
zorg aan hun ziekte kan wor
den besteed. Zelfs de specia
list mag weinig tijd aan hem
besteden, ik ben soms ander
half uur met één patiënt be
zig. In het centrum moet tijd
zijn om de patiënt desnoods
tien uur te onderzoeken.
Maatschappelijk gezien moet
zo'n centrum z'n geld kunnen
opbrengen. Ik weet zeker dat
het mensen uit het zieken
huis houdt, er moet voorko
men worden dat mensen in
valide worden door deze
ziekte, want dat kost de ge
meenschap nog veel meer
geld. In het centrum moeten
twee huisartsen werken en er
moeten specialisten geraad
pleegd kunnen worden. Ik
zie het zo, dat de patiënt mét
z'n huisarts dan de kamer
van de specialist in dat cen
trum binnenstapt".
Leermeester
laatste schip afgeleverd, de
Goedereede 14, gebouwd in
opdracht van een Goerees
vissers bed rijf. Nagestaard
door een groot deel van de
veertig werknemers van De
Dageraad werd de kotter de
Heimanswetering afgesleept.
Sommigen konden hun emo
ties haast niet de baas. Want
mét de Goedereede ver
dween ook de werkgelegen
heid uit het zicht. De econo
mische crisis eiste opnieuw
een slachtoffer, ditmaal een
met een zeer rijke historie.
Wat resteerde was een schuld
van twee miljoen gulden.
De familie Boot was sinds 1849
eigenaar van De Dageraad.
Grootvader Wouter Boot
nam in dat jaar de toen al be
staande werf Van Dieje in
Woubrugge over. Aanvanke
lijk werden houten schepen
gebouwd, tot omstreeks de
eeuwwisseling werd omge
schakeld op de bouw van sta
len schepen. Die omschake
ling maakte een verhuizing
van de werf naar de Heimans
wetering noodzakelijk. "Voor
de bouw van ijzeren,schepen
was een hinderwetvergun
ning nodig", vertelt Boot.
"En die wilde de gemeente
Woubrugge niet geven. Er
woonden voornamelijk boe
ren in Woubrugge, die indus-
van De Dageraad is de lange
staat van dienst van de perso
neelsleden van de werf. "We
hebben veel jubilea gevierd
van mensen die twintig, der
tig jaar of nog langer bij de
werf werkten", zegt Boot.
"De mensen waren ver
knocht aan De Dageraad. De
band onderling was prima".
Dat bleek ook vorige week tij
dens de laatste persoüeels-
avond weer. "Het is mis
schien vreemd, een perso-
neelsavond van een bedrijf
dat niet meer bestaat. Maar
goed, dat kon omdat de per
soneelsvereniging los van het
bedrijf stond en er nog wat
geld in kas was. Er werden
enkele films vertoond van de
tewaterlating van schepen
die we de afgelopen jaren
hebben gebouwd. Dat was
een heel emotionele gebeur
tenis, hoor. Want zo'n schip
daar zit iets van jezelf in. Er
kwamen daarna mensen naar
me toe die zeiden: "Meneer
Boot, als de werf ooit weer
open gaat, dan komen we
meteen weer terug".
Vakmanschap
Eind jaren zeventig ging het
slechter in de scheepsbouw.
Was het eerder zo dat reders
Huisarts Platteschor: „Patiënten moeten soms uren wachten voor ze aan de beurt zijn, maar kennelijk vinden ze het niet erg".
avonds te werken, ziet hij
toch nog kans stapels boeken
te lezen. "Ik koop veel boe
ken ja. Enerzijds om de vakli
teratuur bij te houden, ander
zijds om ontwikkelingen bij
te houden. Ik houd van filo
sofisch getinte boeken, al ben
ik eigenlijk heel rationeel.
Maar ik geloof wel sterk in
het fenomeen, ik kijk naar
het verschijnsel, ik ben een
typische fenomenoloog. Als
er na een oorlog weinig man
nen over zijn, dan leert de er
varing dat er in een periode
veel jongetjes worden gebo-
Het lijkt of de natuur zichzelf
weer in evenwicht brengt.
Hoe zo iets kan is voor mij
onverklaarbaar, het is een
sprekend voorbeeld van een
fenomeen". De 59-jarige arts
heeft nog een toekomstide-
aal, waaraan hij gaat probé
ren gestalte te geven. "Ik wil
een stichting ter opsporing
van auto-immuun patiënten
oprichten. Normaal maakt
het lichaam antistoffen om
aanvallers (bacteriën) van
buitenaf onschadelijk te ma
ken. Bij auto-immuunziekten
maakt het lichaam antistof
fen tegen bepaalde eigen li
chaamscellen om deze te ver
nietigen. Ik heb mij gespecia
liseerd in de behandeling van
auto-immuun ziekten.
Vroeger kon men die ziekten
niet de baas, maar door hart
en niertransplantaties weten
we er veel meer over. Mijn
praktijk zit vol mensen met
auto-immuun ziekten en het
feit dat ik niet ben gesneu
veld in het meningsverschil
met het ziekenfonds is, dat ik
mensen met deze ziekte ge
nas die niet te genezen wa
ren. Soms drie, vier operaties
hadden gehad. Ik heb een ei
gen therapie ontwikkeld en
daar ben ik druk mee. Ik heb
al een pand gehuurd in Al
Een patiënt wacht. Platteschor
wordt door z'n assistente van
zijn praatstoel gehaald. Het is
half twee. Na bijna drie urn-
praten ruikt het gebakken ei
met spek verleidelijk. "Ik ga
toch eerst maar even naar
m'n patiënt", zegt hij. Aan
het begin van het gesprek
praatte Platteschor over zijn
leermeester en grote voor
beeld professor B. Stolte.
"Van hem heb ik de uit
spraak, "Don't neglect the
hopeless" altijd in herinne
ring.gehouden. Dat betekent
zoiets als "verwaarloos, ver-
ontachtzaam de hopeloze
niet". Dat is mijn lot gewor
den, ik heb in mijn praktijk
veel patiënten gekregen die
weinig uitzicht op enige hoop
hadden. Daar werk ik voor.
Als je het leven kunt sparen,
dat is zo iets edels, dat moet
je doen".
trie blijkbaar minderwaardig
vonden. De gemeente Al
phen had minder problemen
met het afgeven van een hin
derwetvergunning, vandaar
die verhuizing".
Borrel
Op de "Alphense" werf werden
sinds de verhuizing 557 sche
pen gebouwd: kotters, sleep
boten, hektrawlers en log
gers. "Vroeger werden lange
dagen gemaakt, ook op zater
dag werd er gewerkt", zegt de
oud-directeur. "Maar elke
werkdag begon met een bor
rel. Dat was traditie. Zoals
wij nu de koffiepauze kennen
kregen alle medewerkers
toen, uitgezonderd de jonge
lui natuurlijk, een borrel. In
een glaasje zonder voet".
Maar het waren ook toen al,
geen gemakkelijke dagen
voor de werf. Grootvader
Boot verdronk met zijn mees
terknecht in het water van de
Oude Rijn toen ze in een roei
boot op weg waren naar Al
phen. Zijn vrouw, moeder
van negen kinderen, zette de
werf met hulp van haar oud
ste zoon voort.
De werf bleef bestaan en over
leefde ook de crisistijd. "Die
tijd had zo zijn eigen proble
men", zegt Boot. "Het oudere
personeel wilde de jongeren
Films
Opvallend in de geschiedenis
Directeur
Th. J. Boot
in betere
tijden:
"Knokken
voor
orders"
(Foto Wlm
Dijkman).
niets leren. Ze wilden zich
onmisbaar maken: ergens
wel begrijpelijk natuurlek".